N°. 10961 Zaterdag 16 November. A0.1895 feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Leiden, 15 November. Feuilleton. Jonkvrouw en Minstreel. IDSCH PRIJS DEZER COURAHT Voor Leidon per 3 maanden. 1.10. Franco per post1.40. Afzonderlijke Nommers0.05. PRIJS DER ADVERTENTLËN: Van 1 6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17 J. Grootero letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren bulten de stad wordt f 0.05 berekend. Gedurende de 2de helft der maand October zyn aan het postkantoor alhier bezorgd de volgende brieven, welke, door onbekendheid der geadresseerden, niet besteld konden worden: J. J. Muller, Kerkhoven, Hofland, J. H. W. Wortelboer, Amsterdam; G. N. v. Schaick, Bergen op-ZoomS. Bronsgeest, Bussum; Schrijvers, Mr. J. L. F. Rhemrev, 's-Graven- hageGanger, A. A. De Rooi, Leiden; Reeser, Nijmegen; A. De Kater, Rotterdam; H. J. Meijer, niet vermeld. Briefkaarten: Jekel, Blok v. Asperen, A. v. d. Heijden, Amsterdam; H. v. "Weizen, 's-Gravenhage; Prinsen, OudshoornG. Laros, niet vermeld. Aan de Tweede Kamer is een adres ge richt door het Leidsch Studentencorps, om ook van zijne zijde het behoud van het Etbnographisch Museum voor Leidon te be pleiten. Hoezeer ook het corps eene betere huisvesting voor dat tot nu toe verwaarloosd Museum wenscht, het zou ten diepste betreu ren, indien deze elders dan in Leiden ver strekt werd. Het Museum van Ethnographie heeft zijn ontstaan te danken aan de behoefte van het onderwijs; het is voor de beoefening der ethnologie even noodig als eene bibliotheek voor den taalgeleerde. Eene verplaatsing naar 's Gravenhage zou het aan zijne bestemming onttrekken en het van wetenschappelijke inrichting allengs tot rariteiten verzameling doen worden. Men kan niet met redelijken grond beweren, dat in Leiden geen geschikte plaats te vinden is. In het twee hectaren groote Van der-Werff- park is nog wel voor twee musea plaats. En ten overvloede heeft de Leidsche Gemeenteraad nog een zeer geschikt terrein elders aange boden voor het geval, dat de Regeericg de geheele voormalige Ruïne voor een ander do J zou wensehen te reserveeren. Voor het examen in de beginselen der delfstof-, plant- en dierkunde, midd. onderwijs, is te 's-Gravenhage geslaagd mej. A. E. S. Michelsen, uit Leiden. Voor de akte wiskunde, lager ond., werd toegelaten de heer J. W. EDgelkes, hoofd der Christelijke school te Sassenheim. De Fransche mail, met berichten uit Indië, wordt hedenavond alhier verwacht. In de algemeene vergadering der IJsclub Zoeterwoude" werd verslag uitgebracht van den toestand der Club over 't afgeloopen jaar. Die toestand is .zeer gunstig. De rekening en verantwoording des pen ningmeesters werd door een commissie accoord bevonden; terwijl mot nagenoeg algemeene stemmen het hoofdbestuur, dat ten vorigen jare by de oprichting der Club voorloopig optrad, thans voorgoed gekozen werd. De leden lieten zich die keuze welgevallen. Na de vergadering kwam hoofdbestuur met districts- en baancommissarissen byeen, om de districten en de banen nader te regelen en te verdoelen onder de commissarissen. Het aantal commissarissen werd vergroot. Er werd tevens nog gesproken over al of niet aansluiten der Club by de Zuid-Holland- sche IJsvereeniging. By de verkiezing van 2 notabelen der Ned.-Hervormde gemeente, 13 dezer te Wou brugge gehouden, zyn de aftredende heeren Wr. Boot en W. Van der Waa herkozen. Benoemd is tot onderwyzeres te Hoofd dorp (bewaarschool) mej. Fost, teLeimuiden; tot onderwyzer aan de Chr. school voor Geref. onderwijs te Katwyk aan Zee de heer J. J. H. Burger, te Leiden. Gisteren is te Amsterdam overleden de heer D. Noothoven van Goor, een man, die, vroeger te Leiden als uitgever gevestigd, als zoodanig door verschillende uitgaven een be kenden naam had in den boekhandel. Hy maakte zich niet alleen verdienste lyk door het uitgeven van landkaarten ten behoeve van schoolgebruik en van goede kinderboeken, maar ondernam ook kostbare werken, als „De Dieren" van prof. Burgersdyk, het Hoogduitsch- Nederlandsch en Ned.-Hoogd. woordenboek van Sicherer en Akveld, het Historisch-Geo- graphisch Woordenboek van Servaas de Bruin, het Handboek der Technologie van Karmarsch, enz. Ook vestigde hy het tijdschrift „De Chris- teiyke Huisvriend". Van Goor was een vol bloed koopman, die aanzienlyke kapitalen in den handel heeft gebracht. De overledene behoorde tot de oprichters van het Bestelhuis voor den Boekhandel te Amsterdam en was tot voor korten tyd een der commissarissen daarvan. In de Tweede Kamer was aan de orde de voortzetting der algemeene beraadslaging over het wetsontwerp tot regeling der Per- soneele Belasting. Do minister van financiënzy'ne rede ver volgende, zegt dat do classificatie naar do diaagkracht der bewoners een gewoon be lastingbeginsel is. Het minimum der platte lands-aanslagen is voldoende en billijk, en ten slotte doet de Minister nogmaals een beroep op het gemeen overleg. Voor do mis lukking der poging om de gerechtigheid te betrachten zou hy de verantwoordeiykheid niet willen aanvaarden. Dit ontwerp brengt inderdaad verlichting; men vrage niet meer. De minister van binnenlandsche zaken zou enkele der vragen beantwoorden, meer spe ciaal zyn departement betreffende. Het kwam den minister voor, dat de vragen van de heeren Heemskerk en Van Karnebeek de grenzen te buiten gaan van hetgeen in dit stadium van het debat kan worden ter sprake gebracht. Kort geformuleerd komen die vragen hierop neer: Wordt het stelsel der ontworpen kies wet door een eventueele niet-aanneming van dit ontwerp aangetast? Hierop antwoordde de minister met een volmondig neen. Ver der constateerde de minister, dat alle gege vens voor de kieswet onafhankelyk zyn van dit ontwerp. Door aanneming van dit ontwerp zal daarom geen storing in den gang der kiesrechtzaken komen en by het opmaken der kiezerslysten zal dan ook geen twyfel kunnen ontstaan, gelyk de heer Sanders vreest. Mocht er nog eenige twyfel bestaan, dan zal de minister van financiën bereid gevonden worden die alleen echter door redactiewyziging weg te nemen. Hoe zal de Regeering in 1897 handelen? vroeg de heer Hartogh. De minister antwoordde hierop, dat ook by het stelsel dezer perso neels belasting blyft bestaan de grondslag der huurwaarden, waarby het bestaande kies recht zich aansluit. Men heeft dus het ma terieel voor het bestaando kiesrecht en heeft bovendien verkregen het maioriëel, dat de eerste invoering van deze wet heeft verschaft. Er is dus geen bezwaar te vreezen. De mi nister zou het een zeer verkeerde prossie op de Kamer noemen, door nu reeds een sup pletoir wetje voor te stellen, gebaseerd op eene eventueele verwerping van de kieswet. Daartegen moest hy ernstig waarschuwen. De h9or Goeman Borgesius, hoewel geen absoluut tegenstander, acht vooralsnog do nadeelen der wet overwegend en betwist 's Ministers berekeningen omtrent de resul taten voor de schatkist. Spr. betoogt dat de voorgestelde verlichting niet de mingegoeden, doch hoofdzakelyk de winkeliers zal baten, zoomede de groote steden, terwyl de kleine plaatsen weinig ont last en zelfs de kleine luiden met huren van f 25 a f 35 zwaar getroffen zullen worden. Overigens was 's Ministers verdediging zwak. De classificatie mist alle waarborgen tegen fiscaliteit en hy heeft groot bazwaar tegen tydelyke uitkeering aan gemeenten, een groot kwaad voor de gemeente-flnanciën. Na repliek van den heer Pijnappel, die tegen do classificatie zijne bezwaren hand haafde, kwam de heer Poessingh aan het woord. Deze handhaafde ook zyne meoning, dat het platteland door dit ontwerp in ongunstiger conditie zal komen, en was door 's ministers antwoord op de door hem gestelde vragen niet bevredigd. De verhouding in de classificatie, hier aangenomen, acht spr. verkeerd en hy geeft in deze de voorkeur aan de bestaande verhouding. Spr. kondigt een amendement aan, om de wet in den door hem bedoelden zin te wyzigen. De heer Druckcr wenscht nog even de vraag te releveeren over den invloed, dien de aanneming van deze wet zal hebben op de toe passing van het bestaande kiesrecht. Spr. gaf toe, dat de weg, door den minister Yan Houten genoemd, van 1897 mogelyk is, maar dan voor de volgende jaren Dan zal dit roildel niet meer zyn toe te passen. Day zou de grondslag van de kiesrecht regeling zyn vervallen. En deze manier van doen achtte spr. eene zonderlinge wfize van wet geving. Er z\in niet slechts theoretische, maar ook practische bezwaren aan vertonden. En de omstanaighe en der toekomst kunnen wy niet beoordeelen, evenmin als do pressie, die op zeker oogenblik zich zou kunnen voor doen. Do nooizakelyke bepalingen zouden het best by deze gelegenheid kunnen worden aangebracht. - Nu het Amsterdamsche Raadsbesluit tot heffing van evenredig schoolgeld voor het middelbaar onderwys de koninklyke goed keuring heeft verkregen, zal, naar „De Tyd" verneemt, weldra in den gemeenteraad van Rotterdam een voorstel worden gedaan, om hetzelfde stolsel ook daar in te voeren. Na het ondergaan van een gevaarlyke operatie is te Utrecht overleden de heerC. J. Barneveld, directeur van de werkinrichting voor blinden, aldaar, waaraan hy tal van jaren zyn beste krachten gaf. Zyne toewyding aan ongelukkigen heeft den overledene een dank bare herinnering in de harten van velen ver zekerd. De minister van marine heeft de offi cieren van gezondheid 2de kl. L. A. C. Van Wely en J. G. Detmers respectieveiyk met 6 Dec. a. s. en 21 dezer geplaatst by het hospitaal der marine te Willemsoord. Ter plaatsing by den aanleg van Staats spoorwegen in Nederiandsch-Indió als tyde- lyk adjunct ingonieur der tweede klasse op eene bezoldiging van f 250 's maands, met eene verhooging na één jaar dienst van f 50 's maands, wordt een civiel-ingenieur gevraagd. Aan de uitzending is verbonden a. overtocht voor gouvernements rekening als passagier der eerste klasse, c. q. ook voor het wettig gezin; b. eene gratificatie voor uitrusting ten bedrage van f 1500; c. eene voorloopige bezoldiging van f 150 's maands, ingaande met den dag van aan komst te Batavia. Aanmelden vóór 12 December by ge zegeld adres aan het Departement van Ko loniën. Men zie verder de „Staats-Ct." van heden. In de „Sollicitant" wordt de aandacht gevestigd op het vernederendo, dat er in ge legen is, dat onderwyzers-weduwen en -weezen na den dood hunner echtgenooten door liefde gaven geholpen moeten worden, en op de onzekerheid, waarin men verkeert omtrent de oprichting van een Staatspensioenfonds te hunnen behoeve. Daarom stelt do heer B. Heymans, onderwyzer, Vinkenburgstraat 27bis, Utrecht, voor, een fonds op te richten tot uitkeering by overlyden door onderwyzers, zonder onderscheid, in geheel ons land. Ook ongehuwde leden kunnen de(n) persoon aan wijzen, aan wie(n) de uitkeering moet gedaan worden. Binnen den kortst mogeiyken tyd na het overlyden van een lid zal aan de(n) rechthebbende de bepaalde som worden uitge keerd. De contributie per maand te vol doen wordt vastgesteld in overleg met een wiskunstig adviseur. Veler medewerking is tot bereiking van dit doel noodig. Wie wil deelnemen melde zich aan bovengemeld adres aan. In de maand Januari 1896 kunnen worden aangesteld twee surnumerairs by den dienst van 's Ryks schatkist. Vóór of uiterlyk op Donderdag den 2ftsten November e. k. moeten by het departement van financiën (afdeeling Generale Thesaurie) zyn ingekomen de ver zoekschriften, om tot het vergelykend examen te worden toegelaten. Te Leeuwarden is Woensdag-namiddag plotseling overleden mr. W. Terpstra, sedert 1877 lid van het gerechtshof aldaar. Te Dordrecht is overleden de heer A- Yerhoeven, lid van den gemeenteraad aldaar. De kilometerboekjes, die van 1 Decernbt r af worden uitgegeven voor het verkeer over S.-S. en N. C.-S. zyn niet geldig voor de lijnen Haag Scheveningen en het Belgisch gedeelte van de lijn Eindhoven-Luik. Bovendien zyn ze niet geldig voor reizen tusscheh stations onderling der lynen Zeve naar- Winterswyk, Nymegen-Kleef en Alme- loo Salzbergennoch tusschen de stations der lynen: Zevenaar Winterswyk eener- en Eist Arnhem Emmerik anderzyds; Alme- loo Hengeloo Salzbergen eener en Henge- loo Gronau anderzyds; en Nymegen Kleef eener en Ressen Bemmel Nymegen Ven- loo anderzyds. Te Nymegen is gisteren uit Indië tele- graphisch bericht ontvangen dat de kapitein adjudant der Koloniale Reserve, J. R. Jacobs, bevorderd is tot majoor. In het gesticht Coudewater, by 's-Hertogen- bosch is in den ouderdom van 66 jaar over leden do heer J. R. Steinmetz, gep. luit.-kol. De minister van buitenlandscbe zaken brengt ter kennis van belanghebbenden, dat, biykens telegraphisch bericht van Hr. Ms. gezant te Brussel, de rechtstreeksche door voer door België zonder overlading van var kens, herkomstig uit Nederland en verzonden naar Frankrfik via Esschen, is toegestaan. Do Vereeniging van burgemeesters en secretarissen in Zuid- en Noord Beveland heeft een ontwerp van eene verordening op het venten vastgesteld, waarvan art. 1 luidt als volgt: Het te koop aanbieden of venten van voor werpen of waren, van welken aard ook, hetzy op de openbare straat of op den openbaren weg, hetzy aan de huizen, is binnen de ge meente met uitsluiting van alle anderen, alleen geoorloofd: lo. aan kooplieden, die een gevestigde winkelzaak bezitten, benevens aan hen, die, in dienst van deze kooplieden, voor of namens hen handelen2o. aan handels reizigers; 3o. aan visch-, fruit-, groenten- en melkverkoopers; 4o. aan hen, die do op brengsten van eigen akker, tuin of boomgaard trachten te verkoopen, of aan de personen, die dit voor of namens hen trachten tedoen;5o aan hen, die, niet behoorende tot een der genoemde categorieën, in het bezit zyn van een bowys van vergunning, afgegeven door den burgemeester. De Ned.-Amerk. Stoomvaart Maatschappy te Rotterdam heeft met de bouwmeesters Harland en Wolff, te Belfast, gecontracteerd voor den bouw van een stoomschip met twee- lingschroef, groot ruim 8000 ton. By koninkiyk besluit is met ingang van 15 dezer aan L. Dorst Lz., op zfin verzoek, eervol ontslag verleend als burgemeester van Stavenisse. Benoemd tot leeraar aan de Ryks- hoogere burgerschool te Meppel L. M. Deu Hollander, thans leeraar aan de hoogere burgerschool te Yeendam. Pensioen verleend aan: J. N. Krielen f 347, A. C. Beysens f 42, E. Van dt-r Lugt 084, J. L. Zyl f 684, D. Rynders f 969. 9) De liefde, die ik eenmaal zoo innig, zoo vurig, zoo welgemeend voor Ansfridus koes terde, heb ik aan een ander overgedragen. O, zie my zoo vreemd niet aanl Ik meen dit in vollen ernst. Ik heb my een bruidegom gekozen, die veel, veel hooger staat dan gy, dan alle ridders op dit wereldrond. Ik wensch de bruid te zyn van een vorst met uit gebreide macht, met onbeperkt, ja grenzen- loos gebied; een vorst, die over duizenden en tienduizenden regeert. Ge begrypt me toch, nietwaar? Van Naaldwyk begon te begrypen. Hy zag in de echoone oogen zynor nicht en las daarin iets als van eene hoogere openbaring. Hy bespeurde iets verheven blymoedigs in dat droefgeestig gelaat, iets bovenaardsch, dat hem als eene ster tegenblonk in een donkeren nacht. Hy vatte de beide handen van Josepha, zag haar strak aan en vroeg op eerbiedigen toon: Een bruid des Heeren? Als my dat heil beschoren mag zyn, ja, hoer Van Naaldwyk I Ik wensch het klooster in te gaan. Ik leg gaarne myn ryk gewaad af, ik doe afstand van al mijn schat t9n en stel die ter uwer beschikking. Ik ga my wyden aan den dienst van Hem, Die ons aller Meester is. Deel dit besluit aan de ridders mee en smart me niet, door den tyd noodeloos te verlengen, waarop ik hoop te vertrekken. Ik wil zoo spoedig mogelyk gaan, opdat niets my in myn heilig besluit zou doen wankelen. Slechts éóne gunst vraag ik. Laat den zanger even hier komen, opdat ik hem zelve van alles op de hoogte kan brengen. Wenscht ge by dat onderhoud tegenwoordig te zyn, 't is my goed, doch sta my deze laatste bede nog toel Van Naaldwyk zegende Josepha's besluit. Hy verliet langzaam het vertrek en verzekerde zyne nicht, dat de zanger terstond by haar zou komen. IX. Josepha en Ansfridus. Ansfridus verscheen. Hy begreep niet, dat de strenge ridder Van Naaldwyk, die hem zoo onmeedoogend kerkerde, hem zoo ge voelig onder 'toog had gebracht, welk eene zware misdaad hy had begaan, door liefde voor Josepha te gevoelen, hy begreep niét, waarom deze hem verlof gaf eenige oogen- blikken met de edele jonkvrouw samen te zyn. Hem was het best te vergeven, dat hy, onbewust van hetgeen was voorgevallen, op nieuw de stem van een engel meende te zullen hooren, die hem den weg zou wyzen naar het verloren gewaande paradys. Hem was het niet euvel te duiden, dat hy opnieuw hoopte op eene toekomst vol geluk, vol poëzie; hem was het niet kwaiyk te nemen, zich in zalige vervoering te zien knielen aan de zyde van haar, die hem boven alles lief was enzelfs den zegen te ontvangen van hem, die als haar oom, haar voogd, ja, haar pleegvader, geroepen was beider belangen te behartigen. Opgewekt, vroolyk, lustig klonk by ver nieuwing het klokkenspel in zyn hart, heerlyk mengden zich die tonen samen met de ge dachten, welke op dit oogenblik zyne ziel doorkruisten, en de tocht uit zyn kerker naar Josepha's kamer scheen hem thans een feestgang toe. Niemand begeleidde hem. Men had hom de deur van haar vertrek aangeduid en verder had niemand zich om hem bekommerd, 't Was eenzaam in de sombere gang en nauweiyks brak er een lichtstraal in door. Ansfridus echter merkte niets van die somberheid. Hy overlegde in zichzelve, wat hy haar zeggen zou. Hy stelde haar voor, hem te ontmoeten met een van biydschap stralend gelaat, dat hem alle leed, in den kerker doorgebracht, zou wegvagen. Hy hoorde opnieuw haar zingen, haar lachen Ansfridus was de deur genaderd. Niets hoorde hy. Hy luisterde met kloppend hart en meldde zich aan. De deur ging open. Het helle zonlicht, des te sterker na den overgang uit den duisteren corridor, bescheen de veelgeliefde Josepha met een rooskleurigen gloed, die aan haar marmerbleek Madonna gelaat dien zachten glans, die reine schoonheid, die goddelyke uitdrukking gaf, waardoor de minstreel zoo vaak werd getroffen. Ansfridus 1 parelde het van hare lippen. Hier ben ik, Josepha 1" antwoordde hy. Ik heb u doen roepen om een zeer ernstig, een heilig woord met u te spreken. Eens, Ansfridusl eens sprak ik tot u: ik heb u lief; gy waart my het leven, de toekomst. Eenmaal bekende ik u myn trouw, myn toe genegenheid; eenmaal ontsloot zich door u 70or my de poort van het geluk. Laat het u niet smarten, Ansfridusl dat ik de eenmaal gesproken woorden, de een maal afgelegde beloften thans terugneem. Uw leven wil men, en waar gy het myne hebt gered, daar schenk ik nu het uwe. Uw dood zou den mynen verhaasten. Doch om u het leven weer te geven, u uwe idealen te doen behouden, u aan den arbeid terug te schon ken, daarvoor, myn vriend, is een offer noodig, zwaar, groot, ja, byna boven het bereik myner krachten. Om uwentwil breng ik dat offer gaarne, zonder morren, zelfs met liefde. Gy, myn vriend 1 gaat wederom de wereld in. Met uwe stem, die eenmaal zoo machtig tot my sprak, moet ge nieuwe lauweren inoogsten. Ik weet en gevoel het, dat ge myner wel zult biyven gedenken; welnu, die gedachten zullen aan uwe schoone romancen wel ten goede komen. Ik zal en mag die niet meer hooren. Ik ga het klooster in en doe afstand van de wereld. Maar al ga ik heen, om te leven voor Hem, Die voor ons is gestorven, voor Hem, "Wiens smadeiyk kruishout ik dagelyks zal zien, toch zal ik u in mijne gebeden herdenken. Laat ons samenzyn kort wezen I Nu ik dat heilig besluit heb genomen, past het my niet, te veel myn gedachten tot aardsche zaken te bepalen. Reik me dus uwe band, Ans fridus! en doe my het weemoedig genoegen het zware offer, dat ik u breng, aan to nemen Tot in het diepst der ziel was Ansfridus geroerd. Zoo hy ooit overtuigd was, welk eene verheven liefde Josepha hem toedroeg, dan was het thans. Ja, hy zou zich kunnen verzetten tegen haar voornemen, hy zou haar kunnen overhalen, haar wenken om het leven opnieuw samen te gaan genieten, met haar de vriendeiyke pastorale uit te zingen tot de sombere dood het laatste accoord deed ver- dwynen, maar dat zou hier misdaad zyn, dat gevoelde de zanger meer dan ooit. Hy boog het hoofd. Geen enkel woord kwam van zyne lippen. Alleen een traan welde op in zyn donker oog, een traan, die niet misleidde. Zyn stllzwygen was welspre kend en greep Josepha op ontzettende wyze aan. 't Was een heilig, een onvergetelijk oogenblik. Ze reikte hem de hand en zei met van aandoening trillende stem: Moed, Ansfridusl houd moed, myn vriendl X. Josepha in het klooster. Niet ver van het tegenwoordige Alfen stond in dien tyd oen vry aanzienlyk klooster, het klooster van Ambrosius. Het is ryk door de vele geschenken en giften, bezit uitgestrekte landgoederen en alom staan de eerwaardige nonnen bekend als uitstekende liefdezusters, die zelfs ver van haar verblyf de armon, de behoeftigen, de zieken willen bystaan en ook naar deze streken meermalen eene reis onder namen, om hare pbilanthropische diensten aan te bieden. Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1895 | | pagina 1