A0. 1898
feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Eon- en (feestdagen, uitgegeven
K°. 11083.
Maandag 13 April.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maandon.
Franco per posti t t i
Afzonderlijke Nommors i t 's
f 1.10.
1.10.
0.05.
PRIJS DES ADVERTENTIËN:
Van 1-6 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17Grooter®
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad
wordt 0.05 berekend.
Derde Blad.
Ofubiëele Kennisgevingen.
DRA.K& WET.
Burgemooeter en Welbondera van Leidc-n brengen
ter algemoooe kennia, dat door KLAAS HOP,
-wonende albier, een verzoekecbrift ia ingediend om
vorguDning voor den kleinhandel in sterken draak
in hot perceel Varkenmarkt No. 17.
Burgemeester en Wethouders voornoc-md,
Leiden, F. WAS, Burgemeester.
10 April 1896. E. KIST, Secretaris.
Krachtens openbar© kennisgevingen vanwege Burg
en "Wetns. vai Woubntgge, ligt:
a. het kohur van doc Iloofdelykcn Omslag dier
j gemeente, over 1896, van af den laten Apr.l tot 28
Augustus a. e. ter gemeente-secretarie in afacbrifc
tor visie;
b. zijn aldaar voor belanghebbenden kostoloos
•verkrygbaar, formulieren tot aanvraag van Jacht- en
VischaLten, enz., dienst 1896/1897
C. moeten overtuoelo vorderingen ten laste dier
gemeente, vóór don laatstcn Juni zijn ingediend,
voor zooveel ze den dienst 1895 betreffen;
d. bestaat dit jaar bionen de gemeente geeno
gelegenheid tot dca ijk en herijk der maten en go-
wiohten, en zal doze in 1897 op nader bekend te
maken dagen plaats hebben.
Burgemeester en Wethouders van Lisse maken
bekend, dat op Woenedag 15 April e. gelegenheid
zal worden gegeven tot koatelooze inenting of her-
inonting.
Aanmelding behoort te geschieden by één der
goneeskundigen op de gowone spreekuren.
Ter voorkomiDg van bekeuring worden de inge
zetenen van Haarlemmermeer herinnerd aan art. 61
d r Politie-vorordemng, luidende:
Het ia verboden:
Zonder voorafgaande kennisgeving aan den Burge
meester op de landen of erven, stroo, ruigte, vuil
of voen te verbranden of te doen verbrandenin
igeen geval zal zalks op een anderen tyd mogen
plaats hebben dan tusschen zoneop- en ondergang,
terwijl het verbranden van stroo, ruigte on vuil n ot
mag plaats hebben dan op minstens 100 meters van
cenig gebouw, hooi- of graauhoop of Yan openbare
wegen.
Op overtreding ls ©en boete gesteld van 5 tot ƒ25.
Gemengd IVieu~vvs.
Men kwam ons heden mededee-
len dat in het naburige uitgestrekte Zoeter-
woude in de laatste jaren geen enkele ooievaar
zich een woonstede had gekozen. Thans, aldus
onze berichtgever, behoort dat bevreemdende
feit tot de historie, want hedennacht is er een
ooievaar neergestreken op een pas opgerichton
hoogen paal, heeft daarop een nest gebouwd
en troont er nu in de hoogte. Moge deze
eiber of odebaar, in zijn qualiteit van geluk-
of schatdrager, Zoeterwoude veol geluk aan
brengen
Dat de schapenroof nog niet is
geëindigd, blijkt, dat in een der laatste nach
ten bij den landbouwer Yan Marei, op Stee-
nenveld, nabij de Spanjaardsbrug onder de
gemeente Leiderdorp, in diens land een schaap
geslacht en meegenomen is.
Op de boerderjj van de wed. J. C.
Van der Wal, te Haarlemmermeer, is geboren
een kalf met twee koppen, vier oogen en drie
ooren, waarvan twee bovenop. Het kalf was
spoedig dood.
Zooals indertijd is gemeld, wer
den in den nacht van 19 Febr. jl. in een
schuur van den biorhuishouder Yan der
Weyden, te Noordwykerhout, uit een gesloten
kar van den scbosnenhandelaar Krol, te
Noordwijk, eenigo paren schoenen en laarzen
ontvreemd. Aan den ijver van den brigadier-
titulair der Rijksveldwacht J. Nyeboer, te
Noordwykerhout, die de zaak niet uit het oog
had verloren, is het te danken, dat door hem
en den te Katwijk gestationneerden majoor
der Rijksveldwacht ten huize van twee per
sonen, H. en v. D., te Noordwijkerhout, van
het gestolen schoeisel eergisteren een achttal
paren in beslag kon worden genomen. Blijk
baar waren do schoonen in de modder ver
stopt geweest en gedeeltelijk reeds vergaan.
De laarzen waren nog ongeschonden.
Het grasgewas en hot riet van
de buitenlanden, behoorende aan den Vier-
Ambachts-polder te Woubrugge, gisteren
publiek verpacht, heeft 587 opgebracht,
terwijl de pacht en de visscherij f 82 besomden.
Het vorige jaar waren deze cijfers resp.
ƒ731.25 en ƒ54.50.
Te Woubrugge hobben de a m-
bachtslieden zich tot de patroons gewend met
verzoek hun loon, thans 12 cents per uur
bedragende, met twee cents te verhoogen.
De patroons vorklaarden dat verzoek in
overweging te zullen nemen en zijn van plan
in den loop dor volgende week daarover
onderling te beraadslagen.
Voor de rechtbank teütrecht
stond gisteren terecht mr. C. J. D. H., wo
nende te Leiden, die den 9den Jan. jl. met
een dogcart, in öf wel te harden of snellen
gang, öf te wild, roekeloos of woest, naar 't
oordeel van alle getuigen althans minstens
meer dan in matigen draf van de Maartensbrug
de Lichte Gaard was ingereden blijkbaar
om de tram, die uit de Servetstraat kwam,
nog tijdig voorbij te rijden waarbij by den
hoek der brug zoo rakelings passeerde, dat
de lsto luit. der infanterie W. Immink,
woonachtig te Arnhem, ofschoon deze zoo
spoedig mogelijk langs de balies trachtte uit
to wijkon, aan het been werd aangereden,
waardoor hij tegen den grond werd geworpen
en met het hoofd tegen de balie van de
brug terecht kwam, zoodanig, dat hy twee
hoofdwonden bekwam en een hersenschud
ding. De luitenant verloor onmiddeliyk zyn
bewustzyn en herkreeg dat eerst na verloop
van ruim 3 weken; daarna is hy nog ruim
5 weken in het militair hospitaal to Utrecht
verpleegd geworden en thans heeft hy nog
verlof tot herstel van gezondheid, terwyl hy
nog niet in staat is zyn gewonen dienst te
doen.
Bekl. verklaarde, dat hy niet voor do tram
had willen ryden, die had hy niet gezienhy
had ook niet wild of woest gereden en was
zich zelfs niet bewust harder gereden te heb
ben dan in matigen draf. Hy was ook niet
onder den geringsten invloed geweest van
alcoholische dranken. "Wel had hy een lichten
schok gevoeld aan het rechterwiel en had
daarop omgekeken, waarop de koetsier, die
naast hem zat, had gezegd: „Mynheer, ryd
maar door, 't is niets".
De koetsier sprak dit laatste tegen en ver
klaarde, dat hy bekl. nog gewaarschuwd bad
dat 't paard „zuur" was, een technische term,
die beduidt dat 't paard op hoeken van straten
wel eens doorschiet, waardoor het do hoeken
te scherp maakt en harder ydt dan wel mag;
zoo'n paard moet dus stork worden ingehou
den by 't nemen van draaien. Bekl. nad hem
daarop te kennen gegeven, dat by hem zulks
niet behoefde te zeggen; by kon goed ryden,
iets, waarover verschillende getuigen het eens
waren. De koetsier bad in de instructie ook
verklaard, dat bekl. het paard niet had inge
houden, doch wist zich dit thans niet meer
te herinneren.
De off. van justitie, bekl.'s schuld wettig en
overtuigend bewezen achtende, eischto zyne
veroordeeling tot 2 maandon gevangenisstraf.
Volgens het oordeel van den verdediger, mr.
Verhosff, was wel het wettig, maar geens
zins het overtuigend bewys Yan bekl.'s schuld
geleverd.
Yolgens pleiter kan er van schuld van be
klaagde geen sprake zynhet paard was alleen
de schuld.
Pleiter hoopte, dat geen veroordeelend von
nis zou volgen en dat bekl., dien het voor
gevallene reeds zoo lang drukt, zyne studiën
zal kunnen voortzetten. E9n veroordeelend
vonni3 toch zou zyne carrière als aanstaand
O. I. rechterlyk ambtenaar geheel vernietigen.
Ook hierom hoopte pl., dat vryspraak zou
volgen. Da uitspraak is bepaald op a. s.
Donderdag. (Z7. D.)
De Italiaansche Kamer van Af
gevaardigden was kortelings bet tooneel ven
een buitengewoon vroolyk voorval. Cavalotti
had jui6t het ministerie een voorloopig votum
van vertrouwen gegeven, toen plotseling by
de ministerstafel een groote gryzb Angora kat
te zien werd, die zich in sierlyke waardigheid
naast den markies Di Rudini nederzette. De
ernst der debatten over het krediet voor de
Afrika-expeditie was plotseling verdreven.
Zoowel de leden der Kamer als de geheele
publieke tribune barstten in een schaterend
gelach uit. De boden der Kamer begonnen
aanstonds jacht op het dier te maken, maar
dit was huD te vlug af. „Miauw, miauw,"
klonk het van alle zyden. De socialistische
afgevaardigde Agnini slaagde er eindelijk in
poes te vaügen en haar, onder luide byvals-
kreten, buiten de deur te zetten, waarna do
gestoorde zitting werd hervat.
Te Govan, by Glasgow, wachtte
een aantal personen op de aankomst van een
boot, torn plotseling de ponton, waarop zy
zich bevonden, instortte. Twintig mannen en
jongens, die te water waren geraakt, werden
gered, doch er bestaat vrees, dat eenigen zyn
omgekomen.
Juffrouw Bartholomew te.Londen,
die zich tooneelspeelster noemt, was door
©enige heeren medegenomen naar een
woning in Stamford-strest, waar men beweerde
dat een club was. Eenmaal binnen, ontnam
men haar alle sieraden en geld, tot een waarde
van f 1200.
Yyf personen zyn gearresteerd.
De moordenaar van "Whitechapel
heet Seaman en heeft reeds 1 ngdurige ge
vangenis op zyn kerfstok, ondergaan wegens
diefstal en poging tot moord. Nadat zyn iden
titeit was vastgesteld, heeft by bekend.
De „republiek Cuba" moet reeds,
naar aan een Engelsch blad wordt gemeld,
nieuwe postzegels in voorraad hebben, die
in circulatie zullen worden gebracht, zoodra
het eiland eene republiek is geworden. De
postzegels der republiek in spe zyn gedrukt
in de Vereenigde Staten; zy zyn lang en
smal, met een ovaal in het midden, waarop
de vlag van den nieuwen Staat is getoekend.
Als men, zegt het „Utr. Dbl.", deze postzegels
in eene rubriek zou willen plaatsen, zou men
daarvoor wellicht het best die der „voorbarige"
kiezen.
In het grensplaats je Gelsenkir-
chen, niet ver van Sittard, was een 3'/2-jarig
meisje, met een 5-jarig knaapje en een kind
van Dog geen jaar door de moeder, die eenige
boodschappen te verrichten had, alleen thuis
gelaten. Het 5-jarig knaapje had op het schortje
der 3'/,-jdrige eenige brandende kooltjes ge
worpen, die hy uit de kachel had genomen;
het schortje vatte vuur, en in een oogwenk
stond het kind in lichterlaaie. Op het geschreeuw
der kinderen snelden buren toe, die de vlammen
terstond doofden. De bekomen brandwonden
waren echter zóó hevig, dat de kleine spoedig
onder hevig ïyden is bezweken.
Inbrekers-onthouders. Te Bed
ford (Bedfordshire) braken dezer dagen dieven
in een hotel en stalen een aanzienlyk bedrag
aan geld. Na een aantal flesschen limonade
en gemberbier geledigd en verscheidene zeer
fijne sigaren gerookt te hebben, draaiden de
dieven uit brooddronkenheid alle bierkranen
om en deden de gelagkamer overstroomen.
Eveneens liet men alle vaatjes whisky, jenever
en andere spiritualiën leeg loopeD. Merk
waardig was, dat de inbrekers zich blykbaar
alleen te goe 1 deden aan niet bedwelmende
dranken. Ofschoon een politie-agent buiten
het hotel den ganschen nacht op post stond,
bemerkt© deze niets.
Gemeenteraad van Voorschoten.
Tegenwoordig de Yoorzitter en de heeren
J. Steeneveld, D. K. J. Schoor, dr. v. d. Horn
v. d. Bo3, L. H. v. Wissen en J. M. Van Kempen.
Afwezig met kennisgeving de heer J.
Hooymans, zonder kennisgeving de heer
P. De Bruin.
Na opening dor vergadering worden de
notulen gelezen en vastgesteld
Ingekomen
a. Verslag van den toestand der gemeente
over het jaar 1895. Zal ter visie worden gelegd
voor de leden en tegen betaling der kosten
algemeen verkrygbaar worden gesteld.
b. Proces verbaal van kasopneming.
c. Missive van den heer H. K. Overdiep,
namens de commissie voor de Ambacht3-
teekenscbool dankzeggende voor het over
1895/96 genoten subsidie en den Raad uit-
noodigende tot oen bezoek aan de tentoon
stelling en prysuitdeeling.
De Voorzitter zegt, dat hy een en ander
met genoegen heeft bygewoond en zich over
tuigd, dat het subsiJie van don Raad aan een
zoo nuttige instelling als de teekenschool
goed besteed is.
d. Missive van hetR.-K. Armbestuur, daarby
mededeelende dat op de kiezerslysten geen
bedeelden voorkomen.
e. Idem van het Ned.-Herv. Armbestuur.
De onder b. c. d. en e. vermelde stukken
worden aangenomen voor kennisgeving.
De heer Schoor vraagt of nog niet een derda
armbestuur te Voorschoten bestaat, nl. dat
der Gereformeerde kerk.
De Voorzitter z9gt, dat tot dusver officieel
van het bestaan van dit armbestuur niet was
gebleken, omdat bestuurders niet hadden vol-
daaD aan art. 7 der Armenwet. Hy heeft
daarop echter hun aandacht gevestigd en hoopt,
dat het bestuur alsnog aan zyn Wttteljjko
verplichtingen zal voldoen.
Missive van Ged. Staten, daarby goed
gekeurd terugzendende twee besluiten van
den Raad tot het voldoen van onvoorzien©
uitgaven uit de begrootingen 1895 eu 1896.
Aangenomen voor kennisgeving.
Aan de orde is:
lo. Voorstel van B. en Ws. tot wyzigiog
van art. 83 der Algemeene Politieverordening,
waardoor dit artikel zal luiden als volgt:
Do bepalingen der laatste twee artikelen
(sluitingsuur) zyn niet van toepassing op
sociöteitslokalen noch op die inrichtingen ten
aanzien van welke de burgemeester in byzon-
dere gevallen vergunning heeft gegeven om
op een later door hem voor ieder geval to
bepalen uur te sluiten.
Do houders der in art. 80 bedoelde inrich
tingen zyn alsdan verplicht, uiteriyk te sluiten
op bet door den burgemeester bepaalde uur.
Overtreding van dit artikel wordt gestraft
met een boete van ten hoogste 10.
De Voorzitter licht do bedoeling van do
wyziging to© on deelt mede, dat hy het oor
deel van de redactie van „De Gemeentestem"
heeft gevraagd, welke zyn gevoelen deelt,
dat in dit artikel van geen ongeoorloofde
delegatie sprang ;s omdat aan de dispensatie
een algemeen karakter ontbreekt en dezo
beperkt is tot byzondere gevallen en tot met
name te vermelden tijdstippen. De wyziging
is noodig geworden na het bekende arrest
van don Hoogen Raad.
De heer Schoor zou willen wachten, tot lat
de Booge Raad bad beslist in een nieuwe
quaestie, die zich te Amsterdam heeft voor
gedaan. Hy leest een stuk voor uit een
courant betreffende deze zaak en stelt voor,
het voorstel aan te houden.
De Voorzitter zou het niet wv.B belyk
vinden te wachtenblykt later, dat opnieuw
wyziging noodig is, dan kan dit gemakke yk
geschieGen, maar op bet oogenblik bestaat
een tosstand van onzekerheid, waaraan zoo
spoedig mogelyk een einde moet worden ge
maakt, opdat men niet de kans loope, dat
geen veroordeeling plaats heeft na een ver
volging.
De heer v. d. Horn zou het niet in het
belang achten van de handhaving van het
gezag, indien de kantonrechter iemand zou
moeten vryspreken, die de politie-verordening
Feuilleton.
HET CONTRACT.
2)
Aan het slot had de curieuse Johan Detlev,
die volgens den kroniekschry ver een goede
dosis geest geërfd had, nog als naschrift ge
schreven: „Of ik uit de boeien van Mars
spoedig bevryd, in Hymen's ketenen kan snel
len, moet ik overlaten aan de Hemelsche
Voorzienigheid en de Denen, in wier handen
het nu ligt, of ik de beminneiyke jonkvrouw
Dorothea op den vastgestelden tyd naar het
altaar zal kunnen geleiden." Dat klonk geestig
en galant, hoewel het den heer Engelke wilde
toeschynen, alsof de briefschry ver er een loopje
mee nam.
Intusschen zorgden de eensklaps over
Mecklenburg losbrekende gebeurtenissen er
voor, dat den heer Engelke weinig tyd bleef,
om lang na te denken over de oprechtheid
der gevoelens van den hem by contract
gewaarborgden schoonzoon. Als door een
plotseling en onverwacht naderenden storm
vloed werd heel Mecklenburg in April van
het jaar 1716 door het Russische leger van
Peter den Grooten overstroomd, naar het
heette wegens de blokkade der toenmaals
Zweedsche vesting Wismar, in werkeiykheid
ovenwei op verzoek van hertog Karei Leopold
van Mecklenburg Schwerin, die by zijn troons
beklimming in 1712 door zyn schending van
de voorrechten der ridders een conflict uit
gelokt had, erger en noodlottiger dan er ooit
een tusschen een regent en zyn.adel bestond.
Als kleine vorsten hadden tot nu toe de
Mecklenburgsche edellieden en landstenden
voorrechten genoten, die den hertogen slechts
den schyn van een gezag lieten. Toon nu de
pas aan de regeering gekomen hertog Karei
Leopold op de landdagen te Sternberg voor
de eerste maal zich verstoutte, de overmatige
rechten der Mecklenburgsche ridderschap te
besnoeien en haar dwong, afstand te doen
van verschillende privileges, was by op een
verbitterd verzet der edellieden gestuit. Niet
alleeD, dat zy onmiddejiyk een zaakgelastigde
naar den ryksbofraad te Weenen zonden, om
by den keizer een formeel proces tegen hun
hertog te bogiDnen, ook in kleingeestige
chicanes, die zy tegen het Schwerinsche hof
uitspeelden, gaven zy lucht aan hun ver
bittering. Het was met name de heer Engelke
Von Plessen geweest, die als do meest wel
bespraakte kampioen van het zoogenaamde
engere Landdagcomité den hertogelyken regee-
ringsvortegenwocirdiger de bitterste beleedi-
gingen naar het hoofd geslingerd en later
het voorstel gedaan had, den hertog algemeene
geringschatting te bewyzen door het huweiyk
van Karei Leopold met een Russische prinses
geheel te ignoreoren en by den intocht der
jongo hertogin, die begin Möi 1716 plaats
had, zich van elke felicitatie en festiviteit
te onthouden.
By den intocht van het doorluchtige paar
liet dan ook, tegen elke traditie in, geen lid
der Mecklenburgsche ridderschap in Schwerin
zich zien, en zoo groeide aan de zyde van
flen hertog de ontstemming, door dez9 opzet-
telyke krenkingen gevoed, tot woede, die hem
tot de gewelddadigste maatregelen tegen den
oproerigen adel verleidde. Het was een publiek
geheim, dat hy „zyn Russischen neef," Peter
den Grooten, met zyn leger van nagenoeg
5000 man in 't land geroepen had, opdat hy
de styve nekken der sty f hoofdige edellieden
hielp buigen en hun zou dwingen afstand
te doen van hun voorrechten. Deze in de
geschiedenis eenige, maar in haar gevolgen
mislukte temmingskuur der Mecklenburgsche
ridderschap begon in Mei met de persoonlyke
komst van Peter den Grooten en zyn gemalin
op het slot te Schwerin, terwyl de Russische
generaal vorst Repnin te Rostock hoofd
kwartier nam en van hier uit de verdeeling
eener kolossale inkwartiering regelde. Met
onderdrukte gramschap droegen de Mecklen
burgsche heeren den drukkenden last van
dit opgedrongen logies tot het laatst van
Juni, toen het grootste deel der troepen met
de Russische schepen van Rostock naar het
oorlogstooneel op 't eiland Seeland overgezet
werd, zoodat nog slechts de om Rostock
liggende kozakken met generaal Repnin,
alsmede czaar Peter de Groote in eigen per
soon, als ongewenschte gasten in het land
achterblevon.
Maar de herademing der ridders zou van
slechts korten duur zyn. Nu begon de inzame
ling van de proviand voor het in Rostock
opgeslagen Russische „generaal-magazyn."
Onder bedreiging van de zwaarste straffen,
werd aan de ridderschap gelast, binnen acht
dagen 3,240,000 pond zucharn (indobbel-
steonen gesneden, geroosterd brood), 1000
schepel gort, 946 schepel roggo en 1536
schepel zout byeen te brengen. Toen begon
de grondbezitter op Borgfeld, in het kanton
Stavenhagen, de heer Von Marschall, by te
draaien. Hy onderteekende nameiyk een
document, waar hy zyn betwiste rechten aan
zyn doorluchtigheid Karei Leopold afstond
en waarvoor hem onmiddeliyk geheele ont
heffing van zyn leveringsaandeel voor nu en
later verleend werd. Dezelfde ontheffing werd
verleend aan ieder, die zyn privileges aan
den hertog wilde afstaan. Slechts weinigen
liepen in de val. Onder hen, die zich „liever
den laatsten meelzak van hun zolder lieten
uitkloppen" dan van hun oude erfrechten
afstand te doen, ondernamen vier heeren zelfs
het waagstuk, tegen de levering by Karei
Leopold od Peter den Grooten in krassen
vorm to protesteeren en de oorlog3belasting
zelfs te weigeren: „er mocht van komen,
wat wilde."
Deze vier dappersten waren de heer EDgelke
Von Plessen, zyn buurman Joachim Von
Bassewitz, de beer Ludwig Von Pederstorff
op Hintzenhagen en de heer van Oeltzen op
Roppau. Er kwam geen antwoord op hun
protest, doch eensklaps ging van het eene
landgoed naar het andere het gerucht, dat
de heeren Von Hintzonhagen en Von Roppau
des nachts met geweld in hun woningen
door kozakken opgelicht en naar Ro3tock
op een Russisch schip gebracht wareD. Czaar
Peter, heette bet verder, dacht de gevangenen,
alsof het zyn onderdanen waren, als majestoits-
schenners to behandelen en hen over zee naar
St.-Petersburg te laten brengen.
Den ouden Joachim Von Bassewitz, die
sedert jaren aan podagra leed, was de schrik
over dit bericht in die mate in de beenon
gevaren, dat hy in zyn armstoel zat to
steunen, toen des avonds na het bekend
wordon van de arrestaties zyn buurman
Engelke Von Plessen mot een ontdaan gezicht
by hem binnentrad.
Het was op den vooravond van den in
geheel Mecklenburg op 17 Juli gevierden
„grooten boete- en biddag." De van he'
ryden vermoeide heer Engelke snakte naa*
adem, eer hy, zich voor den buurman op een
stoel nederzettend, beginnen kon.
„"Wat is er?" steunde de oude Bassewitz
ongeduldig. „Welke Jobstyding is er nu weer?'
„Dat wy beiden nog in dezen nacht moeteq
vluchten, als de kozakken ons niet zullor»
halen 1"
En nu vertelde de heer Engelko, dat eoq
vriend uit Rostock hem onder het zegel der
strengste geheimhouding gewaarschuwd had,
onverwyld buitenslands te vluchten, wyi
czaar, door den hertog gemachtigd, in den
volgenden nacht van deD algemeenen boete- eq
biddag eenigen van de oproerigste edellieden
heimelijk wilde doen arresteeren, omdat moe
op dien dag hot zekerst was de grondbezitter»
in huis te vindon Reeds na middernacht
dacht Engelke dus te paard naar Wismar t9
vertrekken.
Het geruoht bad verkeerdelijk den nacht vrf
17 op 18 Juli aangegeven, terwijl in werkelykhei'
do vooravond van den biddag voor don „coup h
main" bestemd was.
Wordt vervolgd.)