Zondagsrust. 'JST.-MCOL AAS-ETALAGE I 8. J. BOMERT,^ HetKantoorvandenBrandstoffenhandel Leiden. Fransche Korsetten. O C; D1NEEREN. zal van af 9 November gevestigd zjjn Specialiteit prima Engeische Anthraciet Gouden, ^Zilveren en Diamanten Werken. W. VAN ROSSUM DU CHATTEL J\ .Kantoor-, Teeken- en Schrijfbehoeften,s Vischmarkt 18. BEÜZEI3AKER Co., Zeer aanbevelenswaardig Prij^ïi itdeeling. Ottilie Wüdermuth. O. SCHMID. C. SCHMID. Nieuwe Serie. W. AL.T, ALEXANDRE HANNIER, BEU7EWAKER Co., Tweede Meisje, PLAATSVERVANGERS en UiHERVERWISSELAABS Gas-, Water-, Stoom- en Bierleidingen, Spreekbuizen, Electrische Schellen en Eng. Winkel-Étalages. X*. VAN ES, Hoogewoerd 16. Leverancier aan 's Lands Plantentuin te Buitenzorg. Gouden Dases-Eesontoirs (14 karaats goud), f 11. SO. Haarlemmerstraat 114,2de liuis van de MARE. Telcplioonnummer 92. O LUIE- EN FANTASIE-ARTIKELEN, LEDERWAREN, ^JEXeisr en Toilet-Artikelen.^ DE Hansen's Reisverhaal, Vervolg van gisteren.) Een dikko mist belette ons eenige dageD, uit Hirttenland verder naar het zuiden te tr<kkeo, maar den 12den Augustus kwam «en ui gestrekte eilandenry in zicht, die zich van bet Z.-O. recht naar het N-W. uitstrekte. Het werd nu hoe langer hoe raadselachtiger. Op Payer's kaart was deze streek volstrekt niet tbuis te brengenwy zeilden midden door zyri Wilczek land en zyn Dove gletscher heen Ook van Austria-Sond en Rawlinson Sond gten spoor. Het is ous niet te verwonderen, dal ik tot de conclusie kwam, een gioote fout in mijn lengteoepalii.gen gemaakt te heDbeii; h tzy, dat onze horloges geheel ver keeru g loopeu hadden of oat wij een koios- aaien afstand uit den koers georeven w^ren to die drie dagen van 9 tot 12 Augustus. Wat daarvan zyn mocht, ik kon slechts deze oplossing vinden: dat wy nu aan de onbe kende westkust gekomen waren van Frans- Jozofalanu of aan het mysterieuze gebied, dat tuaschen Frans-Jozefslaiid en Spitsbergen op de &aart- n aluoor met den naam Gilis-Land aangeteekend staat. (De lezer bedenke uat men op oat ty istip in de beschaafde wereld reeds wist hoe onbetrouwbaar Payer's schetskaart was vooral voor het westelyke gedeelte v.ra den archipel, maar d t Hansen met de uit komsten van Jackson's expeuitie niet bekend kon zyn). Een ding was intusschen zeker: als wy maar zuid en zuidwest aanhieloen, moesten wy eindelijk op Spitsbergen belanuen, v.»n waar Hoorsche Walrusjagers ons naar Europa zouaen terugorengen. Wy zetten aus onzen weg voort, nu eens pagaaiend, dan weer over hei i]8 voortsukkelend, door een kanaal, dat Bich In westelyke richting op 81° 30' uit stitkt. Daarna kwamen wij in uitgestrekt o^en water, en wy hadden gelegenheid zuid west aa.i te houden langs ue nooru-westkust van het land, in ue meening nu welora naar Spitsbergen te kunnen oversuken. Maar tever geefs zochten wij naar land in het westen. Den löuen Augustus stak plotseling oe wind op, het ys naar de kust dry ven j, zoodat wy een week lang ingesloten blyveoeen paar dagen daarna raakten wij weer gevangen, den 26sten Augustus 1895, op ongeveer Sl° 18° en 56° 30°. Het was nu zoo ver in het najaar, dat het naar mijn meening te laat was om de lange reis naai Spitsbergen te Sanvahroen, en daar nog schepen a^n te treffen, die ons naar htt zuiden konden brengen, ot snoers genoeg tijd te hebben tot het voor bereiden van onze overwintering. Daar de plek, waar wy ingesloten waren, ons geschikt voorkwam om er den winter uoor te bxengen, en er ook genoeg wi.d in d«n omtrek scheen te zijn, acutten wy het verkieslyk daar te blijven. Wij gingen dadelijk aan het werk. Eerst kwam oe jacht op walrussen, wier traan ons tot brandstof moest dienen. Maar het was ondoenlyk voor twee mannen, die logge lichamen op het ijs te trekken. Wy moesten bet ten laatste opgeven en hakten de doode walrussen open, tervvyl zy op het wa'er dreven, maar daarbij maakten wy onze kleederen zoo aoor en door smerig en bloecerig, dat ze nog minder geschikt werden dan ze reeds waren, om ons tegen de winterkoude te be schutten. Aan beren geen gebrek, en wy schoten er verscheidene, voor onze winter provisie. Vervolgens hielden wij ons bezig met het bouwen van een hut. Daartoe ge bruikten wij steenen, aarde en mos, en dat ging goed, maar de vraag boe wy aan een dak moesten komen, bezorgde ons veel hoofd breken, tot wij eindelijk een stuk dryfbout vond»n, dat wy als steunpilaar bezigden om or walrushuiden over te spinnen die dan aan de kanten door zware steenen, werden vast gehouden. Over dit dak heen legden wy een laag sneeuw. Wy hadden geen steenen om een schoorsteen te bouwen, en maakten er dus maar een van ys en sneeuw, maardeze moest twee- of driemaal in den loop van dien winter vernieuwd worden. Voor het braden, de verlichting en de ver warming gebruikten wy walrustraan en berevet. Berevleesch en vet was ons eenig voedsel. 'b Avonds braadden wy het in een groote pan van aluminium, 's morgens aten wy het ge kookt. Wy maakten ook ons bed en een nieuwen slaapzak van berevellen, en om het warmer te hebben sliepen wy in één slaapzak. Alles byeengenomon, voelden wy ons zeer behaagiyk in onze lage hut, die grootendeels onder den gron 1 lag, zoodat Z9 tamelyk wel beschut was tegen do hevige stormen, die er onophoudeiyfc boven raasder, dien winter. Met behulp van onze lampen slaagden wy er in, do temporatuur daarbinnen ongeveer op het vriespunt te houden, maar by de wanden was htt beelwat kouder. Deze waren met een dikke laag ryp en ys bedekt, dat in het flik kerende lamplicht er bijna uitzag als glinste rend marmer, zoodat wy in aangename droo- meryen ons soms konden verbeelden in een marmeren paleis te wonen De hut was omstreeks 10 Eng. voet lang, 6 breed, en op sommige plaatsen boog genoeg om by'na rechtop te stian. Ons bed was op ruwe steonen gespreid en wy konden er maar niet in slagen, die zelfs betrekkeiyk geiyk te leggen, zoodat onze bclangryksto bezigheid dion winter daarin bestond, dat wy ons lichaam in verschillende krommingeu wrongen, ten eindo die houding te vinden, waarby wy 't minst last hadden van de steenpunten. Werk om den tyd door te brengen hadden wy niet, wy deden weinig anders dan slapen, et30 en weer slapen. Mocht iemand nog willen vasthouden aan de oude meening, dat scheurbuik het gevolg is van te weinig lichaamsbew ging, dan hebben wy een over tuigend bewys geleverd, dat dit niet het geval is. Onze eetlust bleef, vreerad genoeg, dien gebeelen tyd even goed, en wy ver slonden altyd ons berevleesch en het vet met dezelfde gretigheid. Als het weer gunstig was, wandelden wy iederen dag een uurtje in het donker, buiten de hut, maar dikwijls was het zoo stormachtig, dat wy bet k geraden vonden, onz -n neus buiten de o .i te steken. Dagen lang lagen wy byna zonder ons te bewegen, totdat eindelyk gebrek aan ys om te smelten voor drinkwater, of gebrek aan voedsel, ons nooazaakte ys te hakken of een stuk berevleesch naar tinnen te sl'pen. Yan November tot Maart bleven de beren weg, en ons eénig gezelschap bestond in een groot aantal vossen, die steeds op het dak van onze hut zaten, waar wij hen voortdurend hoorden janken terwyl zy oen reuk van onze bevroren berehammen opsnoven. Het schoen ons soms toe, dat wy rustig thuis zaten en de ratten over de vliering trippelden; en wy war n niet zoo gi rig om hun niet wat te gunnen v.in onze over schotjes. Deze vossen behoorden zoowel tot de witte als tot de zoo gezocute zwarte soort en inoien wy er lust tos gehad hadden, zouden wy een mooie verzameling kostbare vellen hebben aangelegd. Maar ik vond dat wy niet ruim genosg van ammunitie voorzien waren om die aan vossen te vtrkwisten. Over 't geheel ging de winter boven ver wachting gjed voorby. Onze gezondheid het niets te wenscben over, en als wy maar een paar boeken, wat meel en wat suiker gehad b idden, d ra Johanson en ik waren 't ge heel eens in dit opzicht waren wy een koning te ryk geweest. Ein :elyk kwam de lente, met zonneschijn en vogels. Hos goed h-rinner ik my oien eersten avon i, enkele dagen voordat de zou boven den horizon v rscheen, toen wy plotse hng een kleine vlucot vetg.raz n ons voor y zagen zeilen langs de bergen, in nooroc )yk9 richting. Het was voor ons do e-rste groot van het leven en de lonts. Een donkere hem 1 in het zuidwesten en zuiden scheen aan to duiden, dat daar open water was, dat tegen de lucht weerkaatste. Wy ksosterdon dus de verwachting, een gemakkrlyken overtocht to heoben naar Spitsbergen, en begonnen toebe reidselen te maken voor die reis. Er w 8 veel te do n. Wy maakten nieuwe onderr leuren van een paar lakens, want de oude waren onbruik a r. Nooit hadden wy geweten wat het zegt, te leven zonder zeep. Het was al t. oeilyk geroeg, zichzelf eenigs zins rein te houden, maar zoo goed en kwaa l als 't ging deden wy dit door ons met bero bloed en vet in te wry ven en dan met tr:o* af te wisschen. Met de kleeJoren ging dat echter niet. Na het op allerlei w(Jzen beproefd te hebben, vonden wy niets beters aan zo uit te koken, en oaarna niet een mes af to schrappen. Na onze provisiën, uit berovh.es li vet en traan bestaande, ingepikt te hebpra, waren wy den 19den M» i gereed en dienzelfden dag trokken wy zuidwaarts. Den 23sten Mei, op 81° 5', bereikten wy open water, maar stormen hielden ons tot den 3den Juni op. Een voordeel by dit opont houd was, dat de storm de schotsen tegen elkaar gedreven bad, zoodat ze een vry goed ysveld vormden, waarover wy mot een gun- stigen noordenwind snel vooruit zeilden, onze sleden als ysschuirjes gebruikende. Wat verder naar het zuiden vonden wy een groote uitge strektheid land, waarvan de noordkust west waarts liep; wy gingen echter een breed kanaal door (Jackson's „British Channel"), dat naar bet zuiden liep, en kwamen goed vooruit. Den 12den Juni bereikten wy eindelyk den zuidelyken rand van een eilandenreeks, en een groot wak, dat zich naar het westen uitstrekte. Door onze kajaks aan elkaar te binden, en een mast met een zeil er in te plaatsen, konden wy nu een flink eind langs de kust zeiion. Zoo naderden wy de zuid- westelyke punt van dozen archipel, toen het my opriei hoe opmerkelyk de overeenstem ming was tusschen de geographische ligging van deze streek en die, welke Leigh Smith voor de zuidkust van Frans-Jozefsland had opgegeven. Ook de kustiyn kwam precies overeen, en ik begon te vermoeden, dat wy, Payer's kaart ten spyt, ons toch op Frans- Jozefsland bevonden, en dat Payer's Zichyland zich dus oploste in een groep eilandjes. Gedurende onzen tocht in deze streken hadden w'y meer dan één avontuur, schoon alles goed afliep. Op een avond hadden wy de kajaks vastgelegd, om onzen weg te ver kennen, en to.-n wy een paar „hummock's" beklommen hadden en omkeken, zagon wij, dat onze saamgebonden booten losgeraakt waren en met den stroom afdreven. Al onze provisie, onze geweren, onze ammunitie, was aan boord. Tot eiken pry's moesten wy de booten terugkrygeD, en ik had geen keus dan in het water te springen en ze na te zwemmen. Maar het was een harde worste ling, want de kajaks dreven sneller met den wind mede dan ik zwemmen kon, het koude water maakte my gevoelloos en ik kon myn ledematen al moeilyker en moeiiyker bewegen. Eindelyk slaagde ik er in den rand van een boot te grypen, doch slechts met inspanning van myn laatste krachten gelukte het, m# er in to hyschen. Maar wij waren gered. Twee dagen later werd myn kajak door een walrus aangevallen. Die monsters hadden al eenige malen getracht, met ons af te reke nen door, van onder op, tegen de zyde van onze booten aan te botsen, om ze te laten kan telen. Dezen keer scheen die toeleg te zullen gelukken. De walrus logde een van zy j zwem poot en op den rand van myn kajak, richtte zich op en sloeg zyn slagtanden in de boot, gelukkig zonder my te treffen. Ik gaf hem met een roeispaan zulk een slag op den kop, dat hy afdeinsdo, maar de boot zonk snel en slechts met moeite kregen wy haar op het ys. Wy hadden nog een dag werk om onze kleeren, enzdie doornat van het zeewater geworden waren, te drogen. Toen ik den volgendon dag, alvorens onze reis voort te zetten, het ontbyt haf klaarge maakt en op een ysheuveltje geklommen was om de streek te verkennen, bracht de land wind het verwarde geraas van duizenden vogelstemmen tot my over, die daar op de bergen nestelden. Opeens hoor .e ik een heel ander geluid daartusscben, en een oogenblik dacht ik aan hondengeblaf. Maar ik meende my vergist te hebben, tot ik opnieuw geblaf i. oorde, nu onmiskenbaar. Ik renue naar be neden en maakte Johansen wakker, en riep, dat ik h t geblaf van honden gehoord had. Maar hy scheen het niet te begrijpen, en dus nam ik inderhaast een paar happen van het ontbyt, trok rniïn sneeuwscl-oenen aan en snelde over het ijs voort. Toen ik by de kust w s, z ig ik een man naar my toe komen. Het was Jackson. Hoord-Znid-Hollundsche Stoomtramweg- Maatschappij HaarlemLeiden. Opbrengst in October. 1895. 1896. Verschil. KeiK.gf.rs. 7139.8B* 7071.59 f 68.26s Goederen1495.14 15 tl.10 35.96 Diversen. 756.63 496.93 259.71 Te zamon f 9891.62* 91)99.61 2.12.01s VorigemaaDdcu 85471.3 i5 85191 9SS 279.36 Tot. opbrengst ƒ94802.97 /94291.59s 571.31s Per d&g-kilom. 11115 f 11.041 0.104 Vervolg der Advertentiën. floor HH. Doctoren aanbevolen, voorkom t het voor over loopen en ronde ruggen bij Kinderen en Vol wassenen, ver sterkt de longen en verruimt de borst 9 a 10 jaar. 10,12 12,14 14 a 15 jaar. Dames. Heeren. ƒ3.50. Franco na ontv. van postio. 13. VISCHMARKT. 13. 2326 21 VOOR Eene KoniDgin. Do 3 Schoolkameraden.— De Zwitserscho Peter. Cherubino en Zephinne. De schrandero Bruno en Vrouw Lima. De wonderbare Grot en KorJula's eerste reis. Het sternen Kruis en 't Feeën- dal. Door ramp tot geluk en het Hert met gouden horens. Acht deeltjes elk met gekleurd plaatje a 25 Ct3. per deeltje. Dezelfde verhalen, gebonden in twee deelen, a 65 Cts. per deel. De Kerstavond en de Paaschturen. Hendrik van Eichenfels en de Twee Broeders. Het Bloemenmandje. Rosa van Tannenburg, Gefioveva. Lodewyk de kleine Zwerveling en Anselmo. Het Kanarievogeltje en andere Verhalen. Godfried de Kluizenaar en andere Verhalen. De Kapel in 't Bosch en andere Ver halen. - Het oude Roofslot en andere Verhalen. 10 deelen elk van 7 vel druks met 4 keurige platen, prys per deel ing. ©.3ö,geb. ƒ0.60. Timothsus en Philemon en andere verhalen. Het Karthuizer Klooster en andere verhalen. Het beste erfdeel en andera verhalen. Paulina, de Stichteres eener Klein-Kinder school en andere verhalen. De Nachtegaal en andere verhalen. Floris Walther en andere verhalen. Josaphat. Mathilda en Wilholmine en andere verhalen. Da oude Grootvader en de Kleinzoon en andere ver halen. De arme Linnenwever en andero verhalen. 10 deelen, elk van 7 vel druks met 4 keurige platen. Prys per deel ingenaaid fO.35, gebonden ƒ0.60. indien Gij voor Zondag nog huis houdelijke benoodigdheden hebt in te koopen, wilt dit dan nog heden-, Zaterdag-avond, doen. Waartoe zoudt Gij, geheel noode- loos, de Zondagsrust van anderen storen? HOOGEWOERD 50, LEIDEN. in Wijnen en Cognac. Vertegenwoordiger der firma BORDEAUX - AMSTERDAM. Allo merken voorradig. Proefllcsachen van af f 0.66 en hooger vcrkrUe- liaar. Vraag Prijscourant. Telcplioonii. 20S. 8174 24 Wh <L> O 13. VISCHMARKT 13. Hiertoe wordt voor eenige Heeren, dis goeh eü smakeiyk willen dineeren, de ge legenheid aangeboden in een net gesloten huis a ?0 Cts. per persoon. Adres: Rapenburg 99. 8047 7 Een beschaafd Burgermeisje, 25 jaren, van den P. G., verlangt tegen Februari plaatsing in een deftig geain, liefst als Brieven aan het Bureel van dit Blad onder No. 8176. 7 76S6 40 CElVIliADU. Zich te vervoegen htj8206 10 J. BROEKMAN, Haarlemmerstraat 239 en B. H. JANSEN Az„ Stationsweg 55a, Leiden. AANLEG VOO li OncJergt toekende geeft hiermede kennis Uat hy sedort eenigo dag6n ecne flSnke WBBAStMjAATS heeft daargtsteld in de EEG, alwaar hy binnenkort ook het Kopcrs3efen en Braaien, alsmede het Vergulden, Bronzen, Vernikkelen, Verzilveren en herstellen van Gaskronen, Petroleumlampen, Mulshoudelijkc- en Euxe-Artikcien, hoopt te gaan uitvoeren, ten einde zich zyne kennis ook op dit gebied ten nutte te maken. 8187 40 Hoogachtend en aanbevelend, FABRIEK EN MAGAZIJN VAN 8185 36 OPGERICHT 18 12. met 2 jaar schriftelijke garantie, Aanbevelend, VAN 1> o m ra D U <0 -o ra M gereed zijnde, welke uitmunt in eene zeer groote en fijne collectie -h U Nouveauté's zeer geschikt voor Cadeaux, houdt onder- g S geteekende zich beleefd aanbevolen tot een bezoek. 00 5 Aanbevelend, 8186 64 UEd. Dw. Dienaar,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1896 | | pagina 10