N°. 11231. Maandag 5 October. a°. isec (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van <§pn- en feestdagen, uitgegeven Dit nommer bestaat nit DRIE Bladen. Leiden, 3 October. Feuilleton. De leerling van den onden detective. IEIDSCH DA&BLAD. PRIJS DEZEB COUKANT: Voor Leidea per 3 maanden. i 1.10. Franco per post .....Si......,., 1.40. Afzonderluke Nommer»o 05. FRLTS DER ADVERTENTIËN: Van 1 0 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17}. Grootefb letters naar plaatsruimte. Yoor het incasseeren buiten de stad Wor^1 r 0.05 hr—•-* Eerste Blad. Officiëele KeuaisgeTlngen* Loling voor de Nationale Militie* Burgemeester en Wethouders Tan Leiden, Gezien hot beelnit Tan den heer Commissaris der Koningin in de provincie Znid-Hollanó, van den lSden September 1896, A. No. 2424 (2de afd.), Provinciaal blad No. 64, houdende regeling van de loting voor de Nationale Militie; Gelet op de bepalingen der wet van den 19den Auguetne 1861 (8taateblad No. 72), gewgzlgd by de Vfet van den 4den April 1892 (Bta&teblad No. 66), alsook op die van het Koninklijk besluit van den toten Mei 1862 (Staatsblad No. 46), gewijzigd by het Koninklijk beeloit van den 22eten Jali 1892 (Staatsblad No. 179); Brengen ter kennis van de belanghebbenden: dat de loting der lo dit jaar voor de liehtiDg van 1897 binnen deze gemeente voor de Nationale Militie ingeschrevenen, en alzoo voor hc-n die geboren zyn in het jaar 1877, zal geschieden in een der vertrekkoD Van bet Raadhuis alhier, en wel: op Donderdag den 8aten October 1896, V©or de ingeechrevenen, wier geslachtsnamen, naar artphabetieohe volgorde, beginnen met de lettors A, B, G, D, E, F, G en H tot en met J. F. YAN HOEKEN; op Vrijdag den 9den October 1896, Voor de ing06chrovencn, wier geslaobtenamen, naar gemelde volgorde, beginnen met de lottere H van af D. HOFKES, I, J, K, L, M, N, O en P tot en met N. J. PLUG; en ojj Zaterdag den lOdon Ootober 1896, 'voor de ingeschrevenen, wier geslachtsnamen, naar ,<Jie zelfde volgorde, beginnen met de letters P van af W. POELIEJOE, Q, R, 8, T, Y, W, X, YenZ; telken dage aanvangende des morgen i te halftien; voorts, dat, gelijk by art. 83 der wet is bepaald, Voor den ingeschrevene, die niet is opgekomen, het Dommor kan getrokken worden door zijn vader, moeder of voogd, terwijl, ie ook deze Diet opgekomen, alsdan het trekken gesohiedt door den Burgemeester of het lid van den Baad der gemeente waar de loteliog is ingoacbroven; dar, ingevolge art. 84, de opgekomen ingesohrevene, dadelijk na het trekken van zyn nommer, de redenen van vrystelliDg opgeeft, die hy meent te hebben, zullende eebtor het opgeven van deze redenen door zijn vader, moeder of voogd kannen geschieden, zoo dezu tegenwoordig en de ingeeobrevene niet opge komen ie; wijdere, dat tot bet opmaken der getnigsobriften, vermeld by art. 68, tot het bekomen van vrijstelling wegene broederdienst of op grond van te zyii eenige wettige zoon (welke getuigechrifven worden afgegeven op do getuigenis van twee by den burgemeester be kende en te goeder naam en faam siaaode inge zetenen, die zich ieder voor de waarheid van het daarbij verklaarde, door mede-onderteekoning, ver antwoordelijk atollen), de gelegenheid bestaat ter Secretarie dezer gemeente, in de we6k van Maandag 26 tot en met Zaterdag 81 Ootober aanstaande, van des voormiddag» tien tot des namiddags twee uren. Burgemeester en Wethouders voomoomd, Leiden, H. O. JUTA, Weth., lo.-Burgemeester. 26 Sept. 1896. E. KIST, Seoretaria. Burg. en Wethe. van Li's&t makeD bekend dat de loting voor de nationale militie aal gehouden worden te Sassenheim op Woenad&g 14 Ootober a. e., des voor middags te lis/* nnr, en dat op Donderdag 16 October d. a. v., des middags te 12 uren, ter Ge meente Secretarie de getuigschriften kunnon worden aangevraagd, tor bekoming van vrijstelling wegene broederdienst of als eeDÏge wettige zoon. Gelyk dezer dagen in ons blad werd aan gekondigd, bestaat het voornemen by vol doende deelneming dezen winter in „Zomer- zorg" vyf concerten te doen geven door hot strykorkest van het gemeenteiyk muziekcorps van Haarlem onder directie van den heer Oh. P. W. Kriens. Dat corps heeft zoowel elders als hier, by de vroeger gegeven harmonie-concerten, een uitmuntenden naam verworven, zoodat op het bovenvermelde plan niet anders dan met volle instemming de aandacht kan worden gevestigd. Bovendien zyn de pryzen zeer billyk, zelfs laag gesteld, zoodat geen enkele muzieklief hebber zich behoeft te laten weerhouden zoo spoedig mogeiyk eene voldoende deelneming te verzekeren. Het zou bepaald jammer zyn als het voor nemen tot de vrome wenschen moest blyven behooren! De Staatscourant van heden bevat de statuten der naamlooze vennootschap „Kat wyksche Stoombootonderneming," te Leiden. Duur der vennootschap is 24 jaar; kapitaal f 15,000, verdeeld in 30 aandeelen van 500, waarvan geplaatst zyn 16 aandeelen. Directeur is de heer W. Biersteker en com missarissen C. M. Van Sillevoldt, te Oogst- geest en A. H. Dros, te Leiden. Het doel der vennootschap is het uitoefenen van eene stoombootvaart tusschen Leiden en Katwyk aan Zee, en tusschengelegene plaatsen, tot vervoer van personen en vrachtgoederen en hetgeen daartoe behoort in den uitgebreid- sten zin. De „Kölnische Zeitung" maakt heden van het onder het „Persoverzicht" vermelde denk beeld van prof. Schlegel omtrent Formosa gewag. Het heeft, zegt zy, onder de vele vreesproducten, die de angst voor het „gele gevaar" gebaard heeft, zeker de verdienste der nieuwheid en van een ontwakend bewust- zyn van kracht, maar het maakt toch op haar den indruk van eene politieke scherts, die in de hondsdagen tehuis behoorde. In Duitsch- land, zegt het blad, zou men Formosa zeker liever aan Nederland gunnen dan aan den Aziaat, maar de mogendheden hadden goede gronden, om van den Japanschen zegebuit slechts Liaotoeng en niet ook Formosa af te nemen. En deze gronden, meent het blad, bestaan nog en hebben nog aan kracht ge wonnen. Het Haagsche Dagblad" geeft heden ook repliek aan „Het Vaderland." Daarin merkt het „Dagblad" o. a. aan, dat een defensieve staatkunde wel eens een offensieven oorlog voorschryft. „Men bevordert niet zelden den vrede, het meest door op het rechte tydstip oorlog te voeren." Het „Dagblad" blyft van oordeel, dat men verstandig doet met zich voor te bereiden op eene „worsteling, die in de toekomst onver- mydelyk is, doch die wellicht door ons uitge lokt kan worden op een oogenblik, dat het voor ons het best is en dan in vereeniging, met andere Staten, die ook bedreigd worden." Als bet „Vad." afkeurt, dat het „Dagblad" met instemming stukken opneemt, waarin wordt aangezet tot een stryd tegen een „bevriende" Mogendheid, dan antwoordt het „Dagblad": „Als men echter zoo iets onbebooriyk vindt, wat zegt men dan wel van de Engelsche en Russische bladen, die, ondanks het „bevriend" zyn van de beide Staten, zich terecht niet ont zien openlyk te spreken over den eveneens historisch onverroydelyken stryd, die eenmaal in Azië tusschen hen moet uitbreken en In Europa kan ontstaan. Wy zyn geen chauvi nisten en wenschen evenmin de welvaart van het Ryk te benadeelen coor bet voeren van eene dwaze staatkunde. Het eenige, wat wy hebben willen doen, is wyzen op wat de toe komst moet baren, en tevens aansporen om gereed te zyn op het kritieke oogenblik." Over het denkbeeld van prof. Schlegel, dat wy Formosa aan Japan moesten helpen ont weldigen, zwygt het „Dagblad," maar verdedigt het denkbeeld om Spanje in het dempen van den opstand op de Philippynen door Nederland te doen helpen. „Het publiek," zoo besluit het Dagblad, „rilt by de gedachte aan oorlog, opstand, militaire kosten, e lutti quanti) maar gelukkig wordt onze staatkunde ook niet door „het publiek" geleid. Moet het oordeel van „het publiek" in diplomatieke quaesties, waarvan het uit den aard der zaak niet op de hoogte kan zyn, den doorslag geven? Ons komt dit, in tegenstelling van „Het Vaderland," bedenkeiyk voor." Men schryft ons uit ZwammerdamDeze week vergaderden de leden en begunstigers der alhier gevestigde „Onderstandskas". Alhoe wel geen rekening en verantwoording van den penningmeester te verwachten was, gaf hy toch eenige inlichtingen omtrent den staat der kas. Deze waren zeer bemoedigend. Ver schillende leden werden tydens hun ziekte uit deze kas door een flinke uitkeering onder steund, terwyl nog f 160 rentegevend belegd is. Achl dat alle vooroordeel moge verdwijnen, alle kleingeestigheid wyken, en men de banden ineensla, om den werkman in dit loffeiyk streven te helpen, hem ten goede, den patroon tot eerel Gedurende de maand September werd aan het postkantoor te Bodegraven in de Spaarbank ingelegd f 2,976 25 en terugbetaald f 558.50, terwyl het laatst uitgegeven boekje het No. 456 draagt. Te Bodegraven hoeft zich, op initiatief van den burgemeester, den heer Le Coultro, eene commissie gevormd tot het innen van by- dragen voor het nationale huldeblyk, in 1898 aan de Koningin Regentes aan te bieden. Gedurende de maand September zyn aan het telepboonkantoor in de gemeente Ter-Aar behandeld 87 telegrammen, en wel 59 ont vangen en 28 verzonden. Aan het Rykstelepboonkantoor te Lisse zyn in de maand September behandeld 306 tele grammen, tw. ontvangen 135 en verzonden 171. In September 1895 beliep dit aantal 218. Aan het hulppostkantoor te Noordwyker- hout werd in de maand September op de Rykspostspaarbank ingelegd in 12 inlagen f 347.25 en werd in 3 keeren terugbetaald f 25.60. De algemeene Bondsvergadering van het Algemeen Nedarlandsch Werklieden-Verbond zal dit jaar te Amsterdam gehouden worden op Zaterdag 31 October en Zondag 1 Novem ber a. 8. Zaterdagmiddags werdt te 2 uren in „d'Geel- vinck" gehouden eene huishoudeiyke zitting; des avonds te 8 uren zal het 25 jarig bestaan van het Verbond feesteiyk worden gevierd, terwyl de jaarvergadering Zondag om 10 uren een aanvang neemt. De agenda bevat onder de punten van be- echry ving: Afd. Leiden: De vergadering besluite de propaganda voor het algemeen kiesrecht op den voorgrond te plaatsen. Afd. Gouda: Zou het niet mogeiyk zyn, dat door het centraal-bestuur 2 of 3 sprekers worden aangesteld, die, waar zy geroepen worden, kosteloos een spreekbeurt vervullen? Afd. Boskoop: Kan „De Werkmansbode" niet drukker, desnoods in kleiner formaat verschynen, oplat de afdeelingen vlugger op de hoogte kunnen gesteld worden, wanneer daarin punten worden besproken, die het algemeen belang raken? In den loop der zitting van de Tweede Kamer van gisteren werden goedgekeurd de conclusion der verslagen over het koloniaal verslag (N.-I.) van 1895, over het verslag van don toestand der Militaire Academie en over de Regeenngs inlichtingen 1. op het adres van den gewezen lichtma troos H. N. Spronk, houdende verzoek tot het ontvangen van een pensioen of gratificatie; 2o. op het adres van H. Wyker, aannemer te Helder, houdende verzoek tot schadeloos stelling voor geleden schade by het maken van aardewerken voor het fort by Nigtevecht. Beide conclusie's strekken tot dankbetuiging voor de gegeven inlichtingen. Te '8-Gravenhage is in den ouderdom van 61 jaar overleden de heer A. Oltmans, oud-president van het comité van bestuur der Ned. Indische Spoorweg maatschappy, laatst in leven secretaris der Stoomtram Sama- rang Joana enz., ridder der orde van den Ned. Leeuw. Biykens bericht in de „Staats-Ct is by Kon. Besluit rar. J. Slingenberg, advocaat te Amsterdam, met ingang van 1 October 1896 benoemd tot secretaris van de commissie tot het ontwerpen van een nieuw Wetboek van Strafrecht voor de Europeanen in Nederlandsch- Indië. De heer Reitz, gewezen president van den Oranje Yrystraat, is wederom in het „Hötel Paulez" te 's-Gravenhage aangekomen. De Arnh. Ct." meldt, dat de heer Hamel berg, in leven consul-generaal van den Oranje- Yrystaat, dezer dagen te Arnhem overleden, zyn vermogen, behoudens eenige legaten, waaronder een aan de Werkmansvereeniging te Arnhem ten bedrage van duizend gulden, vermaakt heeft aan de Maatschappy tot Nut van 't Algemeen. Het 25-jarig boogleeraarschap ran dr. T. Place te Amsterdam ging gisteren niet onopgemerkt voor hem voorbydaarvoor had den de heeren dr. C. H. Kubn, dr. J. Yan Geuns, dr. J. Yan Rees, dr. C. C. Delprat, dr. C. Eykman Jr., dr. H. Zwaardemaker, dr. J. Kuyper, A. R. Cohen, J. J. Yan der Sande, C. H. A. Van der Myie, P. Ruitinga, dr. J. Prince, M. P. Schütte, P. C. Yan der Stad,J. H. W. Q. ter Spill, A. Bakels, C. S. Stokvis «n F. A. H. Laurman, die namens leerlingen en oud-leerlingen een feestcommissie gevormd hadden, zorg gedragen. De ruimte tusschen de professoren-banken in de Aula wae door de firma Pander met fraaie meubels en tal van planten versierd. Nadat de hoogleeraar in het Klein-Auditorium door de feestcommissie was ontvangen, werd hy door haar de Aula binnengeleid, waar de talryke aanwezigen den jubilaris met toejui chingen ontvingen. Nadat prof. Place in de versierde ruimte had plaats genomen, werd hem allereerst door den voorzitter der commissie, prof. Kuhn, aangeboden zyn door den heer Kever in olie verf geschilderd portret, waarby een door den heer Lion Cachet ontworpen en versierd album, bevattende de namen der schenkers. Oud-leerlingen en leerlingen hopen dat dit portret van den hoogleeraar in de Senaatskamer zal worden gehangen. Nog ontving de jubilaris tweo door L. Jünger gebeeldhouwde medaillons, voorstel lende Charles Darwin en Franc. Corn. Donders, welke in het laboratorium des hoogleeraars een plaats zullen krygen. Na afloop der officieele plechtigheid kwamen velen prof. Place gelukwenschen, terwyl hom gisteravond in het „Amstel Hotel" een feest maal aangeboden werd. Prof. Place is benoemd tot ridder in do orde van den Nederlandschen Leeuw. Morgen, Zondag, wordt te Amsterdam een vergadering gehouden van de centrale commissie der Pensioenvereeniging ran het Nederl. Onderwyzers genootschap, met gede legeerden van de provinciale commissièn en vertegenwoordigers van den Bond van Neder- landsche onderwyzers. In deze byeenkomst zal o. a. de inhoud van een aan de Regeering te verzenden adres ter verkryging van rykspensioen voor de wedu wen en weezen van openbare onderwyzers vastgesteld worden, terwyl dan tevens bespro ken wordt de wyze, waarop dit adres van een zoo groot mogeiyk aantal handteekaniogen kan worden voorzien. Verder wordt de vraag behandeld, of het wenscheiyk is, naast dit adreB ook een adres van de vrouwen van on derwyzers aan de Koningin-Regentes te rich ten, evenals het voorstel om een schryven te zenden aan de commissarissen van het wedu wen- en weezenfonds voor burgerlyko amote- naren, om steun te verkrygen voor boven genoemd adres. Ten slotte zal de wyze besproken worden, waarop ook in Limburg voor een adresbeweging ter verkryging van rykspensioen voor weduwen en weezen van onderwyzers kan worden gewerkt. „Een merkwaardige ring." Aan het Stedelyk Museum (De „Laken hal") alhier is door den heer H. A. Yan Ingen Schenau Sr. een merkwaardige metalen ring ten geschenke gegeven, waaraan eenigo belangrijke bijzonderheden zyn verbonden. Het is nameiyk bekend dat den 5den Februari 1832 de Nederlandsche zee-officier Jan Carel Josephus Van Speyk, om de eor 12) „O, ik «al de genadige rol spelen." Gilbert en Mansfield trokken hun jassen aan en verlieten het vertrek. Slechts Dave was dus overgebleven en Nick begon er ernstig over te denken, welke de beste manier was om te ontkomen. Hy wachtte tot de kleine man in de voor kamer wastoen stak by in een paar stappen de kamer over en na om zich heen gekeken te hebben of niemand hem opmerkte, sloop hy door de deur. Het was een wonder, dat hy niet ontdekt werd. Weldra stond hy weer op straat en hy kon niet nalaten in zichzelf te mompelen „Ik ben biy, dat ik er goed en wel uit ben." XXI. Nick klopte aan Ralph Moreland'e kamer deur en stapte meteen naar binnen. „Laat ik u eerst de hand schudden." Eer de jonge man het kon verhinderen, had de vreemde man zyn hand gegrepen en die op de afgesproken manier gedrukt. „01" riep Ralph verbaasd. „Ja," ik ben het, en ik breng goede en slechte tyding. Hebt gy een ouden pyjekker by de hand?" „Niet erg oud; zie maar eens." Tot Ralph's niet geringe verwondering, wierp fïick de lichte overjas, die hy aan had, op een stoel, vervolgens zyn colbert. De lange jas en eenige kleine veranderingen, die hy aanbracht, gaven hem dadelyk een heel ander uiterlyk, nu niet dat van den onbeschaamden, maar van den verloopen reiziger. „Mag ik uw hoeden eens zien?" Ralph opende een kast en haalde er achter eenvolgens eon half dozyn hoeden uit. Nick zocht er den oudsten hoed uit en haalde dien eenige keeren over den grond, waarna hy hem opzette en er zorg" voor droeg den rand vooral diep in de oogen te trekken. „Eer we nu verder gaan," zeide Nick, „moet ge my eerst zoggen of ge algeheel vertrouwen in my stelt 1" „Dat doe ik; waarom weet ik niet, maar bet is zoo." „Morgenochtend hoop ik u Mabel te laten zien." „O, mynheer, als „Wacht even, ge kunt met haar spreken zelfs, als ge maar aan niemand vertelt, dat zy terecht is. Er is een geheim in de familie Livingston, dat ik om uwentwille en ter wille van Mabel wil ontdekken, eer het meisje naar huis teruggaat. Hebt gy ook kennissen, die haar voor eenigen tyd in huia zouden willen nemen?" „Er woont een tante van my in Brooklyn, die haar gaarne by zich zal willen nemen." „KeDnen de Livingstons die tante?" „Zy kunnen my over haar hebben hooren spreken, doch zy hebben haar nooit ontmoet en ze weten ook niet waar sy woont." „Dat is juist goedl Neem nu een valies en pak daar uw kostbaarheden in en breng dat van avond naar uw tante en zeg haar, dat Mabel niet naar huis gaan kan eer er iets zeer geheimzinnigs is opgelost. Yertel haar verder, dat gy morgen schandeiyk uit uw betrekking gejaagd zult worden, maar dat gy onschuldig zyt en dat ook zult be wijzen zoodra dat geheim, Mabel betreffende, zal zyn opgelost." „Waarom moet ik die leugens vertellen?" „Het zyn geen leugens. Ergens zult ge van beschuldigd worden, al weet ik niet waarvan. Denkelyk, dat ge met Mabel hebt samengespannen om dat geld machtig te worden." Ralph werd bloek. „Waardoor heb ik my zulke vyanden ge maakt?" „Gy zyt er in geloopen, dat is alles." „Maar laat ik dan do brieven en het biljet vernietigen I" „Doe dat niet; ik gis alleen maar, dat men u daarvan zal beschuldigen. Ge moet juist die brieven altyd by u dragen, wat er ook van moge komen. Men wil u uit den weg ruimen, maar vertrouw slechts op my: het zal hun niet gelukken. Ik vraag het u in Mabels belang. Ik wil den schurken hun plan zoo breed mogeiyk laten uitwerken voor myn pleizier." „Ik zal doon zooals ge zegt, maar het is een moeiiyke taak, die ge my hebt opgelegd." „Ge zult er geen spyt van hebben; wat er ook gebeurt, doe alsof ge van niets afweet. En als ge kunt, kom dan om elf uren op den hoek van Tenth Street en Second Avenue, en wacht daar tot halftwaalf. En kunt ge om de een of andere reden niet komen, maak u dan niet ongerust T Ik breng Mabel naar uw tante en zal u dan komen opzoeken. Hoe luidt haar adres?" „Mevrouw Roper 618, Macon Street." „Zeg haar vertrouwen te stellen in per sonen, die tot haar zeggen: „Denk aan den gulden regel." „Ik zal alles opvolgen." „Denk er aan, dat Mabels leven en geluk er van afhangen en ik kan u nu niet meer mededeelen, aangezien de tyd daartoe my ontbreekt." XV. Nicks plan was, als bet kon, Billy uit te vinden, en toevallig gelukte hem dit al heel spoedig in een der slecht befaamde kroegen van Nieuw-York. Billy had veel gedronken en was daardoor minder voorzichtig dan gewoon- ïyk, zoodat Nick hem gemakkeiyk langs een bouwvallige trap tot in zyn woning kon ver volgen. In een oogenblik had hy hem chloro form laten inademen en toen hy zag, dat de man geheel bedwelmd was, wierp Nick zich op de wankele sofa en sliep daar den slaap des rechtvaardigen. Toen hy ontwaakte, zag hy, dat Billy nog vast in slaap was. „Ik denk, dat ik uw leeiyk gezicht wel kan namaken", zeide Nick, aandachtig het gemeene gelaat beschouwend. Hy haalde uit zyn zak al het benoodigde voor een vermomming, zoodat hy in korten tyd het sprekend evenbeeld was van Billy. Met een rilling van afgryzen deed hy de ruwe gryze jas aan, waarin Billy ge huld was, toen hy zyn vader vermoordde. Daarna doorzocht hy Billy's zakken, en niet tevergeefs, want in zyn hemd vond hy een plat pakketje in een witten zakdoek verpakt en dat niet minder dan negentien duizer dollars bankbiljetten bevatte. „Wat zal hy woedend zyn, als hy wakker wordt", lachte Billy. Hy daalde nu de trap weer af, na eerst den sleutel te hebben omgedraaid in het slot. Even over tienen ging hy naar een huur koetsier, van wien hy, na groote moeite en veel aandringen een koets met twee paarden ten gobruike kreeg. Do man voedde klaar- biykelyk argwaan, doch gaf eindeiyk toe voor een flinke som in contant geld. Even voor elven reed hy de eenzame Ruther- ford place op, waar Mansfield reeds onge duldig op en neer liep, daar hy vreesde, dat Billy niet op tyd zou zyn. Zyn gezicht klaarde op, toen hy het rytuig zag, en hy riep hem toet „Gelukkig, dat ge er zyt, Billy, ik vreesde al, dat ge te laat zoudt komen." „Waarom zou ik te laat komen?" bromde Nick in Billy's basstem. „Ge begrypt niet half hoe belangrijk de*o heele zaak is; 't zou wat moois zyn geweest, als ge niet op uw tyd gepast hadt." „Als ge me nu eindelyk eens wildet ver* tellen wat ik doen moet" Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1896 | | pagina 1