N°. 11159.
Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en (feestdagen, uitgegeven.
Dit nommer bestaat uit DBIE
Bladen.
Feuilleton,
BRANT ADAMS, de Keizer der Detectives.
Leiden, 11 Juli.
Feuilleton.
BRANT ADAMS, de Keizer der Detectives.
Maandag 13 Juli. A°. 1896
LEIDSCH
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maanden. i »7 110.
Franco per posti i i_# 1-40.
Afzonderlijke Nommers i .v„ 0.05.
PRIJS DER AD VERTEN TJJÏN
Van 1 6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0,171
letters naar plaatsruimte,
wordt f 0.05 berekend.
Grootere
Voor het incasseeren buiten de stad
Eerste Blad.
Wij vestigen er de aandacht op, dat heden
in dit Blad is begonnen met het aangekon
digde feuilleton:
Officieel© Kennisgevingen.
JACHT.
De Commieearia der Koningin In dn provincie
Zuid Holland,
Gezien het boaluit van de Gedeputeerde Btaten
van don 23stcn Juni 1896, No. 60;
Gelet op art. 11 der vret van den I3den Juni 1857
(Staatsblad No. 87);
Brengt ter konnie van belanghebbenden, dat bij
voornoemd beeluit door de Gedoputeerdo Staten is
bepaald, dat de afzonderlijke jachten op waterwild
voor dit jaar zullen worden geopend op Zaterdag
den laten Augustus aanstaande, en dat mitsdien
van dat tijdstip af de uitoefening der jachtbedrijven,
vermeld in art. 15, litt. d, f en h, der wet op do
Jacbt en visscherij, is geoorloofd worJende toveDe
herinnerd aan de bepaling van art. 1 van hot
Re-ilomont op do uitoefening dor jacht en visecherij
in deze provincie, krachtens welke die jachten niet
andera mogen plaats hebben dan op het water,
langs de stranden, oeverB van meren, plassen, rivieren
en op moerassige landen.
En zal doze kennisgeving, in plano gedrukt,
worden afgokondigd en aangeplakt, waar zulks te
doen gebruikelijk ie, alemedo in het ProvinciaaTblad en
in do Noderlandeohe Staatscourant worden geplaatst.
's-Gravenhago, don 27sten Juni 1896.
Do Commissaria dor Koningin voornoemd,
FOCK.
Da uitslag der aan de Hoogere Burger
school voor Meisjes gehouden overgangs
examens is als volgt:
4de kl.Aantal leerlingen 11; onvoor
waardelijk bevorderd 9, voorw. 2.
3de kl.: Aantal leerlingen 19; onvoorw
bevorderd 14, voorw. 1, niet bevorderd 4.
2de kl.: Aantal leerlingen 26; onvoorw.
bevorderd 19, niet bevorderd 7.
lste kl.: Aantal leerlingen 29; onvoorw.
bevorderd 24, voorw. 2, niet bevorderd 3.
Aan het toelatings examen werd deelge
nomen door 30 leerlingen, waarvan 18 werden
toegelaten tot de lste kl., 5 tot de 2de kl.,
4 tot de 3de kl. en 1 tot de 4 Ie kl.
De uitslag van het toelatings.exam en
aan de Hoogere Burgerschool voor Jongens
is aldus:
Het aantal candidaten voor de lste klasse
bedroeg 36, waarvan er zijn toegelaten 24,
voorwaardelijk 4 en niet toegelaten 8.
Toegelaten zijnW. A. Affourtit, J. W. H.
Adams, J. "W. Th. Lichtenbelt, J. J. Sciaroni,
A. J. Witmaus, E. T). C. Boutmy, R. C. Bak-
liuijzen van den Brink, M. F Pluim Mentz,
A. J. Bronkhorst, L. H. Douwes Dekker,
F. Van Deventer, C. J. Van Velzen, D. Polder,
W. Ouweleen, W. A. H. Van Heeswijk, A. J.
Versteegh, S. Van Exter, L. P. J. Batenburg,
J. C. Spaargaren, H. G. Hoogkamer, W. K J. A.
Hoosemans, P. Marks, J. J. IJdo en H. Filippo.
3)
Over de geheele boot zocht hü naar de
Bchoone onbekende met het goudblonde haar,
doch tevergeefs. Hij maakto zich op het
benedendek bekend bij den eersten officier en
deze bracht hem nu by de stewardess, doch
ook zij wist geen enkele dame aan boord, die
beantwoordde aan de beschrijving van den
detective. Ook de kleurling, die in het salon
bediende, had haar niet gezien. Brant Adams
begon het geval hoe langer hoe verwarder
te vinden.
Zou hy 't wel ooit kunnen oplossen?
Het denkbaarste was, dat het meisje zich
zelf had overboord gegooid.
Hij was gewend aan treurspelen en aan
tragedies zooals weinigen weten dat ze bestaan,
en dit maakte, dat hy ook nu zijn kalme
bedaardheid behield.
Dat het meisje zich ergens verstopt had,
was onmogelijk; daarvoor had by te nauw
keurig ieder hoekje doorzocht.
IV.
Brant Adams had het reeds als een feit
vastgesteld, dat de onbekende overboord ge
sprongen was, en wilde dus het zoeken
maar opgeven, toen hy opeens het geheele
geheim ontdekte.
Hy liep de kajuitstrap af, waartegenover
zich een enorme spiegel bevond, groot genoeg
Voorwaardelijk: J. Brouwer, J. H. Soesman,
F. Heintz en H. Van Leeuwen.
2de klasse: 1 candidaat. Toegelaten,name-
lyk F. J. Hakkenberg.
3de klasse: 2 candidaten. Toegelaten 1,
nameiyk C. H. De Boer, voorwaardeiyk.
4de klasse: 2 candidaten. Beiden afgewezen.
Benoemd ia tot organist in de Ooster-
kerk alhier de heer L. Boom.
De Fransche mail, met berichten uit
Ned.-Indië, wordt heden alhier verwacht.
Heden ontvingen wij het vier-en-twin-
tigste jaarverslag der Algemeene Nederland-
sche Vrouwen-Vereeniging „Tesselschade."
Daaruit biykt, dat zy op 1 April 1896 telde
4369 leden, over 28 afdeelingen en 17 corres
pondentschappen verdeeld, o. a. Leiden 176
leden en 15 werksters, Rynstreek 26 leden,
Lisse Bennebroek 18 leden.
De afdeeling Leiden kan tot haar leedwezen
lang niet aan al hare werksters voortdurend
werk geven, eigenlijk slechts aan ééne bor
duurster en aan óóne breister; het naaiwerk
wordt over enkele zeer goeden verdeeld, maar
wordt onvoldoende besteldin haakwerk gaat
vrij veel om; het is dan ook uitmuntend,
evenals het borduurwerk. De verplaatsing van
het depot werkt zeer gunstig, zoodat de be
stellingen in het algemeen toenamen. Groote
sympathie voelt het bestuur steeds voor
opleiding en besteedde daaraan dan ook vry
voel: 4 eigen candidaten studeeren voor
muziek, éóne voor apothekeres. De dame, die
voor plant- en dierkunde M. O. werkte, deed in
den loop van het jaar een uitstekend examen,
en kon daardoor eene vaste aanstelling krygen.
Het Bemiddelingsburcel werd nogal eens
gebruikt, doch met het plaatsen der candidaten
bad de directrice weinig succes; niettemin
kon zy indirect dikwyis helpen door het ver
schaffen der inlichtingen, die haar als direc
trice van het Bureel van Voorlichting ten
dienste stonden, zoodat die werkzaamheden
dikwyis inéénliepen. Het Blaadje der Ver-
eeniging wordt steeds zeer gewaardeerd, zoo
wel voor vraag en aanbod als voor orgaan;
het ligt ter inzage in het depót.
De afdeeling Lisse-Bennebroek bedacht de
Fondskas, scbonk eene bydrage voor de can
didaten van Haarlem en breidde haar ledental
uit. Door het rondzenden eener doos werd
eeno flinke hoeveelheid armengoed geplaatst
voor Haarlem. Van het Bemiddelingsbureel
werd éénmaal gebruik gemaakt.
Het correspondentschap Rijnstreek verliest
met het einde van dit jaar zyno correspon
dente; zü was in de gelegenheid ofschoon
geene eigen werksters hebbende voor eene
vry grooto som te verkoopen voor Amster
dam. De kas betaalde ae opleiding voor eene
eigen candidate en zond bovendien bydragen
aan Amsterdam en Nijmegen.
Godurende de afwezigheid van don school
opziener in het district 's Gravenhage, den
heer W. Van Marken, zal diens functie worden
waargenomen door jhr. mr. J. Beelaerts van
Blokland, schoolopziener in het arrondissement
Leiden.
Men schrijft ons uit Valkenburg: iDdien
8 Juli jlde datum, waarop vóór vyf en twintig
jaren, ons Hoofd der School de heer W. Groot,
voor hot eerst als onderwyzer te Krommenie
in functie trad, de dag ware geweest tot
herdenking van zyne komst in deze gemeente,
dan ware 8 Juli gewis hier tot een feestdag
gewijd, en hoevelen hadden niet den algemeen
goachten en beminden „meester" met woord
en daad hunne belangstelling betoond.
Daar wy geheel onbekend waren, welk
eene beteekenis die datum voor „den mees
ter" heeft, rest en past ons thans een woord
van erkentelijkheid, van dank en lof.
Zy dit schryven dan de tolk dor gemeente
voor de gevoelens van toegenegenheid en
hoogachting, welke wy, gemoentenaren, byna
zonder een enkele uitzondering, voor onzen
„meester" gevoelen, uit waardeering voor het
nuttige en het goede, hier door zyn onderwys
gesticht.
Moge hy nog vele jaren met onverflauwden
yver werkzaam zyn voor het onderwys, maar
voor dat van Valkenburg in het byzonder.
D8. Th. G. C. Rappard, predikant te
Zuilichem, heeft een beroep ontvangen naar s
de Ned.-Hervormde gemeente van Ter-Aar.
De voordracht ter vervulling der betrek
king van onderwyzeres aan de openbare lagere
school te Ter Aar bestaat uit de volgende
dames:
W. A. M. Van Lingen, te 's-Gravenhage;
H. Overbeek, te Hengeloo, on J. M. Dykman,
te Leiden.
Het concert van „Sempre Crescendo",
te 's-Hage, ten voordeele vari „Armenzorg"
aldaar, is nu vastgesteld op Dinsdag 1 Dec.
in het Gebouw van K. en W. SolistenOrelio
(zang), en de werkende leden Benjamins (piano)
en Van Geer (violoncel).
De kapiteins der artillerie J. A. Lehmann
en J. A. De Fremery, die een tiental dagen
geleden naar Kopenhagen vertrokken tot het
bywonon van proeven met snelvuurkanonnen
te Finspong, zyn gisteravond van hunne zen
ding in Den Haag teruggekeerd.
De lste luit.-kwartiermeester C. W. F.
Doorman, van het 4de reg, inf. te Delft, is
tydclyk belast met de hoofd-administratie van
het 3de reg. veld-art. te Breda.
De hébr H. Vedel, uit Kopenhagen, kapt.
ter zee in koninklijken Deenschen dienst, is
te 's Gravenhage aangekomen in het „Hotel
Paulez."
Te 's Gravenhage werd gisteren aanbe
steed: het afbreken van 14 panden aan de
Kerkstraat en Frederikstraat en het daar ter
plaatse bouwen van woonhuizen, bevattende
8 benedenwoningen, 10 bovenwoningen en 1
winkelhuis.
Minsto inschrijver was J. Van der Burg
aldaar voor 79,350.
Er zullsn dit jaar door de corpsen infan
terie geen regiments-oefeningen plaats hebben,
wanneer die corpsen voor dat doel hun gar
nizoenen zouden moeten verlaten en in leger
plaatsen zouden moeten worden gekampeerd.
Alleen het 3de bat. van het 7de reg. inf.,
onder den luit.-kol. J. Van Wyk, zal te Laren
kampoeren.
De groote manoeuvres der 2de divisie gaan
e hter door.
Het 3de reg. veld-artillerie, in garnizoen te
Breda, Roermond en Bergen op Zoom, zal op
25 dezer in de legerplaats by Oldebroek een
kamp betrekken en aldaar tot 7 Aug. ver-
biyven tot het houden van oefeningen. Met de
leiding dezer oefeningen is belast de luit. kol.
H. H. Ramaer, commandant van het regiment.
De heer J. A. Schuurman, oud-directeur
der gemeentewerken te Amsterdam, is gister-
namiddag overleden.
Te Utrecht is in den ouderdom van ruim
90 jaren overleden de heer D. A. Du Cloux,
oud luit.-kol. der landmacht in West-Indiö en
commandant van Curasao.
Door den heer A. J. Krieger, ingenieur
te Gouda, is thans aan de verschillende be
trokken gemeenten een verzoek gericht, hem
vergunning te verleenen voor den aanleg en
de exploitatie van een stoomtram van Roode-
school langs Delfzyi naar Winschoten.
Door den kerkeraad der Ned.-Ilerv. ge
meente te Devonter is aan de Algemeene
Synode een adres gericht met verzoek maat
regelen te nemen om by de Regeering te
bewerken, dat de Goede Vrydag worde op
genomen onder de erkende Christelijke feest
dagen
Het Zuider-Zendingsfeest, dat Woensdag
te Bolnes op de buitenplaats van mevr.
Groenix van Zoelen aldaar gehouden werd,
is in de beste orde afgeloopen. Er waren
8- a 9000 betalende bezoekers en daar in de
cantine slechts op 4000 personeD gerekend
was, kwam er in den loop van den dag
gebrek aan eet en drinkwaren.
Het feest, dat begunstigd werd door fraai
weder, had het gewone verloop.
Op het zestal voor predikant by de Ned.-
Herv. gein. te Gorredyk komt voor ds. Kyistra,
predikant te Engeluin.
De minister van waterstaat heeft aan
den heer E O. De Burlett, te Teteringen, voor-
loopige concessie verleend voor een stoomtram
BlerikMaeseyck.
Door den minister van oorlog is de
administrateur van het garnizoens-nachtleger
en kleedingmagazyn J. Witzel, te Gorkum,
overgeplaatst naar Utrecht en benoemd tot
administrateur van het militair magazyn van
levensmiddelen aldaar.
Van de 44 adspiranten voor de Cadet
tenschool te Alkmaar, die te Breda genees
kundig zyn onderzocht, zyn er twee afgekeurd.
Het bedrag der vergoeding aan de Ryks-
schatters voor schattingen en tellingen wegens
opnemingen naar de wet op de personeele
belasting, over het dienstjaar 1895/96, i3
bepaald op 678/,0 ten honderd van het ge
heel beloop der kosten, voor die opnemingen
verschuldigd.
Het stoomschip „Admiral," van Oost-
Afrika naar Rotterdam en Hamburg, animeerde
9 Juli te Aden; de „Bundesrath," van Hamburg
en Amsterdam naar Oost Afrika, arriveerde
8 Juli te Lissabon; de „Prins Frederik Hendrik,"
van Wost-Indië Daar Amsterdam, arriveerde
10 Juli te Havre; de Koningin Regentes"
vertrok 11 Juli van Amsterdam naar Batavia.
By koninklyk besluit is verle?nd: aan
G. Esmeyer een pensioen van ƒ336 's jaars
en aan C. Nullen een pensioen van 257
'8 jaars.
Met ingang van 16 Juli a. s. aan H. J. Vygen,
op zyn verzoek, eervol ontsl g verleend als
burgemeester van Geulle, met dankbetuiging
voor de diensten, door hem in die betrekking
bewezen.
Goedgekeurd, dat W. baron Bentinck van
Schoonheten, burgemeester van de gemeente
Den Ham, is benoemd tot secretaris dier
gemeente.
De kapitein-luitenant ter zee C. J. G. De
Booy, met 1 Aug. a. 8., eervol ontheven van
het bevel over Hr. Ms. schoener „Zeehond,"
en dat bevel opgedragen aan den kapitein
luitenant ter zee 1. Van den Bosch.
Pensioen verleend aan: J. A. Stelwagen,
laatstelyk bode by de Algemeene Rekenkamer,
ƒ588; M. I J. Beckers, wed. J. N. Houba,
onderwyzer aan de Rykskweekschool voor
onderwyzers te 's-Hertogenbosch, 550; M.
P. Druyvestein, wed. C. Hattinga Raven,
betaalmeester, ƒ840; de kinderen van wyien
deo commies 2de klasse by 's Ryks belas
tingen, J. W. Lemmens, ƒ177 'sjaars.
De kapitein E. J. F. De Bruyn, adjudant
van het 2de regiment vesting-artillerie, op
zyn aanvrage op pensioen gesteld, het bedrag
van het pensioen bepaald op ƒ1560 's jaars,
en dien kapitein, gerekend van den dag, waarop
zyn pensioen ingaat, de rang verleend van
majoor.
EERSTE HAMER.
De Eerste Kamer heeft gisteren in een
enkele vergadering al de 20 aan de orde
gestelde wetsontwerpen afgedaan. No. 21, het
voornaamste, de nieuwe regeling van het
Kiesrecht ia wel in de afdeelingen onder
zocht, maar het vcorloopig verslag en do
memorie van antwoord zullen zich nog wel
eenigen tyd laten wachten Vermoedeiyk zal
tot de openbare behandeling niet vóór hal
September worden overgegaan.
Debat is gisteren niet veel gevoerd.
Overeenkomstig liet advies der commissie
is den commies-griffier mr. Zillesen vergund
de betrekking van kantonrechter plaatsver
vanger te "s-Hage waar te nemen.
Aangenomen werd ae wyziging der jacht
wet, waarby de Minister de wor.scheiykheid
erkende van algemeene herziening der jachtwet
en van een internationale regeling tot be
scherming der trekvogels, eD mededeelde, dat
een voorstel tot het verbieden der jacbt op
waterwild in de territoriale wateren geroed is.
Aan den heer Van JNispen tot PannerdQn
die op het ongerief wees van het vorbod van
invoer van geslacht vee in Duitschland, ant
woordde de Minister Van Houtendat hy
hiervan meöedeeling zal doen aan den Minister
van Buitenlandsche Zaken, en dat overigens
het noodige wordt gedaan om uitbreiding der
veeziekte tegen te gaan, in het belang der
reputatie van onzen veestapel in het buiten
land. Mond- en klauwzeer zyn byna onder
drukt, dank zy den krachtigen maatregelen.
By de regeling der zeemachtpensioenen
drong de heer Van Alphen aan op pensioens-
verhooging van de machinisten, welke de
om tegelyk een heele groep menschen te
weerkaatsen. In dien spiegel nu zag hy
de beeltenis van een zeer schoon meisje. Op
dat oogenblik viel liet hem nog niet in haar
voor de vermiste te houden, daar zy niet
blond, maar ravenzwart was; ook haar teint
was ontegonzeglyk dat van een brunette. Haar
groote zwarte oogen fonkelden als diamanten
en hun blik zou men niet licht vergeten.
Nogmaals keerde de detective zich om, ten
einde haar na te zien, toen plotseling, zonder
dat hy hot zelf wilde, hem de uitroep: „Goede
Hemel!" ontsnapte.
Natuurlyk keek de dame om en hun blikken
ontmoetten elkaar.
Adams merkte dadeiyk op, dat in de oogen
der dame iets als geheimo angst lag uit
gedrukt.
De stoomboot lag nu geheel stil; de mist
was zóó dik geworden, dat de kapitein
het voorzichtiger oordeelde te wachten tot
die zou zyn opgetrokken.
Er ging een half uur ongeveer voorby en
Brant Adams had zich in het salon neergezet
om de ongeduldige passagiers op zyn gemak
te kunnen opnemen. Ook do onbekende dame
was daar; eenmaal ging ze zeer dicht aan
hem voorby. Hy nam haar nauwkeurig op
en trachtte uit te maken of ze inderdaad
dezelfde was als die hy had verlost uit de
handen van haar bedreiger. "Wat hy zich van
haar herinnerde, kwam geheel met deze ver-
schyning overeen. Het eenige, wat hem te
doen stond, was haar nauwkeurig gade te
slaan en op al haar bewegingen te letten.
Hy keek haar scherp in het gelaat, om te
proboeren of ait by baar ook eenige verlegen
heid teweegbracht, maar een koele, onver
schillige blik was al, waar ze hem mede ver
waardigde. Toen hy eindelyk wat al te
vrypostig werd met zyn blikken, zond ze
bom een toornigen blik toe, zooal3 iedere
vrouw een man, die zoo onbeschaamd was,
zou hebben behandeld.
Eensklaps viel hem iets in. Hy ging nog
maals naar de verlaten hut, nam den sleutel
van buiten uit de deur en stak dien binnen
in, sloot toon zichzelf in het vertrekje op en
begon nogmaals een nauwkeurig onderzook.
Door de kleine ruimte verspreid, lagen overal
blonde haren, iets, wat den detective in
't minst niet scheen te verbazenintegendeel,
een glimlach van voldoening kwam op zyn
gelaat.
Hy had een nieuwe ontdekking gedaan,
nameiyk, dat al die blonde haren afkomstig
waren uit een pruik.
Op het toilet vond hy een enkel zwart
haar en trotsch op zyn ontdekking, mompelde
hy: ze is het wel degelyk.
Hy begreep nu, dat de vrouw, voor wiens
lot hy zich interesseerde, op de boot was
gekomen onder een vermomming, wat hem
deed overhellen tot de meening, dat zy
schuldig moest zyn aan een of andere mis
daad. Een onschuldige vrouw toch zou niet
zooveel slimheid en zooveel tegenwoordigheid
van geest aan den dag leggen, om Diet te
schreeuwen of zich ook maar door een enkelen
gil te verraden, als iemand haar van achteren
aangreep en een ander toesprong om haar
te redden. De detective was teleurgesteld; het
speet hem, dat by de ontdekking gedaan had.
Slechts eenige oogonblikken had hy de
schoone vrouw aanschouwd en zy had hem
betooverd; gedurig moest hy zichzelven be
kennen, dat hy nooit mooier vrouw gezien
bad. Hy trad weer uit de hut en begaf zich
naar het salon, waar hy plotseling tegenover
de dame in quaestie stond. Ze toonde niet
de minste ontroering; klaarbiykelyk had ze
haar zenuwen geheel in haar macht.
Byna had Adams zyn plicht verzaakt door
de quaestie maar te laten zooals die was en
geen verder onderzoek te doen, doch hy
dwong zichzelf kalm te zyn en te doen wat
hy in ieder ander geval ook zou doen. Daarom
zocht hy een gelegenheid om de jongedame
eens te kunnen aanspreken, wat hem al heel
spoedig gelukte.
De mist was opgetrokken en de stoomboot
vervolgde weder haar weg. Nieuw-York was
reeds in het gezicht en de passagiers stonden
in groepjes op het dek uit te zien naar de groote
stad, die langzaam opdook uit den mist.
De eigenares der ravenzwarte lokken had
zich niet onder de passagiers gemengd, maar
stond, eenig8zin8 achteraf, alleen het indruk
wekkend schouwspel gade te slaan.
„Uw vyand is dood," zeide plotseling de
detective aan haar oor.
Reeds eenige minuten had hy achter haar
gestaan zonder dat zy het bemerkt had.
Ze uitte een lichten kreet van schrik en
sloeg een blik vol wilden angst op den man
naast haar, en plotseliüg deed zy eenige
stappen in de richting der reeling.
BNeen, zóó zult ge niet ontsnappen," zeide
een besliste stem naast haar, en tegelykertyd
voelde ze zich by den arm vatten.
„In 's Hemels naam, mynheer, laat my,"
smeekte de onbekende; „ik kan dit leven
niet laDger uithouden, ik wil myn moordenaar
ontsnappen, laat my dus begaan."
„Vrees niets," zeide Adams, „geloof my,
ik zal u beschermen; aan myn hoede kunt
ge u gerust toevertrouwen."
„Neem, mynheer, my kunt ge niet helpen."
„Wilt ge me een vraag eerlyk beant
woorden? Zyt ge vluchtende voor de justitie?"
Het was niet noodig, dat zy antwoordde;
haar schoon gelaat vol uitdrukking sprak
voor zichzelf.
„Neem my niet kwaiyk, ik deed de vraag
met eon reden; laat ik u die mededeelen. Ik
weet, dat gy een verongeiykte vrouw zyt, die
veel verdriet hebt gehad, maar van nu af aan
zal ik u helpen en zyt ge veilig, alsof ge een
wacht van strydbare mannen om u hadt."
Brant Adams had in hooge mate de gave
ontvangen, vertrouwen in te boezemen aan
degeneD, die met hem in aanraking kwamen.
Ook het schoone meisje onderging dien invloed.
Een blik op het gelaat van haar metgezel
was voldoende om haar te overtuigen van
zyn rechtschapenheid en volkomen vertrouw
baarheid.
„Maar hoe kunt u, die my Diet kent, zoo'
belang in my stollen, mynheer?" vroeg ze
besche.iden.
„Ik ben Brant Adams, de detective; dus nu
zult u begrypen, dat ik slechts myn plicht doe."
De boot was intusschen voor Nieuw-York
aangekomen. sWordi vervolgd.)
DAGBLAD.