KOLONIËN.
BATAVIA, 28-31 December.
Uit Lombok ontvangt liet „BUt. Nbl." de
volgendo particuliere correspondentie:
Zy, die hier tydens do expeditie geweest
ztyn, zouden versteld staan, zoo zy by v. medio
1896 hier een kykjj konien nemen.
De hoofdweg van het strand tot aan den
Djangkok is aan weerszoden volbouwd; ook
aan den weg van Rem bega zyn reeds vele
woningen en toko's verrezen; de kleine
krotjes van vroeger zijn voor een deel geslecht
en nette houten en steenen huisjes (altijd
voor een uithoek als Lombok) er voor in de
plaats gekomen.
Maar medio 1896 zal bij dat alles nog komen
bet nieuwe kampement to Kapitan, dat dan
gereed zal zijnde assistent residents woning
te Keton Bebek (een paar minuten gaans
van Kapitan naar den kant van Mataram)
en het blokhuis te Ampenan.
De vesting met haar borstwering, opge
trokken van allerlei ondenkbare stoffen, zal
dan van het aardrijk verdwenen zijn; zelfs
zij, die „bewolkte dagen aan de oevers van
den Sombrok en den Djangkok hebben doorge
bracht," zullen nauwelijks de plaats her
kennen, waar zy hun ellende hebben voortge
sleept tot roem van vorst en vaderland.
Over hot nieuwe kampement te Kapitan is
dikwijls den staf gebroken: nijvere handen
bouwden hjt niet zoo vlug op, als het met
do tong werd afgebroken. Geen vrijheid, geen
schaduw, geon boomen, geen voorgalerij, geen
ruimte, het hospitaal is verkeerd geplaatst,
de apotheek ook, enz.
Lieden, die niet voorbarig zijn en meer
on tvinding hebben, zien niet zoovele ge
breken en meenen dat hot zeer zal meevallen,
als men er maar eenmaal is.
De genie, die er elders heel licht toe over
gaat boomen, zelfs struiken, te kappen onder
do motieven verdedigbaarheid, vry uitzicht op
het omliggend terrein, vuuruitwerking, heeft
ditmaal futielo inzichten laten varen en boomen
zoowel in als om het kampement laten staan,
die volgens gozondo menschenbegrippon konden
blijvenmaar dezulke, die, hoewel schaduwrijk
en fier, gevaarlijk waren omdat de wortels
boven de aarde stonden, zyn gekapt.
Men moet in dit opzicht voorzichtig zyn.
Dezer dagen bijv. viel er in een dicht bewoond
gedeelte in het kampemont te Ampenan een
vrfi dikke boom om, gelukkig zonder schade
aan te brengen aan de armzilige gebouwtjes
van kadjang matten in de nabijheid, en zonder
menschen te verpletteren, en toch woei het
zoo hard niet.
En wat den „politieken" toestand van het
eiland betreft, verstandige lieden beweren
dat er van onze overwinning niet genoeg party
getrokken is. Hier is weer voor de zooveelste
maal bewezen, dat men resident on zelfs meer
in Indiö kan worden, steeds met de politiek
behept, zonder ten laatste in de schaduw te
mogen staan van iemand met gewoon beleid
en gewonen tact. Een flinke politiek kan slechts
begrepen en uitgevoerd worden door een flink
karaktor.
Het overiyden wordt gemeld van den
resident van Timor, den heer J. L. J. A.
Ruyssenaers, te Soekaboemie, waar by tot
herstel zyner gezondheid vertoefde.
De heer Ruyssenaers kwam eorst voor kor
ten tyd op Java met drie maanden verlof
wegens ziekte; het voornemen was, na omme
komst van dit verlof, des noodig genezing
in Europa te zoeken.
In resident Ruyssenaers verliest hot Indische
ambtenaarscorps een zyner beste krachten.
Na verscheidene jaren als controleur in Pa-
lembang te hebben gediend, werd hy benoemd
tot assistent-resident voor Groot-Atjeb, in
welke betrekking hy zich het meest onder
scheidde.
Volgens het „Soer. Hand." hoeft de politie
van Malang oen valsche muntersbende over
vallen on veel zilvergeld, benevens een party
gereedschappen en muntmateriaal achterhaald.
De bende bestond natuuriyk uit Chineezen,
die juist bezig waren met de vervaardiging
van valsche halve guldens, toen zy werden
betrapt. Volgens door de politie bekomen aan-
wyzingon moeten de valscho munters op ver
scheidene plaatsen medeplichtigen hebben,
waarnaar nu wordt gezocht.
De „Loc." meent to woten, dat er aan
het hof van Karang-Asom nog een paar jeug
dige bloedverwanten van de voormalige vor
sten van Lombok zyn, die met hun aanhang
hun best doen, om Djilantik tot verzet tegen
het Gouvernement aan te sporen. Deze laatste
heeft daarin echter niet veel trek en wil de
zaak op de lange baan schuiven, door het
nemen van een beslissing voorloopig uit te
stellen tot de meerderjarig-verklaring van de
woelige jongelui. Het blyft dus altyd zaak,
op de hoogte van den toestand te blyven.
Van Banka ontvangt hot „B. N." het
bericht, dat in de suikerriet-aanplantingen op
Toboali serehziekte is geconstateerd en toe
genomen.
Dat is een zeer ongunstig bericht.
Die aanplantingen zyn ongeveer vyf jaren
geleden door het Gouvernement aangelegd
met stekken, door een deskundige zelf op
land8kosten in Britsch-Indiö uitgezocht.
Banka werd door hem aangewezen wegens
de afgezonderde ligging.
Jaarlijks ging hy er op landskosten heen
om het werk op te nemen en al hetgeen te
doen om de ondernomen proef te doen
slagen.
Elk jaar werd er f 30,000 voor op de
begrooting uitgetrokken.
En nu komt het bericht van do sereh
ziekte, dat de proef dus staat te mislukken,
dat anderhalve ton in het water is gegooid!
Uit Kediri scbryft men, dat daar het
gerucht loopt, dat een administrateur eener
ko'fie onderneming in de afdeeling Kediri ver
giftig 1 zou zyn door zyn huishoudster.
Ruim een maand geleden betrapte de over
ledene die vrouw en zyn huisjongen op iets,
dat zy niet mochten doen. In plaats van beiden
weg te jagen, behield hy ze in zyn dienst.
Een paar dagen later werd hy ongesteld,
nadat het hom was opgevallen, dat zyn koffie
's morgens zeer vreemd smaakte. Daarop ver-
dwonen huishoudster en huisjoDgen, zonder
eenig ander spoor na te laten dan een ge
opende geldkist met den sloutel nog op het
slot en waaruit het schurkenpaar het noolige
reisgeld meegenomen had.
De bestolene vond het onnoodig do politie
te waarschuwen, zooiat toenmaals niemand
iets van het gebeurde vernam. Intusschen
werd hy al ziektr en zieker en ter elfder ure
werd de hulp van den dokter van Blitar in-
gero pen, die hem in vry hopeloozen toestand
ra r Blitar liet vervoeren, om hem in ge
regeld o behandeling te nemen. Het was,
helaas, echter reeds te laat; onderweg bezweek
de ïyder. Zyn ongesteldheid had ruim drie
weken geiuurd.
De lijkopening gaf tot resultaat, dat tal
van vry ernstige ziekten het leven van den
patient gesloopt haddon en er geon verschijn
selen meer waren, die een vergiftiging konden
bewijzen (Soer. Hand.)
Men herinnert zich dat voor eenigen tyd
de officier van administratie 1ste klasse der
zeemacht H. J. Knottenbelt, van Hr. Ms.
„Gedeh", voortvluchtig was, zonder dat mtn
eenigo reden voor zyn verdwyning kon vinden.
Thans is uit Frankryk bericht ontvangen,
dat hy daar plotseling is overleden.
De heer K. is dus vermoedeiyk na zyn
verdwijning naar Singapore gegaan en van daar
per mail naar Europa vertrokken. Java-Bode
Omtrent den voorzittor van den Land
raad van Sindjai c. a. Mr. G. Pinedo verneemt
men, dat hy waarschynlyk binnenkort 's lands
dier.st zal verlaten.
Ook de resident C. G. Van Baerle, van
Kediri, zal, naar men meldt, weldra 's lands
dienst met p?nsioen verlaten.
De aanvragen om ontslag der residenten
Yan Steeden en Sjlmon moeten veroorzaakt
zyn door oneenigheden met den hoofdinspecteur
Hooghwinkol. In Krawang verwacht men, dat
de heer Te Mechelen voor de residentsplaats
aldaar zal worden aangewezen.
De „Mat." bericht dat de heor J. Muile
meister, wanneer hy gereed is met zijn op
dracht, de reorganisatie van het Binnenlandsch
Bestuur hetgoen ongeveer in Mei 1896 zal
zijn zyn betrekking van lid in den Raad
van Indië zal neerleggen en repatrlöeren.
Een „koopje" snapt de gewezen hoofd
inspecteur voor de opium-aangelegenheden, de
hoer Te Mechelen, wien door de Rekenkamer
een vergoeding is opgelegd van eventjes
f 26000, zynde onverantwoorde gelden van
den dienst der opiumschepen.
De administratieve ambtenaar van den heer
Te Mechelen hyzelf was echter verant-
woordeiyk heeft indertyd by brand een niet
onbelangryke som als verloren geraakt opge
geven en het kan zyn, dat deze onder de
/"26/m. begrepen is.
De eindbeslissing op de vraag „wie het
zal betalen", zal door de Regeering genomen
moeten worden.
Het is, naar men ons schryft, in de
Westerafaeeling van Borneo weer niet erg
rustig. Een inlandsch hoofd nl., met wien het
bestuur een appeltje had te schillen, trok zich
in do Dajaklanden boven Sintang terug. Een
poging, om hem op te sporen, werd door
Melawi Dajaks belet, die gewapenderhand aan
do politie den verdoren doortocht beletten.
Om deze Dajaks tot rede te brengen en den
onruststoker te arresteeren, is een colonne,
bestaande uit infanterie, artillerie, ambulance
en trein, alles te zamen 200 man 6terk
en bovendien nog gesteund door gewapende
inlanasche hulptroepen, uitgerukt.
Omtrent de resultaten van deze excursie
is tot dusver nog niets bekend. (B. N.)
Generaal Doykerhoff logeert te Buitenzorg
ten paleize van den Gouverneur-Generaal.
Gistermorgen had hy met Z. Exc. een lang
durig onderhoud, dat eerst te twaalf uren
geëindigd was. Hy gaf een exposé van den
stand der zaken te Atjeh en betoogde, dat
het niot raadzaam zou zyn, daar vooralsnog
een andore politieko gedragsiyn te volgen.
De legercommandant was niet by dat onder
houd tegenwoordig.
Naar men zegt, moet de Opperlandvoogd
voornemens zyn spoedig met beide generaals
gelyktydig te conferoeren.
Omtrent de zaak der valsche bankbil
jetten te Soerabaia meent de „Loc." van 27
dezer te weten, dat do officieren van justitie
en de assistent resident beido Kerstdagen bezig
geweest zyn met het afnemen in de gevan
genis van verhooren aan de personen, betrok
ken in de zaak der valsche bankbiljetten.
Twee inlanders, eerst verdacht van mede
plichtigheid, zyn thans op vrye voeten gestold.
Men verwacht spoedig de verwyzing der
anderen naar de openbare terechtzitting.
Te Penang is op 21 December een assis
tent van eon der Delische tabaksonderne
mingen, die mot malaria in het hospitaal
kwam, terstond na aankomst in ylende koorts
uit de voorgalery gesprongen en op het hoofd
terecht gekomen, waardoor hy een schedelbreuk
kreeg en stierf. Uit de „Deli-Ct." blykt dat
dit de haer H. Byieveld was, assistent op
Tandjong Goenoong.
D3 „Pinang Gazette" van 24 December
meldt dat het hoofd van politie te Penang
last had gekregen tot terugroeping van de
stille dienders, die naar Kedah waren ge
zonden om te trachten den trouweloozen
Chineeschen kassier van het sub-agentschap
der factory van do Ned. Handelmaatschappij
te pakken; men vermomde dat hy reeds door
de autoriteiten in Siam en Kelantan was
gevangengenomen en naar Penang zou worden
gebracht.
Te Batavia is de vorige week by de factory
bericht gekomen, dat de man waarschynlyk
was gepakt, en dat men politiedienaren uit
Penang had gezonden om te zien of men den
rechten man had.
De „Deli-Ct." meldt aangaande den moord
op den heer Kat: Te Penang werden den
17den drie Javanen verboord, die volgens de
„Pinang Gazette" verdacht worden van aanhit
sing tot of medeplichtigheid aan deze misdaad.
De behandeling van de zaak werd verdaagd.
Indien wy goed zyn ingelicht, dan vroeg ons
bestuur hunne uitlevering, omdat één hunner
een door den Landraad te Bindjey veroordeelde,
maar uit de gevangenis ontsnapte misdadiger
is, welke in die ontsnapping door de beide
andere Javanen werd geholpen.
De residenten van Proboünggo en der
Preanger-Regentschappen zyn gemachtigd om
te beschikken over de sommen van respec-
tieveiyk f 33,289.35 en ƒ8945 voor het toe
kennen, gedurende het plantjaar 1895/96, van
eéne tegemoetkoming aan by do gedwongen
koffiecultuur ingedeelde inlanders in hun ge
west, die in dat plantjaar nieuwe koffie aan
plantingen aan te leggen of een- en twee
jarige koffieplantsoenen te onderhouden hebben.
(L-C.)
Uit Soerabaia wordt van 28 Dec. aan den
J.-B" geseind Op requisitoir van bet openbaar
ministerie he6ft de Raau va Justi:ie de invrij
heidstelling gelast van den heer Schrok.
Hiermede is een vroeger door ons vermeld
bericht bevestigd.
Door den goavernenr-generaal van Ned.-Indië
zijn de volgende beschikkingen genomen:
Civiel Departement. Bij de in- en uitvoerrechten
en accijnzen:
Bevorderd: Tot verificateur 4de kl. D. J.
De Grave.
Werkzaam gesteld: Als verificateur 1de
kl., de benoemde ambt. E. A. Reep en P. Mess,
thans ontvanger.
Geplaatst: Te Bandoeng E. A. Reep vd.,
te Belawan (Oostkust van Sumatra 1 P. Mess vd.
Overgeplaatst: Van Batavia naar Sid-
hoardjo de verificateur 4de kl. Th. A. De Ruijter.
Bepaald: Dat blijft- geplaatst te Batavia
D. J. De Grave vd.
Bij het Boschwezen op Java en Madoera.
Ontslagen; Eervol uit zijn betrekking do
tijdelijke opz 3de kl. H. Kallenbach.
Benoemd: Tot tijdelijk opz. 3de kl. F. H.
Van Ran zo w, met bepaling dat hij gesteld wordt
onder de bevelen van den houtvester van het
boschdistrict Toeban-Tinawoen-Toeder.
Bij het Binnenl. Bestuur op de bezittingen
buiten Java eu Madoera.
Geplaatst; In de res, Benkoelou de burg.
ambt. E. W. F. Van Walcheren.
Bij het Binnenl. Bestuur op Java en Madoera.
Geplaatst: In do contróle-afd. Sindanglaut,
afd. Cheribon, de contr. 1ste kl. M. Ilorz;
in de contróle-afd. Cheribon, ter beschikking
van den contr. aldaar, de burg. ambt. E. Frieswijk.
In de residentie Pekalongan.
Toogovocgd: Aan den contr. van Pekalon
gan de burg. ambt. P. W. J. Bischoff.
In het Gouvernement Sumatra's Westkust.
Gesteld: Ter beschikking van den ass.-res.
van Painan de ambt. voor deu burg. dienst H.
Beer.
In de residentie Lampongsche districten.
Toegevoegd: Aan den contr. van do afd.
Toolang Bawang de ambt. voor den burg. dienst
J. H. Hissink.
Ontslagen: Eervol uit 'slands dienst, de
onderwijzer lste kl. A. Van Moerkerken.
Nader verlong d: Tot ultimo December
189G of zooveel korter als zal blijken Yolduende
te zijn, de termijn, waarvoor de ambtenaar J. AT,
De Wendt ter beschikking is gesteld van den
voorzitter van deu landraad te Kraksaiin (Probo
ünggo), ten einde met griffierswerkzaamheden by
die rechtbank te worden belast.
Bij het Binnenlandsch Bestuur op Java en Madoera.
Geplaatst: In de residentie Preauger Re
gentschappen, de ambtenaar voor don burg. dienst
G. D. Van Ravenswaajj;
in de res. Soerabaia, de ambtenaar voor den
burg. dienst E. W. Ph. M. Nittol;
in de res. Bezoeki, de ambtenaar voor den
burg. dienst E. V. Van der Schalk.
Op de bezittingen buiten Java en Madoera.
Geplaatst: fn hetgouv.Sumatra'sWestkost,
de ambtenaar voor den burg. dienst W. A. C.
Wbitlau;
in do ros. Palcmbang, de ambtenaar voor den
burg. dienst E. Perelaar;
in de ros. Oostkust van Sumatra, de ambtenaar
voor den burg. dienst C. J. Van Kempen.
Bij de exploitatie der Staatsspoorwegen op Java.
Geplaatst: Bn de Oosterlijnen de benoemde
adjunct-chef der 4ao afd. E. Van Hegedus; de
tijdelijk waarnemende adjunct-chef der 3de afd.
W. G. Muijderman; de benoemde stationschef 2de
kl. R~ A. J. Van der Schrieck; de waarnemende
opzichter van do werkplaatsen 2de kl. J. E. De
Meyier.
Bij ds Westerlijnen de benoemde commies-kas
houder J A. M. Scholten.
Ontslagen: Op verzoek eervol wegens ziekte
uit zijn betrekking, de schoat te Mugelang 11*
Draijer; met ingang van 1 Januari uit zijn be
trekking, de 2de commies bij het dep. der Burger
lijke Openbare werken E. L. Ch. Wagenaar, ter
overplaatsing naar den dieDst der Staatsspoor
wegen.
Benoemd: Tot ingenieur 3de klasso bij den
Waterstaat de adspirant-ingenieur P. J. Ott de
Vries; tot adspirant-ingoniour de ambtenaar Van
Zuijlen, daartoe door aen minister van koloniën
uitgezonden; tot opzichter 3de kl. de tijdelijke
opzichter Van der Veen;
tot seoretaris-boekbouder der Staatsspoorwegen,
de hoofdcommies bij het departement der Burger
lijke Openbare Werken H. A. Bethbeder;
tot adspiraut-controleur bij het Binn. Bestuur
op de buitenbezittingen, de tweede commies bij
het departement van onderwijs, eeredienst en
nyverheid J. Wolff;
tot ambtenaar by de in- en uitvoerrechten, de
ambtenaar op non-activiteit G. Ardesch en de
hoofdopziener Pessv.
Gesteld: Ter "beschikking van den voorzitter
van den landraad te Brebes de ambtenaar Bloem.
Bij het Binm Bestuur op Java eD Moedoera.
In do residentie Pasooroean.
Gesteld: Ter beschikking van den ass.-res.
van Malang, ten einde_ te worden toegevoegd aan
den controleur van Kota-Malang, de ambtenaar
voor den burg. dienst L. F. Dingemans.
Bij den aanleg van Staatsspoorwegen.
Geplaatst: Bij de lyn Probolinggo-Panaroekan
en belast met bet beheer der 6de sectie ter stand
plaats Bondowosso, de benoemde ingenieur 1ste
kl. R. P. O. D. Wijnmalen.
Eervol ontheven: Van het beheer der
6de sectie voornoemd de adjunct-ingenieur 1ste
kl. J. Radersma,
Departemont van Oorlog. Bepaald: Dat het
aan den lsten luit -kwartm. bij de mil. administratie
J. A. Wilkens, wegens langdurige» dienst, verleend
een jaar verlof naar Europa, wordt beschouwd
als te zijn verleend voor den tijd van twee jaren
wegens ziekte.
Hersteld: In activiteit en geplaatst bij de
13de compagnie (4de compagnie vesting) artil. te
Batavia de kap. der artil. J\ J. Dibbetz.
Gesteld: Up non act., de magazijnmr. 2do kl.
(lstc luit.) der genie, van verlof uit Nederland
ternggekeerd G. De Bruin.
Geplaatst: Op het bureau van den generalen
staf do kapiteins van den generalen staf J. P.
Van Dnalen en G. C. E. Michielsen.
Verleend: Eene maand verlof naar Batavia
en Soekaboemie wegens particuliere belangen aan
den off. van gez. 2do kl. J D- Euderlé.
Verlengd: Met eeDe maand het tot Jierstel
van gez. verleend verlof naar Sindanglaija, aan
den lsten luit, der inf. te Batavia, J. J. B. Faneij.
Van A t j e h worden afgelost: De Iuït.-
kol. der inf. H. Bendien, de 1ste loits der inf.
H. L. Maarschalk en P. Kok, en de off. van gez.
2de kl. H. 0. M. Mantz.
Genoemde officieren zullen de bestemming
volgens, die hun door hun dienstchef zal worden
aangewezen.
Van Lombok wordt af g el o s t: Do Isto luit.
der cavalerie, P. H. Lisnefc. Genoemde off. zal de
bestemming volgen, welke hem door zijn dienst
chef zal worden aangewezen.
Verleend: Twee maanden verlof naar Soe
kaboemie en Garoet wegens ziekte, aan den kapt.
int. der mil. administratie gcev. van Atjeh naar
Batavia, J H. W. Iinmink.
Verlengd: Mot een maand het tot herstel
van gezondheid verleoud verlof naar Malang, aan
den kapt. der inf. te Soerabaia, F. W. G. Kieuw land.
Verleend: Een maand verlof naar Djokja
karta, wegens ziekte, aan den lsten luit. der inf.
te Soerabaia, 11. Ermerius.
G e s t e 1 d Op non activiteit, do kapt. der art.
van verlof uit Nederland ternggekeerd, G. J. E.
Nauta.
Overgeplaatst: Bij den generalen staf, de
leapt, der inf. J. P. Michielsen en de kapt, der
art. G. C. E. Van Daalen.
Departement vei M.rine. Ontslagen: Op ver
zoek, eervol uit 's lands dienst, de gezaghebber
lste kl. bij de gouverneinents-marine D. Nolles.
Opgave van passagiers, van Batavia naar Mar
seille en Nederland vertrokken per Ned- stoom
schip „Broino":
Do beer E. C. W. Engelberts, echtgenooto en
8 kinderen; n:oj. J. Kohlbrugge, gep. kapt. der
inf. M. M. F. Luppes, lste luit. der inf. W. Van der
Wielen; de heer N. M. Gien, mevrouw Zeeven
en 3 kindoren; de hceven C. P. H. Rolshoven en
O. Scheepens, benevens Hr. Ms. troepen en sche
pelingen.
Personeel by de voormalige Ned.
llynspoor-Maatscbappy.
Aan de Tweede Kamer is het wetsontwerp
ingediend tot bekrachtiging eenEr overeen
komst met de Exploitatie Mij. betreffende bet
personeel, weleer in dienst by de Ned. Ryn-
spoor Maatscbappy.
Het strekt om te gemoet te komen aan de
grieven van dat voormalig personeel, welke
aanleiding gegeven hebben tot bet bekende
onderzoek van eene commissie. Vele grieven
zfin reeds weggenomen. De meeste kunnen
slechts worden weggenomen door overgang
van dit personeel tot het gewone personeel
van de Exploitatie-Maatschappij. Dat er niet
meer conducteurs en machinisten zyn over
gegaan, is verklaarbaar wegens de verplicht©
storting in het pensioenfonds der Exploitatie-
Maatschappy. Hetgeen deze personen ontvin
gen uit fonds B van de Rynspoorweg-Maat-
schappy, was in de meeste gevallen niet
voldoende om daaruit de storting in het
pensioenfonds der Expl.-Maatsch. te bewerk
stelligen.
Nu verklaart de Exploitatie-Maatschappij zich
bereid de gevorderde bydrage voor te schieten
en te doen terugbetalen door kortingen op het
loon. Er zyn echter gewichtige gronden aau
te voeren voor het verleenen van hulp van
Staatswego, indien en voor zoover de ver-
eischte storting meer bedraagt dan uit het
ondersteuningsfonds der Rynspoorw.-Maatsch.
werd uitgekeerd. De Staat vergoedt nu echter
niet dat gebeele verschil tusschen uitkeering
en storting, daar voor een bedrag ten
minste 3 pCt. van het loon over 4 jaar of
12 pCt. over één jaar door belanghebbenden
zeiven in de storting moet worden bygedragen.
Aldus wordt door een uitkeering vanwege
den Staat in verband met een voorschot van
de Expl.-Maatsch. de overgang zooveel moge-
ïyk bevorderd, doch dan ook verplichtend ge
steld, om zonder eenig voorbehoud afstand te
doen van de rechten, by art. 6 der bekende
overeenkomst aan dat personeel toegekend.
Deze regeling geldt voor dat personeel, dat
op 1 Januari 1896 den leeftyd van 60 jaren
nog niet heeft bereikt. Aan de 23 personen
boven de 60 jaren wordt een pensioen recht
streeks uit de Staatskas verzekerd. Mede wordt
zoodanig pensioen voorgesteld toe te kennen
voor ben, die geen afstand hebben gedaan
van hunne rechten en by het bereiken van
den 65 jarigen leeftyd door de Expl.-Maatsch.
werden ontslagen. Ten slotte wordt voorge
steld op dezelfde wyzo als de ondersteuning
is geregeld vergoeding te geven aan beambten,
die wel zyn overgegaan, ofschoon de van de
Rynspoorweg-My. ontvangen uitkeering niet
voldoende was voor de gevorderde storting in
het pensioenfonds.
Het maximum van hetgeen de Staat zal
hebben te storten als bydrage in het pensioen
fonds zal bedragen f 107,518.08, welk bedrag
nog eenigszins zal kunnen vermeerderen.
Voor toekenning van pensioen rechtstreeks
door den Staat, komen in aanmerking 70
personen.
Militaire Pensioenraad.
In hare memorie van antwoord op het
voorloopig verslag der Tweede Kamer ten
aanzien van bovengenoemd wetsontwerp zegt
de Regeering, dat wyzïging van de artikelen
der militaire pensioenwetten, welke voor ver
schillende opvatting vatbaar zyn, zoo noodig,
z il worden overwogen-by eene herziening van
de wetten betreffende de militaire pensioenen
voor do zee- en landmacht.
Met het denk ioeld om het advies van de
afdeeling voor do geschillen van bestuur van
den Raad van State ook in te winnen in de
gevallen, waarin de betrokken minister zich
niet vereenigt met het advies van den militairen
pensioenraad, kan de Regeéring zich niet veree-
nigon, daar op voldoende wyze de rechten
van belanghebbenden zyn gewaarborgd.
Eene regeling, volgens welke eenige mili
taire leden aan den Pensioenraad voor bur-
geriyke ambtenaren zouden worden toege
voegd, achtte de Regeering niet aanbevelens
waardig, daar die militaire leien met d.afc
college" als zoodanig niets te maken hebben.
Ook is de Regeering van meening, dat de keuze
der militaire leden van den Militairen Pensioen
raad behoort te vi orden beperkt tot de vlag
en hoofdofficieren van do zeemacht en de
opper- en hoofdofficieren van de landmacht.
Met het voorstel, aan den Militairen Pen
sioenraad de bevoegdheid te geven, ingeval
de geneeskundigen onderling van meering
verschillen, een nieuw geneeskundig onder
zoek, desnoods door burgerlyke geneeskun
digen, te gelasten, kan de Regeering zich niet
vereenigen.
Gr e ixi engel Nieuwst
Dat kleine oorzaken soms grooto
gevolgen kunnen hebben, is gisteren te Oud-
Beierland gebleken
Namens het gemeentebestuur werd eene
collecte gehouden voor de nagelaten betrek
kingen van de verongelukte visschers te
Zwarte waal. De gleuf der bus, voor de col
lecte gebruikt, was ongelnkkigerwys te nauw
om knoopèn door te laten; de knoop dus,
door e9n gegoed ingez tene in de bus gewor
pen, bleef in de gleuf zitten en moest er
met geweld door den collectant doorheen
geduwd worden.
Deze gebeurtenis verspreidde zich als een
loopend vuurtje door de gemeente, en het
gevolg was, dat er spoedig een volksoploop
voor do deur van den betrokkene ontstond.
Er werd met steenen geworpen en er werden
hatelykheden op de deur en kozynen zyner
woning geschreven. De hulp van de politie
rnoest worden ingeroepen om erger te voor
komen. (N. R. C.)
Te Blanzy, onder Chalon aan
de Saöne, i3 een meisje met twee hoofden
geboren.
De grooto schaakwedstrijd te
St.-Petersburg is geëindigd. De eersten prys
krygt Laskor met li1/! gewonnen partyen,
den tweeden Steinitz (9'/a), d0Q derden Pilis-
bury (8) en den vierden Tchigorin (7).
Een hevige brand heeft Dinsdag
de Cambridge Music Hall te Londen in de
asch-gelegd. De brand ontstond des morgens,
en ofschoon do brandweer spoedig met 20
stoomspuiten ter plaatse was, kon de schouw
burg niet behouden worden.
Een viervoudige terechtstel
ling heeft te Barcelona plaats gehad. De ver
oordeelden waren een Yrouw en drie mannen,
die een ouden pastoor hadden vermoord.
Zy werden ten aanschouwe van een talryk
publiek geworgd.
Te Beriyn is een politie-agent
door zyu eigen zoon vermoord. De dader is
gearresteerd.
In de voorsteden van Londen
heerscht groote bezorgdheid wegens het ver-
dwynen van een aantal jonge meisjes.
Ongeveer vyf weken geleden verdween uit
Canning Town de 16 jarige Dolly Cook, zonder
dat de politie of de ouders een spoor van
haar konden ontdekken. Kort daarop verliet
te Leyton de 15 jarige HenDy Baldock het
huis harer ouders, om eene boodschap te
doen, zonder dat zy er terugkwam. Wel is
waar kregen hare ouders een ongeteekenden
brief, dat het meisje goed verzorgd was.
maar niettegenstaande alle pogingen der politie
kon men niet gewaar worden waar ze was.
Verder verdween een meisje van denzelfden
leeftyd, Etbel Brow, uit Wanstead, en terwyl
de overheid druk bezig was naar deze onder
zoek te doen, ontving zy het bericht van het
geheimzinnig verdwynen van een zestienjarig
kindermeisje uit Leyton, Ada Graham. D9ze
was heengegaan om hare ouders to Walthams-
town te bezoeken, maar ze was daar niet
aangekomen.
De vernieuwing der Roodo brug
te Buitenzorg (Batavia) werkt sterk op de
verbeeldingskracht der inlanders aldaar.
Onder hen is het gerucht verspreid, dat,
om voor latere tijden meer duurzaamheid aan
dat communicatiemiddel te geven, de Water
staat menschenhoofden noodig heeft, speciaal
van oude inlandsche vrouwen, en dat de orang
tjoelik druk bezig zyn die te verzamelen.
Die orang tjoelik zijn een soort van demo
nische wezens in menschengedaante, die men
op plaatsen kan ontmoeten, waar men hen
het minst zou verwachten.
Men mag geen jacht op hen maken, want
zy staan min of meer in gouvernementsdienst,
en zelfs is het niet geraden veel over hen
te spreken!
Pure commérage8, zooals men ziet, die
echter niet nalaten op het iDlandsohe gemoed
diepen indruk te maken en onder den kleinen
man veel onrust teweeg te brengen.
In de folklore der meeste natiën vindt men
het denkbeeld terug, dat by het tot stand
brengen van een nieuw bouwwerk een of meer
daaronder begraven menschen of menschen
hoofden geluk aanbrengen.