N°« 11066. Zaterdao; SI Maart. A0. 1896 <§eze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van <§on- en feestdagen, uitgegeven Leiden, 20 Maart. F" enilleton. liet visiocu van Marcus Swainson. LEIDSCH DA&BLAD. PRIJS DEZER COURANT; Voor Leiden per 3 maanden. I 1.10. Franco per post 1.10. Afzonderlijke Nommers 0.05. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1—6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0\1\. Grootero letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad wordt f 0.05 berekend. Oi'licii-ele Kennisgevingen. Burgemeester en Wethouders van Leiden; Gezien art. 8, late alinea, der wet van den 2den Juni 1875 (Staatsblad No. 95), tot regeling van het toezicht bij het oprichten van inriohtingen, welke gova&r, echale of hinder kunnen veroerzakon; Brengen bjj deze tor algemeene kenme dat door hen op heden vergunning ia verleend aan J VISSER en rochtverkr\jgcnd n tot hot oprichten van eene elachtorg en rookerij in het perceel Nirnwatraat 49. Burgemeeater en Wethoudere voornoemd, Leiden, F WA8, Burgemeeater. 19 Maart 1896. E. KIST, Öecretaria. B. en Wa. vaD Oegstgeest brengen bg dezen ter algemeene kennia, dat van bunnentwego op Woenedag den laten April 1896 acbouw zal worden gedr ven over wegen en alooten binnen de gemeente, terwgl door den gemeente-opzichter met een der veldnaohtore ni 1 April a. a opname zal geschieden van de aohoor- ateonen, privaten en beerputten B. en Wa. van Oegstgeest brc-ngao ter algemeene kennia, dat het anpple'oir kohier hoofd omslag dienst 1895 gednreode v(jf maanden van af 16 Maart tot 16 Augustus a. a. ter vieie ligt ter gemeente secretarie. In verband met hetgeen wij in een vorig nommer mededeelden betreffende de te dezer stede opgerichte „Industrieschool voor Meisje.s" worden ons eenige bijzonderheden gemeld, waaraan wy het volgende ontleenen. De bedoeling der oprichters is onderwas te laten geven in de vrouwelijke handwerken, het kunstnaaldwerk, het kostuumnaaien, pa troonknippen, het garneeren van kleeding stukken, het strijken, het handteekenen, de eerste beginselen van lijnteekenen en het boekhouden. Ook zal er een speciale cursus voor jonge kinderen gegeven worden in den handenarbeid „Sljöid"; alles bij prospectus breedvoerig omschreven. Terwijl er gelegen heid bestaat zich als vakleerling aan te mei don, zullen er geregelde cursuslessen gegeven worden voor de opleiding tot de verschillende examens, zooals voor nuttige en fraaie hand werken, het teekenen en het boekhouden. Daar de oprichters in de gelegenheid zijn de verschillende vakken te laten doceeren door M. O. gediplomeerde en bekwame vaklieden, aan do hand van degelijke modellen, en, naar do laatste eischen van het tegenwoordige onderwijs, is het vertrouwen gerechtvaardigd, dat bedoeld onderwijs degelijk en doeltreffend zijn zal. Voor het examen in de nuttige hand werken is geslaagd mej. A. Moraal, van Leiderdorp. Naar men verneemt, heeft de Christelijke zangvereeniging „De Lofstem", te "Woubrugge, zicb aangesloten by den Bond van Christelijke Zangveroenigingen in Nederland. In het „Hotel Paulez" te 's Gravenhage is aangokomen burggraaf De Voize, voormalig secretaris van bet Fransche gezantschap te 's Gravenhage. Op den 6den April a. 8. zal het veertig jaren geleden zijn, dat de heer Veenendaal, te Hillegom, de betrekking van hoofd der openbare lagere school aldaar aanvaardde; naar toanmalig gebruik word hy op dat tydstip tevens als voorzanger in de Ned.-Herv. kerk aangesteld, en hy zal op den 6den April dus ook als zoodanig veertig jaren zyn werkzaam geweest. Ongetwyfeld zal het hem dan wel niet aan belangstelling ontbreken, daar hy in beide betrekkingen nog met onverflauwden yver werkzaam is. In den loop der jaren is zijn werkkring aldaar overigens belangryk uitgebreid gewordentelde by zyne aanstelling de burgeriyke gemeente toch Hh 1600 zielen, thans is dat g6tal wel vordrievoudigdhier tegenover staat echter ook, dat er sedert eene inrichting voor bijzonder onderwys is gekomen. Daar de heer Veenendaal door zyn zitting in verschillende examen commissies als anders zins ook buiten die gemeente steeds vele relaties had, zal zyn aanslaand jubile ook elders wel opmerkzaamheid trekken. De lste luit. jhr. Bowier, van het 2de bat. 4de reg. inf., is gisteren van zijn deta- cheering aan den Ryks geweerwinkel te Delft teruggekeerd. De by het 4de regiment infanterie be noemde kapitein M. J. Van Hille, van het 8ste reg. inf., komt in garnizoen te Gouda en wordt belast met het bevel over de 8de compagnie van het 5de bataljon aldaar. De Eerste Kamer behandelde in hare zit ting van gisternamiddag het wetsontwerp be treffende de grensverandering van Amsterdam. De minister Van Houten verdedigde korte lijk nog het ontwerp. Het aantal vergunningen, volgens de Drankwet, blyft door het ontwerp onveranderd. Eene wyziging der wet op de rechterlyke indeeling is onnoodig, maar de Regeermg zal de z^ak overwegen in verband met een andere indeeling der kantons van Amsterdam. De heer A. Prins zou uitsluitend met het oog op het algemeen belang voorstemmen. Nadat de heer Kist verklaard had in de belofte der Regeering te berusten, kwam de heer Vening Meinesz op tegen de bewering van den heer Prins, dat Amsterdam Nieuwer- Amstel zou hebben geplaagd. Het ontwerp werd aangenomen zonder hoofieiyke stemming. Verder werden aangenomen de grensver andering van Utrecht, de provinciale heffing in Zeeland en Groningen, de instelling van een militairen pensioenraad, de subsidie voor de stoomtramwegen RotterdamHoeksche Waard, OldenzaalDenokamp en Oldenzaal Pruisische grens, het nieuwe contract van den West Indischen maildienst, de onteigening van den spoorweg RotterdamZuid-Beierland en de geluleening voor Suriname. De Kamer is daarna uiteengegaan. By het uiteengaan van de Kamer waren nog niet ter afdoening gereed de ontwerpen betreffende de personeele belasting, de ge rechtskosten in strafzaken, de militaire inundatión en het voorstel-Gerritsen omtrent den eed. De nieuwe regelen omtrent de inland- sche grondverhuringen op Java en Madura zyn met 1 Maart jl. in werking getreden. De ordonnantie en de voorschrifton van uitvoering bepalen or zich toe: voor de industrie de belemmeringen weg te nemen, welke hare normale ontwikkeling in den weg staan; voor de inlandsche bevolking die euvels te bestiyden, waaraan alleen de wet gever een einde kan maken, en voor het bestuur de gelegenheid te geven, om, door blootlegging en onderzoek der gesloten trans- actriën, te weten wat er omgaat, en het bygevolg in staat te stellen om, waar noodig, tusschenbeide to treden of nadere voorzienin gen van de Regeering uit te lokken. Het maakt in Indië een punt van over weging uit of de zg. werk- en leverings contracten ten behoeve van de landbouw- nyverheid nadere voorziening vorderen, met geheele of gedeeltelyke ter-ztyde-stelling van de bepalingen van 1838. In onderzoek zyn de rapporten en adviezen omtrent de enquête, door de Indische Regeering gelast over de verdeeling van het irrigatie- water tusschen de suikerriet- en indigovelJen en de aanplantingen der bevolking ten behoeve van haren eigen landbouw. De Indische Regoenng heeft zich in beginsel bereid verklaard om den gouverne mentsoogst van kinabast aan een eventueel op te richten fabriek ter verwerking te geven, ter verkryging op die wyze van de voor '8 lands dienst in Indiè benoodigde chinine, die het Gouvernement tot dusver geregeld uit Europa betrakt. De Indische Regeermg heeft voorstellen ingediend aangaande de herziening van de regeling op het beheer van '«lands b03schen, welke hier te lande in overweging is De gemeente Haarlem heeft het verlies van een verdienstelyk burger te betreuren. Mr A J. Enschedé, oudste firmant der aloude boekdrukkersfirma Joh Enschedé en Zonen en uitgevers der „Opr Haarl. Courant'is na een kortstondig lyden overleden. In tal van openbare en by zondore betrekkin gen was de heer Enschedé van ganscher harte werkzaam. Veel moeite en zorgen legde hy ten koste aan de belangryke verzamelingen op het raad huis, die hem in zyne jarenlang vervulde be trekking van archivaris en bibliothecaris der stad waren toevertrouwdover het aan die betrekking verbonden honorarium werd niet door hem beschikt; volgens zyn verlangen werd de daarvoor uitgetrokken som geheel aangewend om de stadsboekerij door aankoop van werken te verryken. Gewichtige diensten werden door hem aan Haarlem bewezen als voorzitter der commissie van toezicht op het Stedeiyk Museum en als voorzitter der vereemging tot uitbreiding der kunstverzameling in dat museum. Uit eigen middelen schafte hy menig stuk aan, dat een sieraad van het museum i3. De „Vereenigmg tot verfraaiing van Haarlem en Omstreken" mocht zich verheugen den heer Enschedé onder hare bestuursleden te tellen. De Waalsche Kerk, in welks bestuur hy zitting had als kerkvoogd en ouderling, heeft, vooral wat hare archieven betreft, zeer veel aan zyn initiatief te danken. Vooits vond zyn werkzame geest ruimschoots arbtid in de betrekkingen vaD directeur der Hollandsche Moatscbappy der "Wetenschappen, als lid van Teylurs Tweede Genootschap en van het hoofdbestuur der Nederlandsche Maat- schappy van Nyverheid en als commissaris der Kweekschool voor Zeevaart. De overledene was officier d'académie, ridder van den Nederlandschen Leeuw en ridder 4de klasse van den Gouden Leeuw van het Huis van Nassau. Hy was geboren den 20sten Juni 1829 en bereikte dus den leeftyd van byna 67 jaren. De minister van binnenlandsche zaken heeft bepaald: dat de commissie, belast met het afnemen der examens B volgens de artt. 6165 van de wet op het M. Ovoor het jaar 1896 zitting zal houden te Delft; en zyn benoemdtot lid en voorzitter dier commissie, dr. P. Zeeman Gzn., hoogleeraar aan de Polytechnische School; tot leden: dr. L. Aronstein, dr. H. Behrens, J. Cardinaal, H. Cop, G. J. Morre, J. A. Snyders C.Jzn. en J. M. Tilders, hoogleeraren aan de Polytechnische Schooldr. P. Van Geer en dr. J. C. Kluy ver, hoogleeraren aan de Ryks-universiteit te Leiden; dr. H. Haga, id. te Groningen; A. E. Rahusen, oud-hoogleeraar aan de Polytech nische School, wonende te 's-Gravenhage; A. F. Gip3, J. A. Van der Kloes, dr. R. Sissingh en dr. J. De Vries, leeraren aan de Polytech nische School; M. A. C. Hartman, gemeente- architect, te Delft, en dr. "W. Stortenbeker, leeraar aan het gymnasium te Delft, die zich te Delft zullen vereenigen op zoodanigen tyd, als hun nader door den voorzitter zal worden medegedeeld. Nog brengt de minister ter algemeene kennis, dat de examens der Polytechnische School, vermeld onder B en C in artt. 60—65 van de wet op het middelbaar onderwys, in de laatste week der maand Mei en in de maand Juni a. 8. te Delft zullen worden afgenomen. Wie één of meer dezer examens wenscht af te leggen, moet zich daartoe vóór 10 April a. 8 schriftelijk by het departement van oinnenlandsche zaken aanmelden met nauw keurige opgave tot welke examens hy wenscht te worden toegelaten. Hy, die slechts een gedeelte der examens B wenscht af te leggen, heeft hiervan mede in zyn verzoekschrift te doen biyken. By de aanmelding tot de examens B moet worden overgelegd het getuigschrift wegens voldoend afgelegd eindexamen der hoogere burgerschool met 5-jarigen cursus, vermeld in art. 57, en by de aanmelding voor examen C het getuigschrift wegens voldoend afgelegd examen B, vermeld in artt. 6165 der genoemde wet. Sts.-Ct Een wetsontwerp tot onteigening is by de Tweede Kamer ingediend voor den aan leg van openbare wegen op het terrein „Het Nieuwland", te Nymegen. De gemeente wil drie wegen aanleggen, waardoor het terrein op regelmatige wyze zal worden doorsneden, en welke de verbin ding zullen verzekeren tusschen bestaande hoofdwegen. Een groot gedeelte van den grond is langs minnelyken weg te verkrygen, doch ten aanzien van eenigo perceelen stuit men op de ongezimlheid der eigenaars om den grond tegen den door deskundigen ge- schatten prys te verkoopen. Vandaar het ontwerp. De heer S. J. H. De la Fuente, te Amster dam, heeft eerst thans het officiéél schryven ontvangen, waarin hem wordt kennis gegeven van zyn benoeming tot directeur van de Fransche Opera te Gent, welke benoeming hy, heeft aanvaard. Hy is thans tweede orkest directeur aan de Nederlandsch6 Opera Door den Nederlandschen Brood-, Koek en Banketbakkersbond wordt, naar aanleiding van een genomen besluit der algemeene vergadering, de volgende prysvraag uitge schreven: „"Welke is de beste wyze tot het ver schaffen van practisch en theoretisch onder richt in de bakkery, zonder oprichting van een vakschool?" Voor het meest volledige ontwerp wordt een prys uitgeloofd van f 50. De antwoorden moeten geschreven zyn in de Nederlandsche taal en mogen alleen met een motto onderteekond worden. Zy moeten vergezeld zyn van een verzegelde enveloppe, bevattende den naam en hot adres van den schryver en waar buiten op het motto herhaald is. Zy moeten ingezonden worden by den Secretaris van den Bond, den heer C. J. N. Van Etten, Hoogte Kadyk 95, te Amsterdam, vóór of op 15 Mei a. 8., en zullen door een door het Centraal Bestuur van den Bond te benoemen jury beoordeeld worden. De minister van marine heeft den ge- pensionneerden marinier lste klasse N. A. Van der Blom met 1 April a. s. benoemd en aangesteld tot vasten knecht by het departe ment van marin9. Door Ged. Staten van Zuid-Holland is het verzoek van kerkvoogden van de Her vormde gemeente van Sluipwyk (gemeente Reeuwyk) om het zoogenaamd Kerkepa^, voorkomende onder No. 31a op den supple- toiren legger van wegen en voelpaden der gemeente Reeuwyk, van dien legger af te voeren, gewezen van de hand. Men achryft uit Deventer- Onze ge meente leed hedenmorgen weer een groot verlies door het overiyden van een h rer meest achtenswaardige ingezetenen. De heer A. L. Van der Lande nameiyk overleed op ruim 66-jarigen loeftyd aan een slepence ziekte De overledene kenmerkte zich door zyn oprecht en eeriyk karakter en groot) men8chlievendbeid. Hy was eon energies industriëel on groothandelaar, die aan een groot aantal ingezetenen werk verschafte. Hy deed in stilte veel goed aan de armen. Nie mand meldde zich (van welke geloofsbeiydenis ook) tevergeefs by hem aan. Sedert jaren was hy lid van bestuur van vele instellingen, corporatiën, van de Kamer van Koophandel en van den gemeenteraad. Hö genoot de achting van al zyne mede burgers voor de wyze, waarop hy die betrek kingen geheel belangloos had waargenomen, en ieder droeg hem eerbied toe. Naar men verneemt, zal de heer J. P. Havelaar, directeur-generaal der posteryen en telegraphie, aangewezen worden Nederland te vertegenwoordigen op het in Juni a. s. te Buda Pesth te houden internationaal telegraaf- congres. 7) Weer ging de huisschol. „Daar is vader eindelykt" riep Madge. „Eindeiykl" stemde Swainson van harte in. „Goddank." „Stil, zeide de geest, „wacht tot gy al het ongeluk hebt aanschouwd, dat ge ge wrocht hebt." „Willig slechts één wensch in." „En die is?" „Dat het my gegeven zy, hot kwaad te herstellen." De geest gaf geen antwoord. YL Langley's voetstappen dreunden zwaar door de gang, als de schreden van iemand, die doodeiyk vermoeid ia. Zonder loinand te groeten trad hy de keuken binnen, gevolgd door den heer Babbs en het blinde knaapje. Hy nam een pyp van den schoorsteenmantel en liet zich in den armstoel zinken, die voor hem by de kachel gereed stond. Droomerig staarde by voor zich uit in het vuur. „Ik geloof, dat hy niet zooals gewooniyk is, juffrouw Rose," fluisterde de heer Babbs; „we vonden hem op de brug over het kanaal, hangend over de leuning." Ross zag haar vader met angstig onder zoekenden blik aan en Madge werd bleek; een duister vermoeden zeide haar, dat er iets byzonder8 was gebeurd; ook kleine Alec, met de fijne opmerkingsgave, blinden eigen, was zich er van bewust. Babbs vermoedde, dat de familie liever alleen wilde zyD, en blies daarom den aftocht. „Goeden nacht, mynheer Babbs," zeide Rose, die hem tot de deur geleidde, „veel dank voor uw vriendeiykheid; komt ge morgen mede genieten van uw goede gaven?" Babbs wilde niets liever en eerst lang nadat de deur achter hem gesloten was en hy een heel eind de straat was opgeloopen, kwam hy weder tot zichzelf, doordat hy tegen een politie-agent aanbonsde, die hem vermaande zich als een nuchter mensch te gedragen en naar huis te gaan. Toen Rose in de keuken terugkwam, vond zy haar vader zitten met de uitgebrande pyp in de handen en een troostelooze uit drukking op zyn gezicht. Alec had zich op zyn knie gezet en hield den eenen arm om zyna vaders hals geslagen. „Scheelt er iets aan, vader?" „Hoe komt gy aan die vraag, jongen?" „Omdat ge my zoo droefgeestig toeschynt en hier zyn de lynen veel dieper dan ge wooniyk," de knaap bewoog zachtjes den vinger langs het gerimpelde voorhoofd, „en uw gezicht is ook veel langer." Langley trok vriendelyk d9 kleine hand weg, die zooveel wist te ontdekken, vreezend dat er nog meer waarheden aan het licht zouden komen. „Je bent een nieuwe soort van waarzegger," lachte hy; „daar kun je nog geld mede ver dienen." Dan gaf ik alles aan u en aan de meisjes/' „God zegene je, myn jongen; helaas, de fortuin is ons niet meegeloopen de laatste jaren, maar: moed gehouden; wie weet boe ryk wy nog eens worden en zonder dat, gy drieën zyt schatten, met geen goud te be talen." Swainson luisterde vol verbazing toe Was dit de man, dien hy op de brug over het kanaal had zien staan?" „Wat heeft dit te beduiden?" vroeg hy de gee8tverschyning„hy is nu een heel ander mensch dan daar straks." „Dat is doodeenvoudig: hy is nu weor in den kring der zynen en men omringt hem met bewyzen van liefde. Liefde is de talis man, die alles in goud verandert." Madge naderde haars vaders stoel en legde haar koele handen op ztyn voorhoofd, een goede manier, om den weg effen te maken voor de vraag, die haar op de lippen brandde. Zy was nieuwsgierig wat de reden kon zyn van haars vaders bezoek aan Swainson. Zy vreesde dat het niet zeer bevredigend was geweest, en zy wilde nu zekerheid. Juist wilde zy haar vraag, netjes ingekleed, afsteken, toen de huisschel opnieuw overging. Allen verschrikten min of meer; zulk laat bezoek was iets zeer ongewoons; zou myn heer Babbs weer teruggekomen zyn?" Rose was naar de deur gegaan en trad nu weer binnen, gevolgd door een flink jonk man met een paar heldere kykers, welke nu echter zeer ernstig stonden. Klaarblykeiyk was hy met zyn figuur verlegen; het was dan ook wel wat wonderlijk ergena aan te komen loopen op het uur, dat men anders naar bed ging. Mynheer Maurice Swainson," kondigde Rose aan. „Wat komt die jongen hier doen?" dacht Swainson. „Wacht af en zie," antwoordde do geest, die zyn gedachten raadde. Swainson keek zoo scherp mogeiyk toe en wachtte in spanning op wat er zou volgen. By het hooren van den naam sprong Langley op, Alec van zich af stootend. „Komt gy me hier in myn eigen huls be- leedigen, mynheer?" riep hy. „Ik kom om uw vergeving te vragen, dat gy Inhei myne zoo onbeschoft werdt bejegend." De meisjes keken verschrikt op. Het scheen, dat er dien avond een heftige twist had plaats gehad tusschen beide mannen. „Voor zoo weinig hadt ge niet zoo laat behoeven hier te komen," zeide Langley bitter. „Ik ben een arm man en myn vergiffenis is van heel weinig belang. Een beleediging meer of minder komt er tegenover my niet op aan." Zyn oogen schoten vuur. Had deze zelfde jonge man er niet onverschillig bygostaan, toen hy zyn vader de grofste ver wy ten hoorde doen? En nu was hy in zyn eigen huis en behoefde hy van dien rykaard noch van zyn zoon iets af te wachten l „Uw vergiffenis, mynheer Langley, is my zeer veel waard; in myn oogen is armoede nooit een misdaad geweest en Armoede l" barstte Langley uit, „armoede geen misdaad 1 Eerst moest gy er al het ver nederende, al het ontzettende maar van onder vonden hebben, jonge manl Dezen avond, helaas, was ik het vergeten en uw vader zette my zyn hiel op den nek en vernederde my tot in het stof. Een gek was ik, een verblinde gekl" „Ik ben niet verantwoordeiyk voor myns vaders daden, mynheer Langley. Ik wist niet „Niet verantwoordeiyk, neen, maar hebt ge nooit gehoord dat de heler even goed schuldig is als de steler?" Hy lachte sarcastisch. „Vader," smeekte Madge, en trachtte zyn hand te grypeD, doch ruw stootte hy haar van zich af. „Houd u stil of verlaat de kamer, gy ziet,* vervolgde hy, zich tot zyn bezoeker wendend, „dat myo dochter niet zulk een kalm toe schouwster is als gy daar straks in uws vaders huis waart." „Ik verzeker u, dat ik geheel onkundig was van het doel uwer komst; ik knoopte geheel andere redenen daaraan vast." „Neen, ik geloof u niet, en een beleediging meer of minder tegenover my telt ook niet; het was de laatste stroohalm, waaraan ik my had willen vasthouden." Maurice wist niet wat te antwoordenmet al de bitterheid in Langley's woorden straalde er toch zooveel moedig gedragen leed in door. „Als gy ooit vader wordt en dan moet doormaken wat ik dezen avond heb onder vonden, kunt gy u myner nog eens herin neren." Madge en Rose snikten zacht voor zich heen Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1896 | | pagina 1