N°. 11121. feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven 3E?* eiJLïlle'tozi. UST TRANSVAAL. Vrijdag 39 Mei.A°. 1895 LEIDSCH PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden. Franco per post Afzonderlijke Nommers a r i do; 0.05. PRIJS DER ADVERTENTIËN": Van 1 6 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17 j. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad wordt 0.05 berekend. Leiden, 28 Mei. Door den minister van waterstaat is aan de heeren C. J. baron Leembruggen, A. L. De Sfurler te Leiden en T. A. O. De Ridder te Katwyk aan den Ryn concessie verleend voor een stoomtram langs den Hoogen Ryndyk van Leiden naar Alfen. De Commissie van de Bewaarschool- Heynsiusplein, te Oegstgeest, heeft een over zicht gegeven van hare ontvangsten en uit gaven gedurende het eerste jaar van haar bestaan, loopende van 1 Februari 1895 tot 31 Januari 1896. De ontvangsten zyn: giften en jaariyksche bijdragen ƒ859.481/,, schoolgeld ƒ138.40, col lecte langs de buizen 46 60, huur catechi satiekamer f 39, te zamen f 1083.48'/2. De uitgaven beliepen: huishuur f 252, sala rissen f 559.92, brandstoffen f 11..65, schoon maakster 13.65, schoolbehoeften 22.25, diverse onkosten ƒ26.34, glas-assurantie f 5 ea onkosten voor inrichting 190.82'/,, te zamen 1081.63'/,. De aanvraag om plaatsing voor kinderen blijft voortdurend groot, doch door de beperkte ruimte konden slechts 38 kinderen opgenomen worden, waarom dan ook een grooter lokaal zeer gewenscht zou zijn. Tot onderwijzeres aan de Christelijke school te Bodegrave is benoemd mej. W. Roosen, thans in gelijke betrekking werkzaam te Ridderkerk. De Jbenoemde heeft de benoeming aangenomen en hoopt 1 September in functie te treden. In de gisternamiddag gehouden Raads zitting te Haarlem werd o. m. besloten om niet nabij het Houtplein, doch op het zooge naamde Leidscheplein, by do Leidsche vaart, een nieuwe «chool voor lager onderwijs te bouwen. De vernieuwing van de langzamerhand berucht geworden Haarlemmermeerbrug werd aangenomen, zoodat de gemeente zal moeten bijbetalen al wat er aan kosten overblijft, nadat de gemeente Haarlemmermeer 1000, het polderbestuur in de kosten en de Haarlemscho Handelsvereeniging pl. m. 2000 zullen hebben bijgedragen. De stedelijke bidders krijgen gedurende vier jaren 100 per jaar als troost, wijl hun be trekking opgeheven wordt. De quaestie der overbrugging van de rails der Hollandsche Spoor kwam na lange discussii niet tot een oplossing, daar de heer Boynes eerst overleg met den Raad van Beheer der H. IJz. Sp.-My. wenschte en ten slotte de beslissing uitgesteld werd op voorstel van den heer Yan Lennep, omdat mr. Macaró, oud-lid der vroegere spoorwegraadscommissie, niet aanwezig was. Benoemd zyn tot gemeente-archivaris de heer C. J. Gonnet en tot bibliothecaris de beer J. W. Enschedé; beiden met algemeene stemmen. Gisteren ie de Amsterdamsche oud- hoogleeraar Allard Pierson op 65-jarigen leeftijd overleden. Den laatsten tyd woonde by op den Veldhorst, nabij Zutfen. Een nier- en hersenziekte, waaraan de overledene lang ge leden heeft, waarvoor hy ook in warmer streken tevergeefs genezing had gezocht, maakte een eind aan zijn leven. Allard Pierson werd te Amsterdam geboren, studeerde van Sept. 1849 te Utrecht in de theologie en werd eerst predikant bij de Evan gelische gemeente te Leuven, daarna Waalsch predikant te Rotterdam, welke betrekking hij- in 1865 neerlegde om het predikambt geheel vaarwel te zeggen. Te Heidelberg was hy daarna eenigen tyd buitengewoon hoogleeraar, woonde ambteloos te Utrecht en werd, toen de Academie te Amsterdam tot gemeentelyke universiteit werd verheven, tot hoogleeraar in de aesthetica en de kunstgeschiedenis benoemd, eene betrekking voor welke hy ongeveer een jaar geleden bedankte. Prof. Pierson heeft zeer veel en over zeer veel geschreven en was o. a. een bekend modewerker aan de „Gids". Zyn voornaamste werk is zeker het onvoltooide „Geestelyke Voorouders". Een van zyn laatste bijdragen, zoo niet de laatste, is zyn studie in „De Gids", dis op het jongste congres der moderne theologen nogal werd aangevallen. Mr. Slotemaker uit Arnhem vond daarin toen aanleiding om een warm woord van hulde aan Allard Pierson te wyden. Ook als redenaar stond prof. Pierson hoog aangeschreven. Te 's Gravenhage is overleden de heer R. J. Verschoor van Nisse, gep. kapitein der infanterie, lid van het College der Zeevissehe- ryen en van het bestuur op de Schelde en Zeeuwsche stroomen. Te Rotterdam is na een korte ongesteld heid overleden de heer John Veder, eenige firmant der firma J. R Veder Zonen, pre sident van de Zuid-Hollandsche Maatscbappy tot redding van schipbreukelingen. De minister van binn. zaken heeft be paald, dat het staatsexamen ter verkryging van een getuigschrift van bekwaamheid voor de stutie aan eene universiteit, zal worden afgenomen te 's Gravenhage op 13, 14, 15, 16, 17, 18, 20, 21, 22, 23, 24, 25, 27, 28, 29, 30, 31 Juli, 1, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 10, 11, 12, 13, 14, 15, 17, 18, 19, 20, 21 en 22 Augustus a. s. Sts.-Gt De heer H. H. Zaalberg P.Jzn., predikant by de Herv. gemeente te Paramaribo sedert 1888, hoopt dit jaar met verlof naar Nederland terug te koeren. Er heeft zich te 's-Gravenhage een com missie gevormd, met het doel de nagedachtenis van Nicolsï door een stoffelijk hulcleblyk te eeren. Voorzitter is mr. J. G. Patyn, secretaris- penningmeester Gottfried Mann. De volledige samenstelling van de commissie zal weldra bekend gemaakt worden. Het door het „Vad." onder reserve mee gedeeld bericht, dat Henri Viotta dingt naar de betrekking van directeur der Koninklyke Muziekschool te's-Gravenhage wordt bevestigd. Van Hellevoetsluis is to Rotterdam aan gekomen tot tydelyke vervanging van de kanonneerboot „Dufa", die reparatie moet ondergaan, het stoomriviervaartuig „Rhenus", commandant luitenant ter zee 1ste klasse Van der Velden Erdbrink. Generaal Dsykerhoff is met de „Conrad" eergisteren uit Indië te Genua aangekomen; hy wordt heden verwacht to Nymegen, waar hij te Hees zyn intrek neemt by zyn schoon zoon. Uit een voordracht, door B. en "Ws. te Amsterdam by den gemeenteraad ingediend, blykt dat de geraamde kosten voor den aan leg van de gemeentelyke telephoonf/750,000) waarscbijniyk niet zal worden overschreden. B. en "Ws. vragen by het verleende voorloopig krediet van 500,000 nog 250,000. Voorts zyn B. en Ws., „menscheiykerwyze gesproken," er zeker van, dat de exploitatie van de gemeente telephoon op 1 Nov. a. s. zal kunnen beginnen, en zy stellen aan den Raad voor aan do B:ll-Telephoon-My. te be richten, dat de gemeente op dien datum haar eigen net iu exploitatie zal brengen. Er is een Unie opgericht van onder- wyzers aan Christelijke scholen in Nederland, om lotsrerbetering te bewerken. Blykens particulier tologram, Woensdag uit Indië ontvangen, is de commandant der koloaiale-reserve te Nijmegen, de majoor G. G. J. Notten, bevorderd tot luit.-kolonel. Het stoomschip „Admiral" arriveerde 26 Mei van Hamburg en Amsterdam te Tanga; de „Bundesrath", van Oost Afrika naar Rotter dam on Hamburg, vertrok 24 Mei van Napels; de „Laertes", van Amsterdam naar Java, arriveerde 26 Mei te Port Said; de „Edam" arriveerde 27 Mei van Niouw-York te Amster dam; do „Maasdam" vertrok 27 Mei van Rotter dam naar Nieuw-York; de „Merapi", van Rotterdam naar Batavia, aniveerde 27 Mei te Southampton; do „Schiedam" arriveerde 26 Mei van Amsterdam te Nieuw Yorkde „Salak", van Rotterdam naar Batavia, passeerde 27 Mei Gibraltar; de „Spaarndam" arriveerde 27 Mei van Nieuw-York ti Rotterdam. By koninklijk besluit is aan den eervol ontslagen bode by het departement van marine A. W. Huguenin een pensioen toegekend van ƒ349 'sjaars. Aan J. A. Stelwagen eervol ontslag ver leend als boie by de Algemeeno Rekenkamer, behoudens aanspraak op pensioen, en by voor noemd college benoemd tot bode de assistent bode W. K. F. Kuh. Aan den kapitein R. J. graaf Schimmel- penjiinck, van het 5de reg. inf., vergunning verleend tot het aannemen en dragen der orde- teekenen van ridder 3d© kl. der orde van St.-Stanislas, hem door den keizer aller Russen geschonken. De „3-Octobcr-Vereeniging". Dd 3-October-Yeroeniging hield gisteravond om halfnegen in de bovenachterzaal der Stads- zaal do jaarlijksche algemeene Mei vergadering. De voorzitter, de heer N. Brouwer, opende haar met een woord van herinnering en dank zegging. Hut bestuur had nl. dezer dagen een briefkaart ontvangen, geteekend: „een lid der 3-Oct.-Vereeniging", waarin herinnerd werd dat het den 13den Mei tien jaren geleden was dat de vereeniging werd geconstitueerd. Jammer werd het verder daarin gevonden dat deze vergadering niet een 14 dagen vroe ger kon gehouden worden, maar daarentegen toch de wensch geuit dat de Vereeniging steeds in bloei moge vooruitgaan. De voorzitter zeide den onbekenden brief kaartschryver dank voor den gelukwensch, waardoor tevens de 13de Mei niet geheel onopgemerkt voorbyging, deelde mede dat er overwegende bezwaren bestonden om deze vergadering tegen genoemden datum uit te scbryven en sloot zich by de wenschen voor het bestendig welzyn der Vereeniging aan. Daarna werden door den secretaris, den heer Fel. Driessen, de notulen der vorige Januari-vergadering gelezen, welke onder dankzegging werden gearresteerd. De voorzitter zeide vervolgens dat namens het Studentencorps in het bestuur heeft zit ting genomen de heer Rutgers Van der Loeff, omdat deze den 'heer Van der Hoeven als president van het Corps heeft opgevolgd. De heer Van der Loeff kwam in den loop van den avond ter vergadering en werd ver welkomd. Tot leden der commissie van contrdle, uit voordrachten (dubbeltallen) van de afgetreden commissie, werden door de vergadering ge kozen de hoeren A. J. Corts, G. H. Kokxhoorn en F. De Stoppelaar, resp. met 33, 38 en 33 stemmen. In het geheel werden er 55 stem briefjes ingeleverd. Het voornaamste punt van deze vergade ring was echter het vaststellen der feestplan- nen voor den a. s. gedenkdag van Leidens Ontzet. Volgens het bestuur bestond er geen reden om af te wyken, wat het morgen- en avond gedeelte betreft, van de tot nu gebruikelijke wyz3 van feestelijke herdenkingwyding van den dag door koraalmuziek by het monument in het Van-der-Werfpak en verder uitoefening van liefdadigheid en barmhartigheid aan be hoeftige stadgenooten, bestaande in uitdeeling van haring, wittebrood, tabak, sigaren, enz. Het avondfeest: drievoudig concert met vuurwerk en ktrmis-vermakelykheden op Zonderzorg, Zomerlust en Schuttersveld, zou ook in 'denzelfden geest gegeven worden. Wel is er aan gedacht om het terrein op het Schuttersveld anders te regelen, maar men is nog te veel gehouden aan de aldaar lig gende gasbuizen, zoodat nu aan verandering te veel moeilykheden zyn verbonden. Men aient dus af te wachten tot de gasbuizen door ouderdom of anderszins moeten ver anderd of verlegd worden. Wat het middag-feest betreft, waren by het bestuur geen plannen van de leden ingekomen. Echter is wat nu werd voorgesteld toch eigenlyk evenmin een plan van het bestuur, maar ont leend aan een voorstel, dat twee jaren geleden door een lid was ingediend slechts een paar dagen vóór de toen gehouden vergadering, zoodat het daarop niet in behandeling kon komen. Verleden jaar kon er ook geen gébruik van gemaakt worden, omdat men toen het Vaandelfeest had. Nu scheen er wel gelegen heid voor om het uit te voeren. Daarom onder wierp het bestuur het eenigszins aangevuld en gewijzigd aan het oordeel der vergadering. Voorgesteld werd een feest, waarvan bet wielryden het motief uitmaakt, een wielerfeest dus. Op het gebied toch van wielersport is heelwat te maken. Daaraan kunnen ver bonden worden een tentoonstelling van ver sierde rywielen, welke, afgaande op vroegere dergelyke ervaring alhier, alle kans van slagen heeft; wedstryden in het snel- en schoonryd n, het maken van een tocht met de versierde rywielen door de stad, enz. Een en ander zou den tyd van één tot vier uren wel in beslag nemen. De tentoonstelling zou 's morgens in de Stadszaal kunnen gehouden worden en voor de verschillende wedstryden zullen pryzen worden uitgeloofd. In verdere byzonderheden kon thans Dog niet worden afgedaald, omdat die afhangen van de deelneming. Er wordt gerekend op do medewerking, de voorlichting en den steun van leden, die wielryden, en dus beter op de hoogte kunnen zyn van dezen tak van sport dan het bestuur. De voorzitter wees op het onlangs zoo buitengewoon good gelukte Bloemencorso te Bloemendaal, waarin gegevens gevonden kun- den wordeD, waarnaar wy ons kunnen richten. Velen hebben dat feest wel reeds gezien, maar velen Leidenaars zal het Leidsche wie lerfeest toch ook nog wel aangenaam zyn, dat bovendien nog kan worden uitgebreid door byv. aan den wedstrijd in het snelrydrn te verbinden een, waarby hindernissen niet enkel in den weg, maar ook in den mond worden gelegd, byv. om met een brandendo pyp van het eene eind der baan naar het andere te ryden, daarby zorgende dat de pyp niet uitgaat, en dergelyken. Ter sprake kwam ook de vraag of alleen leden der 3-October-Vereeniging aan de wed stryden mogen deelnemen, waarop een der leden opmerkte, dat er hier ter 'stede clubs bestaan, die beter voor den dag kunnen komen als ül de leden daarvan mogen mededoon, dan godeeltelyk. De voorzitter verklaarde zich er echter sterk voor om de deelnoming alleen tot da leden te beperken, omdat de naam der 3 Oct.- Vereeniging hoog moet worden gehouden. Steeds is die maatregel by wedstryden gevolgd geworden en met succes, want zy, die geen lid waren en toch wenschten mea te doen, werden dan lid. Een ander lid vond de Stadszaal voor de tentoonstelling van versierde rywielen minder geschikt, vooral als die versieringen aange bracht worden met bloemen en de opkomst zoo groot is als byv. verleden jaar by de Vaandeluitreiking. De bloemen zullen dan erg lyden door damp, rook, warmte, gedrang, enz., enz., terwyl er ook bezwaar kan zyn om groote stukken of wagens, als in het Bloemendaalsch corso voorkwamen, in of uit de Stadszaal te krygon. De voorzitter merkte hiertegen op dat wel de Stadszaal genoemd is, doch dat men daaraan niet is gebonden als later mocht blyken, dat een ander terrein wenschelykor kan geoordeeld worden. De nadere onderdetlen moeten met een commissie van bystand ge- I regeld worden. Den volgenden morgen omringde weldra een hoopje niouwsgiorigon de plaats, waar John was begonnen te werken. Zyn beginnen amuseerde hen. Zonderling, dachten zy, dat hy het bedrog nog niet ontdekt heeft en zyn kracht aan dit waardeloos gesteente verspilt. Erg vreemd I Hy had al den ganschen voor middag gewerkt en was het nog niet moede. Tegen den middag begon hy dor hout te sprokkelen, om een vuur aan te leggen. Hy stak het hout in brand, haalde uit een zak een pan, en nadat hy haar met groote zorg boven het vuur gehangen had, beproefde hy het te bewerken materiaal te smelten. Toen spoot hy er een vloeistof over en roerde flink na. Een dikke, witachtige rook steeg uit de pan op. Toen de toeschouwers dat zagen, kwamen zy al dichter by. In 't eerst was de rook heel dik, en daar hy verzadigd was van zwaveldampen, dreef hy den toeschouwers het water in de oogon en veroorzaakte een brandend gevoel in .de keel. Langzamerhand werd hy dunner, het vuur daarentegen grooter, en ten slotte gloeide de pan met haren inhoud donkerrood. John roerde den inhoud der pan, totdat er geen spoor van rook meer uit opsteeg, nam haar van het vuur en droeg haar naar de goot, waar Bill gisteren nog gewiegd had. De nieuwsgierigheid der toeschouwers was ten top gestegen; zy volgden Jobn, om het resultaat van zyn zonderling doen te zien. Met water koelde hy de pan zoo ver af, dat hy haar met de bloote handen kon vasthouden daarop begon hy den inhoud op de gewone manier uit te wasschen. Het fijne zand werd in het vuile water weggespoeld, en ten laatste bleef op den bodem der pan een glanzende, witte massa achter, ter grootte van een halve vuist. Het uitwasschen was afgeloopen. Met een zonderlingen, kinderlyk-vrooiyken blik keek John de gapende toeschouwers aan en glimlachte. „Gy weet?" zeide hy. „Gy weet? Zilver, zilver 1" Hy knikte en glimlachte, en glimlachte en knikte. De toeschouwers waren verbaasd. Allen wisten, hoe goud gewonnen werd, maar van zilver en zyn verschillende ertsen hadden zy geen vermoeden. In elk geval was de ontdekking van den loozen Chinees van groot gewicht. „In kwartszandon zwavelzilver", zeide John vriendelyk glimlachend. „Ah, veel zwavel- zilver ben zeer tevreden." Den volgenden morgen sprak men over Diets anders dan het ryke gehalte van het kwarts- zand aan zwavelzilver, dat de verkochte myn opleverde. „Weer myn verwenscht ongeluk 1" riep Sandy, toen hy er van hoorde. „De kaarten weg te werpen eer het spel verloren wasl Te doml" Bill bleef kalm on verkropte zyn spyt. Het had hem machtig veel pleizier gedaan, den Chinees gefopt te hebben, maar hy was buiten zichzelven van woede, te moeten vernemen, dat hy nu zelf de bedrogene was, dat hy een vermogen voor een bagatel verkocht had. Ook de schoone, vleiende geschiedenis van bet intellectueel© overwicht der blanken op hun gele medemenschen wilde hier niet tot zyn recht komenhet gansche kamp gevoelde dat als een nederlaag. Allen waren besloten, dat niet op zich te laten zitten. IV. In de dagen, die op de ontdekking van den Chinees volgden, regende het onafgebroken. De hoofdstraat van het kamp nu Com missioner street in Johannesburg was de bedding van een vuile goot, en do rivier driemaal zoo breed als anders. De goud gravers verdragen zulke onaangenaamheden met bewonderenswaardige kalmte. Zy leven nameiyk altyd in hoop en voor hun levendigen geest zagen zy reeds in een afzienbare toe komst een groot© wereldstad met wèlgepla- veide straten en zindelyk gehouden asphalt- trottoirs, door groote, prachtige winkels ingesloten. En deze heerlyke toekomst dankten zy aan de ontdekking van goud en zilver. Jammer, dat een zoo kostbare ontdekking als die van het zilver niet door een van het blanke ras gedaan was! Intusschen, daar was niets aan te veranderen en men moe3t maar zien, hoe men de zaak ter elfder ure nog het best kon plooien. Reeds ging het gerucht, dat een maatschappy van Chineesche kapitalisten het mynveld wilde koopen. Dat mocht in geen geval gebeuren, daartegen moesten direct maatregelen genomen worden l Op een der volgende avonden het regende nog altyd door was naar gewoonte een zeer talrijk gezelschap in de gelagkamer van „De roodo Hond" vereenigd. Er werd luid gespro ken, het geschreeuw naar iets drinkbaars verstomde haast geen oogenblik; elke nieuw binnenkomende werd met gejuich verwel komd. De waard, een groote breedgeschouderde Boer, stond met de handen in de zakken te midden zijner cliênteele en gaf als deskundige zyn gewichtige meening te kennen. „Grootsch zal het worden," zeide hy, „de ontdekking brengt weer leven in de brouwery. Zoo moet het zynl En 't is een eigenaardig geval met zoo'n ontdekking: niemand kan zeggen, waartoe zy nog leiden zal. Waarom zou het niet mogelijk zyn, dat al dezo bergen en heuvels van den Rand ryke zilverlagen bevatten? Thans, nu men de zaak op het spoor is, durf ik wedden, dat men in alle richtingen zilver zal vinden. Dat is myn vaste overtuiging." „Goeden avond, mister Mac Dougall, goeden avond!" viel hy zichzelven in de rede en ging door het gedrang den eersten Engelschen makelaar, die juist binnenkwam, tegemoet. „Een fameuze ontdekking, die van het zilver. De kamer is in orde voor de vergadering, mister Mac Dougall, een vroolyk vuur brandt op den haard; papier, pennen, inkt, alles is gereed. Als gy wat noodig hebt, mister Mac Dougall, laat gy het my weten. Gy komt wat vroeg, doch de boys zullen direct hier zyn Master Roderik Mac Dougall trad altyd mot waardigheid op. Zyn waardigste poses scheen hy bestudeerd te hebben, om ze tegenover het goudgraversgespui8 zooveel effect als mogelyk was te doen sorteeren. Maar het was moeilyk, in een versleten, aan de ellebogen glimmende jas, en een pantalon, die van hot vele wasschen byna alle kleuren verloren had, waardig te verscbynen Zyn hooge, gryze cylinder zat onberispelyk op het hoofd en getuigde met eeD stalen pince-nez van het streven des eigenaars, om de ruwe goud gravers te imponeeren. In vroegere jaren schoen by den Schotschen volksdrank, den brandy, al te sterk gehuldigd te bebbeD; in zyn gezicht las men uog de sporen daarvan; maar sedert jaren had hy dozen drank afgeschaft. Mr. Mac Dougall knikte den waard genadig toe en antwoordde; „Ik geloof, dat wy deze zaak kunnen regelen. De onderhandelingen, die ten doel hadden het mynveld door kapitaal uit het kamp zelf te laten bewerken en exploiteereo, hebben succes gehad. De zaak kan vandaag haar beslag krygen. Wy stichten de myn." „Dat zal my recht veel pleizier doen," begon de waard weer, „het zou eeuwig jammer zyn, als deze eerste zilvermyn in 't bezit van een verwenschten Chinees zou blyven, als in in het kamp zelf zooveel geld (Stof volgt.) 'JÊfe DAG-BLAD.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1896 | | pagina 1