N°. 11226.
Dinsdag SO September.
A0.1896
i f ï.io:
1.40.
0.05.
fëourant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
F euilleton.
De leerling van den ouden detective.
LEIDSC
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Lelden per 3 maanden. i
Franco per posti s s
Afzonderlijke Nommers i I t 4
PRUS DER AD VER TENTTEN:
Van 1-6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17$. - Grootere
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad
wordt 0.05 berekend.
Officiëele Kennisgevingen.
Loting voor de Nationale militie.
Burgemeester en Wethouders van Leiden,
Gezien het besluit van den heer Commissaris der
Koningin in de provincie Zuid -Holland, van den
lSden September 1896, A. No. 2421 (2de afd.),
Provinciaal blad No. 54, hondende regeling van de
loting voor de Nationale Militie;
Gelet op de bepalingen der wet van den 19den
Augustus 1861 (Staatsblad No. 72), gewijzigd bg de
wet van den 4den April 1892 (Staatsblad No. 56),
alsook op die van het Koninklijk besluit van den
8sten Moi 1862 (Staatsblad No. 46), gewijzigd bg
het Koninklijk besluit van den 22sten Juli 1892
(Staatsblad No. 179);
Brengen ter kennis van de belanghebbenden:
dat do loting der in dit jaar voor do liohting van
1897 biDnen deze gemeente voor de Nationale Militie
ingeschrevenen, en alzoo voor hen die geboreB zijn
in het jaar 1877, zal geschieden in een der vertrekken
van het Raadhnie alhior, en wel:
op Donderdag den 8sten October 1896,
voor de ingeschrevenen, wier geslachtsnamen, naar
alphabetisohe volgorde, beginnen met de letters A,
B, C, D, E, F, G eu fl tot en met J. F. VAN
HOEKEN;
op Vrijdag deD 9den Oetober 1896,
voor de ingeschrevenen, wier geslachtsnamen, oaar
gemelde volgorde, beginnen mot de lettere H van
af D. HOFKES, I, J, K, L, M, N, O en P tot en
met N. J. PLDG;
en op Zaterdag den lOden October 1896,
voor de ingeschrevenen, wier goslaohtsnamon, naar
die zelfde volgorde, beginnen met de letters P van
af W. POELIEJOE. Q, R, 8, T, U, V, W, X, YenZ;
telken dage aanvangende des morgen i te h a 1 f t i e n
voorts, dat, gelgk bg art. 83 der wet is bepaald,
voor den ingeschrevene, dio niet ia opgekomen, het
nommor kan getrokken worden door zgn vader,
moeder of voogd, terwijl, ie ook deze niet opgekomen,
alsdan het trekken geschiedt door den Burgemeester
of het lid van den Raad der gemeente waar de
loteling ia ingeschreven;
dat, ingevolge art. 34, do opgekomen ingesohrevene,
dadelijk Da het trekken van zijn nommer, de redenen
van vrijstelling opgeeft, die hij meent te hebben,
zullende eohtor het opgeven van deze redenen door
zijn vader, moeder of voogd kannen geschieden, zoo
dezo tegenwoordig en de ingeschrevene niet opge
komen is;
wgd6rs, dat tot het opmaken der getuigschriften,
vermeld bij art. 53, tot het bekomen van vrgsteljing
wegens broederdienst of op grond van te zgn eenige
wettige zoon (welke getuigschriften worden afgegeven
op de getuigenis van twee bij don burgemeester be
kende en to goeder naam en faam staande inge
zetenen, die zich icdor voor de waarheid van het
daarbg verklaardo, door ruede-onderteekoning, ver
antwoordelijk stelleD), de gelegenheid bestaat ter
Secretarie dezer gemeente, in de week van Maandag
26 tut en met Zaterdag 31 Oetober aanstaande, van
des voormiddags tien tot des namiddags twee uren.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
LeideD, H. C. JUTA, Weth., lo.-Burgemeester.
26 Sept. 1896. E. KIST, Secretarie.
Leiden, 28 September.
De voorstelling tot opeDing van het tooneel-
8eizoen alhier door de vereenigde Amster-
damsche tooneelisten onder leiding van den
heer Jos. Van Lier werd in de Stadszaal
gisteravond door een betrekkelijk talrijk
publiek bijgewoond, dat het den optredenden
niet aan soms daverende bewijzen van waar
deering deed ontbreken. Het treurspel der
smeden: „Rose Kate" boeide de aanwezigen
van 't begin tot 't einde en gaf mevrouw Julia
Van Lier—Cuypers gelegenheid in do titelrol
met hare gaven als actrice te woekeren en
haar dramatisch talent te doen bewonderen.
Htt publiek geraakte dan ook geheel onder
den indruk van haar spel. Na het verschrik
kelijke vierde bedrijf trouwens bijna het
geheele stuk kan wel op dien naam aanspraak
maken werd baar onder luid gejuich een
fraaie gevulde, groote bloemenmand aange
boden.
De Provinciale Vereeniging van Gemeente
ambtenaren in Zuid Holland, tevens afdeeling
van den Bond van Gemeente ambtenaren in
Nederland, hield in cafó „Zomerzorg" te Lei
den weder eene algemeene vergadering onder
leiding van den heer Van Franck, van Den
Haag.
Na lezing der notulen en mededeeling van
enkele ingekomen stukken, kwamen eerst
eenige benoemingen aan de orde.
Als lid, om ingevolge art. 11 der Bonds-
statuten zitting te nemen iD het Hoofdbestuur,
werd aangewezen de heer L. P. Van der
Heyden, te 's-Gravenbage, en tot diens plaats
vervanger de heer J L Verveen, te Berkel.
Als bestuurslid werd herkozen de heerW.
A. Couvóe te Oegstgeest.
Laatstgenoemde hield daarop een zeer prach
tige inleiding over art. 245 der gemeentewet.
Nadat Den Haag was aangewezen als plaats
voor de volgende vergadering, werd die van
nu door den Voorzitter gesloten.
Als loden van het Leidscbe Studentencorps
hebben zich aangegeven 72 van de nieuw
aangekomen studenten.
Ned.-Herv. Kerk. BeroepeD is te Ouden
hoorn (toez.) en te Koekange, do heer A.
Burger, cand. te Leiden.
Ook het lid der Tweede Kamer voor
Leiden, de heer Bool, moet, naar de
„Residentiebode" meldt, te kennen gegeven
hebben by de verkiezingen in het volgend
jaar niet in aanmerking te willen komen;
en naar het „Vad." bericht, heeft ook de heer
Viruly Verbrugge te kennen gegeven by de
nieuwe verkiezingen te willen aftreden.
In de te Voorhout gehouden raadsver
gadering is met algemeene stemmen besloten,
gunstig te adviseeren op bet verzoek van den
burgemeester, den heer J. M. De Kempenaer,
om tot 1 Juli 1901 te Lei 'en te mogen wonen.
Op een request om vrijstelling van school
geld werd afwyzend beschikt.
Vervolgens werd met algemeene stemmen
de gemeente begrooting voor den dienst 1897
vastgesteld in ontvangst en in uitgaaf op een
bedrag van f 7823.14.
Tot directeur der Chr. Zangvereeniging
te Oegstgeest is benoemd de heer L. Den
Ouden aan den Morsch.
De loting voor de nationale militie zal,
wat de gemeente Voorschoten aangaat, worden
gehouden Donderdag 22 Oct. a. s., 's voorm.
te halftwaalf te Stompwyk, en wel aan den
Leidschendam. ,Er zullen 25 jongelieden aan
deelnemen.
Te Woubrugge zal Dinsdag 6 Oetober
a. 8., van 's voorm. 9 tot 's Dam. 4 uren, de
verkiezing plaats hebben voor een lid van
den gemeenteraad, in de vacature van wylen
den heer A. Visser.
Tot directeur der nieuwe zuivelfabriek
te Ruinen is benoemd de heer A. Meursing,
adj.-directeur van de boterfabriek te Dwingeloo.
Voor de vacante betrekking van gemeente
architect te Vlissingen, salaris f 1400 met
vrye woning, hebben zich 65 sollicitanten
aangemeld.
De directie der „Nederlandsch-Ameri-
kaansche Stoomvaart-Maatschappij" te Rotter
dam meldt ons het volgende:
„Het is wenschelflk gebleken voor ons
dagelyksch verkeer met derden, een korteren
dan onzen officièelen naam te bezigen. In
verband biermede hebben wy besloten daar
voor den naam „Holland-Amerika-iyn" aan
te nemen, welke voor het vervolg in al onze
gewone aankondigingen en mededeelingen zal
worden gebruikt Voor stukken van meer
officièelen aard biyft onze officiëele naam
„Nederlandsch-Amerikaansche Stoomvaart-
Maatschappij" uit den aard der zaak behouden.
Onze Maat8cbappy-vlag blyft eveneens onver
anderd."
Een man, niet alleen in muzikale kringen,
maar onder gapsch het uitgaande Amster-
damsche publiek sedert jaren bekend, is plot
seling door een ongelukkig toeval omgekomen.
Gistermorgen heeft men in het water van
de Stadhouderskade, niet ver van de brug
by de Van-Wou-straat, het ïyk van den heer
J. F Wedemeyer drijvende gevonden.
Zaterdag-avond omstreeks 9 uren had de
heer W. zyne woning in de Jacob-Van-Cam-
penstraat verlaten, zeggende dat hy nog een
wandeling wilde maken, maar zyne buisge
nooten bleven tevergeefs op zyn thuiskomst
wachten. Biykbaar is by by ongeluk te water
geraakt, hetgeen omstreeks 1 uur moet zyn
gebeurd, daar het horloge op dat uur is biy ven
stilstaan.
De overledene was een der veteranen van
de Amsterdamsche muzikale wereld. Reeds
op 21-jarigen leeftyd begon hy zyn loopbaan
in het orkest van Eduard Stumpff in den
Parktuin en werd weldra tweede directeur
onder Willem Stumpff en al spoedig ook
orkestmeester in den schouwburg op het
Leidscbe-piein. Toen de Parktuin-concerten
ophielden, werd de groole Amsterdamsche
Orkestvereeniging gevormd en de directie daar
van werd gedeeld door Joh. M. Coenen en
Wedemeyer. Vervolgens trad Wedemeyer nog
gedurende een jaar op als tweede dirigent
van het orkest in het Concertgebouw (onder
Ke8) en daarna, na het afbranden van den
Stadsschouwburg, als medewerker in het
Paleisorkest onder Hol en Coenen.
De ïydensgescbiedenis van het Paleisorkest,
zegt het „A. H.", ligt zeker nog versch in
het geheugen. Toen Coenen aftrad, vormde
Wedemeyer weer eene orkestvereeniging, die
op verschillende plaatsen met veel succes
optrad: in den Parktuin, op de Amsterdamsche
tentoonstelling, in het Paleis voor Volksvlyt
en nu onlangs weer te Zaandam. En nog
dezer dagen had de heer Wedemeyer, altyd
onvermoeid, altyd energiek in weerwil van
zyn vele tegenspoeden, de concerten in Artis
aangenomen.
Met den heer Wedemeyer heeft Amsterdam
een bekwaam en populair dirigent en hebben
velen een hartelyken vriend verloren.
De overledene was op 1 Februari van dit
jaar 58 jaar geworden.
De heer J. Van Oostveen te Middelburg
is benoemd tot ambtenaar by de Nod. Zuid-
Afrika3nsche Spoorweg Maatschappij.
Met groot leedwezen, zegt het „Hbl.",
zal door duizenden hier te lande het plotseling
overlyden worden vernomen van den heer
John Gottlieb Sillem, chef van de firma Hope
Co. te Amsterdam, commissaris van de
Associatie Cassa, van de Holl. Hypotheek
bank, de Holl Sociëteit van Levensverzeke
ringen, enz.
De heer Sillem was niet enkel bankier,
een beursman, maar in de eerste plaats een
nuttig burger, die in tal van betrekkingen,
vooral by instellingen van liefdadigheid, tyd
en moeite voor zyn medemenschen, hoofd-
zakeiyk voor misdeeldeD, ten beste gaf. Vele
jaren is by in het bestuur der Gasthuizen,
van de Spaarbank voor de stad Amsterdam,
van de instellingen voor Blinden geweest. Hy
was ook voorzitter van het Ned. Byöelgenoot-
schap, voorzittend-directeur der Maatschappy
voor Volkskoffiehuizen, van de Luthersche
Diaconessen inrichting, van de Rynsche zen
ding enz. enz. en was lid van het kerkbestuur
der Luthersche gemeente.
Reeds sedert jaren was hy chef van het
huis Hope en Co. te Amsterdam; in die
qualiteit heeft by nog onlangs den lande be-
langryke diensten bewezen door zyne mede
werkiDg tot het welslagen der conversie. Da
heer Sillem was 59 jaar en verheugde zich
in eene goede gezondheid; zyn hart was niet
geheel normaal, maar aan een eigeniyke
hartkwaal scheen hy niet te ïyden. Toch moet
dat wel het geval zyn geweest, daar anders
zyn plotselinge dood, in eene vergadering van
een zyner vele liefdadige vereenigingen, Zater
dagmiddag te zynen huize gehouden, moeilijk
verklaarbaar is.
Ten raadhuize te Rotterdam vergaderde
Zaterdag de commissie uit de provincie Zuid-
Holland tot het aanbieden in het jaar 1898
van een nationaal huldeblyk aan H. M. de
Koningin-Regentes.
Besloten werd tot het oprichten van sub-
commissiën in de verschillende gemeenten
der provincie Zuid-Holland. Eere-voorzitter
der commissie is de burgemeester van Rot
terdam, eerelid de burgemeester van 's Gra-
veQbage; voorzitter de heer M. M. De Monchy,
penningmeester de heer A. Van Hoboken van
Cortgene, secretaris de heer W H. Van Oordt
Hartz
De minister van financiën herinnert
belanghebbenden aan de bepalingen van de
koninklyke besluiten van 14 November 1869
(Staatsblad No. 168) en van 8 April 1895
(Staatsblad No. 41), waarby hun de verplichting
is opgelegd, zich vóór of op 15 November
tot het departement van financiën te wenden
ter verkryging van de huweiyksgelden uit het
fonds der Vrouwe Clara Jansdr. van Spar-
woude, wordende onder hunne aandacht ge
bracht dat de uitkeering van die gelden slechts
plaats heeft „ten behoeve van die personen,
wier huwelyk niet langer dan drie jaren
vóór do aanmelding heeft plaats gehad en
en welke te dier zake nog geene uitkeering
hebben genoten."
De by het 2de regiment huzaren tot
kolonel benoemde luit.-kol. jhr. A. W. Van
der Wyck biyft te Venloo in garnizoen.
De Rykscommissie tot het examineeren
van machinisten aan boord van koopvaardy-
schepen heeft in hare zitting te Rotterdam
uitgereikt: het diploma B aan H- Bauer, J.
Karroman, J. C. Ter Bruggen en H. B. F.
Brand, het diploma A aan J. Fenenga, J. C.
T. Blom en J. Hoekstra. 8 candidaten hadden
zich aangemeld; één candidaat trok zich terug.
Het eerstvolgend examen zal aanvangen
op 24 November te Amsterdam.
Voor de betrekking van leerares in de
wiskunde aan de middelbare meisjesschool
te Dordrecht is de volgende aanbeveling opge
maakt: lo. mej D. B. Van Malsen, werk
zaam aan de middelbare meisjesschool te
Groningen; 2o. mej. E. M. T. Gerritsen, werk
zaam aan eene meisjeskostschool te Doesburg.
Naar wy vernemen, zal de luit.-kol. Van
Schermbeek eerstdaags bevorderd worden tot
kolonel plaatselyk commandant, met bestem
ming voor 's-Gravenhage.
Gisteren had in de Remonstrantsche kerk
te Utrecht een niet alledaagsche doop plaats.
De zoon van den predikant dier gemeente,
dr. H. L. Oort, werd in eene godsdienst
oefening, geleid door zyn grootvader, den
Leidschen hoogleeraar dr. H. Oort, gedoopt
door zyn over-grootvader, den 87-jarigen
predikant by de Hervormde Gemeente van
Den Haag, ds. H. L. Oort Hzn.
De Staatscourant van 27/28 dezer bevat
den tekst van het wetboek van Burgeriyko
Rechtsvordering, zooals die is gewyzigd in
verschillende wetten, laatsteiyk by de wet
van 7 Juli 1896 (Stsbl. 103).
De bekendmaking van dien tekst is, op do
voordracht van den minister van justitie,
gelast by komnkiyk besluit van 16 dezer
(Stsbl. 156).
De minister van waterstaat, handel, en
nyverheid brengt ter algemeene kennis, dat
ten gevolge van de opheffing van de halto
VeDenburg van den spoorweg van Amster
dam naar Rotterdam, met ingang van 1
Oetober a. s., het haltegebouw to Venenburg
op zyn last zal zyn gesloten en dat op den
zelfden dag op genoemden spoorweg aan den
Delfweg eene halte, genaamd Lisse, geopend
wordt voor vervoer van reizigers en goederen
en aan de Hillegommerbeek eene halte, ge
naamd Hillegommerbeek, voor het vervoer
vaD reizigers en bestelgoederen.
Als candidaten voor de Tweede Kamer
(vacature-Haffmans te Venloo) worden door
de „L K." nog genoemd de heeren Ch.
Houben, burgemeester van Venloc en Quaed-
vlieg, oud-inspecteui by de Staatsspoorwegen.
De heer G. Wind, ingenieur by den
provincialen waterstaat van Groningen, heeft
tegen 1 Januari a s. zyn ontslag aangevraagd.
De „Pr. Gr. Ct." kan thans mededeelen,
dat het Groene Weeshuis te Groningen, van
wylen den heer K. Bossien een zuiver kapitaal
heeft ontvangeD van f 250,000. Do successie
rechten bedroegen f 43,000. Het bestuur van
het weeshuis heeft besloten voortaan geen
steun van de diaconie, zynde pl. m. ƒ4000
per jaar, meer te vragen en de driemaande-
ïyksche collecten, welke per jaar 1000 op
brachten, te staken
4)
„Het spyt my; ik dacht, dat ge my nadere
inlichtingen hadt kunnen geven; ik zou nu
echter gaarne uw brandkastje nog eene
willen zien."
Hy zag, dat zy als in wanhoop de handen
wrong.
Waar is de brandkast?" vroeg hy.
„Hier," antwoordde de bankier, een peluchen
kleedje opslaande.
„Kent u de constructie?"
„Neen, alleen myn vrouw kent die, niet
waar, lieve?"
Mevrouw Livingston, die zich in een stoel
had laten ziDken, knikte toestemmend.
„Wil u zoo goed zyn het voor my open te
maken, mevrouw?"
Haafe handen beefden, toen zy gehoor gaf
aan zyn verzoek.
„Ziet gy eenige wanorde?"
Het duurde lang eer ze genoeg kracht had
om te antwoorden:
„Neen, ik zie niets."
„Mag ik die enveloppe eens zien?"
Zy nam een klein gouden sleuteltje van
haar horlogeketting en opende daarmede een
lade in het brandkastje. Nick ging met de
enveloppe, die zy hem overhandigde, naar
het raam. Een blik er op zeide hem, dat die
opengemaakt was geweest; een ontdekking,
die hem echter volstrekt niet verbaasde.
„Wat is dit?" riep hy, groote verbazing
veinzend.
Een uitdrukking als van pyn vloog over
het gelaat van mevrouw Livingston.
„Neen, toch niet," vervolgde Nick, „ik
meende eerst, dat de enveloppe open was
geweest; bet spyt my, dat ik my vergiste,
want dat zou de schuld v'an uw dochter zeer
verminderd hebben."
„Myn dochter is in ieder geval onschuldig,"
jammerde de bankiersvrouw.
„Ik ben hier niets wyzer gewordeD," aldus
wendde Nick zich tot den vaderlaat my nu
nogmaals uw brandkast zien.
Uw vrouw schynt zeer aan haar dochter
gehecht te zyn," merkte Nick op, toen hy weer
in de bibliotheek was.
„Zy beminnen elkander bartstochtelyk; er
moet hier ergens een verschrikkeiyk geheim
schuilen."
„Heeft uw dochter ook iemand, die speciaal
voor haar dienst is aangewezen?"
„Ja, ik zal haar u zenden."
Eenige oogenblikken later kwam een aardig
Iersch dienstmeisje binnenbaar verwonderde
oogen waren rood geweend.
„Kitty, heeft mynheer Livingston u gezegd,
dat ik een detective ben?"
„01" riep ze, verschrikt terugdeinzend.
Nick zag, dat slechts het feit was, van
tegenover zoo'n gevreesd persoon to staan,
dat haar beangst maakte.
„Men heeft myn hulp Ingeroepen om Miss
Mabel te vinden en nu verwacht ik van u
eenige aanwyzingen."
„Ik hoop, dat ik u die geven kan," zeide
ze, snikkend.
„Als ge my maar alles vertelt, wat juffrouw
Mabel gistereD gedaan heeft. Hebt gy een
goed geheugen? Want vóór alles wensch ik,
dat uw antwoorden nauwkeurig zyn. Hoe laat
heeft zy haar woning verlaten
„Omstreeks drie uren."
„Wat deed zy dien morgen?"
„Zy heeft zitten lezen in baar kamer,
totdat do heer Livingston haar beneden riep;
daarna is ze weer gaan lezen tot aan de koffie."
„En ging ze toen weer dadeiyk naar haar
kamer?"
„Ja, mynheer."
„En bleef ze daar tot ze uitging?"
„Neen, mynheer; om twee uren is zy een
half uurtje weg geweest."
„Waar naar toe?"
„Dat weet ik niet."
„En toen ze terugkwam, wat deed ze toen?"
„Ze zond my uit om borduurzyde te halen
en toen ik terugkwam, was ze verdwenen. De
knecht zeide, dat ze juist was uitgegaan en
ik herinner me, dat ik toevallig op de klok
keek. Het was even over drieën."
„En kunt ge niet bedenken, waar zy kan
zyn heengegaan?"
„Neen, mynheer; ik denk, dat haar een
ongeluk was overkomenze was zoo
goed," besloot Kitty snikkend.
Vrees maar niets, beste meiddood is zy
in geen geval. Vraag nu den heer Livingston
nogmaals hier te willen komen."
„Wat deedt gy gistermiddag?" vroeg Nick
dezen.
„Dadelyk na de koffie begaf ik my naar
myn kantoor, om eerst te vyf uren thuis te
komen; daarna...."
„Meer verlang ik niet te weteD, nu wilde
ik uw vrouw nog vragen of Mabel gisteren
deD heelen dag by haar is geweest."
„Daar kan ik u op antwoorden, dat zy
Mabel gisteren geen oogenblik heeft gezien."
„Kan ik uw kassier in de Bank vinden?"
„Tot vier uren; na het eten zal hy onge-
twyfeld hier komen."
„Waar woont hy?"
„21 East Fifteenth Street."
„Dank u; goeden dag."
„Zyt gy nu veel wyzer geworden?"
„Niet veel; zoodra ik iets naders weet, zal
ik u dit berichten. Gy kunt uw gansche
vertrouwen in my stellen."
„Ik geloof zeker, dat mevrouw Livingston
wist, dat de brandkast bestolen was," mom
pelde Nick, terwyi hy de stoep afging.
„Naar Seventeenth National Bank," beval
hy den koetsier.
„Wat weet ik nu eigeniyk?" vroeg hy
zichzelf af, terwyi hy achterover leunde in
het rytuig. Ik ben ten eerste vast overtuigd,
dat Mabel die kast niet geopend heeft op de
instructie, die zy van haar vader gekregen
had, maar wel na lectuur der enveloppe, en
ongetwyfeld heeft haar moeder haar daarby
geholpen. Dit staat by my vast: Mevrouw
Livingston weet van de zaak af en heeft er
denkeiyk haar hulp by verleend. Zy weet waar
het geld is, maar waar haar dochter zich
bevindt, is haar onbekend."
Nick grinnikte reeds van pleizier by het
idee alleen dat de zaak zooveel ingewikkelder
was dan hy gedacht had. By de Bank ge
komen, vroeg hy naar den kassier, waarop
men hem in diens kantoer bracht.
„U komt zeker als detective?" vroeg deze,
daar hy dikwyls Sim Carter in zyn betrek
king sommen gelds had uitbetaald.
„Ja, er zyn enkele bankbiljetten van duizend
dollars gestolen en nu wilde ik trachten hier
te telephoneerenwat gaat ge nu doen?"
De kassier was plotseling uit het vertrek
gesneld, om dadelyk daarop terug te komen
met een biljet van duizend dollars in de hand.
„Dit is geen half uur geleden gewisseld;
kent ge de nummers?"
„Neenhebt gy den persoon gezien, dio er
mede kwam?"
„Neen, ik zal den persoon lateB roepen, die
het geld uittelt."
„Mynheer Sharp", zeide hy, toen deze heer
binnenkwam, „kunt u u ook herinneren wie
dit gebracht heeft?"
„Ja; omdat het zoo'n groote som was, hob
ik hen eens goed aangekeken."
„Waren het dan twee; kunt ge ze mo
be8chryven?"
„Dat zou ik denken; zy was misschien
achttien of twiDtig, beneden middelmatige
grootte, een lief onschuldig gezichtje met
groote blauwe oogen en een mooien mond
met roode lippen, waariyk oen allerliefste
verschyning. Zij droeg een sealskin manteltje
en een bruin mutsje."
(Wordt vervolgd.)