Canstein, ontvanger derzelfde middelen te Horst c. a.; tot ontv. der dir. belast, en acc. te Goor c. a., J. G. Tielenius Kruythoff, ontv. derz. middelen te Montfoort c. a.; tot ontv. der dir. bel., invoerr. en acc. te Koevorden c. a., J. A. Byisma, ontv. derz. middelen te Stavoren c. a.tot ontv. der dir. belast, en acc. te Slochteren c. a., J. W. Knottenbelt, ontv. der dir. belast., Invoerr. en acc. te Grave c. a. Met ingang van 1 April, aan Joseph Th. J. Cuypers, civiel en bouwkundig ingenieur, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend als leeraar by de normaalschool voor teeken- onderwjjzers en als leeraar by de school voor kunstnyverheid, en in zyne plaats benoemd J. W. H. Berden, te 's Gravenh3ge. Aan den met ingang van 1 Januari 1896 eervol uit zyne betrekking ontslagen hülp- onderwyzer by de pupillenschool J. Kobus, tot wederopzeggens toe, doch in geen geval voor langer dan voor den tyd van vyf jaren, een wachtgeld verleend ten bedrage van 400 's jaars. Benoemd by bet wapen der infanterie en wel by hun tegenwoordig corps, tot eersten luitenant, de tweede luitenants G. Smit Sibmga, van het 3de, H. C. J. Meys, van het 8ste, en J. Woudstra, van het ode regiment. Benoemd by het wapen der artillerie, by het lste regiment veld artillerie, tot eersten luit., de tweede luit. B. G. E. Elias, van het corps; by het 2de reg. vesting-art., tot kapitein, de eerste luit. C. Bosch, van de instructie compagnie. Aan N. W. Yan Herwaarden, op zyn vor- zoek, eervol ontslag verleend als hoogheemraad van het hoogheemraadschap de Zwy'ndrechtsche waard, provincie Zuid-Holland. Benoemd tot raadsheer in het gerechtshof to Leeuwarden, mr. R. A. Fockema, thans rechter in de arrondissementsrechtbank t9 Assen. Praatjes over Kunst. Vlokken. LXV. •J* In Memoriam: „Ncderlandscho Etsclnb." Bom, bom, de klokkon lnion; Wat zou dat bodaiou? Een dooio man, Die niet meer spreken of loopen kaD." Na een friscb, krachtig tienjarig bestaan >3 zy heengegaan. Langzamerhand opgelost In een „Zwart en Wit"-Verooniging, werd het zwaartepunt van hetjaarlyks uit te geven Ets-album verplaatst naar dat der uitmuntend verzorgde en leerryke „blanc et noir" expo sities. Die twee belangen, ook in finantieelen zin te rymen, bleek niet wel aan te gaan, en zoo heeft dan het meerendeel der leden op 12 Januari jl. besloten do Club voor ont bonden te vorklaren. Het pleit zeer stellig voor het gezond begrip van het bestunr, dat het met dit voorstel voor den dag kwam, getrouw aan de leuze, „Beter ten halve ge keerd dan ten heele gedwaald." Op een lithographio in de „Kroniek" heeft Bauer op waariyk geestige wyzo de uitvaart van de Club voorgesteld. Trouwens, nu de jongeren zoo triomfanteiyk gejuicht hadden by het niet verschynen van de conservatieve „Kunstbode" (Vogel, Haaxman en Elchanon Vervoer c. 8.), nu diende op do begrafenis van de jeugdige Ets corporatie ook wel eens een ui getapt to wordon, wilde men niet van groote eenzydigheid en partyzucht biyk geven. Vooraan dan schrydt dof en somber de zwarte rouwwagen voort, de kist is met een groot aantal kranzon bedekt, waaronder er van Ego, en van „Arti". Boven op den top staat oen flesch met „Aqua forti." Op de kerkhofmuur worden de symbolen van aardscbe vergankelykbeid aangetroffen, zandlooper en doodskop. Onheilspellend vliegen kraaien af en aan. Van de Haagsche torens hangen de vlaggen halfstok, de lantaarns zyn met rouwfloers omhuifd. Naast den lykwagen 6loept Ego's bekend hondje het moede lyf triestig voort. Het hoofdbestuur: Zilcken met een krans, Jan Veth met do ïykrede en Bauer met den geldzak als penningmeester volgen, daarachter Jan Toorop, Van dor Maarel, Floris Verstor, Haverman, Koster, Breitner, Etienne Bosch, Van der Valk e. a. Weer een zwarte sombere gestalte, een ge lamferdo koetsier op den bok van eon lan- dauor, waarin do dames-loden: Mej. Barbara Van Houten, Wally Moes en Thórèse Schwartze. Daarachtor liet vaandel van „do Oude Garde"; even nog als in eon schim; de kop van Elchanon Verveer. Doze geestige prent, illustreerend een wel wat triestige ontbindingsgeschiedenis, zal, door artióten vooral, hoogelyk worden gewaardeerd. In de laatste platen voor „de Kroniek" is Bauer al byzonder gelukkig geweest; er is echter nog heel wat stof in petto, o. a. „het Open-sneeuwballetje", „bet plan HiddeNyland voor Krüger's portret", en wat dies meerzy. Hopen wy van hnrto dat „Rusticus" ook verder zoo gelukkig zy in z'n toekomstige humoristische bydragon. Van het Belgische Tijdschrift „Van Nu en Straks" is weer eene „tweemaandelyksche" aflevering verschenen, (jaargang 1896). In kleiner formaat dan vroeger ziot het kaft vorsiord met houtsneden van Henry Van de Velde er zeer behageiyk uit. De inhoud is: August Vermeylen: Kritiek der Vlaamsche Beweging. Karei Van de Woestyne: Door het Zomeren. Emmanuel De BomScheppingsdag. Jac. Mesnil: De Socialistische Party en hare Dryfveeren. H. Van de Velde: Variation en Gevolgtrekkingen. Het Bestuur is gevestigd: Beeldekensstraat 67, te Antwerpen. Over „The Pageant", het merkwaardige Engelsche boek, dat te Londen verscheen, sprak ik hier reeds. Fraai van letter en van indeeling, zyn er bovendien de reproducties van byster goede qualitoit. Van het letterkundig gedeelte noem ik vooral: een geslaagde Engelsche vertaling naar Maeterlinck's „Mort de Tintargiles", een gedicht van Verlaine, „Monna Rosa" by een zinco, naar Dante Gabriel Rossetti, „Grouped studies" van Frederik Wedmore e. a. Behalve Rossetti verleenden, wat de geïllustreerde inhoud betreft, hunne medewerking: James M'Neil Whistier, Charles Ricketts, Millais, Will Rothenstein, Charles Conder, Reginald Savage, C. F. Watts, Burne Jones, Housman, en Charles Shannon. Vein Botticelli een reproductie naar het onlangs ontdekte „Pdllas and the Centaur." „The Pageant" behoort onder die boeken, die men dikwyis ter hand neemt en teikens opnieuw met genoegen weer doorbladert. C. V. Gr e me n g cl Psieuws. Heden werden alhier de lantaarns op de Hoogewoerd, Hoogstraat en een doel der Plantage voorzien van Kiudermans gas- gloeiliebtbranders, waarvoor de heer J. L. Creyghton de vertegenwoordiger voor Leiden is. Tot het doen herijken der go- wone gewichten, benovens der maten en strykers, wordt door den yker in het gebouw aan de Lammerenmarkt zitting gehouden voor do bewoners dor perceelen van de Bees tenmarkt en Nieuwe Beestenmarkt op 22 Januari van 9 11 uren; voor Oie van de Turfmarkt van 11 12 uren; van de C tecilia- straat van 1 2 uren en voor de bewoners van de Breestraat van 24 uren. Do z e v e n-e n-t win tigsto „openbare vergadering met dames" van de Leidsche Kleedermakers-vereeniging „Eendracht door Vriendschap" werd gisteravond gehouden in hot scliouwburglokaal „Yondelhoven". In dit lokaal was weer een heel mooie, keurig gerangschikte plantengroep aangebracht, waarvoor de vereenigingsbanier met haar schaar en persyzer in zilver zich verhief. Dat er ook musici aanwezig waren en dat dezen hun longen, handen en instrumenten heel weinig rust lieten, behoeft byna geen afzon deriyke vermelding meer, want wat is een jaarfeest zonder muziek? „Een dooie boel" en dat moet zoo'n feest niet zyn. Oin dit dan ook zooveel mogelyk te verhinderen, had do president der Vereeniging, dé heer W. Metselaar, gezorgd voor eenige feestzangen, geschikt en bestemd om door de gansche vergadering nu en dan uit volle borst te worden ton gehoore gebracht. Die president opende om kwartier voor negenen ach, waarom noodigen besturen van feestvierende vereenigingen ons toch niet uit tegen den tyd van aanvang en geen drie kwartier te vroeg om op hun feest te ver schynen! de vergadering met een welkom aan allen en met de vermelding aat het der Vereeniging by voortduring wèl gaat, dat ze in 't afgeloopen jaar niet met veel ziekte gevallen te kampen heeft gehad, en met de verzekering, dat, gaat ze zoo voort, ze voor do toekomst iets belooft en dat hare leden elkander dan nog meer zullen kunnen helpen en steunen. Donateurs en patroons dankte hy voor den door hen verleenden steun en hy spoorde patroons, die nog geen donateur zyn, aan om zich toch meer op de hoogte te stellen van doel en streven der Vereeniging, opdat zy, daarmede bekend, haar hunne hulp niet langer zullen onthouden. Voorts wenschte hy allen een prettig feest toe, dat na het einde zou doen verlangen tot een weerzien in 't volgend jaar, en stelde het gezelschap van den heer S H. Boesnach, van Rotterdam, aan de vergaderden voor. De eerste secretaris bracht daarna zyn ver slag uit, waaraan we ontleenen dat den laten Februari van het vorig jaar de heer J. Hansen, het oudste lid, door den dood aan de Vereeniging ontviel. In het bestuur kwam slechts in zooverre verandering, dat de heer J. Smit, eerst tydeiyk zitting in 't bestuur hebbende, definitief tot tweeden secretaris werd gekozen; de president werd herkozen. Het ledental werd vier grooter en bedraagt 103 leden, ongerekend 3 leden, die zich gisteravond aanmeldden; het getal der dona teurs is 20; ook bezit de Vereeniging 1 donatrice. Pogingen, by patroons aangewond tot stichting van een weduwenfonds, hadden nog geen gêwenscht resultaat. Omtrent den toestand der kassen vermelden we alleen, op verzoek van het bestuur, dat hy alleszins bevredigend is. Voorts verdient nog vermelding, dat een donateur na de toe spraak van den voorzitter zyn bydrage ver dubbelde. Over Boesnachs gezelschap kon men heel tevreden zyn; het deed de meesten schudden van 't lachen. Het bleek dat veel van een programma voor timmerlieden ook geschikt is om kleermakers en de hunnen aangenaam bezig to houden. Een bal besloot ook dit feest, dat zich kenmerkte door orde en netheid. Tegelykertyd vierde de schoenmakersver- eeniging „Door Vriendschap Verbondon" haar 13de jaarfeest in het lokaal Epbralm, aan de Haarlemmerstraat. Aan weerszyden van het tooneel was ook hier groen aangebracht en het vaandel was daartusschen geplaatst. In het kort: de zaal zag er feesteiyk uit. Ruim te acht uren opende de president de fees- telyke samenkomst en bracht hy zyn dank aan heeren donateurs en eereleden voor hun steun en een welkom aan alloD, die dezen avond genoegiyk kwamen doorbrengen. Ook deelde hy mede dat een oud lid dezen avond tot eerelid werd benoemd. Uit de opgenoemde cyfers, ook die van den eersten secretaris, bleek dat de Vereeniging thans 90 leden, 9 donateurs en 2 eereleden telt. Aan contributie was ontvangen van 90 leden in de 2de klasse 448.40 en van 76 leden in de lste klasse ƒ189.85. Aan ziekengeld werd uitgekoerd 125.25. Na afschryving van het jaariyksche deelgeld, gedane stortingen tot aflossing en andere uitgaven blyft er een saldo van ƒ159.12. Nadat nog eenige muziek ten gehoore ge bracht was, werd het „Welkomstlied" gezon gen en daarna trad op het gezelschap van den heer H. D. Nieuwenhuizen, uit Rotter dam, die voor dezen avond een goed pro gramma had uitgezocht, dat allen aanwezigen van het begin tot het einde veel genoegen verschafte, geiyk het gedurig applaus bewees. In de pauze trad do president naar voren en stelde voor een collecte te houden voor een gezin, dat in z. g. stille armoede verkeerde; deze collecte bracht op 7.56, waarvoor hy allen hartelyk dank bracht. Alvorens het bal begoD, werd er medege deeld dat, indien er iemand lid mocht willen worden, dezen avond daartoe gelegenheid was; 5 leden en een eerelid traden toe. Daarna ging men over tot het bal, waaraan menig paartje deelnam en dat nog veel ge noegen verschafte. In den nacht van 15 op 16 Januari 1896 zyn te Haarlemmermeer ten nadeele van verschillende personen, won-nde naby het Nieuwe Meer, ontvreemd eenige kleding stukken, zynde: 1 zwarte rok (merinos); 1 jak (korenblauw met witte bloempjes); 1 blauw baaien borstrok1 blauwe kiel1 paar witte manskousen (aangebreid); 1 paar bruine kousen; 1 blauw keper mansonderbro k; 1 blauw keper katoenen kiel; 1 wollen boeze laar; 1 gryze rydeken met roode strepen, waarin eenige gaatjes door het siyten; 1 zeildoekkleedje, zoogenaamd hangmatkleod, gemerkt I. O. W. d., en een ballastsc ïop. De daders zyn alsnog onbekend. Voor de Haagsche rechtbank werd gisteren behandeld de zaak van den voddenraper aldaar, beklaagd in den namiddag van den 6den December 1.1. moedwillig en gewelddadig, in de St. Jacobstraat to dier stede, A. B. B. met een mes of eenig ander plat werktuig, een wonde in het hoofj te hebben toegebracht, waarby het mes of werktuig in de hersens is doorgedrongen, ten gevolge waarvan do man gestorven zoude zyn. Uit hot getuigenverhoor bloek dat do ver- slagene zich doorloopend bedronk en ook op den 6den December moer op had d m hem dienstig w.is; steeds ruzie zocht, ter .vijl de beklaagde daarentegen als een bedaard, arbeid zaam man bekend staat. Deze ontkende dan ook bepaald B. met een mes of ander scherp voorwerp gestoken to hebben. B. had ruzie met beklaagde gezocht, was op hom to ge- loopen, en toen had hy hem alleen vaa zich afgeduwd, waarby hy niets in zyn handen bad. De Leidsche hoogleeraar Siegenbeek van Heuktlom evenwel was, blykens zyn visum repertum, tot do conclusie gekomen, dat de dooi veroorzaakt moest zyn door een steek, met een mes of ander scherp werktuig, boven het rechteroor, welke 70 millimeter in het hoofd was doorgedrongen, door het hersen vlies en do hersenmassa, zoodat de steek met vrij groote kracht moet z(jn toegebracht. De bloeebuilen aan do armen werden door den hoogleeraar toegeschreven aan eene wor steling. Dat de wonde kon veroorzaakt zyn door een spyker, uitstekende in do berrie (hier mede schijnt een yzeren luik bedoeld te worden), waarop de verslageno was gevallen, werd door den professor als absoluut onmo gelijk verklaard, daar, by onderzoek, gebitken was dat ai9 spyker slechts 1 centimeter uit stak. Dat de wonde reeds zou best ian hebben vóór de worsteling, werd mede onmogelyk veiklaard. Beklaagde hield evenwel vol, nooit een mes by zich te dragen en dit ook niet op den bewusten dag by zich, of in handen, te hebben gehad. Wat de klopparty op zichzelve betreft, het mocht den president en den subst. officier van justitie niet gelukken omtrent de juiste toe dracht het gewenschte licht te krygen. Noch herinnering aan den eed en de gevolgen van het afleggen van een valschen eed, noch afzondering van een der vrouwelyke getuigen, onder toezicht van een veldwachter, kon de drie vrouwen, die misschien eenig licht kon den verstrekken, er toe brengen om eenige verklaring ten Dadeele van bekl. af te leggen. Allen verklaarden niets gezien te hebben van het toebrengen van een slag of steek aan don verslageno, wel dat deze beklaagde by de keel had gegrepen en deze hem daarop van zich afgeduwd had. Uit het verdere getuigenverhoor dient thans alleen nog te worden medegedeeld, dat de dochter van den verslagene van twee der drie vrouwen, hiervoren bedoeld, een gesprek had gehoord, waarby de een tot de andere gezegd zoude hebben: „al geven ze me ƒ2000, ik wil den man (beklaagde) zyn ongeluk niet zoeken; ik ben 70 jaar en behoef toch geen eed moer te doen"waarop do andere gezegd zoude hebben: „nou en ik heb ook niets gezien." De eerste woorden zouden gebezigd zyn door do vrouw, die onder afzondorlyke bowa- king van een veldwachter werd gesteld. Alvorens het getuigenverhoor te sluiten, werd nogmaals deze 72-jarige vrouw gehoord, dio nu verklaarde dat zy beklaagde, onder meer, aan den verslagene een klap bad zien geven in het gelaat. Of beklaagde daar'oy. iets in de hand had, kon zy niet zeggen. Ook bekl. hield vol, dat hy B. eenvoudig had teruggeduwd en meer niet. Subst. officier van justitie mr. Pleyte gaf dan ook al dadelyk toe, dat hier geen direct getuigenbewys voor de schuld van bekl. is, al is by overtuigd dat de getuigen meer weten dan zy hier hebben verklaard. Het staat voor ZEd.Achtb. vast, dat niemand anders dan beklaagde den doodeiyken steek moet hebben toegebracht, om de eenvoudige reden, dat er bij het standje, de vechtparty, tusschen beklaagde en verslagene niemand anders aanwezig was, terwyl eveneens is uitgesloten blykens het visum repertum dat de wonde vóór of na den dood is toege bracht. Van belang achtte de officier het ook er op te wyzen, dat bekl., behalve vodden raper, ook gelegenheidsgoochc-laar is, waar door het is te verklaren aat niemand een mes of ander voorwerp in zyn hand heeft gezien, terwyl ook karakteristiek is, dat be klaagde by de politie zich kwam aanmelden dat hy met B. gevochten had, er by voegende, dat hy evenwel niet met een mes gestoken had, waarvan toen nog niemand iets wist, waaraan toen nog niemand zelfs dacht. A priori begon bekl. zich al te verontschul digen. Door de verschillende aanwijzingen achtte mr. Pleyte daarom de schuld van bekl. vast staande en vorderde diens veroordeeling tot vier jaren, na er daarby op te hebben gewezen dat, al moge beklaagde in Den Haag gunstig bekend staan, by echter in Amsterdam reeds tal van straffen onderging en by de Amster- damsche politie bekend 'staat als een aief, e:n z ikk nroller, een vechtersbaas, een ruzie maker en etn twistzoek r. Mr. H. L gteintrg betwistte, dat het bewijs voor de schuld van zyn client geleverd is, en betoogde, dat, zelfs wanneer de rechtbank aan neemt dat bekl. de wonde heeft toegebracht, hy dan nog niet strafschuldig zou zijn, omdat hy uit noidweer heeft germndelJ. Uitspraak over acht dagen. De geestelijke van de R.-K. kerk ain de Prinsessegracht te's-Gravenhage heeft by de politie aangifte gedaan dat Zaterdag eene vrouw geld by hem trachtte te wisselen, dat vermoedelijk valsch was. Dit vermoeden wordt nader onderzocht. De heer B., bouw-ond'rnomer aldaar, heeft aan de politie kennis gegeven van de vermis sing van een learen zakje, inhoudende een waardo van ongeveer ƒ5000 aan bankpapi r. Het is hem vermoedelijk ontrold, toen hy zich jl. Zaterdag in den trein bevond tusschen Schiedam en Den Haag. Zondag-avond is in het Haagsche Zieken huis opgenomen een machinist, wonen e in het Wilhelmina-hofjö te dier stede, wien by eene woordenwisseling door iemand een stuk uit de onderlip was gebeten. Eene dame, wonende aan de Laan van Meordervoort aldaar, riep Zondag-avond de hulp der politie in, daar zy vermoedde dat het in hare woning.spookte. Eenige politiebeambten doorzochten 't huis in de veronderstelling, dat zich wellicht een persoon met minder goede bedoelingen in het perceel bevond, maar zy troffen niets ver dachts aan. De Haagsche rechtbank veroor deelde gisteren: het veertienjarige meisje aldaar, dat zich schuldig maakte aan diefstal met braak, tot opzending naar eon Ryks- opvoedingsgesticht tot haar 18Je jaar; de werkster aldaar, die ten huize, waar zy workte, een manteltje ontvreemdde, tot 7 dagen, en het kamermeisje, dat in een hotel aldaar zich schuldig maakte aan diefstal van een gouden ring, ten nadeele van den ober- kellner, tot 6 weken. Evenals te Leiden was gisteren in vele andere streken van ons land de mist hevig of had men er hinder van. Aan de Baangracht te Amsterdam raakte een bejaarde koopvrouw, toon zy zich even van haar zuurkarretje verwyderde, te water, met het ongelukkig gevolg, dat zy verdronk. Een man met een petroleumkarretje viel eveneens in de Lynbaangracht by de Spiegel gracht; een politie-agont wist hem echter ■op 't droge te halen. Ook in de Ringvaart geraakte een man te water, die eveneens gered werd. Uit Tiel meldt men dat op de "Waal geen enkele stoomboot dienst deed. Ook in 't Noordon des lands was het donker. Te Leeuwarden hing by tusschenpoozen zulk een zware nevel boven de stad, dat men soms geen drie passen voor zich uit kon zien. Verscheideno personen geraakten te water. Om halfvier ongeveer werd in een sloot in de Spanjaardslaan het lyk opgehaald van eene onbekende bejaarde vrouw, die vermoe- delyk ten gevolge van den mist aldaar verdron ken is. Zy had een stoof by zich. Een kind van zes jaar, dat om twaalf uren een der scholen verliet, was om twee uren nog niet in de ouderlyke woning. Uit Groningen meldt men: Tydens hier een mist heerschte, zoo dik, dat zien tot zelfs op een hal ven meter onmogelijk was, geraakte een man, die een handkar voort bewoog, in het Schuitendiep te water. Niettegenstaande de drenkeling spoedig op het droge werd gebracht, waren zyn levens geesten toch reeds geweken, zoodat de politie- dokter slechts 's mans dood kon constateeren. Uit do Maas v r R o 11 e r d a m i s opgehaald het lyk van den heer M. De G., ongeveer 36 jaren oud, die sedert eenigen tyd vermist werd. Sodert Zondag-ochtend wordt uit de ouderlyke woning aan den Noordsingel te Rotterdam vermist de 16 jarige knaap J. P. M. v. D., die vermoedelijk in gezelschap van een vriend, die in het bezit van 250 is, naar Parys is vertrokken. Mej. W., te Utrecht, die sedert geruimen tyd vermist werd, is nog niet ge vonden. Het is niet de eerste maal, dat zy zich van huis heeft begeven. Men vermoedt echter dat baar thans een onheil is overkomen. Het Duitsche fregatschip „Nereus", van Iquique naar Hamburg be stemd en, door do equipage verlaten, tusschen Katwijk en Scheveningen van het strand afgesleept, ligt nu in de haven van Katen- drecht gemeerd. De „N. R. Ct." bevat de volgende byzonderheden: Het schip, dat er ze.r goed onderhouden uitziet, heeft slechts geringe schado aan zeilen on tuig; alleen de bran^teng is ge broken en hangt met de raas en hc-t ge scheurde bramzeil achter de voorsteng in het tuig verward. De stalen boegspriet en kluiverboom, uit één stuk, is geheel onbe schadigd. In het schip is een gat in den boeg aan stuurboordzijde veroorzaakt door de aanvaring met het s s. „Ciscar"j lang aan den bovenkant ongeveer 16 voet by eene breeote van ongeveer zes vott, uitloopende tot onder over eene lengte van ongeveer 5 voet. Daaronder z(jn nog twee groote deuken, waar vermoedelijk ook de platen zyn ge scheurd. Da steven is ook geheel naar bak boord verbogen en spanten b(j de opening zijn vernield tot onder het bovendek. Door deze opening en door het voorste waterschot drong het water in het schip, dat door de pompen zoo snel mogelyk wordt verwyderd. Men heeft een aanvang gemaakt met lossen der lading. Het schip „Nereus" is na aanvaring van bet s s. „Ciscar", dat gebeurde des ochtends vroeg van den 15den, eerst ruim anderhalf etmaal daarna door de bemanning, die door aanhoudend pompen was afgemat, verlaten, nadat door verwerken der lading het gat zoo hoog mogelyk boven water was gebracht. Na door de sleepbooten „Harwich" en „Richard Moxon", die het op sleeptouw gehad hebben, te zyn verlateD, dreef het Vrydag tusschen 5 en 6 uren des avonds op het strand tusschen Katwyk en Scheveningen. De sleepboot „Oostzee", kapt. G. H. Bouman, van de firma L. Smit Co., die te 6 uren 's na middags van den Hoek van Holland vertrok, bereikte het aan den grond zittende schip te halfacht, doch door de houge zee was het zeer moeilyk er aan boord te komen, en eerst na driemaal er omheen gestoomd te hebben, gelukte het op het schip te komen en er een tros op uit te brengen. Er was zes voet water in het ruim en achter in het schip waren ook eeni. e openingen, die door den stuurman van de „Oostzee" met groot gevaar voorloopig werden dichtgemaakt. Er werden door don gezagvoerder van de „Oostzee," die bezit van het schip genomen had, later 8 Katwykers aangenomen om te pompen. De opperstuurman van de „Oostzee" werd met 4 man op de „Nerous" gelaten. Tegen 4 uren des ochtends ongeveer, V/t uur vóór hoogwater, kwam het schip vlot en later kwamen de sleepbooten „Wodan" en „Nieuwersluis" ter assistentie, die het schip mede binnensleepten. Er stond gis terochtend nog 2'/3 voet water in het schip en in het voorluik was het wat-r tusschen de lading zichtbaar. Het bakboordanker is verloren met een deel ketting, waarmede beproefd is geworden om het schip ten anker te brengen, doch de ketting brak. Er waren geen booten meer aan boord. De waarde van schip en lading, beide beschadigd, wordt op minstens f 300,000 begroot. De lading, ongeveer 2800 ton salpeter, is te Hamburg verzekerd voor ƒ270,000 en door de bergers wordt eene borgstelling van 150,000 voor de bewezen diensten gevorderd. De gezagvoerder van de „Nereus", kapt. Scbulte, is te Rotterdam weder aan boord van het schip gekomen. INGEZONDEN. Mijnheer de Redacteur I Daar de groote concertzaal dikwyis te groot en de kleine zaal meermalen te klein blykt te zyn, zoo wordt thans stee-is met succes de foyer voor concerten aangewend. Een inconvenient doet zich daar steeds voor, namelijk het rumoer van de straat, veroorzaakt door het voorbyryden der ry- en andere voertuigen en het schellen der tram wagens. Wat het laatste betreft, dit is te voor komen door een beleefd verzoek te richten tot de directie, doch voor het eerste vraagt st< 'Ier dezes of het gemeente-bestuur er nist toe zoude kunnen besluiten dat gedeelte voor de Stadszaal te laten asphalten of van een houten vloer te voorzien, en zoo dit uit eenig finantiéel of ander oogpunt bezwaren mocht opleveren, alsdan eene bepaling in de alge- meene politie-verordening te doen opnemen, dat gedurende een concert in den foyer het ryden langs de Stadszaal aan de Breestraat (by hooge noodzakelykheid uitgezonderd) met ry- en andere voertuigen is verboden. Voor de afgestane plaatsruimte by voor baat myn dankl jEen getrouw Concertbezoeker

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1896 | | pagina 2