met bepaling dat by, zjolang die ontheffing
duurt, ter beschikking zal zyn van den minister
van oorlog; en voor den bedoelden tyd belast
mot het bevel over de genoemde divisie do
kolonel C. O. Van Resteren, <jie in verband
daarmede tydeiyk is ontheven van het bevel
over het 6de reg, infanterie.
Met ingang van 1 Aug. a. s. aan "W. H.
Hofstee, wegens lichaamsgebreken, eervol ont
slag verleend als havenmeester aan het
Noordzeekanaal te IJmuiden, en benoemd tot
havenmeester aan het Noordzeekanaal te IJmui
den, B. Tack, te Nieuwediep.
Op verzo.k, eervol ontslag verleend met
1 Aug. a. s. aan den opzichter van den Rijks
waterstaat lbte kl. J. L. Weys, en met 1 Nov.
a. s. aan den opzichter van den Rijkswater,
staat 1ste kl. C. Hanke.
Aan dr. J. W Gunning, adviseur voor de
wis-, natuur- en scheikundige zaken aan hst
departement van financiën, te Amsterdam, op
zijn verzoek, met 1 Januari a. s. eervol ont
slag verleend als zoodanig, onder dankbetui
ging voor de vele en gewichtige diensten
aan den Staat bewezen en behouders aanspraak
op pensioen.
Bono3md tot inspecteur der directe belas
tingen, invoerrechten en accijnzen te Nijme
gen, G. H. W. A, Lauten, thans te Almeloo.
Eon zilveren echtpaar.
Omtrent de feesten to Neuwied verneemt
de „N. R. C." nader, dat zy Woensdagavond
reeds zyn geopend met een schitterende
soiréo in het Slot. 't Was een „café dansant",
die reeds vro gtydig begon, om den volgenden
morgen te halfvyf te eindigen. Een fraai vuur
werk slaagde uitstekend. Onder de vierhonderd
gasten waren de zonen van prins Albrecbt
van Pruisen.
Donderdag was het de dag voor de ont-
vaDgst der Nederlandsche deputatiën. To half
zeven namen zy deel aan een maaltijd op het
Slot, waarbij verder o. a. aanzaten de familie
Nepveu, mevrouw Schöning, oud-groot-m6es-
teresse van de Hertogin van Mecklenburg,
baron en baronesse De Reek, generaal von
Mischke en de leden der hofhouding, samen
een dertig personen.
Om acht uren aanbieding van de geschen
ken. Freule Sirtema van Grovestins overhan
digöe het Echtpaar, onder een korte toespraak,
een zilveren broodmand en een ouden Bijbel.
Hierop trad de deputatie uit de groote com
missie, naar men weet bestaande uit de heeren
graaf Van Bylandt, De Bas en Bisschop, naar
voren. Zij had de klok, het album en de toon
tafel en het Deventersch tapyt. Notaris Dieiz
kwam namens het dienstpersoneel met de
twee Rozenburg-vazen, en baron Van Zuylen
van Nyevelt namens de gemeente Wassenaar
met de grootste vaas. De heer Van der Ouder-
meulen bood ten slotte een beker van St.-
Hubert aan.
Zoowel de prins en de prinses als hunne
kinderen betoonden zich met al die herin
neringen van het vaderland der Bruid, met
dia geschenken van Hollandsche kunstenaars,
Hollandsche industrie enHollandsche
harten buitengemeen ingenomen. De avond
ging heen met het bekykeu van alles. De
aquarellen en andere bladen gingen van band
tot hand. Vooral trokken ook het laatste
gedicht van Hasebroek en de laatste com
positie van Nicolaï de aandacht. Hasebroek
schroef drie dagen vóór zyn dood mot vaste
hand het volgende;
Ter Zilveren Bruiloft van dePrinses Van Wied.
Geheugt u 't nog, Vorstin, vóór vflf en
[twintig jaar,
Hoe 'k toen als bode uws volks een Bybel
(u kwam schenken.
U aangeboden met de bode op 't lieflyk Was
Isenaar
Zij u die Bijbel gids, o Vorstiyk Bruiloftspaar,
Naar 's Levens zilvren stroom, wiens heil-
[vocht U kwam drenken I
En nu, wat schouwspel toont ons thans met
[jubelzon?
Een hoog bevoorrecht paar, met welvaart ryk
[gezegend,
Met kroost gekroond, met eer en gunst en
[heil bejegend,
Eikanderen ten steun, gelyk ter vraugdebron
Zoo zaagt ge U tot Zijn heil den Huwelyks-
[bybel nooden.
Nog voller oogst wordt U door 't zilveren
[boek geboden,
Het middelpunt van der feestgaven ryke schaar,
Den schoonen naam getrouw van 't groeiend
[Wassenaar:
Wass' mede uw echtheid aan met elk nieuw
[huwlyksjaar!
23 Maart 1896. J. P. HASEBROEK.
„P.S. Mevrouw de Prinses van Wied zal,
hoop ik, zich herinneren, hoe schryver dezes,
ds. J. P. Hasebroek, toenmaals predikant der
Ned.-Herv. gemeente te Amsterdam, te zamen
met den toenmaligen burgemeester der stad
Amsterdam, mr. Jan Messchert van Vollen-
hoven, te Wassenaar kwam om by een mor
genbezoek de Vorstelijke bruid te bezoeken
en te begiftigen, terwyl Prins Frederik mede
getuige van die Vorstelijke begroeting was,
maar de Prins Bruidegom door verplicht
afzyn belet werd haar bij te wonen,"
De antieke gangklok was ook aldoor omringd.
Zo speelt ook all rleioud-Hollandsche deuntjes!
De prins bevond zyn geslachtswapen volkomen
juist en was er blijkbaar govoollg voor zyn
wapenfeiten als officier in het Pruisisch Jeger
aan den linkerzywand van de klok vermeld
te zien. Het zyn de veldslagen van Nachod,
Gradlitz en Köriiggrfttz (1866) en van Mal-
maison en Mont Valérien (1870/71). „Ik ben
hiervoor dankbaar voor myn zonen, sprak Z.H.,
als voor hen de schoonste traditie." Naar
aanleiding van het alliantie-wapen op do
grootste der Rozenburg-vazen, zei de prins
dat met den 18den Juli 1871 een nieuw tijd
perk voor hot Huis van Wied is aangebroken,
daar toen de Oranje-zon er in is gaan
schynen
Ook in de stad Neuwied blijkt men deze
meening te deelen. Want de hartelijke be
langstelling daar en overal langs den Rfin
is algemeen, en met verschillende betoogingen
wordt er uiting aan gegeven.
Gisteren werd de afgezant van HH. MM.
met het geschenk der Koninginnen (schilde
rijen) verwacht en zouden de gasten een
rijtoer doen naar „Mon Repos," het heirlyke
lustverblijf van den Prins. Gisteravond offi
cieel diner.
Praatjes over Kunst.
Vlokken
LXXIII.
Bfi deD heer Eggers, op de Botermarkt,
(firma Schreuder en Van Baak) is thans een
pastelteekening van den heer A. Coert geëx
poseerd, die in meer dan één opzicht belang
ryk kan worden genoemd.
Dit is geen dilettanten - werkdit is de
uiting ja! wèl van een aanvanger (want ik
meen, dat de heer Coert nog nooit op een
officiêele tentoonstelling inzond), doch van eon
beginnend kunstenaar, die toont: goed te
zien, fijn te gevoelen.
Ook is er gelukkig niet da minste pre
tensie in deze doorwerkte teekoning. Eerlijk
en oprecht heeft de artist gekeken, en, tel
kens weer gekeken, naar „het mooi" van
onze intieme Lridsche grachtjes; hij moet
daarvoor zóó veel z\jn gaan gevoelen, dat hy
ten slotto den drang niet heeft kunnen weer
staan ook eens te trachten het stemmings
moment terug te geven van zulk een sober
grachtje by avond. En by is m. i. zéér
gelukkig er in geslaagd, 't Onderwerp is
hoogst eenvoudig.
Tegen de effen blauwe avondlucht uit,
silhouetteert zich een rij van fantastische
schoorsteenfiguren. De typige omtrekken er
van worden doorkruist met touw- en mast-
lynen van een aan den wal liggend schip,
dat, als een donkere klomp, één groote mas
sieve massa met het water schijnt te vormen.
Een lantaarn verspreidt haar goudgeel licht,
glimmende sprankols werpend op de masten
van 't vaartuig. De getemperde gloed, die uit
de herberg door de gordyneü straalt, geeft
een flauw afschijnsel op de verlaten straat.
Wat my vooral heeft getroffen in dit sober-
somber pastel, het is het begrip van de zuivere
waarden, die de schaduwen en lichten onderling
dienen te bezitten, nootiig voor 't bereiken van
zulk een effect. Dat blauw van die lucht en dat
oranje-geel van die lantaarn, ze zyn met tegen
elkaar gezet öm 't „complementaire" van
blauw en geel; maar de artist heeft ra
wel degelijk gevoeld, dat 't blauw van 't fir-
mament, evenals'dat licht uit de straatlantaarn
(twistend om voorrang) ieder een eigen
„waarde" bezitten in do „taal der tonen".
En, Dög iets is mij opgevalleD in dit werk,
dat van oorspronkelijk gevoelen zoozeer ge
tuigt: de kleur en de teekening van de vor
vallen raamkozijnen.
Want het wil my toeschynen, dat de heer
Coert het geheimzinnige van zoo'n schemering
al heel precies heeft begrepen en weten weer
te geven, o a. juist in het vergrauwende
okergeel van die vensteromlystingen.
Dezo teekening van den heer C. heeft my
zeer verheugd, en, by 't ernstig beturen er
van, heb ik waarlyk moeten terugdenken aan
het genot, dat my dikwijls een Karsen, een
Yan der Valk, een Willem Witsen of een
Van 't Hooft heeft gegeven.
Hiermede wil ik niet gezegd hebben, dat
de heer Coert daarom navolger van deze
artisten is, of reeds nu met dezen kaD wor
den gelijk gesteld, stellig niet; maar alleen
wensch ik hierdoor te doen uitkomen, dat zyn
werk my heeft geëmotionneerd.
Eene verzuchting zou ik ton slotte nog
kunnen slaken; Leiden wordt zoo „mooi"
gevonden, óók door artisten van buitenaf, en
bet schilderachtige van de Sleutelstad gaat
helaas zoo hard achteruit. Overal verryzen
die leeiyke huizen.
Gelukkig, dat er nog poëtische naturen ge
vonden worden, die 't mooi van onze veste
gevoelen en terug weten te geven, al |zal het
indrukwekkende van oude vervallen huisjes
door prozaïsten niet spoedig worden gevat.
Dat de heer Coert op den goeden weg is,
daarvoor moge hem de waardeerende getui
genis van een ander artist, die zich waarlyk
zeer gunstig over deze pastelteekening heeft
uitgelaten, voldoende borg biyven.
In een aan my gericht schryven zegt Jan
Toorop het te betreuren, dat de Groningscbe
correspondent van de „N. R. Crt." geen
résumé van zyne lezing heeft gegeven, en in
plaats daarvan slechts enkele losse zinnen
heeft overgenomen.
Toorop heeft dan gezegd: „Zoo zuiver de
kunst van Giotto en de Italiaansche Primi
tieven was, zoo onzuiver was ook de kunst
van Rembrandt." Toorop bedoelt hier „hoofd
zakelijk de mystieke expressie in die twee
verschillende kunstuitiogen," en vervolgt dan
„Want als ik Giotto, Fra Angelico, Fillippo
Lippi, Pietro Delia Francisca en andere Itali
aansche Primitieven en enkele Vlaamsche
Gotbieken in mijne lezing heb genoemd naast
Rembrandt, dan is dit alleen met de bedoeling
geweest, om de mystieke expressie van de
Christeiyke kunst (Giotto, enz.) der Primitieve
Italianen zuiver te noemen, tegenover de i
onzuivere mystieke expressie in Rembrandt's
voorstellingen, uit den Bybel en de Lijdens
geschiedenis van den Christus, en 't heoft niets
te maken met de groote, enorme kracht en
den rykdom, die zit in Rembrandt's portretten
of andere phantastische werken.
Deze Primitieve Italiaansche schilders
(mystieken) waren geloovige kinderen van het
zuiver primitief-Christendom. Hunne werken
waren dus niet alleen zuiver als mystieke
expressie, maar cok veelal zuiver van behan
deling en streng opgevat, en meestal als
versiering in verband met de kapellen, kerken
en kathedralen uit die tyden, dus ook zuiver
als gemeenschapsarbeid; terwyl Rembrandt's
mystieke expressie in de composition uit den
Bfibel gekomen na do Reformatie (het Protes
tantisme) meer individueel en vry was, zoo
ook in de behandeling zijner onderwerpen, en
zeer vaak daarin zyn zeer gepassionneerde
natuur en liefde voor zfin realisme en visio
nair licht liet voelen, dus, onzuiver stond zyne
mystieke expressie tegenover de zuivere pri
mitief Chrisieiyke kunstenaars."
Met deze denkbeelden van Toorop zullen
zeker velen mede kunnen gaan.
Van de firma Blankenterg en Co. ontving
ik ter bezichtiging een drietal verschillende
nieuwe portretten van onze jeugdige, aan
vallige Vorstin,
Deze lichtdrukken van den photograaf
Kameke zyn ditmaal al bijzonder gelukkig
geslaagd.
Waarlyk, in den laatsten tyd waren wy
niet verwend met goed uitgevoerde beeltenissen
van onze Koninginnendaarom past ons
nu een woord van blydschap. Het in den
handel brengen van een reproductie, tegen
een zeer geringen pr(js, waardoor velen in
den lande zich een portret zullen kunnen
aanschaffen, zal stellig met groote inge
nomenheid zyn begroet.
Mocht er nu, voor te houden feeste^kheden,
nog eens een bekwaam beeldhouwer de
opdracht erlangen voor het vervaardigen van
een goedgeiykende bustel
Het mag zeker een verblydend teeken
worden genoemd, dat ook aan de uitdossing
van proefschriften meer en meer, uit een
oogpunt van kunst, de aandacht wordt ge
schonken.
Als zoodanig is do dissertatie van den heer
G. C. Van der Hoeven te begroeten.
Een fraai, eenvoudig, toepasselijk titelvignet
(gekruiste zwaarden en weegschaal) van Roland
Holst versiert bet blauw-gryze kaft, terwyl
de letterverdeeJing byster aangenaam aandoet.
De wel wat al te zware rouwrandjes, om
de stellingen getrokken, had ik echter liever
weggelaten gezien. C. Verster.
Gemengd Nieuws.
Voor de Haagscbe rechtbank
stond [gisteren torecht een fabrikant uit Leiden,
die 6öd kassier alhier voor ƒ2000 had opge
licht door hem diets te maken, dat hij een
goede eigen zaak was begonnen, en van ver
schillende goede klanten geld had te vorderen,
waarvoor hy den kassier gefingeerde wissels
afgaf. Meenende met een solied man te doen
te hebben, had de kassier geen bezwaar ge
maakt voorschotten te geven, te minder omdat
enkele wissels, voor kloine bedragen, zonder
bezwaar waren gehonoreerd. Toen men even
wel om de grootere bedragen kwam, liep het
mis en volgde protest van de menschen, die
niets aar. den fabrikant verschuldigd waren
en met wissels werden lastig gevallen.
Behalve de kassier scheen ook nog een
studc-nt er in geloopen te zjjn, die thans even
wel, volgens beklaagde, reeds schadeloos is
gesteld.
Het O. M. vorderde voor dezen wisselruiter
9 maanden.
Mr. De Vries wees er op dat het geen ge
bruik is ora voorschotten te geven op niet-
geaccepteerde wissels; betwistte dat bier het
samenweefsel van verdichtsels aanwezig is,
dat de wet voor oplichting vordert en deed
uitkomen dat de kassier minstens genomen
zeer lichtgeloovig was geweest en daarvoor
een gevoelige straf had ontvangen, welke hy
zich had kunnen besparen door eenvoudig een
briefje te schrijven aan de door beklaagde
opgegeven klanten. Door 5 centen te sparen
is bfi er in geloopen voor f 2000. Pleiter con
cludeerde tot ontslag van rechtsvervolging,
subsidair tot het opleggen van een lichtere
straf.
De uitspraak zal over 8 dagen plaats hebben.
Gedurende deze week werden
op „Rhynzigt" genomen 687 zwembaden door
heeren en 142 door dames. Temperatuur van
het water 20° Celsius,
Morgen heeft te Heemstede de
laatste competitiematch van „Ajax I" plaats.
Gisteren is te 's-Gravenhage
geopend de eerste internationale postzegel
tentoonstelling in de residentie, uitgaande
van de Haagsche afdeeling der Nederlandsche
Vereeniging van Postzegelverzamelaars. De
voorzitter, de heer J. B. Robert, sprak de
inzenders toe, waaronder velen uit het buiten
land, o. a. de heeren Petritz, directeur van
het Koninkiyk Saksisch Postzegelmuseum,
Th. Buhl uit Londen, Lemaire uit Parys,
Lossau en Reddig uit Hamburg. In 't geheel
zyn er 35 inzendingen. Onder de Nederlandsche
munten uit die van G. F. Leliman, uit
Heerde, en De Jongh, uit 's-Hertogenbosch.
De waarde der inzendingen is £?er groot,
terwyl afzonderlyk zyn geëxposeerd alböQlS,
voorwerpen van postzegels vervaardigd, werken
OYer zegelkunde, enz.
De jury bestaat uit de heeren J. B. Robert
(Den Haag), Th. Buhl (Londen), Petritz
(Dresden), A. C. W. Roodenburg en D. E.
Schreuders (Den Haag).
De onlangs opgerichte 's-Gra-
venhaagsche stoombootdienst tot vervoer van
passagiers en gojderen zal ter gelegenheid
van de opening van haren dienst met een
der door haar in de vaart te brengen salon
bootjes op Woensdag 22 Juli a. s. een vaar
tocht doen. De plaats van afvaart is aan het
Ryswyksche plein.
Gisteren is naar het huis van
bewaring in Den Haag overgebracht de boek
houder van een expediteur .aldaar, te Am
sterdam gearresteerd, die ten nadeele van
zyn patroon quitanties had geïnd zonder de.
ontvangen gelden af te dragen, en bovendien,
gelden had weten machtig te worden van
personen, die met zyn patroon in handels
betrekking stonden, on ook op diens naam
geld had geleend.
Hy werd aangehouden, terwyl hy 't geld
verteerde.
Door de justitie te 's-Graven-
hage is gistermiddag het lyk van een jong
kind ter schouwing naar het academisch
ziekenhuis te Leiden opgezonden. Het kindje
zou volgens de moedor een natuurlyken dood
gestorven zyn, waaromtrent echter twyfel
is gerezen.
Een kleedermaker in een maga
zijn van gemaakte kleêren te 's-Gravenhage
kreeg gisteravond twist met den coupeur.
Toen eerstgenoemde hedenochtend in beschon
ken toestand op de snyderskamer -kwam,
wilde hy den coupeur met een mes te lyf,
doch stak zichzelven in de hand, waardoor
een hevig bloedende wond veroorzaakt werd.
Te Bodegraven had gisteravond
het 7-jarig zoontje van den kaashandelaar
v. d. K. de onvoorzichtigheid by het neerlaten
van de valbrug over den Ryn voorover te
gaan liggen met 't hoofd boven 't water, met
het gevolg, dat de zware brug met het volle
gewicht op het hoofd neerkwam en dit nage
noeg verpletterd werd. By den geneesheer
dr De Niet ingedragen, gaf het jongetje kort
daarop den geest. De brugwachter had aan
dit ongeval totaal geen schuil; de jongen
was onder de afsluiting doorgekropen en de
brugwachter bevond zich natuurlyk aan den
anderen kant van de val.
De Hooge Raad verwierp giste
ren o. a. het cassatie-beroep van den stof
feerder te Rotterdam tegen zyne veroordeeling
tot 3 jaar wegens opzettelyke brandstichting.
Voor de arr. rechtbank te Tiel
stond terecht A. v. G., huisvrouw van V.
v. O., te Vianen, beklaagd van brandstichting
De officier van justitie eischte 5 j.iren gevange
nisstraf. Aan het verzoek van den verdediger,
mr. J. G. Pynacker Hordyk, om onmidüellyko
invryheidstelling, gaf de rechtbank geen gevolg.
Dezer dagen ontving de heer R. Do
Wolff, te Weesp, het bericht, dat zyn zoon F. R.
De Wolff, vroegor kapper te Rotterdam, door de
Fransche regeering begiftigd is met de ridder
orde van het Legioen van Eer, wegens het
feit, dat hy aldaar met eigen levensgevaar
bet leven redde van een van Frankryks eer
ste ministers, die zich aldaar incognito bevond.
In het Gortelsche bosch, byEpe,
vond een jongen een nest adders, terwyl hy
bezig was bessen te plukken. Een adder
schoot uit en beet hem in den arm. De vader
van den jongen had de tegenwoordigheid van
geest, om met een touw direct den arm boven
den beet styf af t9 binden, waarop geneeskun
dige hulp werd ingeroepen. Het lichaamsdeel
zwol vervaarlyk op, toch schynt het gelukkig
goed al te zullen loopen.
De weduwe D., eene alleen wonende
vrouw te Sleeuwyk, werd Woensdag avond
plotseling door een vlaag van krankzinnigheid
overvallen en wel in zóo hevige mate, dat
zy in een oogenblik alles in hare woning
kort en klein sloeg, geen ruit in het geheel©
huis liet overblyven en de gordynen voor de
ramen aan flarden scheurde. Geen der buren
durfde zich met de vrouw, die de deuren ge
sloten had en ieder, die naderde, met een
geladen revolver dreigde, zelfs reeds een schot
loste, bemoeien.
De politie, bygestaan dotfr C. S., iemand, dia
voor geen klein geruchtje vervaard is, waagde
het de deur op9n te loopen. Alsnu werd de
vrouw, onder luid gegil en geschreeuw, door
beide mannen gegrepen en aan haar verniel
zucht paal en perk gesteld. Het geheele huis
vertoonde een chaos: niots was op de plaats
gebleveD, ailes lag vernield of verbryzeld over
den vloer, terwyl het ongelukkig schepsel
zelf by de ruïnatie verscheidene wonden had
bekomen. Het anders zoo stille Sleeuwyk
was door het tumult den ganschen avond in
opschudding.
Gistermiddag is uit de Maas
naby de Parkkade te Rotterdam opgehaald
het lyk van den negontienjarigen Noorschen
matroos T., die den 15den dezer van het
stoomschip „Segyn" te water was gevallen
en verdronken. Zyn lyk is naar de loods voor
drenkelingen in Crooswyk gebracht
Te Spyk, gem. Herwen en Aerdt,
is eene koe van den arbeider Van Galen
wegens mond* en klauwzeer onteigend en
afgemaakt. Een kind van v. G., dat melk
dier koe heeft gebruikt, ligt dientengevolge
thans ernstig ziek.
De stoomboot „De Gruyter"
heeft in den nacht van Donderdag op Vrydag
in de nabijheid van Zutfen een met yzererts
geladen vaartuig in den grond gevaren. De opva
renden werden met moeite gered en in de
politiewacht te Zutfen opgenomen.'
Gistermorgen moest by aan-;
komst to Bokstel uit den mailtrein van Vlis-
singen naar Oberhausen een 1ste en 2de klasse
rytuig uit dien trein verwyderd worden wegens
het warm loopen der assen, en aangezien er
nogal veel reizigers waren, moest een ander
rytuig in den trein gebracht worden. Dooreen
en ander ontstond tien minuten oponthoud.
Terwyl de zoon van den land
bouwer Dykema te Nieuw-Beerta met een
voer gerst naar huis reed, schrikten de paar
den door een plotseling opgekomen windvlaag,
gepaard met een daardoor opgejaagde stof
wolk, met het gevolg, dat D. bekneld raakte
tusschen den wagen en een langs don weg
staanden boom. Reeds eenige njen daarna
overleed de ongelukkige ten gevolge van zware
inwendige kneuzingen.
Aan het station te Geldermalsen
is gisteravond het 10-jarig dochtertje van den
wisselwachter V. door een locomotief overre
den. Het kind werd deeriyk verminkt en is
kort daarna aan de gevolgen overleden.
Naar aanleiding van de in o in
loop gebrachte overdreven berichten aangaande
een onbekend persoon, die Zondag ochtend
te Hendrik-Ido-Ambacht ia aangetroffen en
wellicht van Alblasserdam de Noord zou zyn
overgezwommen, zoodat hy mogeiyk in be
trekking zou staan tot den daar Zaterdag
gepleegden moord, kunnen wy verzekeren,
zegt de „Dord. Crt." dat dit geval van zoo
weinig beteekenia is, dat wy het niet eens
de moeite waard achten er melding van te
maken.
De zaak is deze: Zondag-ochtend vond een
uitdrager te Henoik-Ido-Ambacht op zyn erf
een onbekend persoon op een stoel zitten. Op
zyne vraag wat hy verlangde gaf de man een
antwoord, dat door niemand kon worden ver
staan. Men liet hem daarom rustig zittc-n en
gal hem eenig voedsel, in de verwachting, dat
by wel zou vertrekken. Toen hy echter den
gohoelen dag in de buurt bleef, begon men
zich ongerust te maken en eenige mannen
wisten hem toen te beduiden, dat hy moest
vertrekken. Men bracht hem naar Zwyndrecht,
waar de politie echter evenmin wist wat met
hem uit te richten, om welke reden hy naar
Dordrecht werd geleid. Daar kwam de man,
een Deensch matroos, die allerlei onzin uit
kraamde, in handen van de politie, die hem
nachtvirbiyf verschafte en hem Maandag als
vreemdeling zonder middelen van bestaan
over de grenzen heeft doen zetten. Met heb
Al'olasserdamsche drama heeft de man niets
uitstaande gehad.
Het onweder van Donderdag
heeft ook in Friesland zyn sporen achterge
laten.
Te Workum werd eene boerenwoning ge
troffen; de schoorsteen werd versplinterd.
Gelukkig kreeg niemand der bewoners eenig
letsel.
Te Oldeboorn sloeg de bliksem in den wa
termolen van den veehouder J. Bottema, ver-
bryzelde een der wieken en de as en ver
splinterde een balk in den molen. Brand werd
niet veroorzaakt.
Onder Steen wijkerwold sloeg de bliksem
in de woning van den vryboer J. Van der
Laan te Willemsoord. De vrouw, die het
jongste kind op haar schoot had, werd met
den stoel, waarop zy zat, een eind verplaatst,
en kreeg hevige brandwonden aan beide
beenen, terwyl nog twee kinderen aan nek
en rug belangryk letsel bekwameneen derde
kind werd eenige meters weggeslingerd en
geraakte geheel bewusteloos. Van der Laan
en het jongste kind bleven ongedeerd. Het!
huis brandde tot den grond toe af, terwyl
van den inboedel - waarvan niets verzekerd
was zeer weinig kon gered worden. Een
kalf werd mede een prooi der vlammen. Van
der Laan is door dit ongeluk totaal arm
gewordeu.
Te Holten sloeg de bliksem in de landbou
werswoning van en bewoond door B. Ven-
neman. Huis en inboedel brandden tot den
grond toe af. Mede kwamen 3 melkkoeien,
1 paard, 1 kalf en 22 varkens in de vlam-*
men om. Alleen was het huis slechts verze
kerd voor f 900. Vennemao, alsmede eenige
personen die om den regen aldaar waren
komen schuilen, bekwamen by de pogingen
tot redding nogal brandwonden.
Hoewel het onweder boven Bathmen niet
zwaar was, sloeg toch de bliksem in den
schoorsteen van de boerenbehuizinge van H.
Littink op Noteboom, onmiddellyk by het dorp.
Gelukkig veroorzaakte de vonk geen brand;
op dat oogenblik toch waren by L. ongeveer
een 20 schoolkinderen in de keuken, die aldaar
voor de bui een schuilplaats hadden gezocht.
De borden werden voor den schoorsteen en
de spiegel van den wand weggeslagen, doch.
de kleinen kwamen, evenals de bewoners,
met den schrik vrfi.
Tydens het onweder in de nabuurschap,
ontstond naby Rysen een windhoos. Haar
weg kiezend vrijwel van het Oosten naar het
Westen, richtte zy op bouwland en akkers
weinig of geen schade aan. Toen evenwel eenige
woningen door haar werden getroffen, toonde
ze, hoe ontzettende ktacht zy kon doen gelden.
Van een dor huizon werd letterlijk hot geheele
dak afgerukt en de zolder ten deele gebroken.
Van de naburige huizen werden een groot
aantal pannen als 't ware afgezogen. Een man
met paard od wagen, met plaggen bt laden,
werd ter zyde geslingerd. E n matig dikke
kastanjeboom weru letterlyk afgedraaid. Hooi
schelven werden opgenomen, enz.
Te Pcjrrega is een man door den bliksem
gedood.
Een keet,--bewoond door den arbeider Rona
op het Peizerveen, brandde, door den bliksem
getroffen, in een oogwenk tot den grond