MENGELWERK.
schaamteloosheid, laat ons in één woord zeg
gen van de verwildering der straat
jeugd, is in den laatsten tyd druk geklaagd.
Gebaat heeft dit klagen nog Diet veel de
toestanden zijn nog dezelfde, ja, misschien is
de bewering niet te kras, dat zy met den
dag erger worden. Dit verschijnsel valt waar
te nemen in do hoofdstad, waar geen hok
een maand lang ongeschonden blijft, maar in
de hoofdstad niet alleen. Ook uit andere ge
meenten rijzen klachten op. Alle bladen wijzen
op het euvel. In allerlei vergaderingen wordt
gezonnen op de bestrijding van het kwaad.
Men vraagt zich af in hoeverre de bestaande
verwildering door de onderwijzers, in hoeverre
zij door de Overheid dient te worden gekeerd.
Ons dunkt, dat beiden hier eene taak hebben.
"Wat echter de onderwijzers betreft er wordt
ook baldadigheid gepleegd door knapen, die
ouder zijn dan twaalf jaren, en dezen zijn
door de onderwijzers niet meer te bereiken.
Is verbetering mogelijk, wij zullen haar vooral
van de Overheid hebben te verwachten.
Maar van wie een maatregel uitga geen
straf helpt, indien zij niet voldoet aan twee
voorwaarden.
De eerste voorwaarde isconsequentie.
Eene kleine straf, maar waarvan de overtre
der zeker is, dat zij hom zal treffen, werkt
meer uit dan eene groote, maar waarbij de
kans bestaat, dat men haar ontloopt. Om do
consequentie van de straffen, op straatschen
derij gesteld, te bereiken, is een uitgebreid
en scherp politie-toezicht noodig. En het uit
breiden van het politio-corps ligt
in de macht der gemeenteraden. Worden de
toestanden nog eenigen tijd lang maar steeds
slimmer, dan zal het bij de verkiezingen wel
een leus worden: vóór of tegen uitbreidiog
der politie. Want het geduld der kiezers is
bijna ten einde.
Een tweedo voorwaarde is: snelheid.
Een straf, die eerst na weken pleegt te komeD,
werkt minder op de verbeelding. Hoe inniger
straf en overtreding aan elkander zijn ge
koppeld, ook wat den tijd betreft, zoo beter.
Snel toegediende straf maakt ook op anderen
in dit geval de kornuiten der kwaaddoeners
en om hen is het juist te doen den
moesten indruk.
Omtrent de uitbreiding van het politie-corps
hebben wij, zegt Tiet Nieuwsnog eenig geduld
te oefenen en voor het verkrijgen van „snel
reebt" is deze week eene poging gedaan. Het
Hoofdbestuur van den Volksbond heeft zich
tot den Minister van Justitie gewend, hem
verzoekende tot het bevorderen dier snelheid
maatregelen te willen nemen. Mogo vooreerst
dit oorbiodig vorzoek gehoor vinden I Moge
verder ons geduldig wachten op vermeerde
ring van politie-toezicht op niet al te groote
proef worden gestold. Moge daarenboven ieder,
die maar op eenigerlei wijze daartoe in staat
is, strijd voeren tegen het bedoelde kwaad.
Want inderdaad: de onboschaafdo Javaan is
;en edelman, vergelckon by den straatjongen
onzor groote steden.
In een der „Amsterdamsche Brieven" van
het Uacigsche Dagblad staat het volgende
te lezen over de ontaarding van de
poppenkast:
Ondanks al het geroep om hooge, echte
kunst van de laatste jaren, scheen het, dat
de aloude beroemde Jan Klaaszen zou gaan
herleven. Men zag de oude poppenkasten
weer op pleinen en straten en grachten staan
spelen, en het publiek, dat de vertooning
aanschouwde, was talryker en rustiger dan
ooit te voren, als Jan zijn vrouw Katrijn
niet alleen tot onderwerping wist te brengen,
maar zelfs den duivel en Hein de dood,
die komt om jou te halen overwon.
Maar helaas! die bloeitijd is van korten
duur geweest. Jan Klaaszen, die echte con
servatieve Amsterdammer de geschied
schrijver gaat or prat op, dat die beroemde
Jan Klaaszen, al is het dan ook maar een
„Fransepatter", van Amsterdamschen oor
sprong is is ontaard en wekt in den laat
sten tijd niet meer die belangstelling, waarin
hij zich vroeger mocht verheugen. Hij heeft
met zijn tijd moe willen gaan en waar een
paardenspel tegenwoordig althans eenige
leeuwen In de manógo brengt, meende Jan
Klaaszen al niet minder te kunnen doen dan
een paar hondjes ten tooneele te voeren. En
zoo zitten daar die arme dieren en blaffen
als zij geknepen worden of bijten in Jan
Klaaszen8 nous of kermen van pijn, als zij
bij ongeluk een voor Katrijn bestemden „mep"
krijgen.
De aardigheid raakt er af en tot eer van
onze jongens mag wel gezegd worden, dat
zij den onzichtbareu directeur lang geen
vriendelijke woorden toeroepen, als hij zich
wat dikwijls vergist tusschen Katrijn on een
zijner hondjes. Ook wenden zij zich vaak
met afkeer van het schouwspel af en gaan
heen, maar ontkend mag Diet worden, dat die
afkeer zich gewoonlijk eerst openbaart als
„do man met h6t bakje" komt.
H>e I^liotog-raaf.
Uit 't Fransch van ALPHONSE DAUDET.
Men had h6n do huur vooruit laten be
talen, want hun geheele inboedel was gekomen
op één handkar en dan wat een inboedel
Niet oens voldoende om als waarborg te
strekken voor don huisheer, als de huur
achterstallig bleef. Zy behoefden anders wer
kelijk niet voel te betalen voor oen vijfde
verdieping in een nieuw huis op een dier
half voleindigde buitenstraten, vol van huur-
bordj98, puin en schuttingen en perceelen,
die nog in wording waren.
Er hoerschte dio bekende lucht van nieuwe
huizen, pas geverfde deuren en nauwelijks
drogo behangsels en het overvloedig licht,
dat door de niet van gordijnen voorziene
ramen viel, deed de kaalheid der drie ver
trokken nog meer uitkomen.
Het middolste met zijn groot boograam
werd dadelijk bestemd voor atelier en inden
grooten schoorsteen werd een kleine voorraad
brandstoffen gereed gelegd, om bij do eerste
nadering van vreemden onmiddellijk ontstoken
te kunnen worden.
Er hing werkelijk een schat van photogra-
pbieen aan de wandende moeder en de drie
kinderen in alle mogelijke poses, zittende,
staande, te zamen en afzonderlijk. Verder
eenige afbeeldingen van monumenten, land
schappen, enz., doch alles verbleekt en uit
gevreten door 't licht.
Dit alles dateerde nog uit hunne dagen
van rijkdom, den botrekkoiyken rijkdom van
oen gezoten buigör, uit dien gelukkigen tijd
toen hij slechts photographeerde voor tyd-
passeering, voor vermaak.
Maar er was een omkeer gekomen, eon
tijd van bezuiniging, ja zolfs van armoede
en gebrek, 't Was dus geen wonder dat by
beproefde zijn vroeger amusement om te zot
ten in oen broodwinning.
Natuurlijk had bet toestel do eereplaats.
De kioderen bewonderden het steeds met
eenigen angst, het leek zoo koud on grimmig
met dat blinkende koper on die heldere lens.
Maar al dat fraai gepoiyst hout en metaal
deed tevens de kaalheid en den ouderdom
der meubelen te meer uitkomen, ja, 't was
alsof 't met verwondering op de omgeving
neerzag, hy steeds zoo mooi gebleven en de
anderen altyd verminderende.
En de artist zelf, ook hy maakte dien in
druk van misplaatst te zyn, van niet thuis
te behooren in die schamele omgeving. Hy
maakt hot zich erg druk, do arme kerel, en
let eens op, mot welk een ernstig gezicht hy
do kinderen waarschuwt: „Pas op dat jullie
niet in de donkore kamer komt."
Hy verkeert in een lastig goval. Als de
huur en verhuiskosten betaald zyn, blyft hem
geen cent over.... en dan? Veronderstelt dat
er geen voorbyganger wordt uitgelokt tot oon
bezoek door de uitstalkast, die naast de voor
deur hangt, hoe moet hy dan van avond de
kinderen eten bezorgen?
Maar komaan, 't is pas ochtend, 't hoofd
omhoog. Wie weer, wat deze dag hem nog
brengen zall Alles is immers klaar en mis-
schfenallerlei luchtkasteolen van do buren,
die ieder 12 portretten willen hebben en voor
uit betalen, tooveren zich voor zyn geest.
En zoo gaan uren van afwachting en span
ning voorby't geheele gezin zit voor 't raam
uit te kyken naar den stroom van voorby-
ganger8, en van al diegenen is er geen enkele,
die by de vitrine blyft stilstaan.
Maar toch kyk, werkeiyk daacstaat een
deftig heer stil en bekykt de in de uitstal
kast opgehangen portretten met aandacht.
Zou hy binnenkomen? De kinderen staan ge
reed by de kachel om by het eerste geluid
der schel het vuur te ontsteken.
Een oogenblik van spanning daar vervolgt
de nieuwsgierige flaneur weer kalm zyn weg,
weinig doDkende met welk een diepe teleur
stelling zyne schreden gevolgd worden.
En het wordt steeds later, 't Ia minder
helder en groote wolken dry ven door 't lucht
ruim. Doch, op deze hoogte, men zou nog
prachtige proeven kunnen maken; maar voor
wion Niemand die eenigen lust betoont zich
to laten pho'.ographeeion.
Zoo gaat het den ganschen middag door.
Elk oogenblik vreugde, gevolgd door teleur
stelling, een stap op de trap, soms tot dicht
by de deur, maar dan plotseling verdwijnende
in een naburige kamer.
Opeens werd er gescheld. Men had geen
schreden gehoord en zenuwachtig vloog elk
op, de kachel brandde in een oogenblik en
vlug werden de kinderen uit 't ateliur ge
drongen. Een paar sprongen brachten hem
by de deur eniemand om naar den
vorigen bewoner te vragen. Met wanhoop ziet
men elkaar aan, de tranen staan den kinderen
in de oogen, men had zoo gehoopt en nu
„Maar 't i3 niet mogelyk!" roept de artist.
„Men heeft bepaald 't uithangbord wegge
nomen. Laat een van jullie eens gaan zien,
kleintjes."
In een oogenblik is het kind terug: alles
hangt nog op zyn plaats, maar niemand ves
tigt er de aandacht op enhet regent.
Ja, werkeiyk, 't regent. Hoor, op de ruiten
van 't atelier klinkt het eigenaardig, eentonig
geluid der regendroppels en de straat is zwart
van de parapluies. De kinderen huiveren, doch
men heeft de kachelschuif dicht gedraaid, om
het pas ontstoken vuur toch zoo lang moge
lijk te doen rekken. Er heerscht algemeene -
neerslachtigheid. De vader loopt met groote
passen op en neer, de vuisten gebald, de
tanden op elkaar geklemd om zyn tranen
terug te houden. De moeder zit in de donkere
kamer en laat haar droefheid den vryen loop.
Plotseling schrikken zy op door de stem
der kinderen:
„Vadertje, daar is iemand beneden, by de
étalage."
In een oogwenk is hy aan 't raam. Ja,
werkeiyk, een dame. Zy bekykt opmerkzaam
de photographieen, aarzelt even en heft het
hoofd omhoog.
O, als al die oogen van boven op haar
gevestigd, haar naar boven konden trekken,
met hoeveel spoed zou zy de trap bestijgen!
Nog steeds staat zy voor de deur. Zal zy
doorloopen? Een oogenblik van vreeselyke
spanning. Maar, zy schynt een besluit geno
men te hebben, zy gaat binnen en men hoort
haar voetstappen op de trap. Vlug het vuur
aangeblazen, de kinderen in do andere kamer,
nog een streek met zyn hand door 't haar,
terwijl Mama zich gereed maakt om open
to doen en haar verschoten rok in de goede
plooi brengt.
„Woont hier een photograaf?"
„Jawel, mevrouw, kom bianon."
Men maakt het zich druk en geoft haar
een stoel.
Het is een dame uit 't zuiden van Frank
rijk, erg praatlustig, maar zeer beleefd en
inschikkelyk.
Terwyi de artist de plooien der japon en
de linten van den hoed schikt, hoort men half
gesmoorde uitbarstingen Van lachen der kinde
ren, die elkaar verdring'eh voor do kier der
deur. Zy zien hun vader 't hoofd onder don
zwarten doek steken, waarby hy geiykt op
een vyfpootig monster uit de voorwereld, dat
m9t zyn eene grooto oog ieder betoovert.
Eind9iyk is de zitting afgeloopen. De dame
bestelt twaalf portretten en betaalt vooruit.
Nauwelyks is zy vertrokken en de deur
gesloten, of do vreugde ryst ten top. De
kindeion, nu niet laüger opgesloten, dansen
rond het toestel, torwyi de vader eenigszins
opgewonden is door zyn eerste werk, niet
meer ais amateur, maar nu als werkeiyk
beroeps-pbotograaf.
Het geluk, waarop zy den ganscben dag
gewacht hebben, heeft hen gehoel bedwelmd.
Wie heeft daar 't eerst van een dinertje ge
sproken? Wel natuurlyk, en iets goeds ook,
een klein feestje om de inwyding te vieren.
Vandaag met regenachtig weer en dan den
eerbten dag der installatie al een klant, dan
zul en er morgen bepaald wol meer komen,
en zoo droomt by op dio zoldorkamers een
rooskleurigen toekomstdroom van langzamer
hand toenemende welvaart.
Daar komen de kinderen juichend binnen,
met do boodschap dat het eten op tafel stond.
Mama b?.d tevons een groot opschryfboek
meegebracht om er de bestellingen in op te
teekenen.
Dadelyk, nog voor het diner begon, schreef
by op do eerste bladzyde den naam der dame,
den datum der bestelling en den dag van
aflevering en toen het baek met een be-
denkeiyk gezicht beschouwende, zeido hy:
„Je hadt best een dikkere editie mee kunnen
brengen: hier zyn maai- 48 bladzyden in."
Weliswaar het dinertje met zyn omhaal
van kaarsen en brandstof en halve flesch
wyn heeft de geheele ontvangst verslonden;
maar wat hindert dat? Morgen is er weel
een nieuwo.dag en die brengt natuurlyk weer
nieuwe klanten.
't Is prachtig weder don volgenden morgen,
in 't atelier is alles reeds vroeg gereed, maar
de klanten laten zich wachten, 's morgens
niemand en 's middags ook niet.
Men is een weinig terneergeslagen, maar
nog niet ontmoedigd. Er is immers nog eten
van den vorigen dag, en morgen zal het wel
beter gaan.
Maar den anderen dag gaat het niet beter,
en twee, drie dagen verloopen. Dagen van
twyfel, moedeloosheid, doodsangst. Stuk voor
stuk verdwynt de geheele inboedel om brood
te kunnen koopen. Morgen zal hem niets
overblyven dan zyn apparaten te verkoopen
en een plaats te zoeken als knecht cf loop
jongen in een winkel. Mama is wanhopig,
de kinderen zyn zoo ontmoedigd dat ze niet
eens meer by 't raam komen om op straat
te kyken.
Maar eindelyk, een Zaterdag-morgen, op
een t(jd dat niemand er aan dacht, werd er
gescheld: geklos op de trap als van vele
♦aoten, niets minder dan een geheele brui
loftsparty, die vyf verdiepingen hoog is ge
klommen om zich te laten afbeelden.
Bruid en bruidegom, bruidsjonkers en -meis
jes, allen eenvoudige burgerlui, die voor 't eerst
handschoenen aan hebben en dit glorieuze
feit wilden doen vereeuwigen door onzen
vriend. Dien dag kwam er f 36 in kas, den
volgenden byna het dubbele.
De stryd is gestreden, hy is bekend in de
buurt. Het uithangbord boven de deur en de
adreskaarten, die hy rondzendt, vermelden:
„Herman Oompiab, Boulevard Empereur 108.
Photograhpisch atelier. Specialiteit in familie
groepen."
En zoo spelen zich olken dag in Parys
duizenden dergelijke drama's af, die helaas
niet altyd zoo gelukkig eindigen als boven
staande.
Japon, mot votorband gegarnoord, alsmedo mot een
colutuur on kraag van gobonduurd lodor.
(Ovcrgonomon uit „Do Grauouse").
KOLONIËN.
BATAVIA, 5-8 October.
(Nederlandscho mail.)
Wegens langdurig verblyf in doze gewes
ten keerde via Singapore per Fransche mail
naar Nederland terug de luitenant ter zee
lste klasse A. Seret, laatstelyk commandant
van Hr. Ms. „Fiores".
Uit Lebak wordt aan het „Bat. Nieuws
blad" geschreven:
„Zooals verondersteld werd, is de oudste
controleur lste kl. de heer Van Davelaar tot
assistent-resiöent van dozo afdeeling benoemd.
Da ambtsvoorganger de heer Bosch moest
wegens gezondheidsredenen, lydende aan ma
lariakoortsen, om overplaatsing verzoeken die
hem werd verleend door zyne benoeming tot
assistent-resident van Koboemen in Bagelan.
Gedurende den korten tyd dat de he9r Bosch
hier werkzaam is geweest, heoft hy getoond
oen nauwgezet, ijverig ambtenaar te zyn, die
niet weinig heeft bygedragen Lebak te zui
veren van een diovenbenie, die zich onledig
hield met karbouwen van de bevolking weg
te rooven, waartoe zelfs eenige ontslagen en
nog in functie zynde djaros behoorden.
De „Loc." meent te weten dat het
tweedo batjljon by terugkeer van Lombok
zal logeeren in het kampement van het
tweede recruten-bataljon te Magelang, terwyl
het tweede recruten-bataljon zal verhuizen-
naar Willem I en Salatiga, on wel drie com
pagnieën naar Willem I en één compagnie
naar Salatiga.
De „Soer. CL" meldt thans dat kolonel
Bouman in beterschap toeneemt en van een
buitenlandsch verlof wegens ziekte geen
sprake is.
De hoofdonderwyzor S. Van Rynbach
heeft eervol ontslag uit 's lands dienst ge
vraagd.
De kostbaarheden van den vorst van
Lombok, door ons buitgemaakt, ter gezamen
lijke waarde van f 850,000, gaan achtereen
volgens naar Nederland, ten einde aldaar
verkocht te worden. Met het stoomschip
„Burgemeester Den Tex" gaat de eerste
bezending, ter waarde van een ton, en zoo
vervolgens, tot de gansche buit in Nederland
is, al waai- de kostbaarbeden, waaronder arti
kelen van groote waarde, wol grif koopers
zullen vinden. Ongetwyfeld zullen ze in Neder
land wel eerst voor het publiek worden ten
toongesteld en het is jammer, dat men hier
daartoe geen gelegenheid heeft opengesteld,
want do schatten blyven uit het oogpunt, dat
zy buit zyn gemaakt en van een vorst af kom
stig, die fabelachtig ryk werd genoemd, eon
kunstwaarde behouden, welke door tentoon
stelling in haar waarde wordt verhoogd.
(Bat. Hbld.)
Door den gouverneur-generaal van Ned.-Indië
zijn de volgende beschikkingen genomen:
Civiel Departement. Benoemd: Bij het Bosch-
wezen op Java en Madoeia. Tot opziener '2de kl.
G. W. Wiegers, thans tijdelijk die betrekking
beklecdende, met bepaling dat hij geplaatst blijft
onder de bevelen van den houtvester van het
bosclidistrict Kedoe-Oost-BagelenDjokjakarta;
tot tijdelijk opz. 2de kl. J. W. Willemsen, thans
opz. 3de kl tot opz. 3de kl. V. E. Hoogbruijn,
gewezen élêve-opz. by de Gouv. kina-onderneming
in de resr Preangor-Kegentschappen, mot Lepalirg
dat hij wordt gesteld onder do bevelen van den
houtvester van het boschdistrict Soerabaia-Madoera
Fa-:oeroean.
Overgeplaatst: Yan het boschdistrict
Somarnng Soerakarta naar het boschdistrict Bodie-
negoro c. a. de benoemde tijdelijke opz. 2de k1.
J. W. Willemsen; van het bosclidistrict Bodjo-
negoro c. a. naar het boschdistrict Semarang-
Soerakarta de tijdelijke opz. 3de kl. L. P. F. A.
Lans Jr.
Bepaald: Dat geplaatst blijft in het boscli
district Bodjonegoro c. a. do benoemde opz. lste
kl. P. C. Lans; in het boschdistrict Tegal-Cheribon
de benoemde tijdelijke opz. lste ld. J. J. Geelhoed.
Iu de residentie Lampongsche Districten.
Overgeplaatst: Yan do afd. Sekampong
naar de afd. Katimbang de wd. adspirant-contr.
L. Dinger.
Ontslagen: Wegens volbrachten dienst ijd
eervol uit_ S lands dienst, de gewezen zoutver-
kooppakhuismeester te Djerebeng (Soerabaia) F.
W. Scliaegeneervol uit 'sJands dienst, de
klerk op het ass.-residentiekantoor te Soemenap
(Madoera) II. G. A. Martende gew. schrijver
bij het vendukantoor te Malang (Pasoeroean) P.
G. Abeij; met bepaling dat het ontslag van eerst
genoemde wordt gerekend op 26 Juli te zijn in
gegaan.
Door den directeur van Justitie.
Goedgekeurd: Dat door de rapat tepadja-
komba (Sumatra's ■westkust) is ontslagen wegens
vertrek, eervol, als buit. subst,-griffier buiten
bezw. van den lande, J. L. Engel; is benoemd
tot buit. snbst.-griffier buit. bezw. van den lando
D. G. Stibbe.
Bij het openb. lager onderw. voor Europeanen.
Benoemd: Tot onderw. 3de kL J. W. C.
Grootendorst, thans met de waarn. dier betr.
belast.
Belast: Met de waarn. der betr. van onderw.
3de kl. W. D. Niestadt, daartoe gesteld ter be
schikking van den gouverneur-generaal.
Overgeplaatst: Van do school te Ngan-
djoek (Kediri) naar die te Pamekasan (Madoera),
als lste onderw. do met de waarn. der betr. van
onderw. 2de kl. belaste onderw. 3de kl. J. H. H.
Yan Willigen.
Geplaatst: Aan de school te Ngandjoek
(Kediri), de met de waarn. der betr. van onderw.
3de kl. belaste onderw. ter beschikking W. D.
Niestadt.
Ocpartement van Oorlog. Geplaatst: Bij aan
komst bij bot lste dopGt-bat. de lste lnit. der inf.
van verlof uit Nederland terugverwacht J. W. A.
M. Moquette.
Verleend: Een maand verlof naar Malang,
wegens ziekte, aan den off. van gez. 2de kl. te
Soerabaia, L. C. A. Yan den Bergb.
Overgeplaatst: Als adjudant bij bet 2de
garn.-bat. van Atjeh en Onderb. (Lambaroe) de
lste luit. adj. bi] liet 15de bat. inf. E. A. Yan"
Kappen; naar de 6do comp. artillerie comp.
van Atjeh en Onderb. te Kotta-Rndja de lste luit.
10de comp artillerie (3de veldbatterij) te Willem I,
G. H. Vrijdag: als adjudant bij bet 15de bat.
inf. de lste luit.-adj. bij het 2de garn.-bat. van
Atjeh en Onderb. (Lambaroe) C. R. W. K. Yan
Alderwerelt van Rosenburgh.
O v o r g ep 1 a a ts t: Bij bet departemeut van
oorlog Ilde Afd. de luit.-kol. bij hot Subsist.-kader
te Batavia J. G. H. Yan der Dussen; bij bet
18de bat. de lste luit. bij het G. B. van Atjeh en
Ondcrhoorigbeden geëvacueerd naar Batavia A C.
L. Phaff; als adjudant bij bet l.b. 4de bat. de
lste luit.-adj. bij bet 12do bat. J. J. O. Bloem;
als adj. bij het 12de bat. de lste luit.-adj. bij het
l h. 4de bat. jhv. Iv. L. A. P. Van der Maesen do
Sombreff; bij het 10de bat. de lste luit. bij
het G. B. van Atjeh en Onderhoorigbeden L. P. J.
Van der Stok; naar Atjeh t.n.i. do kapt. bij
do comp. kol, reserve, deel uitmakende van het
8sto bat. S. A. Drijber: naar Atjeh t.n.i. de
lste luit. bij bet lste recruten-bat. L. W. J. K.
Thomson; bij den gewestelijken en plaatseJijken
geneesk. dienst der Wester-Afd. van Borneo te
Benkajang do off. van gez. 2de 1:1. te Atjeh dr.
S. Tilma; bij den gewestelijken en plaatselijken
geneesk. dienst van Atjeh en Onderhoorigbeden
de off. yan gez. 2de kl. te SemaruDg P. J. Binders
en de off. van gez. '2de kl. te Benkajang A. J. A.
Hoorweg; bij de 18de comp. art. te Batavia
do lste luitenant dor lste comp. art. te Batavia
L. A. F. Uoolboomals kwartïerm. van het
garn te Amboina de lste luit.-kwartierm. bij do
lste afd. van bet dep. van oorlog J. Van Pien-
broek; bij de Vde afd. van het dep. van oorlog
do 2de luit.-kwartierm. van bet subs.-kader te
Pndang L. H. Spook; als kwartierm. van bet
subs.-kader te l'adang de lste luit.-kwartierm.
van hot garn. te Amboina W. F. L. Schneider;
naar Atjeh ter besch. van den gewest, intendant
to Padang de 2do luit.-kwartierm. toegevoegd aan
den kwartierm. van bot subs -kader aldaar A.
Terwiel.
INGEZONDEN.
Nog ecus: „Een Traag om recht.".
„Tyd is geld" als wy ons niet baasten,
komt het adres te laat, en onze Oud Strijders
kryg6n nog geen pensioen.
Daarom aan 't werk! Laat in elke stad
van ons vaderland één man zich belasten met
de zorg voor een adres van adhaesie aan
H. M. de Koningin -Regentes, dat spoedig door
hem on anderen geteekend en opgezonden
wordt.
Opdat die adressen eensluidend mogen
zyn, stel ik voor, dat men er deze redactie
aan geve:
Aon Bare Majesteit
de Koningin-Regentes der Nederlanden.
Me vrou wl
Begaan met den kommervollen toestand,
waarin velen onzer Oud-Strijdersdrageis
van 't Metalen Kruis en de Citadel-Medaille,
mannen van tachtig jaren en daarboven,
hunne laatste levensdagen slyteo mojten,
meenende voorts dat bet op den weg der
Regeering ligt, in dezen toestand verandering
te brengen,
wenden ondergeteekenden zich met den
meesten eerbied tot Uwe Majesteit om hun
volle sympathie te betuigen met het reeds bij
Uwe Majesteit ingekomen adres, waarin de
wenseh wordt uitgesproken, dat aan deze
Oud-Stryders, voor zoover zy 't noodig hebben
en verlangen, van Bykswege worde toegekend
een pensioen.
Tot het afdoen zy het ter elfder ure -
van deze nationale eereschuld door de Regee
ring, roepen ook wy Uwer Majesteits goed-
willigen steun in.
Met den meesten eerbied,
van Uwe Majesteit de onderdanige Dienaren
en trouwe Onderdanen
(volgen de handteekeningen),
Grosthuizen, F. W. Drijver.
28 Oct. 1895. F. T. M.
Dc Wekker, sprekende over do b a 1 d a-
digo schooljougd, herinnert er aan
hoe vroeger de verhouding van do onderwyzers
geheel anders was en „meester" vaak de
raadsman was zyner oud-scholioren.
Was do oudo meester hoofd der school,
alleenhcorscher op zijn gobietl, nu weton zelfs
de leerlingen dat hot hoofd dor school lovende
en doode hoofden boven zich hoeft, dat de
instructie, ci j dit gelast en dat vorbiedt, ook
voor do hoofden geschreven is.
Z(jn instructie, het leerplan, de tafel van
werkzaamheden, vorbiedtn hem soms aan
billybe verzoeken te voldoen, waardoor hot
vertrouwen der ouders dikwerf werd gewonnen
kon hy hot vroeger overleggen met zyn helpers,
do onderwijzers zyn zyn modo ambtenaren,
dio hun instructie volgen en daaraan gehoor
zamen meer kan van hen niet gevergd worden.
Alloen wordt de hulp van den onderwijzer
somtyds ingeroepen als de ouders geen raad
weten en dan zou mon liefst zien, dat do
ondoiwyzer de functie van gevangenbewaarder
cn zoo noodig van beul op zich nam. Weigert
hy, dan is mon ontevreden, en geelt hy toe,
dan is i>i9t zeidon de instructie uen beletsel,
die het recht om to straffen, hoe noodig dit
ook moge zyn, t eporkr. Daarby komt, dat de
loiöing thuis dikwerf veel to wenscheri overlaat.
Zou, vraagt het blad, de band tusschen
huiag.zin en school niet nauwer toegehaald
kunnen worden door de ouders in een nadere
betrekking tot de school te brengen?
Daartoe goefc het in overweging by 't begin
van ieder kwartaal vergaderingen te houden
van do onderwy'zers mot do ouders der leer
lingen, onder voorzitterschap van een gedele
geerde van het gemeentebestuur. De ouders
zouden hun wenschon kunnen medodeelon,
en de onderwyzors zouden zich daarnaar
kunnen richten of wel de bezwaren in het
licht stellen. Men zal spoedig Arbeidsraden
k. y genwaarom zou men ook geono School-
radon bobben? Men moet den Schoolraden
vryheid govon de school in to richten, zooals
het meest strookt met do locale belangen.