slechts op een officiëele kennisgeving, dat de afgifto van getuigschriften wegens het met goed gevolg afgelegd eindexamen derafdeeling A van bedoeld gymnasium is geregeld. Eene behoorlijke inrichting der universiteits klinieken te Utrecht zal spoedig worden be handeld. Omtrent het al dan niet raadzame van ver hooging van het minerval aan de gymnasia blijft de minister van meeDing, dat indien werkelijk de toevloed van jongelieden naar het hooger onderwijs bedenkelijke verhoudin gen aannam, de uitdunning beter naar de intellectueels dan naar de geldelijke moijens zou plaats hebben. Het toegezegde ontwerp betreffende sub- sidlöering van middelbare meisjesscholen kan geen wijziging brengen in den omvang van dat onderwijs. Ernstig wordt onderzocht of het mogelijk is boter onder openbare contróle te stellen. De Regeering zal, indien mogelijk, invloed trachten uit te oefenen op geregelde opklim ming van jaarwedde bij de onderwijzers tot een bedrag, dat ben in staat stelt op gepasten leeftijd naar billijke behoefte met een huis gezin te leven. Onredelijke opdrijving van de eischen voor de akte-examens Lager Onder wijs zal door de Regeering worden tegen gegaan. Het voornemen bestaat niet in 1896 meer dan éénmaal gelegenheid te geven tot het afleggen van het examen, bodoeld in art 56, onder a, der wet op het lager onderwijs. Het eenstemmig advies der inspecteurs van het lager onderwijs gaf geeae aanleiding tot een ander voornemen. De negatieve beslissing, in derTweede Kamer gevallen ten aanzien van den bouw der voor het Ethnographisch Museum onmisbare lokalen kan door niemand meer betreurd worden dan door den minister, die den geheel onhoud bare toestand van het Museum van nabij kent en op wien de verantwoordelijkheid daarvoor rust. Wat thans te doen valt i« in overweging; het wordt door den minister daarbij zeer gewaardeerd, dat ook thans weder uit de Eerste Kamer stemmen opgaan om hem te steunen by de vervulling van zijne dringende vorplichtingen ten deze. By zal zich niet laton ontmoedigen door de inzichten van die enkele leden, welke verklaarden de boven bedoelde beslissing zeer toe te juichen. Hunne meening toch vond tot dusver geen weerklank in do Eerste Kamer, waarin herhaaldelijk te kei.nen gegeven werd, dat de tegenwoordige lokalen van het Museum beneden critiek zijn, en met grooten nadruk op de stichting van oen behoorlijk gebouw werd aangedrongen. Nog wenseht de minister op te merken dat het nooit zijn voornomen is geweest het karakter van het Museum te wijzigen en er een Museum van Kunstnijverheid van te maken. Do aard van een Museum laat zich niet wijzigen. Alleen heeft hy oen open oog gehad voor het feit, dat de verzameling, aan vankelijk als Japansch, daarna als Ethno graphisch Museum gedoopt, niet slechts voor do volkenkunde, maar ook voor de kunst nijverheid van het grootste belang is. Gemeenteraad van Leiden, Vervolg der vergadering van gistemamiddag. Aan de orde kwamen nog de volgende punten 8°. Begrooting voor 1896 van bet R.-K. Arml estnnr on bot li. K. Wuoa- id Oudehedeahnia. (14) 9*. Verzoek van A. Colleo Jr., om vrijstelling van do totaling van eoboolgeld, Kweekschool voor Ondorwijzora. (1G) 10°. Idem ala voion vauDr.Köthy.Lagorondorwije. (16) 11°. Vooratcl van do Raadscommissie in zako onbe woonbaar-verklaring van perceolon in de Bcbagon- pooit. (17) 12°. Verzoek van Mej. O. Et. Slolf, om ontslag ala dordo ondcTwijzorea aan do eobool 4do klaBeo No. 1. (18) 18°. Llem van L. H. Verhoog, om vrijatolling van de botaling van aohoolgold, Hoogere Burger scholen. (19) 14'. Idem von C. B. Dnyetor Jr., Hoogere Burger- aohool voor Jongone. (20) 15°. Idom van bot Bcetnur dor Afdeeling Leiden van de Nederlandpcho Weerbaarbeidavereeniging, om hut gobruik vau gemeentelokalen. (22) 16*. Idem ala voren van liet Beetour der Bclierm- vorocnigiDi,' van hot gymnaetieldokaal der H.B.-S. voor moisjea. (24) 17°. Idem van Dr. A. W. Kroon Jr., omtrent het doen rooien van boomen ann dm Stationsweg. (25) 18*. Idom van W. A. Oudaboorn, om vrijstelling van do betaliog van aohoolgold, Hoogere Burger school voor Jongece. (26) 19°. Idom ala voren, van A„ W. J. Van Drioeten, Kweekschool voor Onderwijzers. (7) 20°. Idem ala voron van W. J. O. WeaBolman, Lager onderwijs. (27) 21®. Bezwaarschriften togen het Bupplotoir Kohier der Plnatuolyke Direoto Belasting, diouet 1895. (18) Nadat het amendement van den heer Yan Hamel om de 60 populieren aan dan Yestwal Diet te rooien, verworpen was met 20 tegen 4 stemmen (vóór het amendement stemden de heeren Van Hamel, Pera, Fockema Andreas en Verster van Wulverhorst), werd zonder stemming goedgekeurd punt 8, afge wezen punt 9, en daarna goedgekeurd de punten 10 14. Punt 15 vond in den heer Fockema Andre® ©en verdediger wat het geheele verzoek aan gaat (dus èn wat het houden van exercitiën met geweer, waar B. en Ws. tegen waren, èn wat liet houden van theoretische oefeningen betreft), welk verzoek na antwoord van den Voorzitter werd toegestaan ook voor het houden V3n exercitiën, in het gymnastiek lokaal, waarvoor echter eveneens, geiyk voor het houden van theoretische oefeningen m het gebouw der H.B.-S., aan de Pieterskerk- gracht, 10 voor elk wekelyksch lesuur per jaar zal moeten worden betaald. Punt 16 werd, met nadere aanwijzing der uren, goedgekeurd, evenals pant 17, nadat een amendomont van den heer Fockema Andre® om in plaats van 6, slechts 1 boom (die voor de a. s. woning van den heer Kroon) te doen rooien, met 15 tegen 9 stemmen was verworpen. Vóór het amend, stemden de heeren Pera, De Goeje, Stadhouder, Kerstens, Fockema Andre®, Van Lidth de Jeude, Verhey van Wijk, Drucker en Van Dissol. De heer Fockema Andre® had vooraf tevens op de wenschelijkheid gewezen om mettertijd al de bestaande boomen aan de eene zfide tegen de huizen van den Stationsweg, die toch geen geregelde ry meer vormeD, te doen vervangen door een nieuwe, regelmatiger rij langs den trottoirband. Ten slotte werd zonder stemming gunstig beschikt op de punten 18 20 en vastgesteld punt 21, waarna de vergadering werd gesloten. In het gedeelte van het verslag van gisteren staat dat de heer Van Hamel zou gezegd hebben dat by herziening van het tarief, bedoeld in puDt 5, n i o t noodig achtte. Uit het daaraan voorgaande z*l de lezer wel be grepen hebben dat juist het tegenovergestelde het geval was. Ingevolge het reeds gisteren vermelde eu aangenomen voorstel van B. en Ws. ton einde nader by tarief de door do gebruikers te be talen vergoeding te regelen zoowel wat aan gaat de reeds vroeger in gebruik gegeven gronden als wat hetrelt de in het ervolg te geven vergunningen voor tot wedeiopzoggens in gebruik nemen van grond, is besloten: lo. dat de vergunningen voor het gebruik van werken of bezit tingen, toebehoorende aan de gemeente Leiden, doch gelegen buiten het territoir der gemeente, waarby eene jaarlyk- sche vergoeding is bepaald overeenkomende met het tarief voor het gebruik maken van openbare werken en bezittingen in do gemeente, worden verlengd met bepaling dat do jaarlyks te betalen vergoeding wordt gesteld op het zelfde bedrag als thans in de Verordening op de heffing van eene plaatselijke belasting voor het gebruik van openbare gemeente werken en bezittingen van 21 Februari 1S95 is opgenomen, zullende by gebreke van be taling de vergunning worden ingetrokken 2o. dat worden ingetrokken allo vergun ningen voor het gebruik tot wederopzeggens van grond, gelegen in de gemeente, niet val lende in de termen vaü het sub 1 vermeld tarief van 21 Februari 1895, zoomede de vergunningen tot het gebruik tot wederop zeggens van grond, gelegen buiten de gemoente, en die gronden, wanneer zulks door de ge bruikers wordt verlangd, opnieuw tot weder opzeggens aan hen in gebruik to geven, onder de vroeger vastgestelde voorwaarden, doch onder bepaling dat de jaarlyks te betalen vorgoeding voor het gebruik zal bedragen: a. voor den grond, verkregen door demping of overwulving van een gedeelte sloot of water voor rekening van de gebruikers en onder voorwaarde, dat daarop niet mag worden gebouwd, 0.05 per centiare; b. voor den grond als bedoeld sub a in gebruik gegeven zonder de voorwaarde, dat duarop niet mag worden gebouwd, 0.10 per centiare; c. voor bestaanden grond, niet verkregen door demping of overwulving voor rekening van do gebruikers, onder voorwaarde, dat daarop niet mag worden gebouwd, ƒ0.120 per centiare; d. voor den grond, bedoeld sub c, doch zonder do voorwaarde, dat daarop, niet mag worden gebouwd, ƒ0.15 per centiare. Vereeniging tot bevordering van de vak-opleiding voor handwerkslieden in Nederland* Op initiatief van eenige heeren belangstel lenden werd den 25sten Januari jL te Utrecht bovengenoemde VereeDiging opgericht. Reeds traden verscheidene personen als lid toe en mocht du Vereeniging ook op andere wyze zich verheugen in menig bewys van sympathie en steun. Volgens Art. 2 der vastgestelde statuten, tracht de Vereeniging de vakopleiding voor handwerkslieden te bevorderen door: het houden van vergaderingen, tentoon stellingen en wedstryden; het uitgeven van geschriften; het geven van raad of hulp met betrekking tot vakopleiding; het uitoofenen van het recht van petitie; het behartigen van de stoffoiyke en zedelijke bolangen van hen, die zich met het geven van vakopleiding belasten. Het lidmaatschap staat voor iederen belang- stellendo open, tegen'een jaariyksche contri butie van een gulden. Tot leden van het voorloopig bestuur werden gekozen de heeren: P. D. Van der Bildt, te Rotterdam. G. W. Boot Bzn., te Amsterdam, Sarphati- park 85, secretaris. G. Van Driel, te Leiden. H. J. De Groot, te Alkmaar, voorzitter. S. Lantinga, te Rotterdam. W. C. Metzelaar, te 's-Gravenhage. G. A. Scholten, te Tiel. Mr. H. Smeenge, te Hoog o veen, en "W. De Visser, te Deventer. Gr emengd Nieuws. Nu sedert eenige dagen de schut- ting voor het perceel aan de Breestraat tegen over de Papengracht verdwenen is, heeft iedere voorbyganger kannen zien welke ver anderingen het benedengedeelte der „puie" van het vroegere café „Stadt Nümberg" heeft ondergaan. De ramen, van een gewoon huis, syn vervangen door openslaande deuren, welke aan het perceel een geheel ander en zelfs schoon aanzien geven. Het draagt thans in werkelykheid het stempel van een café. By deze verbeteringen is het echter, nu de zaak in andere handen is overgegaan, niet gebleven. Ook inwendig zyn er blijkbaar geen kosten gespaard om de inrichting aan de eischen des tjjds te doen beantwoorden. Fraaie donkere Weener stoelen en fauteuils staan om grootere en kleine tafels, terwijl er ook voor een flinke leestafel met lectuur van allerlei aard en voorname geïllustreerde tyd- schriften is gezorgd. Achter in de zaal bieden twee nieuwe biljarten den liefhebbers gelegenheid zich met dat spel te onderhouden, zoodat er ock hier voor verscheidenheid is gezorgd. Het buffet, dat natuurlijk het hoofdbestand deel voor eene inrichting als deze wordt, bevindt zich, door iobouwing, aan de eeno zyde der zaal en zal uilteraard wel datgene aanbieden, dat het den nieuwen ondernemer, den heer E. Bulthuis, alle eer aandoet. "Wat de donkoiroode draperieën aan do ramen en de goröynen betreft, kan men zien dat een man van smaak hier aan het werk is geweest. De heeren Van Ewjjk Zn. hebben in dezelfde kleur de zaal net behangen en de kale houten vloer is met zwaar kurkzeii belegd, hetgeen aan alles niet alleen een net aanzien, maar ook een gezell g karakter heeft gegeven. Om dit laatste is het den ondernemer, geiyk wy heden by ons bezoek den indruk kregen, in hoogo mate te doen geweest en hy Is daarin, naar het ons voorkomt, bijzon der geslaagd. Dat er ook in al die zaken, welko in een café thuishehooren, de noodige aandacht is geschonken, bohoeven we hier niet te ver zekeren. Alles getuigt daarvan, en zy, die het café met hun bezoek vereeren, zull-n het zelf wel ondervinden. Twee in elkaar loopende bovenzalen, even eens van nieuwe meubelen voorzien en van waar mon, evenals benoden, op de Papengracht een ruim uitzicht heeft, vormen de restauratie, zoodat er den geheelen dag gelegenheid be staat tot het geven van déjeuners, diners of soupers la carte, waarby eene uitgebreide spyskaart de behulpzame hand biedt. De hiervoor onmisbare kok, die zyn schepter voert in de aan de achterzijde van het gebouw gelegen ruime keukeD, zal er eveneens wel voor zorgen dat hy de eer zyner den eotlustigen mensch streelendo kunst weet hoog te houden. Het café-restaurant „De Harmonie" wordt morgenavond geopend en het ïydt geen twijfel of de verlichting der mooie kronen met gas-gloeilicht zal op het geheel in de zoo ruime zaal een g09d effect maken. Door den directeur der „Leid- sche Melkinrichting" alhier werd eergister avond niet zonder roden aan een knecht diens ontslag voor den tyd van eono week bekend gemaakt. Den daarop volgenden morgen ont dekte mén dat het raampje van het kaas pakhuis opsn-toud en enkele daarvoor bevestigdo latrin waren verbroken en dat uit een koelbak twaalf a veertien kazen waren weggenomen. Dienzelfden morgen weigerde bedoelde knecht de orders van den jongen chef, zoon van den directeur, op te volgen, waarop dezo hom onmiddellijk ontsloeg. Yermoedelyk daardoor in drift ontstoken, ging do knecht het jongmensch op een gegeven oogenblik te ïyf met een kaasmes, waarvan de punt afbrak zonder hem echter te verwonden. Op het geroop van „moord I" werd de aange vallene door andere knechts ontzet. De dader werd door de politie dadeiyk opgespoord en bevindt zich thans in arrest, terwyi de zaak in onderzoek is. Heden wordt ter beschikking van den officier van justitie te 's-Gravenhage gestold iemand, zich noemende jonkheer, die in het begin dezer maand zich in deze gemeente had schuldig gemaakt aan oplichting en door do RoLterdainsihe politie op verzoek der Leidscho herwaarts was overgebracht. Aan het telephoonnet alhier is aangesloten onder No. 168 de woning van den heer A. L. De Sturler, Vischmarkt, en onder No. 269 die van den heer dr. M. C. Dekhuyzen, Rapenburg 2. Het aantal in de gemeente Ter- Aar aanwezige paarden bedraagt 166, waarvan er 47 in aanmerking komen voor de in dit jaar te houden keuring ten behoeve van het Rjjk. Ontvreemd is ten nadeolo van de heeren H. Pander en Zonen, te 's Graven hage, 1 stuk roodbruin velours, lang 36 meter en breed 130 centimeter, ter waarde van 300, uit een der gebouwen van genoemde firma aan de Wagenstraat aldaar. Ds commissaris van politie te 's Gravenhage, belast met het beheer van afdeeling I, ver zoekt opsporing, in-beslagneming van het velours en bericht. Weder zjjn uit Katw(jk aan Zee twee schuiten ter schrobnetvisschery ver trokken. Reeds is het volk voor een groot gedeelte der vloot aangemonsterd. In het eerst wilde dit niet erg vlotten, doch na eenig overleg tu6schen reeders en visschers, zyn de moeilykhedon spoedig uit den weg ge ruimd. De zeelieden zullen thans eene ver goeding ontvaDgen voor het gereedmaken der schuit voor de haringvisschery („graaigeld") waarover reeds ten vorigen jare ontevreden heid heerschte en eene kleine verhooging van hoa aandeel in de netto-besomming. Besiiden Egmond is een stoom schip geetrand. De sleepbooten „Simson" en „Umuiden" zyn derwaarts vertrokken. Voor den Haagschen kantonrech ter was gisteren gedagvaard een lid een er Haagsche weerbaarheidsvereeniging, tegen wien proces-verbaal was opgemaakt toen hy onlangs, niet gekleed in de door bedoelde vereeniging aangenomen uniform, zyn geweer op de openbare straat medevoerde zonder dat dit wapen bedekt was ingevolge het wetteiyk voorschrift. Tegenover de vordering van het Openbaar Ministerie (ƒ1. boete) beriep de gedaagde er zich op, dat zyn commandant hem gelast had op den bewuste dag voor hem te ver- schynen met zyn geweer, ton einde dit te kunnen inspecteeren, zoodat bekl. meende, op het oogenblik der bekeuring, het wapen by zich te hebben gedragen in de uitoefening van zyn dienst. De kantonrechter zal over acht dagen deze vraag beslissen. Ook vorderde het Openbaar Ministerie geld boete van ƒ20 tegen sommige eigenaars van huizen of bouwondernemers in Den Haag, wien, na de ramp van het ineenstorten van een huisje in do Tulpstraat, door B. en Ws. was aangeschreven de vordere herstellingen te doen verrichten aan de gevels en scheidingsmuren van perceelon aan de Aramunïtiebaveh en het Bezuidenhout, doch die tot dusver aan dien last der autoriteit nog geen gevolg hadden gegeven. Drie weken hechtenis en een jaar opzen ding naar eene Ryks werkinrichting luidde de vordering van den kantonrechter tegen een bekenden Haagschen dronkaard, die reeds 127-maal wogens openbare dronkenschap is veroordeeld en gtiyk ter terechtzitting bleek zichzelven den titel van „koning der dronkaards" gaf. Voor den Raad van State, afdee- ling voor do geschillen van bestuur, werd behandeld: het geschil tusschen den Raad der gemeen to Gouda en Gedeputeerde Sta ten van Zuid-Holland over het onderhoud van de boorden der Turfsingelgracht, deel uitmakende van de Buiten-Gouwe. Een uit voerig verslag over deze zaak werd uitgebracht door den Staatsraad mr. De Nerée van Bab- berich. De geme nte Gouda was van meening, dat by de overneming door de provincie van het onderhoud van het vaarwater de Buiten Gouwe ook begrepen waren de boorden van dat vaarwater, als zyndo de daarby behoo- rende werken, terwijl Ged. Staten als ver plichting van de provincie alleen erkenden het op behoorlyke diepte houden van hot vaarwater. Ter toelichting van de meening van Gouda trad op mr. J. D. Veegens, die de juistheid van die meening trachtte aan te toonen op grond van het spraakgebruik der Provinciale Staten by de behandeling dezer zaak, van de geheele geschiedenis van het tot stand komen der betrekkeiyke overeenkomst van 1894 en van begrootingen, door de Staten te dezer zake opgemaakt. Uit dit alles bleek z. i. duideiyk dat de boorden van het vaarwater als onderdeelen daarvan moesten onderhouden worden voor rekening van de provincie. Ge machtigde concludeerde dat de Raad van State aan Hare Majesteit zou adviseeren te btslissen dat de provincie sedert 1 Januari 1895 mot het beheer en onderhoud in den door hem bedoelden zin is belast. Voor Gedep. Staten trad op mr. W. Thor- becke, landsadvocaat, die betoogde, dat de verplichting omtrent de bedoelde beschoeiings- werken niet tot het onderhoud van het vaar water behoort, omdat de overeenkomst zich daarover niet uitlaat en men ten deze alleen met de overeenkomst te doen heeft, wyi deze bestemd is om alle na te komen verplichtingen uit te drukken, zoodat ook een beroep op andere stukken of op omstandigheden niet in aanmerking mag komen. Voorts verde digde mr. Tboi becke de ziecswyzo van Gedep. Staton ook op grond hiervan, dat by het beboor- lyk onderhoud van de boorden van het water alleen de aangelanden belang hebben en dat degene, die voor de bevaarbaarheid van het vaarwater heeft te zorgen, geen belang heeft by de boorden. Do Kon. beslissing in dezs zaak volgt later. Een schippersknecht en een sjouwer te Schiedam oude bekenden der justitie stonden gisteren voor het gerechtshof te 's-Gravenhage terecht als appellanten van een vonnis der rechtbank te Rotterdam, waarl y zy tot drie jaren gevangenisstraf veroordeeld werden wegens diefstal van ongeveer zestig gulden uit een gesloten lessenaar in het kantoor eener distilleerderij te Schiodara in Sept. 11. Beklaagden hadden steeds ontkend diefstal gepleegd te hebben, doch er waren ernstige aanwijzingen tegen heD, zooals o. a. dat zy omstreeks den tyd van het plegen van het misdryf in de nabyheid van bedoeld kantoor zyn gezien, dat zy kort na den diefstal groote verteringen maakten, enz. Op grond hiervan eischte dan ook do procureur-generaal bevestiging van het vonnis. Mr. J. J. Van Riemsdyk Kreenon, de verdediger, vroeg vryspraak. Na dit tweetal verschenen drie jongens uit Rotterdam voor den Hove, die ook al een ongunstig verleden haddeD, niettegenstaande hun jeugdigen leeftyd Ze waren met nog een vierden door de Rotterdamsche rechtbank tot één jaar gevangenisstraf veroordeeld wegens diefstal van een party koffie in een nacht in de maand Oct. 11. Do eerste en de tweede appellant bekenden het hun ton laste gelegde, de derde evenwel, die op aanwyzingen was veroordeeld, trachtte door ontkentenis het bewys tegen hem te verzwakken, terwylook zyn verdediger, mr. Den Beer Poortugael, het bewys bestroed. De verdediger van den eersten en den tweeden appellant, mr. Scbimmel- penninck, refereerde zich aan 's Hofs oordeel. Het Openbaar Ministerie eischte voor allen bevestiging van het vonnis. Een persoon uit Antwerpen, reeds ver scheidene malen wegens diefstal veroordeeld, doch op wien de gevangenisstraf niet vf-rte- terend had gewerkt, kwam. daarna voor het Hof, bezwaard met een vonnis van de Middol- burgsche rechtbank, waarby hem drie jaren gevangenisstraf werden opgelegd wegers diefstal, een paar dagen na zyn huwelyk gepleegd om schulden te voldoen. De man beloofde au aan het Hof, dat byi zich voortaan goed zou gedragen en zou zorgen, niet meer voor den rechter te moeten verschynen. Mocht by zich nu toch weer aan misdryf schuldig maken, dan moest men hem maar zeer zwaar straffen. Daarom verzocht hy thans belang rijke vermindering van straf. Mr. Tj. A. M. A. Humalda van Eysinga ondersteunde zijn verzoek, omdat z. i._ de ge vangenisstraf toch nic-t tot verheffing van het zedeiyk peil van dezen beklaagde zou strekken. Liét de wet het to.1, dan zou pleiter gaarne zien dat een man als deze bekl. tot dwangarbeid werd veroordeeld, wat z. heel- wat gunstiger gevolgen zou hebben. Het O. M. eischte bevestiging van het vonnis. Uitspraak over veertien dagen. Naby de Gedenknaald aan het strand te Scheveningen wordt de dinngrond van gemeentewege over eene lengte van 70 meter met zakken zand aangevuld. In eene te Rotterdam ge houd en vergadering van Isr-nulieiiseho vleeschhouwers is tot de opric-htiag van een Israëlietiscbe vleoschhouwerscoiitractantön-vereeniging be sloten. Het bestuur der nieuwe vereeniging zal met den kerk raad in overleg treden om te trachten weer het oude tarief voor het snyloon der runderen ingevoerd te krygen. De aangehoudon spuitgast- brandstichtor te Rotterdam is gisteren ter beschikking der justitie naar de gevangenis overgebracht. Hy heeft bekond den brand in het pakhuis Dalem gesticht te hebben en er zyn in zijne woning lappen voering in beslag genomen, overeenkomende met de met petro leum gedrenkte lappen, die na de blussching van den brand in het pakhuis gevonden werden. Een dievenbende. De recht- bank te Rotterdam veroordeelde gisteren: C. L. K., vleeschhoawersknccht, G. B., schoon maker, A. De R.} limmermansjoDgen, J. T., dienstbode, allen te Rotterdam, K. C,, dienst bode te Amsterdam, en F. H. M., zonder beroep, te Rotterdam, de beide eersten wegens diefstal met braak van ongeveer 4G0 by den vleeschhouwer v. S. in het Hang te Rotterdam, al de anderen óf wegens heling öf wegens begunstiging, tot gevangenisstraf nos. 1 en 2 ieder van twee jaar, no. 3 van l'/j jaar, nos. 4, 5 en 6ieaer van 9 maanden. Hoe men door een misverstand op min aangename wyze met de justitie in aanraking kan komen, ondervond dezer dagen een koopman in de Zandstraat le Rotterdam. Op e>en avond in de vorige week werd hy op grond van gepleegd verzet tegen do politie by den brand, welke dien avond in de Nauwe Broodersteeg woedde, gearresteerd en proces verbaal tegen hem opgemaakt wegens mis handeling van een agent. Wat was echter het geval geweest? Zooals by br«nd gebruikelyk, was ook ditmaal do straat door een gelid agenten, afgezet om nieuwsgierig publiek tegen to houden. Aldus opgesteld, trok een der agénten een anderen aan zyn sabel en keek ommiddellyk daarop met «oen strak gezicht voor zich uit. De agent, aan wiens sabel getrokken werd, omkykeude en bedoelden koopman pal achter zich ziende staan, gelastte hem dat na te laten. Eenige oogenblikken later werd er weder aan zyne sabel getrokken door den zelfden agent. "Weer stond de koopman achter hem, toen hy omkeek, en hem als den dader beschouwende, die zich aan zyn verbod niet stoorde, gaf hy hem nu een duw, zoodat de koopman eenige passen achteruit week. Deze, van zyn onschuld bewust, maakte zich hierover zóó kwaad, dat hy den agent een klap gaf. Dit had zyn arrestatie ten gevolge. Thans, nu de ware toedracht der zaak bekend is geworden, is de strafvervolging tegen den koopman ingetrokken en zyn beide agenten disciplinair gestraft. Gisternamiddag even over drieën ontstond te Amsterdam brand in het getouw, waar de heer J. S. J. Dietz zyn kantoor en zyn magazyoen heeft van beddegoederen, zyden stoffen, enz., aan de Prinsengracht by do Breestraat. De bovenste zolder werd voor kapokzolder gebruikt en daar ontstond door onbekende ooi zaak de brand, die spoedig door het dak naar buiten sloeg. Onder den zolder bevonden zich over beide huizen, die do firma gebruikt, werkplaatsen, waar een 15-tal menschen aan den arbeid waren, die echter veilig naar beneden konden komen. De brandweer maakte met eenige Vecht- stralen snel een einde aan den brand. Vlam mende kapokpakken werden omlaag gegooid en op straat uitgedoofd; dit lokte natuuriyk tal van kijkers. De heele Prinsengracht aan de overzij stond vol menschen. De kapokveeren stoven door de lucht en de brandweerlui zaten vol vlokken. De schade is voor den heer Dietz vry aan- zienlyk. Verbrand is er weinig; alleen de vliering met kapok en een deel van den zolder zyn uitgebrand, maar de waterschade is groot. De firma had juist een groote bestelling voor Indië onderhanden. Een der zoons kon gelukkig met eenige hulp de zyden stoffen naar het huis er naast brengen, zoodat deze onbeschadigd bleven. Dr inboedel was verzekerd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1896 | | pagina 2