afkomstig van verstrekkingen ten behoeve van
den Indischen dienst geiaan, zooals uit over
gelegde specificatiën blijkt.
De pred. der Ger. gem. te Wezep, ds.
J. Dekker Hzn., die onlangs het beroep heeft
aangenomen naar Nieuw Vennep, nam afscheid
van zyn gemeente, en wel naar aanleidiog
van 1 Petr. 6 10 en 11.
Naar de „Tel." uit goede bron verneemt,
wordt het veranderen der gele infanterie uit
monstering in roode gestaakt.
Er gingen alweer stemmen op, die deze
verandering afkeurden. Het geel iszooleelyk
niet. Het was slechts het drijven van enkeion,
die meestal nog buiten het wapen der infan
terie ston len.
Het 1ste, 2de en 8de reg. infanterie zijn nu
rood uitgemonsterd. De overige behouden wat
zfi hebben, totdat de voorgenomen definitieve
uniform-verandering haar beslag zal hebben
gekregen.
Het stoomschip „Oberon" vertrok 6 Mei
}an Lissabon naar Amsterdam; de „Prins van
Oranje", van Amsterdam naar Batavia, arri
veerde 7 Mei te Atjeh; de „Prinses "Wilhel*
mina", van Batavia naar Amsterdam, passeerde
6 Mei DuDgenoss; de „Bundssrath" vertrok
6 Mei van Zanzibar naar Rotterdam en Ham
burg; de „Admiral", van Hamburg en Amster
dam naar Oost-Afrika, vertrok 7 Mei van
Napels; de „Amsterdam", van Rotterdam
naar Nieuw-York, passeerde 7 Mei Lizard;
de „Kaiser" arriveerde 7 Mei van Hamburg
en Amsterdam te Mozambique; de „Merapi",
van Java naar Rotterdam, passeerde 7 Mei
Gibraltar.
Gemeenteraad van (Dndsho&rsa
Voorzitter: de Burgemeester.
Afwezig: de heer P. A. "Wernink.
Ingekomen is een adres van de heeren
Gauverit en Do Kanter, ingenieurs te Amster
dam, waarin wordt verzocht aan hen conces
sie te verleenen tot den aanleg en de exploi
tatie van een telephoon, omtrent welk adres
besloten wordt dit te renvoyeeren naar het
college van B. en Ws. om advies.
Naar aanleiding van enkele klachten van
Ingezetenen over het toebrengen van schade
aan 6choeiingen door het malen van booten
tydens het aanliggen, wordt eenparig beslo
ten het algemeen politie reglement aan te
vullen met het volgend artikel: „Gezagvoer
ders van stoombooten, in het vaarwater bin
nen de gemeente aanliggende, zorgen dat die
booten dadeljjk op den voor- en achter- of
wel den middenbolder aan den wal gemeerd
worden en zoolang de boot vastligt de stoom
werktuigen geheel stilstaan.
Overtreding wordt gestraft ingevolge art. 20."
Ten gevolge van 's Raads besluit dd. 24
December jl. tot amotie der Kalkbrug eD
uitvoering der daarmede in verband staande
werken, wordt besloten tot het aangaan van
een geLleeDing met een ingezetene, groot
1000, ten laste der gemeente, tegen een
rente van 3ya pet., onder beding van een
jaarlijksche aflossing van 200, met het recht
om, indien de geldmiddelen dit toelaten, meer
der af te lossen.
Medegedeeld wordt het proces-verbaal van
opneming der kas van den gemeente ontvanger,
aanwijzende een kassa saldo van ƒ4199.615.
Komt ter tafel een adres van het bestuur
der bewaarschool van het Departement Alfen
Oudshoorn der Maatschappij tot Nut van het
Algemeen, houdende verzoek om toekenning
van een jaarlyksch subsidia uit de gemeente
kas van minstens f 60 tot instandhouding
dier inrichting, alsmede het hierop betrekking
hebbende praeadvies van B. en Ws., waarin
op een gunstige beschikking van dat adres
wordt aangedrongen.
De Voorzitter zegt, dat vele leden vaD het
Nut door het geven van een bijdrage ineens
of het verleenen eener jaarlijksche gift van
hun belangstelling in de school hebben doen
blijken en dat B. en Ws., zooals uit het
scboolverslag blijkt, steeds een open oog en
een warm hart hebben voor goed onderwijs
Daarom hebben z\j dan ook niet geaarzeld
den Raad voor te stellen een subsidie van
ƒ60 te verleenen, wetende, dat ook de Raad
in de belangstelling voor het onderwijs niet
onderdoet, iets wat blijkt uit het toekennen
eener jaarlijksche subsidie aan de Departemen
tale Ambachts-teekenschool Geeft de gemeente
subsidie, dan heeft ook een der leden van
het D. B. het recht zitting te nemen in de
commissie van toezicht.
Op de vraag van den heer Piek of het den
Voorzitter ook bekend is, dat gelijke aanvragen
om subsidis aan meer gemeentebesturen zyn
verzonden, antwoordt dez9 laatste ontkennend.
Hij meent evenwel, dat in Aarlandcrveen reeds
een bewaarschool is, en dat ook in de ge
meente Alfen dergelijke inrichting bestaat.
Do he:-r Den Hertog kan zich zeer goed
vereenigen met het idee de bewaarschool in
stand te helpen houden, doch betreurt het,
dat die bewaarschool aan do grens der gemeente
staat, waardoor dus maar enkelen kunnen
profiteeron en de meeste kinderen zoo ver
niet kunnen loopen, vooral omdat de scholieren
nog jong zijn.
De Voorzitter zegt hierop, dat toch ook de
openbare school voor menigeen nogal ver
wijderd staat en de scholieren daar dus ook
ver mo8ten loopen.
Op do vraag van den heer Van Vliet, met
hoeveel leerlingen de school is begonnen,
antwoordt de heer Kloot dat het getal aan
vankelijk 15 is.
Hierna wordt met algemeene stemmen het
voorstel van B. en Ws. aangenomen.
Bij de gebruikelijke hoofdelijke omvraag,
jnaakt de heer Piek B. en Ws. opmerkzaam
op het schut van den scheepmaker Boot, dat
door zijne plaat ing zoo dicht mogelijk langs
den weg z. i. gevaarlijk voor paarden is.
De Voorzitter zegt dat B. en Ws, bü de
gedreven schouw van dit schut niets hebben
opg. merkt, doch belooft den heer Piek een
onderzoek te zullen instellen.
Te\ens vraagt de heer Piek eenige inlich
tingen omtrent do vermoedelijke oorzaak van
het ongeluk, dat de wed. Den Dubbelden met
haar paard en rijtuig is overkomen, waarop
de Voorzitter antwoordt, dat het paard is
geschrikt van een tas steen, door den ge
meente-werkman in de Ridderbuurt neer
gezet, doch de steen onmidaollyk na het
ongeluk is verwijderd. Do plaatsing van de
steen was, volgens zijn oordeel, alsmede dat
van den heer Den Hertog, niet gevaarlijk te
noemen.
Dit antwoord geeft den heer Piek aan
leiding de vraag te doen of men dan van
plan is de Ridderbuurt te bestraten; officiéél
heeft hij van zulk een plan nooit gehoord.
De heer Clant zegt, dat de bestrating ge
schiedt met oude steen, die van den straat
weg overblijft, en dus de bestrating in de
Buurt als gewoon onderhoud is te beschouwen.
Den heer Den Hertog is de klacht ter ooren
gekomen, dat de broodbakker Van Vliet meer
malen zijn ezel met den broodwagon onbe
heerd op den publieken weg laat staan, ja
hem soms onbeheerd daarop eenige afstanden
laat rijden, iets wat natuurlijk zeer gevaarlijk
is, vooral by bochten in den weg, zooals by
do Heulbrug. Voorbygaande voerlieden kunnen
dan ezel en kar niet zien aankomen. Hy
weet wel, dat het lastig is alt yd iemand by
do kar te hebben, doch de handelwyze is nu
zeer gevaarlijk.
De Voorzitter zegt, dat Van Vliet den ezel
niet onbeheerd mag laten staan en zal voort
aan hierop wat laten toezien.
Tevens klaagt de beer Den Hertog over
het ongerief, dat de veedryvers ondervinden
aan de Heul, waar de oplading van vee op
de stoombooten kan geschieden, en waar ner
gens gelegenheid is om de koeien vast te
zetten. Bij regen en wind, donker weer of
iets dergelijks of wanneer de koeien bang of
lastig zyn en de boot wat op zich laat wachten,
komt dit gemis vooral uit. Spreker zou wen-
schen, dat, zoo daartoe vergunning der be
trokken eigenaren werd verleend, eenige rin
gen werden bevestigd aan een by de Heul
staand schut.
De Voorzitter belooft de klacht en tevens
het verzoek van den heer Den Hertog in het
College van D B nader te overwegen.
Hierna wordt de vergadering gesloten.
Vrije- eu Orde-oefeningen, enz.
Blijkens het afdeehngsonderzoek der Tweede
Kamer deelde men vry algemeen het gevoe
len der Regeoring, dat irist het oog op de
bezwaren tegen do verplichte invoering van
het onderwys in de vrye- en orde oefeningen
der gymnastiek do wettelijke regeling van
dat vak wyziging voreischt. Hadden sommigen
hierbij bepaaldeiyk het oog op het byzonder
onderwys, anderen wezen er op, dat ook velo
openbare scholen de voor uitvoering der oefe
ningen vereischte lokaliteit missen en de uit
gaven ter voorziening ook voor menige ge
meente zeer drukkend zouden zjjn.
Er waren ook leden, die meenden dat by
gemis aan lokaliteit het onderwys in de open
lucht gegeven kon worden. Eenige leden had
den bedenking tegen wetsverandering en
wenschten niet zydelings terug te komen op
de in 1889 door de Kamer genomen beslissing.
Ook werd opgemerkt, dat de vrystelling van
sommige gemeenten onbillijk is tegenover
andere, die met veel inspanning aan de wet
voldaan hebben Ook meende men, dat de
Regeering er mede schuld aan heeft, dat thans
op uitgebreide schaal gebrek aan gymnastiek
lokalen by de scholen bestaat.
Tusschen de voorstanders van wetswijzi
ging bestond omtrent de door de Regeering
voorgestelde regeling verschil van gevoelen.
Sommige leden wenschten het vak geheel
te doen vervallen voor het openbaar onder
wys. Anderen gingen niet zoo ver, maar wil
don de beslissing aan het gemeentebestuur
overlaten. Onnoodig achtten dis loden het
gymnastiek-onderwijs ten platten lande en zy
wilden - worden de vrye en orde-oefeningen
gehandhaafd dat die voor het platteland in
elk geval facultatief worden gesteld. Door ver
schillende leden werd vooralsnog gewezen op
de onbillijkheid, om openbaar en byzonder
onderwys met betrekking tot het hier bedoelde
leervak op oagelykon voet te behandelen, en
door sommige leden werd bepaaldelyk op
dien grond aangedrongen op facultatiefstelling.
Weer anderen wildon een extra-toelage uit
's Ryks kas by onderwys in vak j (vrye- en
orde oefeningen).
Anderen achtten het onderwijs, hier be
sproken, wel noodig en zy meenden dat met
eenvoudiger lokalen kon volstaan worden. In
de tweede plaats wenschten zy een cursus,
om in de behoeften aan onderwyskraebten te
voorzien.
Door verscheidene leden werd het stelsel
der Rogeering in de gegeven omstandigheden
de beste oplossing geacht. Anderen vreesden
weer, dat de voorgodragen wetswyziging zal
leiden tot beperking van het onderwys in de
vryo- en orde oefeningen; een vrees, die door
anderen weer niet werd gedeeld.
Verscheidene leden zagen er bezwaar in do
beslissing over de vrystelling te doen berusten
by Gedep. Staten. Verschillende leden brach
ten het denkbeeld ter sprake om de vrye-
en orde oefeningen te vervangen door exerci
tiën ter voorbereiding van de vry willige oefe
ningen in den wapenhandel.
T W E E E KAME1*.
By de voortzetting der behandeling van
het ontwerp tot wyziging der Hinderwet,
in verband met de Veiligheidswet, bracht op
aansporing der Commissie van Rapporteurs
de Regeering eenige verandering in art. 4,
waardoor de overlegging van gevelteekeningen
niet meer noodig is. Het amendement der
commissie, om ook te doen vervallen den eisch
eener nauwkeurige bescbryving, werd aange
nomen met 40 tegen 24 stemmen.
De overige amendementen der Commissie
van Rapporteurs werden door de Regeering
overgenomen.
De eindstemming werd bepaald op a. s.
Dinsdag na de pauze.
Hierna was aan de orde de interpellatie van
den heer Van Gennep omtrent Atjeh.
De heer Van Gennep zoide der Kamer
dank voor hot verlo nde verlof, en zeide dat
z(jne interpellatie alleen voortspruit uit be
langstelling, en geenszins uit strijdlust. Daarom
zou hy thans zwygen 07er de Atjeh-politiek.
Er bestond by hem geen enkele reden om
dezen minister of dezen gouverneur-gene
raal te verdenken van strijdlust quand-même;
dus beoogde hy alleen aan zyno belang
stelling t9 voldoen, indachtig het spreek
woord: „Waar het hart vol van is, loopt de
mond van over." Thans een enkel woord
over de eerste telegraphische berichten. Dat
van den afval van Toekoe Djohan werd met
een zucht van verlichting begroet, omdat wy
daardoor althans gewaarborgd waren tegen
een herhaling van de catastrophe van Lombok.
Vol vertrouwen op het tegenwoordige bestuur,
dat de eer van den Nederlandschen leeuw
als op Lombok zal weten te doen esrbiedigen,
kan men de toekomst tegemoet zien en ge
lukkig is het gevaar voor de afgesneden
posten als geweken te beschouwen. Ook uit
een politiek oogpunt behoeft de afval van
Toekoe Djohan geen bezorgdheid te baren en
zoo kunnen wy met vertrouwen op bestuur
en leger don loop der zaken afwachten.
Daarna ging sprekor met een enkel woord
den gang van zaken in Atjeh na en wees er
op, dat het stelsel van zion komen in den
laatsten tyd werd gevolgd In 1893 is men
eonigszins van stelsel gaan veranderen en
heeft eene stelling aangelegd ter bescherming
van eene stelling, die zichzelf moest be
schermen.
Daartoe heeft men een aantal posten naar
buiten geschoven en die gedeeltelijk bezet
met eigen troepen; voor het grootste gedeelte
echter door troepen van Toekoe Djohan. Vel9n
hier waren daarby niet erg op hun gemak en
gelukkig i9 de bom gesprongen zonder onher
stelbare schade aan te brengen. Het breken
met To.koe Djohan zal ongetwyfold ons pres
tige verhoogen, zoowel in het oog der Atjehers
als van andere natiën, maar daarom is het
misschien toch wel gewenscht te hooren of
Toekoe Djohan uit zichzelf zich teruggetrok
ken heeft of dat andere beweegredenen hem
daartoe gebracht hebben.
Daarom stelde spr, de volgende vragen:
„Is de regeering in staat en bereid eenige
nadere raedodeelingen te doen omtrent den
afval van Toekoe Djohan zoo wat betreft de
bewezen of vermoedelijke redenen, die hem
tot zyn voornemen hebben geleid,
„de al of niet verraderlyke plannen, waar
mede dat voornemen vergezeld is gegaan;
„do al of niet toevallige wyze, waarop dat
voornemen ter kennis van het bestuur is
gebracht."
De Minister van Koloniën zeide den intor-
psllant dank voor zyn vertrouwen in leger
en bestuur in Nederlandsch-Indië. Wat de
gevraagde inlichtingen betreft, deze kunnen
slechts zeer bescheiden zyn. Zy bepalen zich
voor het oogenblik tot de telegrammen, die
reeds bekend zyn geworden en die de minis
ter nog eens voorleest.
Naar aanleiding van een particulier bericht,
dat Oleli leb ernstig, bedreigd werd, en dat
vrouwon en kinderen uit den Kraton aan boord
der oorlogsschepen waren gegaan, seinde de
gouverneur van Atjeh, desgevraagd, dat met
den besten verrekyker van den vyand niets
te bespeuren was.
Wat betreft de vermoedelijke reden tot
afval, daarvan kan niets gezegd worden. Ver
moedelijk zag Djohan op tegen de hem gedane
aanvalsopdracht.
Wanneer by later ware afgevallen, terwyi
wy in actie waren, zou dit veel ernstiger
gevolgen gehad hebben, dus schijnt de afval
niet vooruit beraamd De ontdekking van den
afval geschiedde niet toevallig, meiodeeling
werd gedaan door vertrouwde spionnen. Wis
pelturigheid en ydelheid zyn de meest ver
moedelijke oorzaken voor Djobans handelwyze.
Ten slotte zeide de minister, dat door ons
in 1893 door omstandigheden onze vroegere
politiek eenigszins werd losgelaten. Aanhou
dend werden onze posten nog nu en dan
beschoten door kwaadwilligen. Overeenkom
stig don wensch der bevolking zelve en om
onze gebruikelijke Atjeh politiek namen wy
de hoofden der bevolking in den arm, om de
omgeving van die kwaadwilligen te zuiveren
en daartoe van Djohans invloed gebruik te
maken. De uitkomst heeft geleerd wat daar
van het gevolg is. Maar zoolang de minister
aan het bewind is, zal na afloop der tegen
woordige gebeurtenisson de geconcentreerde
stelling niet worden verlaten en zullen wy
niet verder gaan dan die te verdedigen, aan
den tijd overlatende het eindelyk herstel van
rust en orde.
De heer Van Gennep dankte den minister
voor hetgeen hy had medegedeeld, en beval do
Kamer voor latere uitvoeriger inlichtingen aan.
De interpellatie was hiermede afgeloopen
en de Kamer scheidde tot Dinsdag elf uren,
wanneer de kieswet aan de orde komt.
Kiezer?
Te Zutfen is een persoon opgepakt, die in
het bezit was der hoofdonderwyzersakte, maar
reeds verscheidene malen al6 landlooper had
terechtgestaan.
„Is die man nu kiezer of niet?" vraagt de
„Arnh. Ct." „Haatscbappelyken welstand zal
men hem wel niet kunnen toekennen, maar
intellectueele geschiktheid, krachtens zyn hoofd
onderwyzersakte, is hem niet* te ontzeggen.
Hy bezit dus een der vereischten om kiezer
te zyn, maar mist het andere, dat door de
Grondwet geöischt wordt.
„Waarschynlyk zal de man wel geen stem
biljet krygen, maar dan wordt bevestigd wat
wy beweren, dat de intelleptueele geschikt
heid geheel op zyde gedrongen wordt door
den materiëelen welstand."
Gemengd Nieuws.
Aan hot telophoonnet alhier is
aangesloten do barak van bot Höpital Wallon
onder No. 272.
Gistermiddag had do voerman
H. v. K., te Hillegom, hot ongeluk by het
afspringen van zyn wagen er onder te gera
ken, met het gevolg dat de zwaar beladen
wagen over zyn voet ging. Zwaar gekneusd
werd hy naar huis gereden.
De schuttersraad te 's Graven-
hage, voorgezeten door den kolonel comman
dant der schutterij jhr. Baud, deed gister
middag om halféén met open deuren in het
lokaal aan de Groote Ma^kt uitspraak in de
zaak van G. Duyvesteyn, schutter by de lste
compagnie vesting-artillerie.
Op de tribune, waar vier gewapende schut
ters hadden postgevat, bevond zich één toe
hoorder.
De gedaagde was niet verschenen.
Uit de voorlezing van het breed gemotiveerd
vonnis, welke geschiedde door den luitenant-
kwartiermeester, bleek, dat den god. 5 feiten
waren ten laste gelogd, t w. lo. te laat
komen by de oefening; 2o. niet in behoor
lijke tenue verschijnen, nl. met klompen aan,
te paard, de borst, met oen drietal nagemaakte
medailles en kruisen bezet; 3o. het niet op
volgen der bevelen, en op den grond vallen,
waardoor zyn kleeding met mest bemorst is;
4o. het geven van ongepaste antwoorden en
het weigeren te doen wat hem gelast werd
5o het zich te vroeg verwijderen zonder daar
toe order bekomen te hebben.
Voorts wordt vermeld de mededeeling van
bekl., dat hy schoenen van de coöperatieve
broodbakkery gekregen had en die alleen in
dienst der bakkery mocht dragon.
Ten aanzien van het dragen der klompen
wordt in hot vonnis o. a. overwogen, dat
veeleer aan uniforme kleeding (uniform) de
beteekems moot worden gehecht van 'geiyke
uitrusting en do schutters dus de oefeningen
moeten bijwonen met gelijk schoeisel, waar
onder moet worden verstaan zoodanig schoeisel,
hetwelk algemeen en ook by de oefeningen
in den wapenhandel te dragen, gebruikelijk is.
Voorts wordt aangenomen, dat bovendien
de leden der schutterij, van welken rang ook,
in alles wat den dienst betreft aan hunne
meerderen zullen gehoorzamen.
Uit de geheelo houding van den gedaagde
gedurende de oefening, uit zyn antwoord, dat
hy als protest aldus naar do schutterij is
gegaan en bij niet zal rusten zoolang de
schuttery niet is opgeheven, in verband met
het feit, dat hy even voor het oogenblik, dat
hy zich by den troep aanmeldde, schoenen
aanhad en uitsluitend voor de oefening klom
pen heeft aangedaan, waarop hy zelf ver
klaarde niet te kunnen marcheeren trekt
de raad het gevolg, dat hot kennelijk zyn
doel was om de oefeningen zoo niet onmo
gelijk te maken, dan toch in de war te sturen.
Door alzoo te verscbynen, zegt het vonnis,
hoeft hy zich aan plichtverzuim en gedrag
togen de ondergeschiktheid schuldig gemaakt.
Met ontslag van rechtsvervolging van het
eerste feit, werd hy aan de overige 4 hande
lingen schuldig verklaard en voor ieder dezer
veroordeeld in eeD geldboote van 15, te
zamen f 60, waarby nog komen de kosten
ad 5.50, by wanbetaling met provoost-arrest
te verhalen.
Reeds Vr.n halfelf af, toen de buitendeuren
van het lokaal van den schuttersraad geopend
werden en do ingangen door een schutters
wacht en politie, onder bevel van een inspec
teur, bezet worden, tot lang nog na de uit
spraak stonden groepen nieuwsgierigen voor
het gebouw op de Groote Markt. Er viel
echter niets voor.
Een lste luitenant-kwartier-
meester, in Den Haag in garnizoen, werd
onlangs bekeurd wegens het beryden met
zyn ry wiel van een der paden in het Haagsche
Bosch, welke met vélocipödes niet mogen
bereden worden. Deswege gisteren voor het
kantongerecht gedagvaard, beriep deze officier
zich op zyn recht, om uitsluitend voor den
militairen rechter te kuDnen worden gedaagd.
De politie-agent-verbalisant verklaarde dat do
bekeurde hem niet had medegedeeld dat hy
tot den militairen stand behoorde, waartegen
over de luitenant het tegendeel volhield.
Het Openbaar Ministerie trok echter de
zaak in, zich voorbehoudende de militaire
overheid met de overtreding alsnog in kennis
te stellen.
Het Openbaar Ministerie by
het gerechtshof te 's-Gravenhage eischte
gisteren bevestiging van het vonnis der
rechtbank te Rotterdam, waarby N. A. Yan
O., aldaar, tot 4 jaren gevangenisstraf is
veroordeeld wegens poging tot doodslag,
gepleegd op eene vrouw, met wie hy een
7 tal jaren had samengeleefd. Bekl. beweerde
de vrouw slechts bedreigd ts hebben, om
baar bang te maken, omdat ze zijn goederen
had weggemaakt. De verdediger, mr. P.
Droogleover Fortuyn, concludeerde tot vry-
spraak of altlians belangrijke vermindering
van straf. Uitspraak 21 dezer.
De betere toestand in denkaas-
handel bleek ook de vorige week bestendigd
do laatst medegedeelde pryz -n bleven zich
bandhayen en de handel was tamelyk willig.
In de Alblasserwaard werd ƒ1 per 50 ki'o
meer besteed ook ten gevolge van de betere qua-
liteiten, cn liepen de pryzen van 16 tot 18in
de Lopiker- en Krimpenerwaard werd voor lste
soort Goudsche ƒ19 tot 23 besteed, 2de soort
ƒ16 tot 18; Derby lste soort ƒ21 tot 22.50,
2de soort 18 tot ƒ20.50; Edammer lste soort
ƒ21 tot ƒ24, 2de soort f 18 tot 20.
Zooals gemeld werd, staakte de
kassiersfirma B., te Bolsward, hare betalingen.
E n der firmanten vertrok met de noorder
zon, de justitie stelde een onderzoek in en
thans is door haar de aanhouding van dien
firmant gelast.
Vry zeker is deze firmant naar België ge
vlucht. Een Bolswarder van geboorte, die nu
to Rozendaal woont, had pas het bericht van
de catastrophe in de dagbladen gelezen, of hij
zag bedoelden firmant in een hotel te R. zitte i.
Hy waarschuwde terstond de politie, doch
deze kon B. niet aanhouden, wyi daartoe toen
nog niet door de justitie last gegeven was.
De firma is thans in staat van faillissement
verklaard. Vooral do kleine burgerij behoort
tot de slachtoffers. Eén hunner had by de firma
22,000 staan, waarmede hy eerstdaags zyne
hypothecaire schuil hoopte af te loss?n, een
ander had er ƒ18,000 staan, van welke rente
hy met zyn gezin leefde. Een boer was geluk
kiger. Hy had er ƒ7000 staan, die hij een
week voor de staking der betaling indo.
De ny verheid volgt de wetenschap
op den voet. Nauwelijks is uitgemaakt, dat de
Rör.tgensche stralen in staat zyn het brief
geheim te schenden of reeds heeft een Duitscher
patent genomen op eene uitvinding, waarmede
hij briefcouverten ondoordringba ;r maakt voor
deze stralen. Deze couverten zyn aan den
binnenkant met ©en dun laagje metaal, waar
schijnlijk aluminium, bekleed.
Te Jasz-Berenyisineenecoa-
pagnis soldaten, die aan hot exerceeren was,
de bliksem geslagen. Twee man werden op
do plaats gedood en verschillende manschap
pen bekwamen ernstige verwondingen.
Onder de vele gezanten van be
vriende mogendheden, die de kroningsfeesten
te Moskou zullen by wonen, bevindt zich ook
Li Hung Chang, de Chineescho minister, die
zooveel van zich beeft doen spreken door
zijn gele buis cn pauweveer, welke him zyn
ontnomen en later weer teruggegeven.
De gezant van het Chineescho hof bevindt
M reeds to St. Petersburg on zal weldra naai
kou afreizen. Onder de bagage, die Li
Hung Chang met zich voert, bevindt zich ook
zijno doodkist, want zoo goed als elke andere
Chinees wil Li Hung Chang, als hy soms op
reis mocht komen te sterven, naar zfin vader
land teruggevoerd worden, om daar te worden
begraven.
Het testament van baron Hirsch
is te Brünn geopend. De voornaamste erfge
namen zyn de. weduwe en een aangenomen
dochtertje van den baron. Legaten staan niet
vermeld in het testament. Behalve esn mil-
lioe.i franken aan weldadigheidsinstellingen,
is nog twoe mill.oen pond sterling vermaakt
aan Joodsche vereenigingen te Brussel, Frank
fort, Berlijn en Londen. Mevrouw Hirsch beeft
aan de armen van Weenen 100,000 franken
geschonken en 60,000 franken verdeeld onder
de bedienden van haar overleden gemaal.
Kolonel North, de Engelscho
financier, wiens plotselinge dood in een telegram
uit Londen is gemeld, was algemeen bekend
als de „Nitrate King," omdat hij zyn fortuin
gemaakt had in salpeter en wegens de vorste-
lyke mildheid, waarmede hy van zyn overvloed
uitdeelde. De geschiedenis van dezen man, die
dertig jaar geleden nog smid was en nu voor
een der rykste menschen van Engeland ge
houden werd hy laat een vermogen van
20 millioon pond sterling na is een bewys
hoe ver iemand met energie en aanleg voor
zaken het brengen kan. Op 33-j irigen leeftyd
ging by als monteur naar Chili. In dien tyd
werd het eerst van de salpeterlagen in Peru
gesproken als een goed veld voor speculatie;
North begreep dat daar voor hem geld te ver
dienen was, en hy begaf zich aanstonds naar
Peru. Twintig jaar lang werkte by in de
salpeter, en gaandeweg wist hy byna al de
salpeterbeddingen in zyn bezit te krygen. Hy
had schepen en spoorwegen noodig voor het
vervoer van zijn artikel, en hy bouwde die.
De oorlog tusschen Peru en Chili opende
hem nieuwe bronnen van iDkomsten, en hij
stond ten slotte aan het hoofd van tal van
industriëele ondernemingen. Eindelijk keerde
by als oen schatrijk man naar Engeland terug,
om de vruchten van zyn arbeid te genieten,
maar wel verre van op zyn lauweren te ruston,
stak hij zich in nieuwe ondernemingen, waar
van de voornaamste was de fabricatie van
cement in België, die byna even lucratief
bleek als cL salpeter. Zyn rykdom opende
hem den toegang tot de aanzienlijkste kringen;
hy was zelfs bevriend met den prins van
"Wales en den koning van België, met wien
hy ook „zaken" deed. Hij was een groot
kunstliefhebber c-n sportman; zijn stallen be
vatten de beste renpaarden van Engeland. HQ
was zeer populair in zyn geboorte^aats Leeds,
waar by minstens eenmaal p .r jaar placht te
komen en nog altijd betrekkingen onderhield
met zyn vroegere medewerklieden.