N°. 10348 "^rs»aj<lao- X November. A0. 1895 r l.io. (§sze €ourant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven Leiden, 31 October. J^ouLïXXe-toiQ.. Het gevolg eener luchtreis. LEIDSCH DAGBLAD PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden. Franco per post Afzonderlijke Nommers 1.40. 0.05. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1 6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.171. Grootera letters naar plaatsruimte. Voor het incasseoren bulten de stad wordt f 0.05 berekend. Het moet_ alleraangenaamst z\jn voor een oestuur, wanneer hot eene vergadering uit- I schrijft en de opkomst zóó ziet als gisteravond het geval was bo het eerste bijeenkomen der jaarlljksche Volksbijeenkomsten. De groote zaal der Stadszaal en hot balkon waren om zoo te zeggen eivol 1 Honderden personen heeft de Commissie bovendien nog moeten teleurstellen, wien z(j, wegens plaatsgebrek, niet van kaarten kon voorzien. Wel een bewijs, dat deze byeen komsten, verre van te zijn uitgestorven of lydende te zyn aan tering, zich nog aldóór in een frisch leven mogen verheugen. De heer G. Japikse, voorzitter der Commissie voor de Volksbijeenkomsten, opende met een woord van welkom deze samenkomst. Hy wees er o. m. op dat hy hot vorig jaar, by gele genheid van het veertigjarig bestaan der Volksbyeenkomsten, breedvoerig heeft uitoen- gezet het doel en de strekking er van; ook bracht spreker zyn dank aan het gemeente bestuur en aan den commandant der Schutterij. Verder wees de heer Japikse op de hulpvaar- digheid van verschillende personen en inrich tingen, die het bestuur ondervond. Ook deelde 1 hy mede dat het geheele programma voor dit seizoen reeds was opgemaakt. Sprekor zou verder het geduld van zyne vele toehoorders maar niet lang op de proef stellen en daarom dadeiyk het woord geven aan muziek en zang. Nauwelijks waren deze laatste woorden dan ook over sprekers lippen, of de schutterij* kapel deed het „Wilhelmus", in de oude toon zetting, hooren, hetgeen door allen staande werd aangehoord. Het programma (ieder bezoeker, dia vroeg- tydig present was, ontving gratis zoo'n pro gramma) was zóó samengesteld, dat muziek en zang elkander afwisselden op aangename wyze. In do regeling dor zangstukjes werd even wel eene kleine wyziging gebracht: een paar stukjes, die nè de pauze zouden gezongen worden, werden vóór de pauze uitgevoerd, en die van vóór de pauze er na. Voor doze gelegenheid hadden vier dames voor den zang hare welwillende medewerking verleend. Breedvoerig zullen we niet uitweiden over den te hooren gebrachten zang en muziek, maar er ons toe bepalen te zoggen dat de orkestdirecteur, de heer Joh. C. Geyp, voor een degelijk programma gezorgd had, dat zyn staf veer een goede uitvoering zorgde, en dat do zang zóó in den geest viel, dat er zelfs gebisseerd werd. Als slot van den avond deed de muziek het „Wion Neerlandsch Bloed" hooren, dat evenals het eerste nommer staande werd aangehoord. Het was dus voor de bezoekers weer een heerlyke avond, een goed begin, dat nog veel belooft voor h.et geheel, dat aan tot veel dankbaarheid zal kunnen stemmen. Voor het examen in de vrije- en orde- oefeningen der gymnastiek zyn te Dordrecht geslaagd de dames M. M. J. Fphraïm, te Leiden, en J. D. C. Adama, te Zoeterwoude. De heer A. Van Wyk, cand. alhiör, heeft voor de toezegging van beroep als hulp prediker by do Ned.-Herv. gemeente te Bladel bedankt. Gedurende de 1ste helft der maand Oct. zyn aan het postkantoor alhier bezorgd de volgende brieven, welke, door onbekendheid der geadresseerden, niet.besteld konden worden: Blommendaal, AlfenK. Blik, A. F. Keyzer, Amsterdam; Wed. Middelhuizen, Delft; J. H. Van Wyk, Leiden; J. Buning, Rietbergen; J. A. v. d. Wal Perné, v. d. Broek, H. v. d. Heide, Rotterdam; A. De Vries, Usquert; J. G. G. Volmer, Valkenburg; C. Leliveld, niet vermeld. Briefkaarten: J. H. Griese, Amsterdam; D. Carre 's Gravenhage; Dr. C. I. Vinke- stc-yn, Schiedam; Wed. Jansen, niet vermeld. Brieven, besteld geweest naar het buiten land: Dr. G. Gilson, Leuven; F. J. Stieler, Tegal. De Fransche mail wordt hedenavond alhier verwacht. Het vermoedelijk subsidie, dit jaar te verwachten voor eenige christelijke scholeD, bedraagt te Aarlanderveen (hoofd de heer Houtman), 126 kinderen, 500, als vorig jaar; Alkemade (G. J. B. Bontje), 103 k., 700, als vorig jaar; Alfen aan den Ryn (J. Postmaen A. A. J. Van Egmond), 144 en 244 k., 900 en 1300, vorig jaar nihil en 1500; Bodegravo (J. Van Andel), 194 k., 700 als vorig jaar; Boskoop (D. Veerman), 220 k, ƒ1000, vorig jaar 800; Hazerswoude (Jansen van Ryssen), 138 k., 700, vorig jaar ƒ683.33; Rijndijk (H. A. P. Meyer), 132 k., 700, als vorig jaar; Katwijk aan don Ryn (H. Weiland), 123 k., 700, vorig jaar 500; Katwyk aan Zee (G. v. d. Waa), 375 k., 1800, vorig jaar 1458.335; Lange Ruige- weide (Ch. Kraay), 74 k., ƒ400, vorig jaar 362.50; Leiden (J. B. Meynen), 148 b., 1200, als vorig jaar, (Schaap), 206 k., 1000, vorig jaar ƒ900, (F. Uittenbroek), 191 k., 1100, als vorig jaar, (A. J. Do Lange), 612 k., 3200, vorig jaar 3183.32; Leider dorp (L. W. Van Gi6sson en J. De Bruyn), 151 en 207 k., 700, als vorig jaar, en 1000, vorig jaar ƒ916.665; Oudshoorn (D. Van Duin), 144 k., 700, als vorig jaar; Rynsburg (W. v. d. Weg en J. G. Vreeswyk), 106 en 165 k., 800 en 700, als vorig jaar; Sassonheim (J. W. Engelkes), 94 k., 500, vorig jaar 400; Voorburg (Th. A. v. d. Wart), 94 k., 700, vorig jaar 683.33Voor schoten (C. P. Aartse), 83 k., 550, als vorig jaar; Waarder (J. Snoek en E. Van Loo), 141 en 39 k., ƒ500 en 250, vorig jaar ƒ500 en 150; Woubrugge (H. De Boer), 93 k., ƒ500, als vorig jaar; Zegwaard (J. J. Ket), 144 k., ƒ700, vorig jaar ƒ666.665; Zeven hoven (M. v. d. Berg), 54 k., 250, als vorig jaar; Zwammerdam (S. Hempenius), 125 k., 500, als vorig jaar. De hoer G. H., te Vaanholt, commies by 's Rijks belastingen, sedert 1 Mei 1892 ge- stationneerd te Roelof-Arendsveen, is tegen 1 November a. s. overgeplaatst naar Arnhem. Te Woubrugge zyn gisteren de drie aftre dende stemgerechtigde lidmaten als gemach tigden voor het kiescollege der Ned.-Her vormde gemeente, de heeren Wr. Boot, J. H. Bergman en Mn. Overvlièt, met nagenoeg algemeene stemmen herkozen. Tot deskundigen voor het vervaardigen van de eerste wetenschappelijke balans van het Rykspensioenfonds voor Weduwen en Weezen van burgeriyke ambtenaren zyn door commissarissen van het fonds on door den Hoogen Raad onderscheidenlijk benoemd de heeren dr. P. Van Geer, hoogleeraar aan de universiteit te Leiden; dr. A. J. Van Pesch, hoogleeraar aan de gemeente-universiteit te Amsterdam, en A. E. Rahusen, oud-hoog leeraar aan de Polytechnische School. By beschikking van den minister van binnenlandsche zaken van 30 dezer, is be paald dat de commissie tot het examineeren van hen, die eeno akte van bekwaamheid wenschen te verkrygen tot het geven van middelbaar onderwys in de Nederlandsche taal- en letterkunde, geschiedenis, aardryks- kunde, staathuishoudkunde en statistiek, staatsinrichting en schoonschryven, voor het jaar 1895 zitting zal houden te 's-Graven- hage; en zyn benoemd: tot lid en voorzitter dier commissie dr. W. B. J. Van Eyk, in specteur van het middelbaar onderwys te 's-Gravenhage; tot leden: dr. J. To Winkel, dr. C. M. Kan en mr. P. W. A. Cort van der Linden, hoogleeraren aan de Gemeentelyke Universiteit te Amsterdam; dr. G. Kalff, leeraar aan het gymnasium te Amsterdam; dr. P. L. Muller, hoogleeraar aan de Ryks- universiteit te Leiden; dr. F. L. J. Kr&mer en mr. J. De Louter, hoogleeraren aan de Rijks universiteit te Utrecht; dr. H. Blink, directeur der hoogere burgerschool te Nieuwer- Amstel. Nadat Dinsdag avond in de Waalsche Kerk in Den Haag eene godsdienstoefening was gehouden ter gelegenheid van de samen komst der „Conférence Evangólique Wallonne", waarbij ds. Jean Mounier, uit Parijs, voorging, hield deze vereeniging gisteren in de zaal „Diligentia" haar tweede bijeenkomst. Het voorzitterschap werd aanvaard door C. J. E. graaf Van Bylandt, lid van de Tweede Kamer. Mr. W. C. Quarles van Ufford bracht een rapport uit omtrent de geschiedenis en het werk der christelyke jongelingsvereenigingen, voor welke by meer belangstelling inriep, daar zy bestemd zyn de gelederen van het leger der geloovigen to versterken. Spreker behan delde voornamelyk dergelijke unies in Amerika, Dujtschland en hic-r te lande en schetste haar ontstaan en ontwikkeling. Omtrent dit rapport, dat, volgens besluit der vergadering, in druk zal verschynen, werd van gedachten gewisseld, waarbij ds. Mounier, uit Parys, herinnerde aan het ontstaan, een 15-tal jaren geleden, in Amerika van christe lyke studentenvereenigingen, die daar zeer bloeien en zich gaandeweg ook in andere hoofdsteden van Europa ontwikkelden, o. a. in de studentenwyk te Parys, alwaar enkele Hollandsche jongelieden, die in de Fransche hoofdstad studeeren, zich by die Unie hadden aangesloten. Spr. concludeerde dat ook in HolUnd, met zijn universiteitsleden, de oprichting van dergelyke studenten-unies moest bevorderd worden. De inleider herinnerde dat te Utrecht een bescheiden afdeeling van de Amerikaansche „Student volunteer missionnery Union" be stond. Ds. Lacheret, uit Delft, bracht hierna rapport uit over de evangelisatie van Hollandsche zeelieden en Vlaamsche werklieden te Duin kerken, van welke werkzaamheden, vooral wat de Vlaamsche werklieden betreft, goede resultaten waren te vermelden, dank zy der heilzame werkzaamheid van ds. Cbrispeels, die juist binnenkort vervangen wordt door een ander evangelist. Tot lid van het comité in de plaats van ds. Nardi werd benoemd de heer Van der Mey, Waalsch predikant te Zwolle. De minister van oorlog heeft de militaire leden van de militieraden en hunne plaats vervangers benoemd, o. a. te 's-Gravenhage: lid majoor Francke, plaatsv. majoor Buys. Rotterdam: lid luit.-kol. De Wys, plaatsv. kapt. Van 't Lindenhout.Leidenlid majoor Calkoen, plaatsv. majoor Koolemans Beynen. Dordrecht: lid majoor Naeff, plaatsv. kapt. baron Van Wassenaer van St.-Pancras. De Haagsche correspondent der „Zut- fensche Courant", die in dat blad de behan deling van het wetsontwerp op het personeel bespreekt, geeft, naar aanleiding van het verleden Vrydag door den heer Borgesius in de Tweede Kamer gesprokene, als zyne meening te kennen, dat er slechts één weg openstaat om eenigen waarborg te verkrygen, dat door de invoering van het personeel in vele gemeenten de financiën niet nog meer in de war geraken, nl. in de wet te bepalen, dat het personeel niet in werking treedt, voordat de door den minister toegezegde hulp, aan de gemeenten te verleenen, beklonken is. Naar de „Zw. Ct." verneemt, heeft de heer A. J. Biydenstein ontslag genomen als lid van do Eerste Kamer. Van 1868 tot 1878 had de heer Blijden- stein zitting in de Staten van Overysel voor het hoofdkiesdistrict Enscbedee. In laatstge noemd jaar werd hy in plaats van mr. G. Dumbar tot lid der Eerste Kamer gekozen. Sedert had hy onafgebróken in dat college zitting. Hr. Ms. instructieschip „Nautilus," onder kevel van den kapitein-luitonaDt ter zee L. A. H. Lamie, is in den voormiddag van 30 Oct. te Santa Cruz de Teneriffe aangekomen. Aan boord van dien bodem was alles wel. De minister van marine heeft den off. van adm. 1ste kl. W. G. L. Brunings, dienende aan boord van Hr. Ms. pantserschip „Guinea", met 16 Nov. a. 8. op non-activiteit gesteld en vervangen door den off. van adm. 1ste kl. W. Baert8. By koninkiyk besluit is ni9t ingang van 1 November a. s. aan L. G. A. d'Hangest taron d'Yvoy van Mydrecht, op zyn verzoek, eervol ontslag verleend als burgemeester van Ruurloo. Aan den eervol ontslagen machinist b( 's Ryks werf te Amsterdam H. Schut, een pensioen verleend van 440's jaars, ingegaan 1 October 1895. De vergunning, verleend aan den officier van adm. 2de kl. J. "W. F. In de Betou, tot het waarnemen van eene betrekking buiten het zeewezen, voor den tyd van een jaar, onder stilstand van non-activiteits-traktement en zonder opklimming in de rangiyst, op zyn verzoek, met ingang van 3 Nov. a. s., ingetrokken. Pensioen verleend aanA. Yan Goor, ƒ457 E. Schot, 293; Th. Bender, ƒ282; L. G. J. Barendtszen, ƒ120; G. H. Harmos, 1262; J. W. Klappert, 1502; C. G. Rood, ƒ534 's jaars. Gremeng^d. Nieuws. Dinsdagavond circa negen uren is uit het water aan de Koninginnegracht te 's-Gravenhage opgehaald het lijk van een onbekend man, gekleed in blauw duffelsche overjas, zwarte colbert, bruine sokken, blauwe das, gryze broek, witte tricot onderbroek, overhemd, witten tricot borstrok en een wit overhemd. Hy is naar schatting oud 25 jaar, lang, donker van haar en oogen, met gave tanden, spitse kin, ovaal aangezicht en aankomend donker kneveltje. Hy is flink gebouwd. De commissaris van politic der centrale afd°eling (Bureau Alexandersploin) vraagt inlichtingen omtrent dezen persoon. Het biykt thans dat de toeëige- ning van gebruikte postzegels aan het ministe rie van koloniën dezer dagen ontdekt, ook vroeger is geschied. Toen kort geleden namely k in verband mot de uitbreiding vanhetDepar tement, een der zolders verbouwd en daarto moest ontruimd worden, kwamen tal van pakken postwissels voor den dag. Deze wissels, te zaraen ongeveer 6000 a 8000, misten post zegels. En toch lagen zo behooriyk in pakken gebonden weggesloten. Vroeger schynt er aan die postwisselzegels uit de koloniën niet zooveel waarde te zyn gehecht als tegenwoordig hot geval is, zoodat er zonder boos opzet schijnen gebruikt voor verzamelingen. Het politie-onderzoek duurt voort. Naar men verneemt, zyn in zake de in hot Haagsche Bosch gepleegde ernstige mishandeling door de politie gehoord eenge vrouwen, die des avonds in het Haagsche Bosch rondzwerven, en een min, nut whn de mishandelde uit Wassenaar, alvorens huis waarts te keeren, in een bierhuis te 's-Gra venhage e6n woordenwisseling had. Het onderzoek in die richting moet echter niet het minste resultaat hebben opgeleverd. Het zesjarig zoontje van den kruideniersbediende G. Meyer, te Oude-Wete- ring, hetwelk voor ongeveer vyf weken het ongeluk had het linkersleutolbeen te breken, waarvan het nog de gevolgen ondervindt, viel gisteravond onder het spelen met de kin op een dorpel, waardoor zyne tanden diep in de tong boorden, die daardoor ernstig bezeerd werd. 4) Op deze geringe hoogte reeds waanden z(J zich verlost van alle aardsche ellende, ge voelden zy zich als vrjje, ontketende geesten, of als menschen van schooner, verhevener aoort De aardoppervlakte lag in het zilverwitte maanlicht onder hen uitgespreid als een ont zaglijke landkaart, met dien verstande, dat op deze kaart alles klour en beweging had. Als zjj over een stad vlogen, steeg het alarm van het menschelyke leven tot hen op, en als zy over een vlakte zweefden, glansden en glinsterden de rivieren in den maneschyn, ruischten de wouden en teekenden zich door een meer donkere kleur van welden en akkers af. Dikwyis was het, alsof men met de vleugels de toppen der hoornen aan raakte, en dan steeg de ooievaar ho.iger, het beeld werd kleiner, maar toch niet onduideiyk, slechts nu en dan op zeer laag gelegen plaatsen weefden dampen en nevelsluiers zich tot eene dichte deken samen, wat dan een prachtig gezicht als van een wit-schui- mende zee opleverde. Zoo vloog Gottlieb eenigen tijd in gelukkige bewondering voort. Eensklaps giDg er een bel en de machine bygde en trilde als van groote inspanning. „De Alpen 1" weerklonk oen luide stem. Geiyktydig steeg de groote ooievaar merk baar en zeer snel naar bovon. Het werd ge voelig koud en er stak een yzige wind op, die elke minuut sterker word. Zy vlogen juist over het Bodenmeer, dat in den maneschyn als een reusachtig, gloeiend oog onder hen lag, toon de wind in storm overging, en de machino steunde en kraakte, alsof zy barsten moest. Een angstverwekkend wankelen der vleugels was van invloed op de zekerheid der richting, en weldra moest de groote ooievaar den langen, spitsen snavel direct in den wind steken en tegen hem optornen, omdat het mechaniek op deze wyze de woede der elementen het best kon trotseeren. Deze stryd van het menscheiyk vernuft tegen het ruw geweld der elementen was een buitengewoon prachtig schouwspel. Nu eens sulsden de vleugels door de lucht of sloegen met vreeseiyk geweld neer, zoodat den passagiers hooren en zien vergingen, dan weerlegden zy zich bliksemsnel vast tegen het lichaam, dat met razende snelheid vcorwaarts vloog. Dit wiegen en buigen in den storm, dit worstelen en vroolyk voorwaarts schieten was een triumf der uitvinding, di9 hier eerst hare gansche beteekenis, hare ganscbe heer lyke zekerheid en kracht openbaarde. Men was nu vyf- a zesduizend meter hoog. De koude was groot en by oen blik in de nu zwartachtige, hier en daar met dichte, op- en neergaande wolken bedekte diepte rezen den passagiers de haren te berge. Van de kleine, prachtige bergmeren was niet veel meer te zien. Zy maakten den indruk van kleine nevelvlekken. De dalen geleken reus achtige, raadselachtig donkere rimpels, terwyi de reuzen der bergketens met hun door eeuwige sneeuw en ys bedekte toppen in ongenaakbare majesteit en verheven rust boven dat al troonden, ten spot der stormen, die brullend om hen woedden. „Help, help!" riep de brievenbesteller, die tot nu toe zoo bedaard was geweest. „Ik wil er uitl Ik wil er uit I" De storm verslond de woorden. Steeds wilder, kreunender werkte de machine, steeds hoogor steeg men, steeds verder van elke meDschelyke hulp bevonden zich de koene luchtschippers, steeds verlatener, eenzamer, steeds meer prye gegeven aan den woedenden etryd der elementen, boven zich het eeuwige firmament van den hemel, waaraan millioenen starren flonkerden, precies alsof zy or nog geen twee duim dichter by gekomen waren. Na ongeveer een uur daalde de groote ooievaar weer; de koude en de storm namen af. Steeds vriendelyker en aangenamer werd de lucht en hoe dichter men by do aarde kwam, des te vroolyker werden de passagiers. Opnieuw weerklonk de schel der machine en de stem van den gids kondigde aan „Italië 1" Gottlieb kreeg als 't ware een electrischen schok. Reeds de naam was voor hem een tooverwoord, dat hem een paradys beloofde. De lucht scheen hem zoeler en welriekender toe, de sterren flonkerden met een gouden glans, de maan was als 't ware frisch ge poetst. Zij waren nu zóó dicht by den aard bodem, dat hy niet alleen steden en dorpen nauwkeurig onderscheiden kon, maar ook do pynboomen met hun breede kruinen, de don- kore cypfessen, ja zelfs den zoeten geur der oranje- en jasmynbloesoms rook. Als middei- oeuwsche burchten lagen de grys verweerde stadjes op stille, echynbaar ontoegankelyke vestingen, oud en kleurloos als de steen, waarop zy gebouwd waren. Ed toen verscheen een eindelooze, in het maanlicht glanzende en eeuwig beweeglyke vloed, zoo ver het oog reikte, bedekt mot zilverkleurige maanroflsxen de zeel En midden daarin, ver, zeer ver van den oever verwyderd, slechts door eene lange, smalle strook met het land verbonden, een groote etad. Gottlieb kneep zich in de beenen, om te weten of hy waakte of droomde. Een stad midden in de zee. Was dat geen toovery? Was dat geen gezichtsbedrog? Zy kwamen nu snol dichterby en zweefden lang zaam over do wonderbare stad. Ook in do straten blonk water, en in plaats van in ry- tuigen, voeren de menschen in lange, spook- achtig-zwarte vaartuigen. En do gebouwen, die uit den waterspiegel oprezen, waren zoo zonderling in ouderwetsche bouwatylen uit gevoerd, voor een deel met goudkleurige mozaïeken versierd, met zuilen en zuiltjes, met Moorsche vensterbogen of met galeryen rondom het huisl En die heerlijke kerk, die daar op het plein lag, en het massieve paleis daarnaast, en de toren met het scheeve dak Waar had Gottlieb dat alles reeds gezien? Ah, juist! Het was geen droom, hy waakte: hy was in Venetië. Verder! Bologna met de beide scheeve torens, Florence, Pisa, weer met oen scheeven toren, Rome, liet oude prentenboek der wereld geschiedenis, met zyn ruïnes, de forums, de waterleidingen, die myien ver het land door kruisen, het kolo866um; dan verlaten, ver- vallon overbiyfselen van vroegere steden altyd verder. Eensklaps werd het ondraaglyk heet in de lucht, en daarby kreeg Gottlieb een akoligen, vuilen zwavelreuk in den neus Wat was dat? Hy zag onder zich, zyn Ijiii viel juist in een geweldige schoorsteenvor- mige holte, die wel meer dan duizend metor diep was, en in dezen afgryselyken muil borrelden, dampten en werkten de gloed, do slykachtige vuurmassa's van hst binnenste der aarde. De Vesuvius! Onwillekeurig hield Gottlieb zich vaster aan zyn korf. Als hy daarin viel om 'e Homels wil, wat z j zyn vrouw dan zeggen? Alleen de gedachte daaraan was reeds verschrikkelyk. Voorby voorbyI Weer zweefden zy boven de zee, het eindo looze water, alleen links van hen bleven in de bleeke morgenschemering de grillig ver takte rotsholten van Calabrië zichtbaar. Opeens werd het in 't oosten steeds lichter en lichter, tot het eindelyk scheen, alsof het gansche oosten dor wereld in brand stond. De zon ging op van deze hoogte een schouwspel, waartegen het uitzicht van den Rigi kinder spel was. „Goeden morgen, Gottlieb", hoorde hy eensklaps boven zich zoggen. „Uitgeslapen? Hèl Hoe gaat het?" Het was Michael, die zich in zyn korf opgericht had en, over den rug van den grooten ooievaar leunende, tot hem sprak. (Slot volgt.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1895 | | pagina 1