werd gevoeld, hebben B. en "Ws. gemeend het best te doen in eens een flink cachot te doen bouwen en het tegenwoordige voor lflkenhuis in te richten. In het te bouwen cachot zullen dan drie afdeelingen komen, welke noodig worden geoordeeld, vooral ook met het oog op de a. s. Rynverbreeding, waardoor veel vreemd werkvolk hier zal konen. De gemeente heeft duidelijk doen zien een beter arrestanten- lokaal te willen en hierin wordt dus voorzien. De heer Van Dobben, die aanvankelijk tegen den betrekkeiyken begrootingspost was ge zind, is na de door den heer Overes gegeven toelichting, thans ook voor de totstandkoming van een nieuw gebouw. Hierna wordt de begrooting met algemeene stemmen aangenomen, alsmede de begrooting van het Burgerlijk "Wees- en Armhuis, aan wijzende in ontvangst en in uitgaaf een bedrag van f 2728. Alsnu komt weder in behandeling de ver laging der Hofbrug, waartoe in stemming wordt gebracht het advies van B. en "Ws. tot overdraging der brug aan het Ryk met het door de gemeente toegestaan bedrag min de kosten die reeds zijn gemaakt bij de ijzer gieteiy „de Prins van Oranje." De heer Bos vraagt den Voorzitter hoe het dan zal moeten indien het Rijk de brug over neemt, doch deze niet verlaagt, waarop de Voorzitter antwoordt dat dit dan een zaak van het Rijk is. De heer B03 vindt het wenschelijk een tijdsbepaling te maken binnen welken de verlaging most zijn geschied. De heer Los wil hierin voorzien door te bepalen dat de ƒ1500 zal worden gegeven bö of na de verlaging. De heer Kemink zegt het doel der leden te begrijpen; men wil een tijdsbepaling op nemen ter voorkoming dat het Rijk de ver daging op de lange baan schuive, en dit vindt &y gewensckt; dat de beraadslaging over de brug nu al zoo lang heeft geduurd is ook al de schuld der Regeering. De heer Van Dobben dringt mede sterk aan op opneming van een tijdsbepaling, omdat hij ook vreest dat het werk anders over zeer langen tijd zal geschieden. De Voorzitter wenscht dan te bepalen binnen de 2 jaren. Do heer Kemink acht dat weder te lang; de gelden staan reeds op de rijksbegroo'ing voor dit jaar, dus spreker vindt einde 1897 vol'osnde. Aldus wordt besloten en het voorstel van B. en W. na de aanvulling der tijdsbepaling aangenomen. De Voorzitter vraagt den raad machtiging aan B. en Ws. tot publieke aanbesteding over te gaan van den verbouw van het post- en "'iKT lm eV an" Dob oen" zegt niet voor publiek to zpn; hij wenscht liever dit werk aan de ingezetenen te geven. De beer Bos acht dit ook beter, doch zou een beperkte publieke aanbesteding willen en wel alleen voor de ingezetenen van Alfen, Oudshoorn en Aarlanderveen, iets waarmede ook de heeren Van Abshoven en Streng hun i i&temming betuigen. De heer Overes bestrijdt dit gevoelen; de ondervinding beeft hem geleerd, vooral bij de aanbesteding van het gymnastiek-gebouw, dat publieke aanbesteding voordeeligor is. Bij onderhandsche aanbesteding kunnen de in schrijvers vooraf afspraken maken. Bovendien indien de inwoners by de aanbesteding slechts f 50 a f 100 boven den laagsten inschrijver cijn, kan men het toch altyd den inwoner gunnen. De heer Bos zegt, dat, wanneer by beperkte publieke aanbesteding de laagste inschrijver by do begrooting der kosten is, dit z. i. vol doende is en men dan niet bevreesd behoeft te zyn voor voorafgemaakte afspraken. Da heer Van Dobben vindt de bepaling niet nobel aan de ingezetenen by voorkeur de gunning te geven. Wil men publieke aanbe steding, dan geve men ook don laagsten inschryver het werk, indien ten minste tegen hem geen overwegende bezwaren zyn. Ook de Voorzitter zou nimmer willen mede werken om by publieke aanbestediog het werk aan don laagsten inschryver niet te guunen zonder redenen. Na nog e nige discussie wordt bepaald dat de aanbesteding zal plaats hebben onder de ingezetenen van Alfen, Oudshoorn en Aarlan derveen. Daarna komt in behandeling een aanvraag der heeren Ganverit en De K&nter, inge nieurs te Amsterdam, om voorloopige concessie tot den aanleg en exploitatie van een telephoon- 'net, en wordt, na een lange discussie over de bedoeliog van het adres, besloten die voor loopige concessie te verleenen voor den tyd van 6 maanden. Alsnu gaat de vergadering over in een geslot n vergadering ter vaststelling van het suppletoir kohi.r van den hoofdeiyken omslag, waarin, niets meer ter behandeling zynde, do vergadering wordt gesloten. KOLONIËN. BATAVIA, 16 19 Sept. (Fransche mail.) Do directeur van 's Lands plantentuin te Buitenzorg gaat voor zes a zeven weken een reis doen ovor Java in het belang der cultures. Naar wij vernemen, heeft de heer Kruys- boom, secretaiis van Bezoeki, wegens ziekte een tweejarig verlof naar Europa aangevraagd. (B.-N.) De civiel geneesheer te Tjiandjoer J. L. G. Lo *Rütte heeft eervol ontslag uit 's lands dienst gevraagd. De luitenant-kolonel J. F. Breyer is geplaatst te Padang Pandjang als pl. com mandant. (B.-N.) Door den luit. ter zee 2de kl. Hummel is volgens de „Soerab. Crt." non-activiteit aangevraagd voor den tyd van een of twee jaren, met het oog op zyn benoeming tot adjunct-inspecteur van de Koninklyke Pakket vaart My., waar hy den heer Visman als inspecteur zal vervangen, wanneer dezo na beëindiging van zyn contract voorgoed repa trieert. Met de Hollandsche mail is naar Neder land vertrokken de gepensionneerde hoofd ingenieur J. W. IJzerman, die zich in Indië den naam heeft verworven van een bekwaam en doortastend man en ten aanzien van den aanleg van Staatsspoorwegen ter Sumatra's Westkust en de exploitatie van het Ombiliën- kolenveld byzonder groote verdiensten heeft, welke de minister Van Dedem dan ook byzonder hoog meende te mo9ten beloonen. J.-B Naar wy vernemen, zyn voorgedragen tot lsten commies op het bureau van den Gouverneur van Atjeh en onderboorigheden de ambtenaar op wachtgeld Scbeffer, laatst lste commies by de Algemeene Rekenkamer en de 3de commies op dat gewestelyk bureau Van den Houten. (B.-N.) Over den terugkeer der troepen van Atjeh te Semarang schryft de „Sein. Ct." het vol gende: Alhier arriveerde het nog resteerende gedeelte van het 5de bat. infanterie bestaande uit één inl. compagnie, waarbij slechts een officier een kapitein was ingedeeld. De compagnie, die de vorige week hier aan kwam, was met het vaandel aan de Kali Baroe om de kameraden in te halen. Da resident, vele hoofd- en subalterne offi cieren waren mede ter plaatse om de troepen te verwelkomen, terwyi het publiek ditmaal weinig belangstelling toonde. Het laatste moot toegeschreven worden aan het zeer ongeschikte uur van aankomst. Nadat de troepen aan wal gestapt en opge steld waren, worden zy door den luitenant kolonel Segboer en den resident harteiyk toe gesproken en verwelkomd. Lieve jonge dames vereerden de mannen met bouquotjes, waarna de tro?pen naar hun kwartieren terugkeeren. Natuurlijk ontbrak de schuttery-muziek met, die door het spelen van vroolyke marsc-hen een ieder in een prettige stemming hield. Ditmaal waren ook ter debarkementsplaats aanwezig een paar wagens van het Roode Kruis, waarmede eenige minder goed ter been zynde mannen werden huiswaarts gebracht. Thans zyn dus de voor Semarang bestemde troepen van Atjeh terug. Naar wy vernemen is men druk bezig met het 5de bat. weder voltallig te maken. Dit bataljon zal nu op ao öcertn.o (jowactii «viuoh, uy uu formatie voorgeschreven. ATJEH. In de „Jav. Ct." leest men: Omtrent den tocht naar Selimoon wordt nader het volgende vernomen: In het bivak te Sihon meldde zich aan Toekoe Daoed van Selimoon. Ten gevolge van oen des nachts ontstaan loos alarm werd een ziekenoppasser door een bajonetsteek niet levensgevaarlijk gewond. Den 7den Sept. werd opgerukt naar Selimoen, waarheen Toekoe Daoed de colonne vergezelde. Te 7 uren 's voormiddags werd afgemarcheerd en te 4 uren 's namiddags Pasar Selimoen bereikt, terwyi onderweg een oponthoud werd onder vonden van 21/, uur by hot overtrekken van de Kroeng Kemiroe. Tot Kemiroe viel geen schot, doch van daar tot Selimoen werd voort durend vuur op de rechterflank ontvangen. Door de cavalerie werd een kleine bende Atj-hers verjaagd, waarby de luitonant Happó door een klewanghouw licht gewond, en een cavalerist niet levensgovaarlyk gewond werd, terwyl de vyand vier lykeu in onze handen liet. De nacht ging rustig voorby. Op ontvangen bericht, dat alle voorname vyandelijke hoofden waren toruggetrokken naar Reung-Reung, werd den Ssten daarheen opge rukt met vier compagnieën infanterie en twoe pelotons cavalerie, terwyl Tookoe Brahim, zoon van Toekoe DaoeJ, do coloine als gids ver gezelde. Op het gebied van Selimoen vielen enkele schoten, op dat van Reung-Reung daarentegen geen enkel schot. Dj colonne rukte door naar Mesdjid Reung Reung, dat te 12'/4 uur bereikt werd, en waar, na oproeping, zich meldden do Toengkoe Mesdjid en het kamponghoofd; de Imam van Reung- Reung was reeds opweg naar Selimoen. To 2 uren 's namiddags werd de tcrugmarsch aan vaard en zonder dat een schot was gevallen, kwam de colonne te kwart voor zes te Seli moen terug. InmiJdels was van het bivak uit het terrein opgenomen onder dekking van één compagnie infanterie, waarby een inlandsch fuselier en een dwangarbeider licht gewon! waren ge raakt. Te Selimoen verschenen de Imam van Reung-Reung en enkele hoofden van Djanthoi; het hoofd van Lamkabir was er reeds geweest. De nacht ging rustig voorby. Naar aanlei .ing ,van het te Reung-Reung vernomen bericht dat do pretendent-sultan naar Pedir vertrokken en Panglima Polim to Lepong Bajoe zoude zijn, werd den 9den te 8 uren v.ra. met vier compagnieën infanterie, een peloton cavalerie en een sectie genietroep.n uitgerukt. De co lonne kreeg vuur uit L^poDg B joe by het d6boucheeren op de sawah bc-zuiden de Kroeng Lamkabir. Dj vyand vluchte uit Lepong Bajo1, welke kampong daarna met kampong Ajoen werd verbrand, waarby nog enkele schoten vielen. Vervolgens zoude doorgenikt worden naar kampong Lamkabir, doch onderweg meldde zich aan Toekoe Nja Doellah, wali van den wakil Imam, Toekoe Daoed Lamó. (De Imam zelf is 10 jaar oud en draagt den naam van T. Daoed). Een dertigtal vyanden, met achterlaadgeweren gewapend, trachtten hom te vervolgen, doch een door 2 inlandsche compagnieën ondernomen tegenaanval ha l ten gevolge, dat de vyand overhaast vluchtte, een gesneuvelden Peridees in onze handen achter latende; onzerzyds werd Jicht gewond de lste luitenant Ten Seldam. Te halfvier was de colonne in het bivak terug. In het bivak kwamen de hoofden van Selimoen, Reung Rsung, Djantboi en Lam kabir, die mededeelden, dat de colonne in ge vecht was geweest met volk van Panglima Polim Habib Samalanga en Toekoe Pantei Radja. Den 10de werd des voormiddags te half zeven van Selimoen afgemarcheerd langs den rechteroever der Atjeh-rivier over Tanah Abee, Gleiëng en Ajer Alang, waar de rivier overgetrokken werd om naar Sihon te raar- cheeren, dat to 3'/4 uur bereikt werd. Van Aer Tanah Abee af was de colonne voortdurend in vuurgevecht geweest, waardoor een Euro- peesch fuselier niet levensgevaarlyk werd gewond en het paard van den majoor Bakkers sneuvelde, terwyl een zevental vyanden werd neergeschoten. De hoofden uit de bezochte streek vergezelden de terugkeerende colonne naar Kótta-Radja. Sedert 7 Sept. is een aanvang gemaakt met het overbrengen der barakken voor het kampement op de Blang Bintang. Den eersten dag werden de dekkingtroepen op grooten afstand van den kant van het gebergte licht beschoten, doch de volgende dagen geschiedde dit niet meer; de werkzaamheden vorder den goed. Do kampongs tusschen Tjot Rang en Tjot Mantjang zyn alia weder bewoond. Van het bivak te Lokuga uit wordt aanhoudend gepatrouilleerd in de IV Moekims, ook in het terrein bezuiden Kroeng Raha. De bevolking keert in grooten getale terug Opgevat werden drie aanhangers van T. Oemar en ingeleverd vier achterlaadge weren met ruim 65 patronen en twee voor- laadgeweren. Van het bivak Samahani uit worden dageiyks colones uitgezonden tot opsporing van wapenen. Vyf dezer werd van daaruit eene excursie gemaakt naar Mampreb, waarby onze troepen vry hevig uit het ge bergte worden beschoten. Den volgenden dag werd, by een tocht naar het heuvelterrein by Tjot Basatoel, de korporaal Rietbergen alg. st. no. 30372 niet levensgevaarlyk gewond. Acht dezer werden Lambari en Lamkrak doorzocht, waar de bevolking teruggekeerd was. Op dezen tocht wer.den eenige voorlaadgeweren buitge maakt. In de kampongs om het bivak keert de bevolking terug. Da gezondheidstoestand is goed, de weers- goatGiuuoia- \r1vv5 ~t/" den llden wat regen viel. De geest onder de troepen is uitmuntend. Over Toekoe Baid schryft de Atjeh-corres pondent van de „Sum. Ct." het volgende: Wat my aangaat, ik geloof dat men Baid hier eenvoudig bij zyn vaderen had moeten verzamelen, op welke wyze dan ook; maar de strop komt Lem m. i. van rechtswege toe. Wel is waar heeft hy zich zoogenaamd vry willig by ons aangemeld, namely k toen hij tot het inzicht was gekomen dat hy de ver liezende party was en dat zyn eenig behoud hierin kon bestaan, om, speculeerende op onze meegaandheid, 'zich op zyn manier vrijwillig in onze handen te stellen. Op het punt van meegaandheid kent hy ons door en door, anders zou by ons wel op een afstand hebben ge laten; doch het is te hopan, dat by zich nu eens leeiyk vergist moge hebben, hoewel hem het hoofd nog niet voor de voeten is gelegd. Wat ik daar schryf is niet bar, is niet eens onredeiyk, in 't geheel niet, want Baid is een verrader door merg en been. Reeds tydens Van der Heyden, in het laatst van 1878, toen ons mes hem zeer naby de keel stond en hy vol vrees was voor het verlies van zijn gezag en have en goed in de XXII Moekims, speciaal in de VII Moekims Baid, onderwierp by zich, plechtig trouw zwerende aan het Gouvernement; doch ongeveer zeven maanden daarna pleegde hy verraad door met den vyand to heulen. Hy kon echter zyn valsche trojven toen niet geheel uitspelen, omdat generaal Va der Heyden hem plotseling over viel, gevangennsm en ter beschikking stelde van den gouverneur-generaal Van Lansberge, dia hem in ballingschap naar Banda zond. Door bemiddeling van generaal Demmeni keerde hy van daar in genade terug en her kreeg Baid met een ruim inkomeu uit 's lands kas zyn gezag. Het ovorige ligt nog versch in het geheugen van allen, die de Atjeh- geschiedenis van den dag kennenBaid was en bleef onbetrouwbaar, doch genoot zyn trak tement en heulde met Kt mala en de Oelama's, totdat Toekoe Djohan alias Oemar ons diens bekende kool stoofde en hy met pak en zak openlyk naar den vyand overliep, zich ver sterkte en tegen ons te velde trok. Ik vraag u in gemoide of zoo'n kerel ryp is voor de galg al dan niet; doch ik zeg, dat een kogel te eervol, te goed voor hem is, en dat do hem wellicht toegedachte verbanning slechts een maatregel kan zyn, welke door politieke overwegingen aan de band wordt gedaan. Er is dan ook wel iets voor te zeggen, dunkt my, dat men Baid's deelgenoot in het verraad van een vry willige aanmelding niet moet afkeerig maken. Door den gouverneur-generaal van Ned.-Indië zijn de volgende beschikkingen genomen: CIVIEL DEPARTEMENT. Verleend: Met in gang van 3 October 1896, wegens ziekte, een tweejarig verlof naar Europa, aan den secretaris der residentie Besoeki G. L 11. Kruijsboom. Bepaald: Dat de ambtenaar op non-activiteit B. J. J. A. Deschaux, tor beschikking blijft van den voorzitter van don Landraad dor stad on voor steden van Batavia totdat voorzien zal zijn in de door het overlijden van den titularis G. H. C. Flultman opengevallen betrekking van griffier bij genoemde rechtbank en do benoomde zijn be trekking zal hebben aanvaard. In de residentie Palembang. Verplaatst: Van de afdeeling TebingTinggi naar de onderafdeeling Ogan Oeloe en Enim ter beschikking van den controleur aldaar, de aspirant controleur 1). J. Cramer Nzn.; van de onderafdeeling Moesi Oeloe naar do af deeling Tebing Tinggi, ter beschikking van den assistent resident aldaar, de ambtenaar voor den burgerlijken dienst E. Perelaer. Bij den post- en telegraafdienst. Benoemd: Tot commies3de klasse en geplaatst te Soerabai» J. W. Dammerboer, ambtenaar op wachtgeld, laatst die betrekking bekleed hebbende. Ontslagen: Eervol uit 's lands dienst, de gewezen klerk bij den ontvanger der in- en uit voerrechten en neerjnzen te Japara W. G. Van Thiol; op verzoek, eervol uit 'slands dienst, de gewezen waarnemende lste klerk op het resi dentiekantoor te Pasooroean G. L. Calbo. T ij d e 1 ij kGesteld ter beschikking van den directeur van onderwijs, eeredienst en nijverheid, ten einde bij do afdeeling mijnwezen van hot depar tement te worden werkzaam gesteld, de ambtenaar op non-activiteit J. K. H. De Roo van Alderwerelt, laatst hoofdcommies bij genoemd departement. Bij den Waterstaat en 's lands B. O. W. Bepaald: Dat de opzichter lste kl. P. J. Van der Ham in de rosidentie Proanger-Regentscbappen geplaatst blijft. Overgeplaatst: Van de residentio Bagelen naar de residentie Banjoema9, de opzichter 2ao kl. F. H. Cordesiu8. Toegevoegd: Aan don chef der 2de water- staatsafa. voor de opnemingen en werken in het belang van een verbeterden waterafvoer in Znid- Bagelen, de opzichter der 2de kl A. G. Den Hartog. Bij de exploitatie der Staatsspoorwegen op Java. Benoemd: Tot onderopzichtor 2de kl. de tijdelijk onderopzichter 2de kl H. J. A. E Oudhoff. Benoemd: tot tijdelijk hoofdopzichter bij de werken en opnemingen aan de rivier de Solo, de tijdelijke opzichter B. J. Fiedeldy. Bij den zoutaanmaak in de residentie Madoera. Benoemd: tot zouthoofddepotpakhuismeester te Sarokka, Nembakar en Pinggirpapas, do opzich ter lste kl. te liagoong, afd. Sampang D. A. Turpijn; tot opzichter lste kl te Ragoong, de opzichter 2de kl. te Tjapak en Mangoonan, afd. Pamekasan, W. H. Reus. Ingetrokken- op verzoek, het besluit van 4 September 1896 No. 22 waarbij de ambtenaar W. P. A. Jacobsz Rosier tijdelijk ter beschikking is gesteld van den voorzitter van den landraad te Probolinggo, ten einde te worden belast met griffiers^ erkzaambeden bi] die rechtbank. Gesteld: voor den tijd zes maanden of zoo veel korter als zal blijken voldoende te zijn, ter beschikking van den voorzitter van den landraad te Probolinggo, ten einde to worden belast met griffierswerkzaamboden bij die rechtbank, de klerk ter griffie van de landraden te Meester Cornells en Tangorang P. F. Bloem, laat9t ambtenaar ter beschikking van den voorzitter van den landraad te Brebes. Verlengd: met drie maanden of zooveel kor ter als zal blijken voldoende te zijn, de termijn van drie maanden, waarvoor de ambtenaar A. M. Scheerder ter beschikking 19 gesteld van den president van den Raad van Justitie te Soerabaia, om te worden belast met het ordenen van een gedeelte van het archief van genoemde rechtbank. DEPARTEMENT VAN OORLOG. Overge plaatst: Bij het G.-B. van sub. westk., de luit.- kol. bij het 9de bat. inf. (Atjeh) J. F. T. Veeren; bii do troepenmacht in Atjeh t-.n.i. do majoor •"j u a I.. Wickers; bij het 16de bat. inf, de luit-kol. bij" het sub.- kadei te Batavia J. F. Breijer; bij het 2de bat. inf., do kapt. bij het commando der iDf. te Magelang D. M. Vis; naar Magelang als adjt.van den commandt. der inf. aldaar, de lste luit.-aujt. van den civ. en milit. gouv van Atjeh en onderb. F. J. Kroesen; bij de 5de comp. art. (2de bergbatterij) te Salatiga, do lste luit. onderconstructeur bij den art.-con structiewinkel Th. G. P. A. Boom; als onderconductcur bij den art-constrnctie- winkel, de lste luit. 5de comp. art. (bergbatterij) Salatiga J. F. C. Deibert; naar de 4do comp. art. (4de bergbatterij) te Kotta- Radja, de lste luit. 10de comp. art. (3de veld- batterij) te Willem I J. De Boer. Verleend. Een maand verlof naar Soeka- boemi en Garoet, wegens ziekte, aan den kapt.- kwartmr. geëv. van Atjeh naar Batavia A. G. Kempees. Geplaatst: Bij het corps genietroepen te Magelang, de lste luit. der genie op non activiteit, gesteld in commissie Ch. F. De Rochemont bij den gew. en plaats, geüiedienst van Amboina en Ternate, teWahaai, de lste luit. der genie op non activiteit, gesteld in commissie G P. J, Caspersz. DEPARTEMENT VAN OORLOG. Bevorderd: Tot kapitein bij het wapen der infanterie, de lste luitenants F. W. J. Kuypers, II. Kist en R. B. M. De Wijs, met bepaling dat de kapt. Kuypers en R. B. M. Do Wijs. ook in hun nieuwen rang in hun tegen woordige betrekking respectievelijk van adjudant van f garnizoensbataljon van Amboina en Ter nate" en van adjudant in het militair commande- ment van Colebes, Menado en Timor zullen go- plaatst en laatstgenoemde „a la suite" van zijn wapen zal gevoerd blijven. Van Atjeh afgelost, de kapt. der inf. P. A. Berg; de lste luit.-adj. der inf. H. A. Harms; de lste luit.-adj. dor inf., W. Bekker; de lste luit. inf., C. J Van Kaknm, de lsto luit. inf., T. J. Baor- veldt; de ofl'. van gez. lste kl., dr. R. F. J. Wijckerlield Bisdom; de off. van gez. lste kl., dt. T. S. Van llettinga Tromp; de off. van gez. lste klD. Wafelbakker; de off van gez. 2de kl. J. M. Nauta; de milit. paardenarts 2de kl., 11. J. Tromp de Haas. Geuoemdo officieren zullen do bestemming vol gen, die hun door hun dienstcbefs zal worden aan gewezen. Ingetrokken: De overplaatsing als postcom- mandant te Singtang van den kapt. bij hetgarn.- bat. te Pontianak P. J. F. A. Battaerd; de overplaatsing bij het garn.-bat, der West.-afd. v. Borneo en overgeplaatst bij bet lste recruten- bat. de kapt. van bet 2de bat. inf. J. M. A. Ter Beek. Geplaatst: Bij aankomst bij het garn.-bat. der W. afd. van Borneo, als postcommandant te Sintang, de kapt. der inf., van verlof uit Neder land terugverwacht, C. J. Van Griethuijzen. Overgeplaatst: Bij bet 18de bat. inf. de lst« luit. bij bet garu.-bat van Atjeh en Onderb., geëv. naar Batavia, Tb. Kctien. Verleend' Een maand verlof naar Fort-De Koek en Padang wegens ziekte, aan den lsten luit.- adj. der inf. te Padang Jbr. J. C. C Sandborg. Verlengd: Met een maand bet tot herstel van gezondheid verleend verlof naar Sindanglaia en Garoet, van den lsten luit. der inf., geëv. van Atjeh naar Batavia, W. K. J. Stoop, en dat naar Djokjakarta, van den kapitein der infanterie te Soerabaia H. Gout. Verleend: Twee maanden verlof naar Sooka- bocmi en Garoet, wegens ziekte, aan den off. van gez. 2de kl., geëv. van Atjeh naar Batavia, K. M. Haagmans. DEPARTEMENT VAN MARINE. Overge plaatst: V an H. M. „Gedeh" naar H. M. „Bromo" als commandant van de „Cerberus", de luit. ter zee lste lcl. J. J. W. II. Van Toorn; van H. M. „Bromo" naar H. M. „Gedeh" en gedotacheerd bij de lste afdeeling bij bet depar tement, de luit. ter zee lste kl. G. F. J. Gobius; van H. M. „Mernpi" naar H. M. „Gedeh" de officier-machinist der 9de klasse S. Taaie Vergund: Om wegens langdurig verblijf te repatrieeren, den luit. t. zee lsto kl. C. A. Dominions 1 i^Lyp' om wegens ziekte naar Nederland terug te keeren, don kapitoin-luitenant-ter-zee J. H. Strootman. G-m.enofd Nieuws# Een passagier, die zich bevond in den treio, welke omstreeks kwartier voor vyven hier uit Den Haag aankomt, maakte het zyn mede-reizigers 3de klasse gister namiddag aoo lastig, dat het door den hoofd conducteur word noodig geacht hem uit den trein te verwyderen en de verdere reis naar Amsterdam niet te doen medemaken. Dat was echter gemakkeiyker voorgenomen dan ten uitvoer gebracht, want het behaagde den man in quaestie niet zelf, daaraan zyne goedkeuring te hechten, ook al was de stations chef het- men den conducteur volkomen eens. Niet minder dan zes man, bohoorende tot het atationspereoneel, waren er noodig om don bewusten passagier, die in niet al te nuchteren toestand verkeerde en zich als een woesteling aanstelde, uit den waggon te krygen. Twee agenten kwamen er ook by te pas, die het eveneens hard te verantwoorden hadden om hem vervolgens, nadat hem eindely c, niettegenstaande zyn byten en trappen, oe armbanden waren aangedaan, naar het com missariaat over te brengen. Op de Steenstraat werd de8jar|ige Mina K. door een wielryder, by het uitwyken voor een troep infanterie, aangereden. Het kind viel en bekwam daardoor een onbe duidend wondje aan het oor; overigens liep het ongeval goed af. By den heer J. Van der Plas, Zo e- terwoudsche Singel No. 85 over Musis staat in den tuin een zure-appelboom in den bloei met bloemen alsof wy ons in de Meimaand bevonden. Onder de schapen van een land- bouwer te Voorschoten is het bestaan van schurft geconstateerd. Dronkenmanstooneel. Geheel Voorburg werd gisteravond in rep en roer gebracht door een menigte beschonken per sonen, allen werklui van eenige bouwers aan de Koninginnelaan in die gemeente, die hun huizen onder kap gebracht en nu hun werk volk op 't zoogenaamde „pannenbier" onthaald hadden, aldus meldt men aan 't „Haagsche Dagblad." Het bier wae intusschen zoo krachtig, dat byna geen van het werkvolk nuchter naar huis ging. Eenige voorbygangers werden op den straat weg aangehouden, waaronder een militair wiens kwartiermuts werd afgenomen en dio zich slechts door krachtig verzet uit de handen der losbandige menigte wist te redden. De politie, inmiddels ter hulp gekomen, mo?st één der luitjes, wiens gezicht stuk geslagen was, bloedend per wagen naar z<jn woning brengen, zonder dat hy tot zyn ver stand te krygen was. Anderen moesten door meer nuchtere of beter, minder beschonken kameraden naar huis geleid worden. 't Geheel leverde een walgiyk schouw spel op. De Haagsche rechtbank heeft in eenige onteigenings-procedures betreffend© gronden benoodigd voor de Laakhaven uit spraak gedaan en schadeloosstellingen toege wezen, waarvan het bedrag soms aanzieniyk lager is dan oorspronkelyk door de eigenaars was gevraagd. O. a. werd een terrein, dat buiten proces voor f 250,000 was aangeboden, by rechter-- lyke uitspraak vastgesteld op een waarde van f 72,000 of f 21,000 hooger dan 't vanwege de gemeente was geschat, terwyl de f 3 per centiare, waarvoor de bezitter een stukje grond uit handen wilde geven, was gebracht op f 0.20 de centiare. In een der laatste nachten is in eene villa aan den Van-Stolk-weg, in do Scheveningsche boschjes, een brutale inbraak gepleegd. De dader of dieven hebben zich ooor het openschuiven van het keukenraam toegang verschaft tot de woning *n in de salons gestolen uit een dames scbry 'tafel f 80 aan geld, uit verschillende kasten onderschei dene zilveren voorwerpen, benevens uit den sigarenkoker van den bewoner... één sigaar. Do bewoners, die hun slaapkamers op do bovenverdieping hebben, hoorden van het nachtelyk bezoek niets. By breed gemotiveerde sententie beeft het Hoog Militair Gerechtshof, in af- wyking van pleidooi en requisitoir van den heer advocaat fiscaal voor Harer Majesteits zee- en landmacht bevestigd een vonnis van den Krijgsraad te 's-Gravenhage, waarvan de advocaat fhcaal hooger beroep had aan- geteekend. Het hof heeft, op grond van een aantal wetsbepalingen en beschouwingen nu in hoog ste instantie beslist, dat een gegradueerde van het Reservekader buiten dienst, als burger gekleed, niet is te beschouwen als een meerdere in rang tegen wien een daad van insubordinatie wordt gepleegd, doch dat het slaan van een zoodanigen door een minder militair als gewone mishandeling moet worden gostraft, gelijk de krygsraad had uitgemaakt. Dezer dagen deelde de „N. R. C." mee, dat een jongen in Rotterdam vermist werd, en dat hy waarschijnlijk met een vriend een snoepreisje was gaan maken. Dit ver moeden is juist gebit ken. Gisteren kreeg de vader van een hunner een brief uit Antwerpen van zyn zoon, die vroeg om toezending van geld en papieren. Zyn makker en hy wenschten liever weg te blyven, dan te Rotterdam weer naar school te gaan. Waarsenyniyk echter zullen beide jongens nu vandaag of morgen wel weer te Rotterdam worden gebracht,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1896 | | pagina 2