N°. 11085.
Woensdag April.
A0. 1896
feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven,
Feuilleton.
HET CONTRACT.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
"Voor Leiden per 3 maanden, i i f 1.10.
Franco per postr i 1.40.
Afzonderlijke Kommers t 'i "s 0.05.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1 6 regels f 1.05. Iedere regel moor f 0.17|. Grootero
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten, de stad
wordt f 0.05 berekend.
Ofïlciëole Kennisgevingen.
Burgomcester on Wethouders van Leiden,
Gezitn het adres van de Direo ie dor Loidecho
Ka toen maatschappij, houdende verzoek om vergun
ning tot bet plaatsen van eene nieuwe stoommachine
in bare fabriek aan de Heerengracht No. 79;
Gelet op de artt. 6 en 7 der vrat van 2 Juni 1875
(Staatsblad No. 95)
Govon bg deze kennis aan het publiek, dat ge
noemd verzoek met de bijlagen op do Becretario
dezer gemeente ter visie gelegd is; alsmede dat op
Maandag 27 April a. s., 's voormiddags te elf uren,
op het .Raadhuis, gelegenheid zal worden gegeven
om bozwaron tegen dat verzoek in te brengen.
Burgemeester en Wothoudcra voornoemd,
Leiden, F. WAS, Burgemeester.
IS April 1896. E. KI8T, Secretaris.
Yergadoring van den Gemeenteraad van Leiden,
op Donderdag 16 April, des namiddags te twee uren.
Punten ter behandeling:
1#. Benoeming van twee leden van het bestuur der
YereenigiDg tot bevordering van den bouw van
werkmanswoningen. (67)
2°. Idem van een derdu ODderwgzeres in de hand
werken aan de school Ado klasso No. 1. (68)
3°. Idem al3 voren aan do school Sdo klasse No. 4. (76)
4°. Verzoek van P. J. Dill, om ontslag als derde
ondorwgzor aan de sohool Sdo klasje No. 1.(64)
5°. Voorstel tot hot verleenen van vrijstelling van
do betaling van sohoolgold voor H. Brummel-
kamp, leerliDg der Kweekschool voor Onder
wijzers. (66)
6°. Idem omtrent de regeling der jaarwedden van
den Inspecteur van politie 2de klasse. (69)
7°. Idem omtrent de aanbesteding van eenige her
stellingen aan het Vischhuisje op de Aalmarkt. (70)
8°. Verzoek van Mej. M. Jesse, om ontslag als hoofd
dor Meisjesschool lste klasse. (71)
9°. Voorstel tot overneming van grond der Provincie
aan do Haven. (72)
10°. Verzoek van Jdr. L. Serrnrier, om vrijstelling
van do betaling van schoolgeld, Hoogere Burger
school voor Meisjes, (73)
11°. Vooretel omtrent de regeling der lesuren in do
natnnr- en schoikuDde aan de Hoogere Burger
school voor Meisjes. (75)
12°. Verzoek Tan A. C. Van AlteDa, om terugbetaling
van schoolgeld, lager onderwgs. (77)
13°. Idem vaa Dr. A. E. J. Holwerda, om ontslag
als leeraar in do geschiedenis aan de Hoogcro
Burgerschool voor Jongens. (78)
Leiden, 14 April.
Yoor een weinig talrijk gehoor hield prof.
mr. "W. Yan der Ylugt gisteravond de laatste
van zyn viertal voordrachten in den kring der
Leidsche leden van het "Werkliedenverbond.
By zette zijn, onlangs in het midden afge
broken, pleidooi voort ten behoeve van be
palingen aangaande em maximum-arbeidsduur
en een minimum-loon by openbare aanbeste
dingen van overheidswege. Na een korte
herinnering aan het vroeger gezegde kwam
hy tot zyn tweede verlaDgen: de regeling van
een minimum-loon, mits het doel slechts zy:
misbruiken van de concurrentie der aannemers
te keeren, niet: den standaard van het week
loon kunstmatig op te dryven. Hy lichtte
dien eisch toe door te wijzen op het verband
met den eersten, en noemde als de misbrui
ken, die er door gekeerd moeten worden,
hoofdzakoiyk twee: daling van het loon voor
den korteren, schoon daarom niet minder
productieven werkdag, door het onveranderd
laten van het uurloon, en: wijziging van den
loonvoet by elke, ook de meest voorbijgaande
trilling in den marktprijs van den arbeid.
Daarna werd ook van dit desideratum de
negatieve zijde kortelijk in het licht gesteld.
Besluitende, zeide de spreker van de over
heid-werkgeefster alleen te vragen het betoo-
nen van die eigenschappen, die nu reeds de
beste ondernemers aan den dag leggen, niets
minder, maar ook niets meer. Hij ontveinsde
zich niet, dat zelfs dia bescheiden eisch oen
goede mate van vertrouwen op den werkman
onderstelt. De moeilijkheid van deze, gelijk
van menige dergelijke vraag zocht hy in den
schijnbaar onontwarbaren cirkel, waar zich de
vrager gevangen vindt: zonder verhoogd voort-
brengiugsvermogen geen verhoogd levenspeil;
maar ook weer omgekeerdzonder het laatste
geen hoop op het eerste. Tegenover die
moeilijkheid werd het tweeërlei standpunt,
dat onze tydgenooten kunnen innemen en ook
innemen metterdaad, gekenschetst in woorden
van Gladstono: dat van do mannen des be-
bouds, als „wantrouwen, getemperd door
vrees," dat van de vrijzinnigen als „ver
trouwen, getemperd door voorzichtigheid".
De spreker noemde de laatste gedragslijn
de zijne. „Aan de werklieden" (zoo eindigde
hy), „als het ooit tot verwezenlijking mijner
„wenschen komt, de taak, om dat vertrouwen
„niet te beschamen, om zich doordrongen te
„toonen van deze waarheid, die van al het
„hier betoogde den grondtoon uitmaakt
„slechts in de mate, waarin wij ons doen
„kennen als bestaanswaardige menschen,
„mogen wy, op den langen duur met vrucht,
„den eisch doen klinken van een mensch-
„waardig bestaan."
Na een korte godachtenwisseling en eenigo
hartelijke plichtplegingen sloot do Voorzitter
deze vierde en laatste samenkomst van den
door mr. Yan der Ylugt aangekondigden
„cursus".
De Vrijzinnige Kiesvereeniging te Leiden
zal Vrijdagavond 24 April vergaderen ter
bespreking van het programma der „Liberale
Unie." Het bsstuur geeft naar aanleiding
hiervan aan de leden de volgende motie, die
nader door het bestuur zal worden toegolicht,
in overweging:
De Vrijzinnige Kiesvereeniging te Leiden
spreekt als haar gevoelen uit:
a. By do rogeling van het kiesrecht binnen
de grondwetteiyko grenzen dient in het oog
gehouden, dat toelating van alle geschikten
dringender eisch is dan het streven van alle
ongeschikten.
b. De wetgeving van Staat en Gemeente
moet in de naaste toekomst vooral gericht
zyn op verbetering van de maatschappelijke
verhoudingen en van den toestand der lagere
klassen.
c. De invoering van leerplicht, de verschaf
fing en ondersteuning van practisch ingericht
volksonderwijs en de krachtige bevordering
van vak-, ambachts- en landbouw-onderwys
behooren tot de eerste plichten van den
wetgever.
d. Vasthoudende aan het beginsel van
belasting naar draagkracht, dient de wetgever
bovenal op het voorkomen van vermeerde
ring van belastingdruk bedacht te zyn.
In aansluiting met ons bericht van
gisteren over de licdertafel „Arion" kunnen
wij nog mededeelen, dat op het programma
oen nummer voorkomt van onzen stadgenoot
den heer Frans Coenen en dat de heer StiieDing
zijne nieuwe Sonate voor viool en piano ten
gehoore zal brengen.
Prof. Rosenstein is benoemd tot lid van
het bestuur van het congres voor inwendige
geneeskunde, dat te Wiesbaden wordt ge
houden.
Tot arts in het St.-Elisabeth's of groote
gasthuis te Haarlem is benoemd de heer
J. Schoemaker, arts te Leiden.
Nu Atjeh dreigt een oorlogsterrein te
worden, „waarop binnen enkele dagen weer
scherpe en hevige gevechten zullen worden
geleverd", heeft de hoer C. J. Lcendertz, die
vroeger ook over Lombok scbreef, begrepen,
dat er wel belangstelling zou te vinden zijn
voor een korte beschrijving van het land en
volk van Groot-Atjah, die hy onder den titel
„Van Sumatra's Noordkust tot den Goudberg,"
bij de firma C. Kooyker albi&r heoft uitgegeven.
Zy, die Snouck Hurgronjes standaardwerk
niet ter beschikking hebben, kunnen hier het
meest noodzakelyke vernemen over de ge
schiedenis van onze betrekkingen met de
Atjehers, over Groot-Atjeh, Poeloa-Web, bede
huizen en woningen, kampongs, moekims,
oelööbalangs en sagi's, de letfwyze van het
volk, enz. A119S heel kort en populair.
Het „Haagsche Dagblad" spreekt beslist
het door het „Hbl." vermelde bericht tegen,
dat door curatoren der Leidsche universiteit
geen voordracht opgemaakt zou zyn voor de
benoeming van een opvolger van prof. dr.
H. Treub.
Benoemd Is tot onderwyzeres der te
openen bewaarschool van het dep. Alfen-
Oudehoorn der Maatschappy tot Nut van
't Algemeen, mej. M. Idzerda, te Leiden.
De beer Gottfried Mann deelt in de
„N. R. C." mede, dat hy, evenals de heer
D« la Fuente, met den heer Van der Linden,
do directie zal deelen, en naast den heer
Van der Linden dirigent is geworden.
De roei- en zeilvereenigiog „Hollandia",
gevestigd te Oudshoorn, hield gisteren oen
ledenvergadering te Amsterdam. Besloten werd
den jaarlykschen wodstryd te houden op
Juni roeien en 7 Juni zeilen. Herkozen werd
het bestuurslid de heer G. H. SythofF. Ge
kozen werden als nieuwe bestuursleden de
heeren Molenpage, La Verge en Petri.
Tot tegenschatters binnen de gemeente
Katwyk van den eersten, tweeden en derden
grondslag der personeelo belasting voor het
dienstjaar 1896/97 zyn benoemd de heeren
Cornelis Kruyt en Joh. Verloop, beiden te
Katwyk aan Zee, en J. Vatkevisser Rz. te
Katwyk aan don Ryn.
Met 1 Mei zullen te Alfen aan den Ryn
twee nieuwe inrichtingen van het Nutsclepar-
tement worden geopend, nl. eene hulp- en
voorschotbank en een Nutsbewaarschool.
By gelegenheid van het verbiyf der
Koninginnen in de hoofdstad zal op Donder
dag 23 April een raoüt ten Hove gegeven
worden, en Vrydag 24 April gala-voorstelling
in den stadsschouwburg plaats hebben.
Het ligt tevens in het voornemen van de
Koninginnen om tydens Haar verbiyf te Am
sterdam een bezoek te brengen aan het Rijks
museum, het Burgerweeshuis, het Stedelyk
Museum, het Kinderziekenhuis, hot museum
Wilet, het gesticht van Liefdadigheid, opge
richt door baron Van Brienen; het Museum
van voorwerpen ter voorkoming van ongeluk
ken in fabrieken en werkplaatsen.
Op Zondag zullen H.H MM. ce godsdienst
oefening in de Nieuwe Kerk bywonen en een
bezoek brengen aan „Artis".
Koningin Wilhelmina zal t9 Arasterdam
niet aan alle diners ten Hove deelnemen.
Hare Majesteiten de Koningin en de Koningin -
Regentes bezichtigden gisternamiddag in do
Kunstzaal van hot Genootschap „Pulchri
Studio" te 's-Gravenbage de aquarellen en
teekeningen, uitmakende de verzameling Sa
lomonson.
De Eerste Kamer is gisteravond byeenge
komen tot hervatting van hare werkzaamheden.
Mr. M. C. Van Hall, nieuw gekozen en door
H. M. de Koningin-Regentes gisternamiddag
in audiëntie beéeiigd, nam zitting.
Ingekomen was het overlydensbericht van
den gopens. generaal "Weitzel, welk bericht
reeds met een brief van rouwoeklag, namens
de Kamer, was beantwoord.
Na het trekken der afdeelingen werd de
vergadering verdaagd tot heden te elf uren.
De „Köln. Ztg." verneemt uil Bonn, dat
de geheimraad prof. Von la Valette St. George
zich naar Nederland begeven heeft om met
vertegenwoordigers onzer Regeericg een onder
houd te hebben betreffende de regeling der
vischteelt en vischvangst op Nederlandsch en
Duitsch gebied.
Een by voegsel der Staatscourant van 14
dezer bevat do by koninklyk besluit goed
gekeurde gewyzigde statuten van de „IJsel-
stoomtramwegmaatschappy" te 's-Gravenhage
Door de arrondisseruents rechtbank te
Utrecht is, tor vervulliDg van d& vacature van
kantonrechter te Amersfoort, opgemaakt de vol
gende alphabetische lijst van aanbevelingmr.
P. J. F. Van Voorst Vader, rechter in de
arrondissements rechtbank te Middelburg; mr.
J. K. Van Weel, kantonrechter te Schoonhoven,
en mr. H. Wesseling, kantonrechter te Hoorn.
Wogens het eervol ontslag met 1 Mei a. s.
van don beer Nivel als sectie-ingenieur der
Nederlandsche Zuider-Spoorwegmaatschappy,
zal do adjunct-ingenieur jhr. M H. Sand-
berg van Boelens, die op gonoamden datum
zyne functie by die Maatschappy zou hebben
nedorgelegd, nog tot 1 Augustus a. a. by
haar werkzaam blyven.
Door wylen baron Van Lynden van
Sandenburg is by testamentaire beschikking
vermaakt aan de weesinrichting „Neerbosch",
onder bezwaar van vruchtgebruik, een kapitaal
van een half millioen gulden.
Men meldt uit Amorsfoort: Aan ver
scheidene officieren van het 5de reg. inf.
alhier, die zich in de Lombok-dagen aanboden
voor een detacheering by het Indische leger,
is nu gevraagd of zy alsnog geneigd zyn om
voor twee jaar gedetacheerd te worden by de
landmacht in Oost Indiö.
Ook tal van minderen van alle wapens, al
hier in garnizoen, bieden zich aan voor deta
cheering.
Heden werd het Brongebouw van het
Staalbad Haarlem geopend met een matinee
te halfurie van het stedelyk muziekcorps.
Het is wel zeer vroeg in den tyd, coch men
heeft denkelijk deze feestelykheid gogevi n
met het oog op eenige Engelsche journalisten
en teekenaars van Eogc-lscbe tydschriften, die
Zaterdag 1.1. zyn overgekomen, en op de jury-
tribune vlak by het punt van afrit van het
bloemencorso, dit feest hebben meegemaakt.
Zy zouaen vandaag ook een bezoek brengen
aan de bron in de Haarlemmermeer, den oor
sprong van het Staalbad-Haarlem. Wanneer do
indruk, dien de stichting op deze publiciteits-
mannen maakt, gunstig is, dan kan hun bezoek
aan de Staalbron voor Haarlem als badplaats
zeer gunstige resultaten afwerpen.
De badinrichting, een keurig gebouw, vlak
by het Brongebouw, staat nu onder beheer
van dr. K. Prins, te Heemstede..
- HH. MM. de Koninginnen woonden
Zondagvoormiddag te 's-Gravenhage de gods
dienstoefening by in de Willemskerk, onder
gehoor van ds. Knottnerus.
- Zooals men weet, is by het verzet op
Lomdos een der zoons van generaal Van dtr
Heyden gesneuveld.
Een andere zoon van den generaal, de lsto
luit. Eluard Van der Heyden, dis ook den
veldtocht op Lombok meemaakte en daarna
tot adjudant by het 7de bataljon inf. te Mage-
lang werd benoemd, bevindt zich thans op weg
naar Atjeh.
- Het stoomschip „Spaarndam" vertrok
11 April van Nieuw-York naar Rotterdam;
de „Zaandam", van Amsterdam aar Nieuw-
York, passeerde 13 April Lizard; do „Bellero-
plion" arriveerde 12 April van Batavia te
Amsterdamde „Gedé" arriveerde 12 April
t6 Rotterdam; de „Prinses Marie", van Batavia
naar Amsterdam, arriveerde te Genua 12 April
de „Oengaran", vaft Rotterdam naar Batavia,
arriveerde 12 April te Southampton; de „Prins
Alexander", van Amsterdam naar Batavia,
vertrok 13 April van Perim; de „Prins
Willem IV" vertrok 11 April van Nieuw-York
naar West-Indiö; de „Reichstag", van Oost-
Afrika naar Hamburg, arriveerde 12 April te
Suez; de „Salak", van Batavia Daar Rotter
dam, passeerde 12 April Sagrès; de „Soem-
bing", van Batavia naar Rotterdam, arriveerde
13 April te Suez.
- De gewone audiënties van de ministers
van financiën en oorlog zullen op Donderdag
16 April a. niet plaat© hebben.
- By koninklyk besluit is benoemd tot
kantonrechter plaatsvervanger in het kanton
Rotterdam, nommer 1, mr. Th. Reepmaker,
advocaat en procureur te Rotterdam.
De adelborst lste kl. J. F. Friderichs, met
16 dezer, op zyn verzoek, eervol uit den zee
dienst ontslagen.
Beno;md by het wapen der infanterie, by
het 3de reg., tot 2den luit. de sergeant J. C.
Regenhardt, by het reg. gren. en jagers.
Met ingang van 16 dezer, aan den directeur
van het post- en telegraafkantoor te Stads
kanaal J. Van West, op zyn verzoek, eervol
ontslag verleend uit 's Ryks dienst.
Aan C. Chel een pensioen verleend van,
311 'sjaars.
Juist wilde hy voorby de schepery van het
landgoed Lütken-Wolmstorff rydeD, toen hy
in het maanlicht duiöelyk den bereden troep
achter een denneboscbje zag opduiken. Door j
schrik bevangen, volgde hy een instinctmatige
ingeving, sprong van het paard en kroop op
handen gd voeten in de lage stroohut, die
den schaapherder van het landgoed Lütken-
Wolmstorff tot nachtverblyf diende. Hy had nog
juist tyd genoeg, om zich met den herder
over de reden van zyn onvrywillig bezoek
te verstaan en zich als Engelke Von Plessen
bekend te maken, toen ook reeds het ruiter-
looze paard de verdenking der naderende
kozakken wekte en hen bewoog halt te maken.
Het koude angstzweet kwam den heer Engelke
op het voorhoofd, toen hy uit de afgebroken
zinnen van den kapit6in met zyn manschappen
vernam, dat men alleen op hem jacht maakte.
Hy drukte berend den naast hem op het
stroo liggenden herder zyn beurs in de hand
en b6zwoer den oude, zyn waren naam niet
te verraden, als hy nu toch ontdekt werd,
maar alleen te getuigen, dat hy de heer Von
Bassewitz was. Als een drenkeling, die zich
aan een stroohalm vastklemt, bouwde de heer
Engelke met dezen inval op de trouwens zeer
zwakke mogelykheid, dat de kapitein alleen
in last had den heer van Barnekau te
arresteeren en zich dus niet om dien van
Lütken-Wolmstorff zou bekommeren. Misschien
ook was de arrestatie van den ouden Basse
witz met het oog op zyn invaliden toestand
niet gelast. Onomstooteiyk zeker is het, dat
de heer Engelke in de volgende minuut een
poging deed, om te ontsnappen.
De kozakken doorzochten, zooals te ver
wachten was, de stroohut en trokken beiden,
heer en knecht, er uit. Toen de heer Engelko,
meer dood dan levend, zich voor overste Von
Bassewitz uitgegeven had, en de herder
getuigde, dat hy „de heer overste" was,
gebeurde het tegendeel van wat de heer
Engelke hoopte.
„Dan zal kameraad Roppen biy zyn, als
ik voor hem den reeds half ontsnapten vogel
vang," had Jakobleff kalm gezegd en gelast,
den vermeenden Bassewitz op zyn eigen paard
te zetten en met hom naar het ongeveer een
myl van beide landgoederen verwyderdo dorp
Lütken Schwan, waar Jakobleff en Roppen
afgesproken hadden elkaar te ontmoeteD,
te ryden.
Na een snellen rit, waarby den heer Engelke
volgens zyn biograaf „buik en ribben kraak
ten," bereikte men na middernacht het dorp
Lütken-Schwan. Roppen was er reeds en
vertoefde met zyn kozakken op een met
frisch gemaaid hooi bedekte weide, waar tot
het aanbreken van den morgen gerust zou
worden. Uit de aan den ingang van het dorp
staande herberg hadden zyn kozakkon een
vaatje brandewyn gesleept, met welks inhoud
zij hun Russische kelen begonnen te laven.
Beide kapiteins keken vreemd op, toen eerst
Jakobleff zyn gevaDgene als den heer Von
Bassewitz voorgesteld h3d, en Roppen hierop
verzekerde, dat hy eveneens den overste Von
Bassewitz in bewaring had. Beiden waren het
ook hierover eens, dat slechts óón van hun
gevangenen de echte Bassewitz kon zyn en
hier een onverklaarbaar misverstand moest
heerscben, dat zy zich niet verplicht achtten
op te helderen. Integendeel, ieder verklaarde,
zyn plicht ten volle gedaan te hebbeD, daar
by elke arrestatie door de verklaring van een
derde de persoonlykheid van hem, dien men
arresteeren moest, voldoende vastgesteld was,
en het onderzoek van hooger hand zou
ongetwyfeld aan het licht brengen, wie van
de beide gelyknamige gevangenen de ge-
wenschte was. Zoo kwamen zy, nadat zy
eveneens den geliefden Russischen drank
bohooriyk aangesproken hadden, evereeD, hun
beide Bassewitz's den volgenden morgen naar
Rostock te brengen en al het overige over
te laten aan de wysheid en h6t razicht van
generaal Repnin of van den czaar zeiven, en
met de grootste gemoedsrust strekten beide
kozakkenkapiteins zich te midden van hun
manschappen op het hooi uit, waarop ook
voor de gevangenen, met de voeten aan een
ouden, hollen wilg gebondeD, een nachtleger
ingericht was.
Het onverhoopte weerzien tusschen Engelke
Von Plessen en zyn toekomstigen schoonzoon
had zich in het eerste oogenblik van weder-
zydsch herkennen alleen in een sprakelooze
verwondering geopenbaard, maar toen beiden
door het snorken hunner bewaarders zich
overtuigd hadden, dat zy nu niet beluisterd
werdein, was de heer Engelko de eerste, die
aan zyn geprangd hart lucht gaf in de recht
matige vraag, waaraan hy de onverwachte
verrassing van deze ontmoeting met zyn aan
staanden schoonzoon te danken had.
„Aan het feit, dat ik vandaag op den vast-
gestelden termyn myn verloving met jonk
vrouw Dorothea wilde vieren," antwoordde
Johan Detlev met ironische vriendelykheid en
zette daarop den loop van zyn op oen mis
verstand berustende arrestatie uiteen. Het
viel den heer Engelke niet gemakkeiyk met
dezelfde openhartigheid van zyn mislukt spie
gelgevecht te vertellen.
„In elk geval heb ik mooier spel dan gy,
mynheer Engelke", meende Johan Detlev
koud, nadat de heer Engelke gebiecht had,
„daar ik toch gevangene ben en met myn
Deenschen pas, dien ik. by my heb, ten allen
tyde bewyzen kan, dat ik onschuldig ben aan
dit misverstand. Gy echter hebt de afgezanten
van den czaar opzettelyk misleid, en dat kan
u duur te staan komen."
Wel poogde de heer Engelke zichzelven
moed in te spreken door te bewyzen, dat de
gevangenneming van een edelman in zyn
eigen vaderland door een vreemden macht
hebber tegen alle volkenrecht indruischte, en
de keizer eene zoo ongehoorde gewelddaad,
als de ontvoering van Mecklenburgsche onder
danen naar Rusland, nooit zou dulden; maar
Johan Detlev had er plezier in, den lotgenoot
opzettelyk bang te maken.
Voor czaar Peter den Grooten merkte
by op gold alleen het recht van den sterkste;
dat had by de wereld al dikwyls genoeg
laten zien, en eer men de hulp van het
keizeriyko ryksgerechtshof ingeroepen had,
kon het schip met de gevangenen al lang naar
de Russische wateren gestevend zyn.
Met doffe berusting had de heer Engelko
toen in zyn hooi gewoeld, om by het eersto
morgenkrieken, na een korten, onverkwik-
kelyken slaap aan de zyde van zyn aan
staanden schoonzoon, te ontwaken. Dezo zat
reeds overeind en hield een samengevouwen
papier, dat by uit zyn binnenzak genomen
had, in de hand.
„Myn pas," fluisterde hy den heer Engelko
zacht in 't oor, „past in den grond ook op
u, daar hy geen signalement bevat, maar
alleen verklaart, dat aan den houder, den
overste Johan Detlev Von Bassewitz, krygs-
gevangone van zyn Deensche majesteit Fre-
derik IV te Stralsund, verlof verleend is,
van den 16den tot den 24sten Juli tot
afdoening van dringende familiezaken naar
zyn vaderlyk huis Lütken-Wolmstoi ff te
mogen reizen."
Engelke Von Plessen zag den overste met
angstige spanning aaD.
„Ons uiterlyk kan niets verraden, daar ik1,
evenals gy, in burgerkleeren ben. Als bet
geluk ons dienen wil, mynheer Engelke, en
de scherpe blik onzer rechters in Rostock niet
dieper gaat dan die van hun handlangers,
loont het reeds do moeite, een poging tot uw
bevryding te wagen."
(Slot volgt.)