tfhankeiyk te stellen van amendementen op
iet ontwerp kieswet.
HO keurde het plan dor „Liberale Unie"
\ls voorbereiding goed, doch sprak zyn
twijfel uit over een hereeniging der liberale
partij. (Hbl.)
Verschenen is het afdeelingsverslag der
Tweede Kamer over de ovoreenkomst met
Belgiö over de verbetering van het kanaal
GentTernouzen.
Hieruit blijkt, dat een aantal leden dit
tractaat willen verwerpen, als uitsluittnd in
het voordeel van Belgiö, en anderen er voor
zijn, mits do verschillende betrokken Neder-
landsche belangen volkomen goed verzekerd
blaken.
Een telegram uit Lissabon meldt dat
het handelsverdrag tusschen Portugal en
Nederland door de Kamer van Afgevaardigden
ls aangenomen.
Prof. dr. G. Overbeek de Meijer, te Utrecht,
heeft een balfjaarlyksch verlof aangevraagd
voor een reis naar NederUnösch Indiö
Tot commissaris van de Delftsche Brood
fabriek ie in plaats van den heer C. fl. VaD
der Mandele (overleden) gokozen mr. W. F.
Van der Mandele. De rekening over het afge
loopon jaar is goedgekeurd en het dividend
bepaald op f 11 per aandeel van f 200.
Voor de vacature, ontstaan door het
overlijden van den luit. generaal P G. J. Van
der Schrieck, is door de R. K. kiesvereeniging
„Noord Brabant" definitief tot candidaat ge
steld voor het lidmaatschap van de Tweede
Kamer in het hoofdkiesdistrict 's-Hertogen
bosch, mr. J. A. LoefF, R.-K., advocaat
procureur, recbter-plaatsvervanger, lid van den
Bosschen gemeenteraad en der Provinciale
Staten.
Naar men verneemt, vertrekt de voor
zitter van de Tweede Kamer der Staten
Generaal deze week voor eenige weken naar
het buitenland met het voornemen dien tijd
grootendeels in Parijs door te brengen.
Uit het jaarverslag over 1895 van de
Coöper. Vloeschbouwerij van „Eigen Hulp"
te '8-Gravenhago blijkt, dat het aantal leden
op ulto. December 1895 bedroeg 786 met
f 18,911.25 gestort kapitaal, tegen 689 leden
een jaar to voren. Ingeslagen werd aan vee
en vleeschwaren voor ƒ130,550.12, verkocht
voor f 162,599.96, zoodat de bruto winst
ƒ32,049.84 bedroeg. De exploitatiekosten
beliepen f 11,913 04 '/i- Aan de leden zal
tien en een half procent van hun verbruik
kunnen worden uitgekeerd.
Tot honorair-lid van het „Historisch
Gonootscbap" te Utrecht is benoemd: Prof.
A. Waddington, te Lyon, en tot gewone leden
zfin benoemd de heoren: A. J. M. Brouwer
Ancher, te Amsterdamprof. J. M. S. Baljon,
to Utrecht; Bern J M. Do Bont, te Amster
dam; dr. W. G. C. By vanck, te s Gravenhago;
dr. H. J. Dompierro de Chauffepió, te 's-Gra-
venhage; C. C. A. Croin, te Dordrecht; dr.
Joh. Dyserinck, te Rotterdam; dr. W. Van
Evordingen, te Delft; mr. B. F. W. Von Bruc-
ken Fock, te Middelburg; dr. W. Van Geer,
te Utrecht; dr. J. H. Gerretsen, te Dedems-
vaart; dr. J. Hania Pzn., te Oosterbierum
dr. G. Hulsman, to Zantvoort; dr. P. J.
Kromsigt, te Scherperiissemr. E. Van Loon,
te Groningon; dr. E. J. W. Posthumes Meyes
te Heinenoord; mr. A. S. Miedema, te Sneek
dr. J. J. Moolhuizen, to Doctinchem; jbr. W.
Hora Siccama, te AmsterdamJ. F. M. Sterck,
te Amsterdam; dr. J. G. Voegler, te Middel
burg; dr. J. G. De Vos, te 's-Gravenhage;
mgr. Van de "Wetering, aartsbisschop van
Utrecht
Do keuze van prof. dr. J. H. Van 't Hoff,
voormalig boogleeraar aan de universiteit te
Amsterdam, tot gewoon Jid van de physisch-
mathematische afdeeling der koninklijke aca
demie van wetenschappen te Berlijn, is door
den koning vaD Pruisen bekrachtigd.
Het Chr. Nationaal Zendingsfeest zal dit
jaar gevierd worden op ade buitenplaats
„Waterland", onder Velzen, welk buitengoed
hiervoor welwillend werd afgestaan door jhr.
Boreol van Hogolanden, burgtmooster van
Haarlem.
Het stoomschip „Ardjoeno", van Rotter
dam naar Batavia, passeerde 21 Maart Gibral
tar; de „Borneo", van Batavia naar Rotterdam,
vertrok 23 Maait van Marseille; do „Bromo",
van Rotterdam naai Batavia, vertrok 23 Maart
van Perim; de „Bundtsrath" van Hamburg
en Amsterdam naar Oost Afrika, arriveerde
22 Maart te Aden; de „Prins Willem II"
vertrok 21 Maart van Nieuw-York naar West-
IndiÖ; de „Prinses Sophie", van Batavia naar
Amsterdam, vertrok 23 Maart van Port-Said
de „Sumatra", van Amsterdam naar Batavia,
vertrok 23 Maart van Cameronde „Utrecht"
arrivetrde 23 Maart van Soirabaia te Hong
kong; de „Gelderland", van Rotterdam uaar
Java, is 23 Maart Ouessant gepasseerd; de
„Schiedam", van Amsterdam naar Nieuw-York,
passeerde 23 Maart Lizard.
liet Bal-masqué.
Men is toch maar riet zoo spoedig uitge
praat over de vraag: „Wat verlangt het publiek
eigenlek?" Mc*n weet het niet; telkens wanneer
men zich verbeeldt nu althans een leiddraad,
een uitgangspunt gevonden te hebben, ont
trekt het publL-k zich aan elke waarneming
en handelt net precies anders als men zou
meonen te mogen verwachten. Zoo was bijv.
nu weer voor Zaterdag 11. aangekoudigd „Les
faux bonhommes" van Barrière on Capondu,
een klassiek geworden comédie, een echt
mooi stuk, dat bovendien door Chiispijn met
de zijnen voortreffelijk gespeelJ wordt, en ziet,
eveDtjoB twintig plaatsen wartn .genomen,
zoodat de voorstelling niet kou doorgaan. Om
nu geene groote woorden te gebruiken, zullen
wy zeggen dat dat, op zijn zachtst genomen,
jammer was, terwijl „Het Bal-masquóeen
beel gewone klucht, zooals er honderden zijn,
een eenvoudig lachsuccès en niet tens nieuw
meer, zooal geen vollo zalen, dan toch genoeg
menschen weet te trekken om de voorstelling
te doen plaats hebben.
Wat wil men dan toch? Uitsluitondkluchten,
vroolijke, uitgelaten tijdpasseringen? Wel
neen, dan komen er immers individuen ver
klaren dat het met die lachsuccessen maar
uit moet z\jn en dat het publiek, of een deel
er van, degelijke werken verlangt. Best moge
lijk en het klinkt vooral erg goed en deftig,
maar als er dan zulke stukken aangekondigd
wordon, komt dat publiek niet op, doch laat
heel leuk het gezelschap in den steek. Aan
dergelijke belangstelling heeft niemand iets.
Hoe 't zij, de keuze tusschen „Huichelaars
en Weerhanen" ter eene, „Het Bal masqué"
ter andere zijde had niet moeilijk behooren
te wozen, wat niet wegneemt dat wij Poolman
gaarne gunnen dat zijne voorstelling gister
avond heeft kunnen doorgaan.
Bet stuk, in het Fransch „Le Carnaval de
Nice", alias „Le Veglione", geheeten, is een echt
dol product uit de werkplaats van Bisson en
Carré, de bekende schrijvers van meerdere
dolzinnigheden als „Le voyage d'agrément",
„Les surprises du divorce", „La familie Pont-
Biquet" e. a. Een echt kind van een paar
Fransche breinen. Licht en luchtig, jolig,
dwaas, niet onfatsoenlijk, maar ook vooral
niet overmatig fatsoenlijk, een geschikt „mopje"
om gedurende een seizoon avond aan avond
de bezoekers van het Palais-royal in de rue
Montponsier te doen schudden van het lachen,
daarna het buitenland dat genoegen eens te
gaan bereiden, en vervolgens plaats te maken
voor een ander, dergelijk wc-rk. Den schrijvers
handigheid ontzeggen zou onbillijk zijn, maar
mbt die eigenschap heeft men ze dan ook den
grootsten lof gogeven, waarop ze aanspraak
kunnen maken.
Een zekere Justaret (niet Justuret, zooals
het pro. ram ma aangeeft) is verliufd op Suzanne
Berjonnet. Hij moet naar Canada vertrekken
en draagt zijn vriend Blanchon op informaties
omtrent do familie Berjonnet in te winnen
en, zoo die gunstig uitvallen, do hand van
Suzanne voor hem (Justaret) te vragen. Blan
chon ziet het meisje, wordt zelf verliefd en
trouwt haar zoodra hij alle mogelijke gunstige
inlichtingen heeft ontvangen. Hij is genees
heer en als zoodanig geassocieerd (wy zijn
in Frankrjjk) met den apotheker Poulard, bij
wien hy ook inwoont. Als hij drie jaar ge
huwd is, komt hem daar plotseling Justaret
overvallen. Nu is goede raad duur. Deze mag
Suzanne natuurlijk niet zien als de vrouw
van Blanchon. Op de een of andere wijze
moet dus öf Justaret verwijderd wordon öf
Suzanne voor een poosje verdonkeremaand.
Blanchon besluit tot het laatste en zendt zijr.
vrouwtje met Poulard naar het Carnaval in
het naburige Nizza. Suzanno wil daar abso
luut naar het bal-masquó en om den tegen
stand van Poulard te overwinnen, gaat zij
met hem dineeren „en cabinet particulier",
maakt daar den eerzamen man onstandvastig,
vulgo dronken, en troont hem dan medonaar
het bal. Hier valt Poulard dadelyk in 6laap
en weet zich derhalve den volgenden dag
niets meer te herinneren van wat er alzoo
met en door hem gedaan is.
Intusschon heeft Suzanne Justaret ontmoet,
dio ook de carnavalsfeesten meemaakt, en nu
komt het tot eene verklaring. Zy verneemt
daar dat Blanchon, toen hij Suzanno voor
zichzolven begeerde, aan den vriend in Canada
heeft wijsgemaakt dat de familie Berjonnet
er eene was van een uiterst bedenkelijk ge
halte: de vader aan den drank, de moeder een
gewezen café-chantant-zangeres en de dochter
Suzanne behept met alle slechte eigenschappen,
die ze van dat waardige paar zou hebben kunnen
overerven, als het waar geweest was. Bü de
ontdekking van het geploegde bedrog zijn
Suzanno on Justaret terecht boos op Blanchon
en zij besluiten hom gevoelig te straffen. Hy
moet eens gepiinigd worden on inderdaad, den
volgenden dag krijgt hy van martoüngen volop
zyn portio. Wat Suzar.no al niet heet uitge
haald te hebben op en na dat bal, met Poulard,
met Justaret en vele anderen I 't Is verschrik-
keiyk! Do ongelukkige Poulard is voortdurend
de dupe der geschiedenis en heoft het hard
te verantwoorden by zyn echtgonoote Suzanne
houdt zich eerst nog of ze ifog „lêgèrement
émue" is, doet allerlei halve verhalen en mede-
deelingen, doch als Blanchon genoeg gefolterd
is eu ook zyn wraak weer genomen heeft,
breekt eindeiyk het licht door, alles wordt
opgehelderd, vorgeven en goedgekeurd, en na
Justarot's aankondiging, dat hy eene andere
vrouw gevonden heeft, eindigt het stuk in de
moest rooskleurige stemming.
Het is nog niet lang goleden (16 October
1893), dat wy dit stuk, toen als „Le Carnaval
do Nico", hier in Leiden zagen van een Fransch
gezelschap: de tournée Frédéric Achard. Het
moet dadelyk gezegd: In het Fransch en
door Franschon gespeeld, was het tienmaal
aardiger dan thans in het Hollandsch. De
vertaling is slordig en leeiyk, er is te veel
aardigs by verloren gegaan. Wat is er over
ge leven van de heerlyko réclame: „Miel
Poulard, le seul purgatief qui est agréable
au goüt"? Wat van de leuke verklaring:
„Quand je n'ai pas dormi mes dix heures,
il no faut rien me demander"? Hoe verwaterd
was het kluchtige onderzoek naar den trein,
waarmee PouLrd teruggekomon zou zyn:
„C'e-t ce que j'allais vous dire, a sopt houres
il n'y a pas d'train"! en den vermakelyktn
wanhoopskreet: „Quelle sale compagnie"!
Maar ook het spel stond ver beneden dat
der Franscben. By di9 geboren acteurs en
actrices ging alles fijn en rustig, los en
smaakvol, terwyl hier hot ensemble spel ont
aardde in herrie, in lawaai, in onnoodige
drukte. Hoo uitstekend onze tooneelspelers
soms ook mogen wezen, toch scbynt het nog
altyd, dat er stukken bostaan, waarvan de
vertolking alleen aan Fransch en goed toever
trouwd is. Henri Poolman speelde den Poulard
en hy was verreweg de beste. Toch speelde
Alfred Worms die rol veel mooier. Poolman
trok te veel gezichten, hing den clown uit,
terwyl Worms in het geheele stuk geen
spier van zyn hoogst komisch gelaat vertrok.
Dat is veel beter, dat past veel moer voor
den drogen apotheker dan al die grimassen,
die uitsluitend op een gemakkelijk succes
berekend zyn.
Mevr. Poolman had een onnoodig leelyke,
sterk overdreven grime; zy was wel lastig,
maai> gaf ons geenszins het type van de
eerzame burgervrouw. Juffr. Sasbacb had
als Suzanne wel enkele goede oogenblikken,
met name deel zy zeer haar best in de scène
van de voorgewende dronkenschap in het
tweede beöryf, maar toch bleef ook zy verre
ten achter by Mme. AchardBecker. Hoe
moesteriyk speelde die niet hetzelfde tooneeltje
daar was alles fijn, hier alleen luidruchtig.
De heer Erfmann staat op een gevaarlyk
standpunt. In den laatsten tyd wordt hy veel
vuldig, hoogst ongemotiveerd over het paard
getild, wat hem de allures heeft doen aan
nemen alsof hy „er al is". Niets is minder
waar. Yoor hem begint de studie eigeniyk
pas. En wanneor, zooals gisteravond, het slin
geren met do beenen, het in de zakken of
in de vestopeningen steken van handen of
duimen, het wyd opensperren van den mond
en het uitstooten van gemaakte, onaangename
geluiden voor losheid en gemakkeiykheid
van spel moeten doorgaan, dan vergist deze
acteur zich deerniswaardig. Yoorloopig mag
genoemde heer zich nog heel wat slechte
eigenschappen afwennen; dan komt er plaats
voor goede en dat is al veel gewonnen.
De heer Morriën als Blanchon was styf,
conventioneel en onnatuurlyk.
Als nastukje kregen wy het veelbesproken
„Onder Ons" van Marcellus Emants. Emants
is een zeer knap artist, de eenige van het
Baniergeslacht, die, zooals Yan Deyssel het
uitdrukte, niet verongelukt is.
In „Onder Ons" heeft hy een prachtig
stukj9 humor gegeven, tintelend van fijnen
geest en van waarheid. Het interieur by de
familie Hurstendonk, waar oom de dominee
met goede bedoelingen fraaie, zalvende woorden
spreekt on eerst aangehaald wordt, doch later
in de algemeeno ruzie als zondenbok wordt
gebezigd, is uitstekend weergegeven. Die per
sonen leven voor ons, het is een echt stukje
natuur. Men zul zich herinneren tot welk een
onverkwikktiyken pennestryd tusschen de
directies Chnspyn en Poolman en den schryver
de opvoering van „Onder Ons" heeft aanleiding
gegeven. De heer Emants is niet tevreden
geweest en dat is zoo'n wonder niet. De
auteur zelf, die alles wat hy neergeschreven
heeft, dieper gevoeld, doordacht, doorleefd
höeft, zal wel altyd het allermoeilykst te
voldoen zyn by een vertolking van zyn werk.
Toch kwam het ons voor dat dit stukje juist
toonde hoeveel goeds Poolman met de zynen
nog vermag te geven.
Daargelaten dat de auteur hier en daar een
toets zou hebben willen wyzigen, eene scha
keering aanbrengen, een nuance vergrooten
of verkleinen, was de opvatting in het algemeen
Z3er goed te noemen. De heer en mevrouw
Poolman, Holkers, Erfmann en mej. Sasbach
waren hier alleszins vtrdiensteiykhhr ging
niemand zyn boekje te buiten. In elk geval
is het weer te pryzen dat Poolman met zyn
bekenden yver en voortvarendheid ook dit
voortreffelyke nationale stukje wederom zoo
spoedig op zyn répertoire heeft gebracht.
Mej. Sasbach ontving van de Studenten
commissie een fraaien ruiker. v. B.
Gemengd Nieuws.
De batteryen van bet 2de regi
ment veld artillerie uit Leiden en 'sGraven-
hago zullen van 11 tot 24 Juli tacttische
schietoefeningen houden in de legerplaats by
Oldebroek
Heden had te Katwjj k het p r y s-
schieten plaats voor het 4de bataljon 4de
regt. infanterie alhier. De pryzen, bestaande
elk uit 8 dagen verlof en f 5, werden gewonnen
door den korporaal Martens der 1ste comp.,
den soldaat Yeilbrief der 2de, den soldaat
Diemeyer der 3de en den soldaat Van der
Mee der 4de compagnie.
Daar do b r i g a d e - c o m m a n d a n t
dor Ryksveliwacht te Alfen, de brigadier-
ryksveldwachter J. P. Letcher en A. Ouds
hoorn, onbezoldigd ryksveldwachter te Leider
dorp, yverig met hun onderzoek voortgingen,
zyn nog vele voorwerpen in beslag genomen
en is door hen ook de dader gevonden van
den in de maand Januari van dit jaar ge-
pleegden diefstal ter waarde van ongeveer
f 400 aan blokken touw, enz. van twee bom
schuiten, liggende in de gemeente Leiderdorp
en thuis behoorende te Katwyk. De dader is
ook hiervan T. Matthys Yan Schaick. De in
beslag genomen voorwerpen zyn door de
eigenaren herkend.
Ook andere - personen, waar ontvreemöin
gen plaats haddeD, herkenden hun goed en
nog steeds komen er eigenaars van elders
om hetzelfde te ervaren.
Men schryft ons uit Roelof-
Arendsveen: Men zrl zich nog wel herinneren
dat op het einde dts vongtn jaars de huisvrouw
van G. v. Y. alhier dezen voor ettelyke hon
derden guldens benadeelde, welke gelukkig
nog bytyds terecht kwamen Naar men ver
neemt, heeft de man veiligheidshalve zyne
contanten by een ander in bewaring gegeven,
waardoor zyne eega in eene ledige kas
grypt. Doch wat heeft deze dame nu uitge
haald? Terwyl ba£- man Zondagmorgen naar
de kerk te O.-Wetering was, heeft zy met
behulp van een schipper den geheelen inboe
del uit het huis naar Leiderdorp gevoerd. De
niets kwaads vermoedende man keek by zyne
thuiskomst vreerad op in de ledige kooi!
Voorgelicht door de politie, yide hy naar L.,
waar hy tot zyn geluk vóór de verhuisvracht
aankwam en de lossing er van kon beletten.
Op zyn last mocht dezelfde schipper er weer
mede naar R.-A.veen terugvaren. De daderes
bleef logeeren by hare dochter te Leiderdorp.
Aan denZuidwalte's-Graven-
hage moest Zondag middag de tusschenkomst
van een paar politie agenten worden inge
roepen om twee oudjes, man en vrouw, samen
minstens anderhalve eeuw oud, die met
elkander twistten, tot kalmte te brengen.
Hoewel stram en styf, achtervolgde de man
zyn vrouw met een byi.
De langs den straatweg te Scheve-
ningen voor de te bouwen hoofden aange
legde spoorbaan is tot aan het Kurhaus gereed.
De werkzaamheden zelve zullen eerst in
het begin van April aangevangen worden.
Dit geldt ook voor den bouw van den
strandmuur, waarvoor nu drie houten keten
op den straatweg zyn geplaatst. Yan aanvoer
van materialen is nog niets te bespeuren.
Men berekent, dat voor den te maken strand
muur, enz. ongeveer 3000 wagenladingen
materialen derwaarts zullen moeten worden
vervoerd.
Te Utrecht liep dezer dagen het
praatje, dat de Yereeniging „Trouw aan Koning
en Vaderland" zeer zorgeloos omsprong met
de gelden, haar ten behoeve van oud-stryders
tor hand gesteld. Aan familiebetrekkingen van
overledenen zou nog uitkeering geschieden
Een hoogleeraar, wien dit praatje eveneens
was medegedeeld, achtte zich geroepen auto
riteiten en politie van de zaak te verwittigen,
een onderzoek werd ingesteld en de onjuist
heid van het gerucht kwam aan den dag.
De hoogleeraar deed amende honorableen
om daarop het zegel te drukken, noodigde
hy de „opgèstane dooden" aan zyn huis; daar
werden zy, in de antichambre, onthaald op
broodjes, chocolade en sigaren, en by het
weggaan ontving ieder, tot zyne groote ver
rassing, twee ryksdaalders uit een geld6om-
metje, dat de professor van studenten voor
de oud8trydor8 had ontvangen.
Zoo vertelt het „N. v. d. D."
Te Beers brandde Zondagmiddag
een boerdery af. Do geheele inboedel benevens
eene koe werden door het vuur verteerd. De
bewoner lydt circa f 2500 schade. Alleen het
huis was verzekerd, voor 3200 De oorzaak
van den brand is niet bekend.
Op den hoek van de Nieuwstraat
en den N. Z. Voorburgwal te Amsterdam is
een loodgietersjongen van hot dak gevallen.
Toen men hem opnam, bleken de levens
geesten reeds geweken.
Elisabeth V., beschuldigd van
29 Januari jl ten huize van haar zwager
W. Timmermans, te Bokste), by wien zy
inwoonde, brand te hebben gesticht en diefstal
te hebben gepleegd, ia door de rechtbank te
's-Hertogenbosch tot een gevangenisstraf van
vyf jaar veroordeeld.
Een arbeider te Zutfen was
sedert ongeveer eene maand door zyne
vrouw verlaten. Haar tegenwoordig verblyf
te G. gevonden hebbende, verzocht hy de
tusschenkomst der politie om zyne vrouw
terug te kryger.. Vrydag nu werd de vrouw
aan hem teruggegeven, hetgeen echter van
zeer korten duur was, daar deze hem nog
denzelfden avond opnieuw ontliep, vermoedelyk
om zicff weer naar G. te begeven.
Te Eaens werd Vrydag het eerste
kievitsei gevonden door den schipper U. De
Wilde; by ontving er f 15 voor.
Van Tessel zyn Donderdag de eerste twee
kievitseieren verzonden, welke in den polder
Eierland waren gevonden.
Mishandeling met doodelijk gevolg.
Yoor dit feit had zich gisteren voor do
Utrechtsche rechtbank te verantwoorden de
21 jarige Dirk Van Roepel, uit Amersfoort.
Op Zondag 9 Februari jl. bracht bekl met
een anderen boerenknecht, zekeren Bakker,
drie meisjes (waarvan twee nichten van
Bakker) uit Nykerk over Amersfoort naar
hare woonplaats Soest. Het was ongevoor
halfnegen in den avond toen zy bier aan
kwamen. Nauweiyks waren zy in het dorp,
of een tweetal personen liep hen eenigen
tyd achterna. De meisjos begrepen, dat dit
tweetal geen goede bedoelingen op het oog
had, en waarschuwden daarom bekl. en hun
neef den Ryksstraatweg niet terug op te gaan
maar een anderen weg te kiezen, ten einde
zood03nde weder in Amersfoort te komen
Deze antwoordde hierop: „als ze aan myn
lyf komen, steek ik ze met een mes dood."
Nadat zy de meisjes thuis hadden gebracht,
gingen zy toch weder den Ryksstraatweg op.
Al spoedig ontmoetten z(j het bewuste twee
tal personen, thans vermeerderd met nog één.
Deze drie personen achtervolgden Van Roepel
en Bakker, en riepen hen toe: „zoo spoedig
nrogelyk te maken maar weder in Amersfoort
te komen, anders konden zy een pak slaag
krygen. Zy lieten het echter niet by woorden,
maar gingen alras over tot hanatastelykheden,
die de Amersoorters niet onbeantwoord
lieten. Een inwoner van Soest, zekere Huigen,
wilde de twistenden scheiden, eu begaf zich
tusschen de vechtenden. Dit bekwam hem
echter slecht, want al dadelyk ontving hy
met een mes oen steek in de linkerzyde van
den hals, en ook zekere Hilhorst ontving een
steek en was onmiddellyk dood. Bekl. eu
Bakker gingen op de vlucht en vervolgden
hun weg naar Amersfoort, waar zy den
volgenden morgen gearresteerd werden,
Hoewel bekl. eerst ontkende in Soest ge
weest te zyn, kwam hy spoedig opdezeont-
kentenis terug, en bekende hy Zondag-avond
twee Soest.maren te hebben gestoken. Bakker
werd weder in vryheid gelaten.
Uit de verklaring van dr. Bitenburg te Soest
biykt, dat Hilhorst, evenals Huigen, een wonde
had in de linkerzyde van den hals. Door de
diepte van de wonde, en doordat de verbloe
ding niet onmiddellyk was gestuit, moest de
dood woldra volgen. De wonde van Huigen
was niet doodeiyk. Binnen een tiental dagen
was zy genezen.
Bekl. bekende ter terechtzitting slechts één
persoon gestoken te hebben Wien en waar
wist hy niet. Volgens de verklaringen van
de deskundigen moet de wonde by Hilhorst
met groote kracht zyn toegebracht, vooral
omdat één der nekspieren was doorgesneden.
Bekl. neweert uit verdediging zyn mes te
nebben getrokken De getuige Bakker ver
klaart echter, dat dit met noodig was, want
men sloeg elkander met do handen Ook hy
had een mes oy zich, maar heeft het niet
uit de 8cbeede gehaald. Op de terugreis was
bekl. erg opgowonden en zeide hy: zeker te
weten, dat hy er één geraakt had." Op de
plaats, waar de vechtparty gehouden werd,
was het zeer donker, zoodat men elkander
zeer slecht kon onderscheiden Eenige getuigen
hebben in de nabyheid van de vechtparty
hooren roepen: „sla my niet, ik zal ^aan."
Bekl. beweert dat hy dit gezegd heeft. Twee
Soestenaren verklaren bekl. naar Huigen en
Hilhorst te hebben zien steken Hy .waaide
niet met het mes, zooals by ter terechtzitting
zegt, maar trok het mes uit zyn zak en ver
wondde onmiddellyk achter elkander Huigen
en Hilhorst. De vechtparty volgons hen,
niet van ernstigen aard.
De subst. officier van justitie, mr. E. A.
Smidt, meende dat het wettig en overtuigend
bewys van de schuld van bekl. is bewezen,
zoowel het ten laste gelegde van de mishan
deling met doodelyk gevolg van Hilhorst als
de ernstige mishandeling van Huigen. Het
komt spr. voor dat bekl. een innerlyken aan
drang heeft gehad, om te mishandelen Dit
blykt uit zyn woorden: „het bloed kookt my"
enz., die hy uitte toen hy de meisjes naar
huis bracht.
De houding van bekl is zeer zeker aller
vreemdst te noemen. Eerst ontkent by; voor
den rechter-commissaris bekent hy alles en
ter terechtzitting bekent hy ten deele. Ten
slotte requireerdo de subst.-officier een straf
van 1 jaar en 6 maanden.
Mr. Tiboei Van der Ham bestreed in een
uitvoerig, welsprekend pleidooi de meening
van het O M., als zoude bekl. reeds vooraf
de gedachte gekoesterd hebben, te willen
mishandelen.
Naar pleiters overtuiging heeft bekl. hier
uit verdediging gehandeld. Na gewezen te
hebben op het gunstig verleden van bekl.,
die nog nooit een straf heeft ondergaan, be
veelt pleiter zyn cliënt in de clementie der
rechtbank aan.
Na re- en dubliek werd de uitspraak be
paald op Zaterdag 4 April a. s.
Politie.
Door den brigadier der ryks-veldwacht en
A. Oudshoorn, gemeente veldwachter te Leider
dorp, is een groote zak met verschillende
linnen en katoenen goederen in beslag ge
nomen, afkomstig uit een deftig gezin, als
mede een hoeveelheid touw en planken, alles
afkomstig van diefstal, zoomede schoten met
blokken afkomstig van binnenvaartuigen,
twee scheepsplanken en een dreg. Verzoeke
opgave en inlichtingen door de eigenaars dor
vermiste goederen.
BUITENLAND.
Frankrijk.
De ,Vos8. Ztg.' verneemt, dat de hoeren
Hanotaux en Poubello hebben bedankt voor
do benoeming tot. gezant van Frankryk te
Beriyn. Als opvolger v*n den heer Herbette
wordt nu genoemd de heer Decrais, oud
gezant te Londen.
- De Fransche regeering heeft aan den
Oostenrykschen gezant te Beriyn, graaf Wol-
kensteyn, het grootkruis van het Legioen,
van Eer verleend.
D ul! tsohlancl.
Het Duitsche keizerpaar zal met de beide
Duitsche prinsen heden, Dinsdag-namiddag,
om halfzes te Genua aankomen, en zich aan
stonds aar. boord van het keizerlyk jacht
„HoheDzollern" begeven, dat kort daarop zee
kiest met bestemming naar Napels. Daar
zullen HH. MM. vertoeven tot aan het einde
dezer maand, om dan aan Palermo een be
zoek te brengen. Van daar wordt de tocht
om het Italiaansche schiereiland voortgezet.
Het Italiaansche eskader onder admiraal
Canevero is aangewezen om keizer Wilhelm
te Genua te begroeten. Naar gemeld wordt,
zal den llden April te Venetië eene ont-'
moeting met koning Humbert plaats hebben
en zil de keizer omstreeks het midden van
die maand te Weenen de voorjaarsparado
bywonen.
De koning en de koningin van RumeniS
zallen te Venetië koning Humbert en keizer
Wilhelm ontmoeten.