A°. 189"! t§eze £ourant wordt dagelijks, met uitzondering van (Een- en feestdagen, uitgegeven Feuilleton. N°. 11059 "Vrijdag lJi Maart. LEIDSCH BAftBLAJJ. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden. 1.10. Franco per post i t 1.40. Afzonderlijke Nommers 0.05. PRIJS DER ADVERTENTIÉN: Yan 1 6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17 J. Grootera letters naar plaatsruimte. Yoor het incasseeren bulten de stad wordt f 0.05 berekend. Leiden, 12 Maart. De reeks der Volksbyeenkomsten van dezen winter werd gisteravond op waardige wijze besloten. Op verzoek der commissie werd door bestuur en werkende leden van de Leidsche Tooneelvereeniging „Jacob Cats" in den schouwburg een tooneelvoorstelling aan geboden. Een vorig seizoen was dit ook reeds gedaan en als blyk in welke goede aarde dat gevallen was, kan strekken dat alle rangen niettegenstaande door de commissie bepaald was dat, om de hoogst noodige kosten te dekken, door de bezoekers eeno geringe vergoeding mosst worden ge offerd gisteravond propvol bezet was. De zaal leverde dan ook voor een effectief, wer- kelyk gezelschap een gezicht am van to watertanden. De voorstelling was dezelfde als die aan het eind van het vorig jaar voor de leden der Tooneelvereeniging zelve en voor hunne dames met verdere genoodigden was gegeven en bestond alzoo uit „Z "in meisje komt uit oorspronkelijk Indisch touneelspel in drie be drijven, door mr. P. Broosbooft, en „Zang vogeltje," blyspel in één bedrijf, met zang, door Servaas de Bruyn. Wij vonden toen gelegenheid uitvoerig ons gunstig oordeel over die voorstelling mede te deelen, alsmede den korten inhoud van het Indische tooneolspel, dat ook nu niet naliet wegens de eigenaardige tooneelrang- echikking bijzondere aandacht te trekken. Het kan dus, met het oog op het korte tijdsverloop, vrijwel overbodig geacht worden nogmaals in bijzonderheden te troden. Genoeg zjj het te verklaren dat beide stuk ken, om een bekende uitdrukking te bezigen, ook thans uitstekend „van stapel liepen" en dat de werkende leden andermaal toonden de tooneelspeelkunst op waardige wijze en met volkomen succes weten te beoefenen. Alleen zij opgemerkt dat een paar rollen, nl. die van Zepbyra en den officier Van Leuken, naar wij vernamen door bijzondere omstandigheden, nu deor andere personen dan do vorige maal moes ten vervuld worden. Ons compliment voor de uitvoering hunner taakl Den geheelen avond werden door het kra nige spel der dames- en heeren-dilettanten de aanwezigen geboeid. De belangstelling werd blijkbaar steeds in hoogere mate gespannen en bfi herhaling gaf het publiek zijn erkente lijkheid in een daverend applaus of in toe juichingen te kennen. De ovatie, door leden der Commissie voor de Volksbyeenkomsten aan do drie optredende dames gebracht door de aanbieding van even zoovele inderdaad prachtig gevulde bloemen manden, vond dan ook zooveel instemming, dat de zaal van het applaus en de fanfares der muziek, welke dezen avond ook haar beste beentje had voorgezet, daverde; mede volkomen verdiend was ook de hulde, welke aan de Vereeniging zelve gebracht werd in den persoon, die in het eerste stuk als advocaat Holtzius de hoofdrol vervuld bad. Hem werd een kostbare krans vereerd, welke onmiddellijk onder enthusiastisch gejuich aan de banier werd gehecht. Èti die bloemenmanden èn die krans èn al die geschonken by val waren tevens even zoo vele biyken van de dankbaarheid, welke tegen over de welwillendheid der Vereeniging en het door haar geschonken genoegen, allen, zoowel commissie als bezoekers en bezoeksters, vervulde. Op de indertyd door het bestuur van het Genootschap „Mathesis Scientiarum Genitrix" alhier uitgeschreven prysvraag voor oud leer lingen van het Genootschap, die niet langer dan vyf jaren de school verlaten hebben, zyn twee antwoorden ingekomen onder de motto's „lting" (geteekend) en „S. D. J." De prfisvraag luidt: „Het maken van een Kerkgebouw voor een welvarende Protes- tantsche dorpsgemeente, met toren, consis torie-, catechiseerkamer en kosterswonicg." De jury, die gisternamiddag vergaderd hoeft, zal zoo spoedig mogelijk rapport uitbrengen. De heer P. J. Dill alhier is benoemd tot onderwyzer 4de kl. te 's-Gravenhage. De wederopbouw van den toren te Bos koop is na openbare aanbesteding gegund aan den heer Nederhorst Senior, te Gouda, voor f 15 843. In de gisteren te Boskoop gehouden gemeunteraads-vergaöering is de heer P. Hoo gendam, bouwkundige aldaar, benoomd tot opzichter der gemeentewerken op eene jaar wedde van ƒ200. De afdeelingen van de Tweede Kamer hebben tot rapporteurs gekozen omtrent de wetsontwerpen betreffende: de overeenkomst betreffende het personeel der voormalige Ryn- spoorweg-maatschappy, de heeren Yan Gt-niiL-p, Loly, "Willinge, Tydeman en Yan Berckel; verbetering van de Berkel; afstand van strand te Scheveningenruiling van grond met 's-Gra venhage; Surinaamscbe rekening over 1892, de heeren Conrad, Van den Berch van Heem stede, Beolaerts, Harte en Hesse ink van Suchtelen; wyziging van eonige artikelen der wet op het lager onderwas, de heeren De Beaufort (Amsterdam), Roessingh, Pynappel, Meesters en Heldt. HH. MM. de Koninginnen, vergezeld van hofdame freule Van Ittersum en adjudant jbr. Van den Bosch, brachten gisteren een langdurig bezoek aan de broeikassen van het Koninkiyk Zoölogisch Botanisch Genootschap te 's Gravenhage. Zy werden ontvangen en rondgeleid door den directeur Dietz, den president-commissaris Van Bosse en den hortulanus Kottman. By haar vertrek werd den Vorstinnen door den hortulanus een ruiker, saamgesteld uit orchi deeën, overhandigd. Pref. C. B. Spruyt, te Amsterdam, deelt ons mede dat bij de commissie voor het „Taalfonds" toezegging is ontvangen eener gift van f 10,000 (tien duizend gulden), „namens velen" gedaan door iemand, die onbekend wenscht te blyven. In de tweede helft van April zal de „Haagsche Kunstkring" eene tentoonstelling houden van moderne en antieke waaiers en van ontwerpen voor waaiers. Yoor die ten toonstelling is uit de leden van den kring een comité gevormd, bestaande uit de heeren Toorop, Haverman, Rink, schilders; Miolaret, Du Rieu, Berlage, Limburg, Sluyterman, leden der afdeeling „Architectuur tn Kunstindustrie". Zooals te voorzien was, lokt© het voor stel van B. en Ws. van Haarlem om aan de Haarlemsche Tramwegmaatschappy te ver gunnen, dubbel spoor te leggen op het grootste gedeelte van de lyn, in de gemeenteraads zitting Van Woensdag-middag veel debat uit. Verschillende leden zagen daar bezwaar in, met het oog op de passage van rytuigen en vrachtwagens vooral. Ten slotte werd op het geheele adres goed keurend beschikt, behalve op de voorkeur- bepaling, die bebelsde dat de H. T.-M. ge durende vyf jaar de voorkeur zou hebben vóór door anderen aangevraagde tramcon cessies in Haarlem, op voorwaarde dat zy zich daarover uitsprak binnen drie maanden na de kennisgeving. De aannem-ing van dit tram weg voorstel is voor do burgery van groot belang. By het nieuwe plan wordt een sneller ver voer veikregen dan op de tegenwoordige lyn, met hare orie wissels, mogeiyk was. Vóór d«-n aanvang van oe discussie had de secretaris voorlezing gedaan van een a,res van de Noori-Zui i-Holl. Stoointramwegmaat- scnappjj, waarin verzocht werd haar te ver oorloven, har i lynen te mogen coortrekk n naar het Houtplei-i en de Haarlemsche Tram te verplichten, hare lynen te verplaatsen naar de overzyd9 van de Dreef. Burg. en Weths. konde i hierop niet adviseeren, daar h t pas dienzelfden morgen ing komen was, maar de voorzitter oordeelde, dat het stuk de behan deling van het adres der H. T. M. niet be hoefde te vertragen. Met algemeen stilzwijgen begroef men het in de groote snippermand der vergetelheid. Een tweede voorstel van beteekenis werd spoediger afgewerkt. Onlangs had de heer Sneltjeö voorgesteld uit zuinighcidsmotieven de opleidingsscholen tot het middelbaar onder- wys voor jongens te verecnigen met die voor de meisjes. Hwt aavies der scnoolautoriteiten was daarop ingewonnen en ter lezing gelegd voor de leden, en B. en Ws. stel oen aan uen Raad voor, om, met bet oog op de tyd-om standigheden, het voorstel Sneltjes nu niet te behandelen, maar het aan te houden, in afwachting van wat de naaste toekomst zou brengen. Dit voorstel van B. en Ws. werd aangenomen. Goedgekeurd werd dat aan de „Amateurs- photografenclub" een gouden medaille zal worden gegeven, bekostigd uit de gemeentekas, ter beschikking van de in Mei a. s. te houden internationale tentoonstelling. De concessie-verlenging van de bad-inrich ting, die aanmerkelyk zal worden verbeterd, tot 1920, werd goedgekeurd. De Raad vereenigdo zich met het voorstel van B. en Ws., om instemming te betuigen met het adres, door den Leidschen gemeente raad aan de Regeering gericht in zake wette- lyke bepalingen op de particuliere banken van leening. Door B. en Ws. is ingediend een nieuwe verordening op de rangorde en het traktement van het personeel op de openbare lagere scholen. Dr. G. A. Haremaker en dr. M. C. A. Byle- veld werden herbenoemd, resp. als gemeente- geneeskundige en -heelkundige. Ter vervulling der vacature van leeraar in de Nederlandsche Taal- en Letterkunde en de Geschiedenis aan het Gymnasium te Amsterdam (vac.-dr. G. Kalff), worden aan bevolen dr. P. Leendertz, leeraar aan het Gymnasium te Groningen, en A. v. Berkum, leeraar aan het Gymnasium te Nymegen. Te Yalkenswaard is op 61-jarigen leeftyd overleden de zeereerw. heer H. J. v. Sluys- velt, deken en pastoor aldaar. De overledene was zeer bemind by zyne parochianen. Naar het „Haagsche Dagblad" verneemt, zal een Staatscommissie worden benoemd tot onderzoek van den toestand van den waterweg van Dordrecht naar Brouwershaven, waaromtrent by de Staatsbegrooting voor dit jaar klachten werden geuit. M-n verzekert dat in die commissie o. a. zitting zullen hebben de leden der Tweede Kamer Conrad en Van Gyn. De gemeenteraad van Woerden heeft een subsidie van f000 toegestaan aan de afdeeling Woerden der Hollandsche Maatsch ppy van Landbouw voor de algemeene vergaaering en de daaraan verbonden landbouwtentoonstelling in Augustus a. 8. Op plechtige wyze werd gisternamiddag te Rotterdam ingewyd het nieuwe weeshuis aan den Noordsingel der Gereformeerde Kerk B. Ds. Lion Cachet sprak de openingsrode uit en l g ie er nadruk op, dat het de Gereformeerde Kerk een byzonder voorrecht is, dat de weezen niet opgevoed worden in kazernen, doch in het huisgezin. De opening werd nog door vele belangstellenden bygewoond. H.H. M.M. de Koningin en de Koningin- Regentes, met gevolg, vereerden gisteravond het eerste gedeelte van het achtste Diligentia- concert in de hofstad met hare tegenwoor digheid. In het „Tydschrift voor het binnen- landsch bestuur te Batavia" heeft dr. W. Burck, wetenscbappelyk adviseur voor de koffiecultuur, een aantal artikelen geschreven over de oorzaken van den achteruitgang van de gouvernements-koffiecultuur op Java, welke artikelen thans in boekformaat z(jn verschenen. In de eerste plaats weerspreekt de schry ver de meening, dat er gebrek zou zyn aan voor de beplanting met koffie geschikte gronden op een redelyken afstand van de by de koffie cultuur ingedeelde dessa's. Hy toont aan, dat de meeningen, waarop deze uitspraak berust, geen steek houden, dat de gereserveerde gronden doorgaans van goede qualiteit zyn en dat men die reserve, zoo men het gewild had, zelfs veel grooter had kunnen maken. In de tweede plaats heeft dr. Burck vele verbeteringen in de cultuur op het oog als: keus van zaad, aanleggen van terrassen, ma den van plantkuilen, diepe en herhaalde om werking van den grond. De schryver zegt, dat thans ten gevolge van onoordeelkundige voorschriften jaarlyks millioenen schats verloren gaan en verwacht van de opvolging zyner raadgevingen een nieuw tydperk van bloei voor de gouverne- ments koffiecultuur. Het genootschap „Architectura et Arai- citia" heeft een eere-prysvraag uitgeschreven ▼oor een algemeen bibliotheekgebouw. Daarop zyn negen antwoorden ingekomen, w iarvan het laatste als te laat ingezonden buiten mededinging moet blyven. Het motto daarvaD was: „Te veel tydl" B. en Ws. van Utrecht hebben aan den Raad voorgesteld, aan de straat, waaraan het gasthuis voor ooglyders is gelegen, als herin nering aan prof. Donders, den naam te geven van Dondersstraat Jbr. C. W. Stern, te Apeldoorn, heeft na 40 jarigen dienst als ontvanger der dir. belastingen on accynzen eervol ontslag en pensioen aangevraagd met 1 Mei a. s. De „Staats-Ct." bevat een staat van besmettelyke veeziekten in Nederland voor gekomen gedurende de maand Febr. 1896. In het geheele ryk kwamen voor 35 gevallen van mond- en klauwzeer van 4 eigenaren, 2 gevallon van kwade droes en huidworm by do eenhoevige dieren van 1 eigenaar, 100 gevallen van schurft by eenhoevig vee en schapen van 12 eigenaren, 15 gevallen vau ziekte van var kens van 14 eigenaren, 19 gevallen van milt vuur by alle vee van 16 eigenaren, 30 geval len van bet kwaadaardig klauwzeer der schapen van 7 eigenaren. By koninkiyk besluit is by het agent schap van het ministerie van financiën te Amsterdam bevorderd tot hoofdcommies N. W. C. Heufke Kantelaar, thans commi-s. Morgen, Vrydag, vertrekken van Gr<mi :gen naar de Transvaal een hoofdverpleegster en twee verpleegsters voor het ziekenhuis aldaar. De eerste zal als directrice optreden. Voor een paar vacatures wenschte men daar hot Hollanosch element te versterken, waartoe DE AMERIKAAN. Slot.) Het zou ook niet naar oud zeemansgebruik in een stuk linnen genaaid en zoo aan de zee toevertrouwd worden, neen, de timmer lieden maakten voor het lyk een stevige kist van hard teakhout, waarin het, in een witten tabbaard gehuld, neergelegd werd. Met dit werk belastten zich de ïyfknechten van den prins, die alles naar het Indische gebruik wisten te regelen. Toen de prins zelf eindelijk weer zichtbaar werd, schrikte ik over zyn somber uiterlyk en den doffen glans van zyn anders levendig glanzende oogen. Maar de eerste vraag, die ik hem deed, beantwoordde hy met een zucht; nochtans drong ik er by hem op aan, my zyn verdriet mede te deelen, zyn hart te verlichten. „Wy zyn goede vrienden," antwoordde hy daarop melancholisch; belaasl het noodlot zal ons al te spoedig van elkander scheiden. Ook zal ik spoedig moeten sterven. Het was een veelbeteekenend teeken, waardoor ik ver maand werd, met het leven af te rekenen 1 Maar ik ben bereid van wereld te verwis- Beien." Ik haalde de schouders op. „Prins," zeide ik, „gy bedriegt u. Het zjn maar droom beelden, die, vereenigd met de smart, die uw ziel vervult, u tot zoo sombere gedachten verleiden. Gy zyt volmaakt gezond." „Neen," antwoordde hy ernstig, Dhet is geen droom, het is werkelykheidl Toen ik my over Nadidyga boog, toen hy, door den dood opgeroepen, helderziend werd en voor hem de raadselen opgelost werden, die zich aan de levenden niet openbaren, greep hy naar zyn diamant, vatte hem de bevende hand, on de keten brak in tweeën. Wat Nadidyga niet meer vermocht te zeggen, deelde hy my op deze wyze mede." Men kan zich onmogelyk myn verbazing voorstellen over dit bygeloof, maar zy werd nog grooter, toen de prins my verder ver telde dat de diamant nog in de vingors van den doode was; eerbiedige vrees belette hem, den steen weer tot zich te nemen. Ik be proefde al het mogelyke, om hem weer van zyn besluit af te brengen, hem tallooze voor beelden citeerend, dat stervenden in hun laatste oogenblikken altyd naar iets grypen, alsof zy zich aan het leven vastklemden. Tevergeeföl Myn overtuigendste bewyzen stuitten af op het diep iogewortelde pantser van zyn bygeloof, dat noch ontwikkeling, noch wetenschappelyke studie uit zyn denken had kunnen verbannen. De diamant dus een kapitaal van meer dan honderdduizend dollars bevond zich in de hand van den doode en zou daar ook in blyven l Dat wilde my niet uit de gedachte. Eensklaps kreeg ik een inval. Maar indien ik dion inval wilde verwezenlykeD, mocht ik geen minuut verliezen. Weldra daalde ook de avond op den oceaan, en de ter-aarde- bestelling van het lyk zou zoo aanstonds plaats hebben. De vier en twintig uren, sedert de dood ingetreden was, waren nu ten einde. Of zou ik om zulk een dwaas idee een zoo kostbaar stuk nutteloos aan de zee overlaten? Ik talmde niet lang en het volgende oogenblik was ik in de kamer, waar de doode Brahmaan in de kist op een katafalk rustte. Ik was alleen in de kamer en het deksel der kist nog open. Maar wat ik ook deed, om de yskoude hand van het lyk open te maken het wilde my niet ge lukken. Als yzeren schroeven waren deze in den doodsstryd den diamant omklemmende verstyfde vingers. Ik werd wanhopig; myn tegenwoordigheid van geest gaf my evenwel een nieuwe gedachte inhot mes in myn zak bleef myn eenige hulp in dit geval en met de oefening van myn ouden chirurg, behendig en vastberaden, sneed ik met het haarscherpe mes de rechterhand by het ge wricht af en verborg haar in myn kleeren. En daar ik nu juist voetstappen hoorde, dekte ik den armstomp met de mouwen van den tabbaard dicht en bleef, om een ont dekking te voorkomen, totdat de timmerman het deksel op de kist gespykerd had." Hier liet onze kapitein een bedenkeiyken zucht hooren en schoof een eindje weg van den Amerikaan, wiens koelbloedige hebzucht niet voor ïykenschending terugdeinsde en zulk een gedrag zelfs als een natuurlyk besehouwde. De Amerikaan bemerkte biykbaar niets van den indruk, dien zyn verklaring op ons maakte, maar ging levendig voort: „Ten westen van ons lag het eiland Rodriguez; de stoomboot passeerde het op ongeveer twee myien afstands en stopte juist, toen zy met de bewuste boomgroep en den rotskegel ééne lyn vormde. Onbewust had ik dit onthouden. Het lyk werd daarop in het byzyn van den prins en zyn begeleiders, van de overige passagiers en de bemanning, plechtig ter-aarde-besteld. Doch een verschrikkolyke teleurstelling wachtte my en maakte my byna razend. Toen ik namelyk de vingers van de afgesneden hand openbrak, zag ik, dat er niets in was. Eg daar ik onvoorwaardeiyk gelooven moest aan wat de prins my gezegd had, raadde ik ook onmiddellyk, dat ik de verkeerde hand afgesneden had. Zonder er by te denken bad ik ondersteld, dat de rechterhand de ware moest zyn. Ik had namelyk zonder overleg gehandeld en den prins niet gevraagd, met welke hand de Hindoe naar het kostbare kleinood gegrepen had. Nochtans bleef het van toen af myn streven, den diamant te bemachtigen. En daar zelfs de minst bevooroordeelde mensch niet geheel zonder bygeloof is, bewaarde ik de bewuste hand zorgvuldig, gehoorzamend aan een onverklaarbare ingeving. Zy scheen my een talisman toe, met wiens hulp ik eerder myn doel zou bereiken. In de kleine zwarte kist, die ik in de boot meegenomen heb, ligt de rechterhand van Nadidya. Merkwaardig overigens, dat het voorgevoel van myn pnnseiyken vriend uitkwam. Kort na onze aankomst te Calcutta werd hy ziek en stierf. En daar ik my zonder hem aan het hof van den radja niet langer staande kon houden, ging ik naar Amerika, altyd sparend, totdat ik zooveel geld had, om een vaartuig voor myn doel te kunnen charteren. Hoe ik de kist vond, weet gy." Hy was aan het einde. Eene pauze volgde; wy zagen elkander zwygenl aan. Na een poosje vroeg de kapitein wat mr. Clark eigeniyk by de Saya-de-Malha-banken en het andere rif gezocht had. „Niets," antwoordde de Amerikaan glim lachend; „het was een eenvoudige krygslist, om u op oen valsch spoor te brengen. Indien ik direct by het Rodriguez-eiland begonnen ware en myn nasporingen geen succes gehad hadden, zou ik u een uitgangspunt gegeven hebben en ik kon niet weten, of gy dit niet voor uzelven geëxploiteerd zoudt hebben." De timmerman zou nu op Clarks bevel het deksel van de kist afnemen. Doch de kapitein verbood dat. Dus moest de Amerikaan zelf aan het werk, wat wy hem natuurlyk niet konden beletten. Hy was beer van het schip. Wy gingen heen en zeiden niet veel goods van den hebzuchtigen Yankee. Een gil ondorbrak ons gesprek. Verschrikt snelden wy in de hut. De geopende kist met haren inhoud hot door hot zeewater ontbonden lyk, waaraan echter sommige deelen nog te onderscheiden waren was akelig om te zien. Voor de kist stond do passagier, zich de haren uit trekkend. „Ook de linkerhand ontbreekt 1" huilde hy. „O, die schurken, die gemeene dieven t" Het was zoo; de linkerhand ontbrak ook. „Men is my vóór geweest 1" schreeuwde de Amerikaan, terwyi hy op de tanden knarste. „Men heeft my beluisterd. Een van de Indische bedienden een van de sluipende, gemeene dievenbende moet het geweest zyn De man begreep blykbaar niet, dat hy met dezen eerenaam zichzelven evenzeer trof als de bediendeü. Dozen hadden niets anders ge daan dan hy. De Amerikaan echter bleef al. een razende woeden, tot hy, uitgeput, be wusteloos neerzoeg. Wy brachten hem in zyn hut, legden in de kist de zwarte cassette met de hand van den Brahmaan en wierpen alles te zamen in de zee. Clark kwam spoedig by, maar hy wap gebroken en bleef op den terugweg peinzen, zoodat wy hem, in Aden gekomen, in bet Engelsche ziekenhuis moesten brengen. Wa er verder van hem geworden is, weet ik niet want daar de handel in den laatsten ty wat levendiger geworden was, kon de brik na weinige dagen reeds met volle ladiug zt' kiezen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1896 | | pagina 1