N°. 10915 r^nsdag 24 September. A". 1895 feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Leiden, 23 September. Feuilleton. Met scherpe wapenen. xxxiri. LEIDSCH DAGBLAD. PHIJS DEZER COURANT: Yoor Leiden per 3 maanden.1.10. Franco per post1.40. Afzonderlijke Nommers0.05. PRIJS DER ADVERTENTIÊN: Van 1 6 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17J. Grootere letters naar plaatsruimte. Yoor het incasseeren buiten de stad wordt 0.05 berekend. Ollieiëele Kennisgevingen. De burgemeester der gemeente Lisee maakt bekend dat het Inschrüvingeregiater over 1896 met de daaruit opgemaakte alphabetische naamlijst, gedurende acht dagen ter gemeente-eeoret&rio voor een ieder ter iDzage is nedergelegd. Naar wy met zekerheid vernemen, zijn thans alle voorbereidende maatregelen tot aan sluiting van Leiden aan het inter-communaal telephoonnet genomen en zal weldra met de werkzaamheden een aanvang worden gemaakt. In de vergadering van aandeelhouders te Leiden der Nederlandscbe Handel Maat schappij is in plaats van dr. Bierens de Haan, onlangs overleden, met algemeene stemmen tot commissaris verkozen de heer T. P. Viruly. 's Rijks Ethnographisch Museum heeft van den heer H. J. A. Raedt van Olden- barneveldt, politiek agent te Djambi, Sumatra, do navolgende voorwerpen, herkomstig uit die afdeeling, ten geschenke ontvangen: 1 waterflesch, 1 watervat, 1 slendang, 1 damspel, 2 fuiken, 3 modellen van vaartuigen, 1 model van een prauw, 2 modellen van een drijvende woning. Aan den schenker is de dank der Regeering betuigd. In de Zaterdag te Delft gehouden 20ste vergadering der Yereeniging voor Lijkverbran ding waren vertegenwoordigd de afdeelingen Dordt, 's Gravenhage, Amsterdam, Haarlem, Nijmegen, Leiden, Delft, Schiedam en Rotter dam. De vergadering werd geopend en geleid door den algemeenen voorzitter, den heer J. M. Pynacker Hordijk, met een toepasselijke rede. Volgens het verslag van den stand en de handelingen der Vereeniging en hare afdee lingen, was het ledental verminderd met twee. Tot eerelid was benoemd de heer Joh. J. Perk, zoodat dit getal thans bedraagt 33, en het getal gewone leden 64 3 en buiten gewone 62. Te Breda werd een nieuwo af deeling opgericht. Do ontvangsten over 1894 bedroegen 1250.27 V2, de uitgaven 1090.12, zoodat een saldo in kas is van 160.1 bx/i. Het kapitaal van het fonds voor lykovens bedraagt thans 33,000 in Certif. Ned. Work. Schuld, mot een werkelijke waarde van 31,291 en een saldo by de Zuid-Holl. Credietver- eeniging van 389.79'/a- Door de afdeeling 's-Gravenhage werd een bedrag van 50 in dat fonds gestort. Tot leden van het hoofdbestuur werden herkozen de heeren J. A. James te Delft, dr. J. C. Vaillant te Schiedam en gekozen de heeren mr. J. D. Yerbrock, dr. C. J. Snijders en generaal Romswinckel te 's-Gra venhage, mr. W. M. Bergsma te Gongrijp, en dr. D. De Loos te Leiden. Besloten werd de functiën van algemeen secretaris en penningmeester te scheiden. Tot plaats voor de algemeene vergadering, in 1896 te houden, werd bepaald Nijmegen. De mededeelingen omtrent den bouw van bet crematorium werden in geheime zitting behandeld. Na afloop der vergadering vereenigden de leden zich aan een vriendschappelijken maaltijd. De heer M. Indonberken, te Alfen, be noemd tot sunumerair der posterijen, ontving zijne opleiding van het hoofd der school voor m. u. 1. o. de heer S. Van Bachum de Boer, mede te Alfen. Het register van inschrijving voor de nationale militie, lichting 1896, bevattende 16 namen, ligt in de gemeente Voorschoten met de alphabetische naamlijsten ter visi9 van 21 tot 28 September. Beroepen is by de Gereform. gemeente A. te Bunschoten de heer W. B. Renkema, te Rynsburg. Benoemd is tot hoofd aan de R.-K. paro chiale school te Noordwyk de heer Haan appel, van Purmerend. De heer H. Koops, predikant by de Ned.- Herv. gem. te Valkenburg, herdenkt op 23 October a. s. den dag, waarop hy vóór vyf en twintig jaren de evangeliebediening aan vaardde. De prinses Von Wied en hare dochters verlieten Zaterdag Domburg; te Middelburg werd den Vorstinnen uitgeleide gedaan door den Commissaris der Koningin en andere autoriteiten. De erfprins is te Domburg ge bleven. Zaterdag-avond te negen uren arriveerde de prinses te 's-Gravenhage. Aan het station werden de vorstin en de prinsessen het aller eerst welkom geheeten door den opper- ceremoniemeester van de Koningin, baron Du Tour van Bellinchave, waarna baronesse Sirtema van Grovestins hare begroeting deed vergezeld gaan van de aanbieding van een fraaien bloemruiker. Behalve dezen waren tal van grootwaardig- heidsbekleeders op het perron tegenwoordig. De Koningin-Regentes had hofrytuigen tor beschikking gesteld van de Nederlandsche pricses en daarmede begaven de vorstelyke personen z'ch naar het „Hotel Garni" te Scheveningen. De prinses Von Wied heeft gistermiddag te 1 uur, vergezeld van hare dochtertjes, oen bezoek gebracht by H. M. de Koninginnen en met dezen de lunch gebruikt. Naar men verneemt, zal het huis, thans bewoond door den heer Loudon, hoek Hooge Nieuwstraat en Tornooiveld, te 's-Gravon- hage, weldra betrokken worden door den zaakgelastigde van Ojstenryk-Mongarye en zyne gemalin, mevrouw de gravin Slavensky. H. M. de Koningin Regentes bracht Zater dag met prinses Pauline van Wurtomberg een bezoek aan het Koninkiyk Paleis in het Bosch te 's-Gravenhage. Het „Museum Meermanno Westreer.ia- num" (Prinses8egracht No. 30, to 's-Graven hage) zal gedurende October 1895 geopend zyn op den 3den en den 17den. Op die dagen zyn toegangskaarten, zoowel aan het Museum zelf als aan de Koninklyko Bibliotheek (Voor hout No. 34), te verkrygen. Door de heeren F. Troll en L. M. Moole- naar is tegen 1 Nov. a. s. eervol ontslag gevraagd als ambtenaren ter provinciale griffie van Noord-Holland. Jaap Eeden komt deze week in h6t vaderland terug. Aan de redactie van „Patrimonium" werd de vraag gedaan, of het voor de afdeelingen van hot verbond van dien naam niet wen- scheiyk ware de droogmaking van de Zuiderzee by do regeering aan te bevelen. Het blad antwoordt daarop: „Ons dunkt dat er nog zooveel land boven den grond te bewerken is, dat men de visschers nog wel wat met rust kan laten." Men seint uit Stokholm: De Zweedsche gezant by bet Belgische en Nederlandsche hof, graaf Von Burenstam, heeft tegen 1 November zyn ontslag genomen. Tot zyn opvolger is benoemd graaf Hyldenstolpe, tot dusver secre taris generaal by het ministerie van buiten- landsche zaken. De toestand van den heer K. Kater, voorzitter van 't verbond „Patrimonium", is vooruitgaande. De operatie, 't doorsnyden van een zyner gezichtsspieren, is goed geslaagd; toch biyft volstrekte rust aanbevolen. Hy zal deze maand nog wel ih het ziekenhuis moeten blfiven. Alle militairen, officieren en minderen, die benoemd werden tot ridder van de Militaire Willemsorde, of in die orde in rang werden verhoogd naar aanleiding van hun moedig, beleidvol en trouw gedrag op Lombok, ont vingen de vorige week van H. M. Koningin Wilhelmina een fraaie photographische af beelding van het tafereel, toen H. M. in de Maliebaan generaal Vetter het ordeteeken op de borst speldde. De photographieën dragen de eigenhandige onderteekening van Koningin Wilhelmina, benevens eene opdracht. De gewone audiëntie van den minister van oorlog zal op Donderdag 26 dezer niet plaats hebben. Hot stoomschip „Drente", van Rotterdam naar Java, vertrok 21 Sopt. van Southampton; do „Soembing", van Rotterdam naar Java, passeerde 21 Sept. Gibraltar; de „Werken dam" arriveerde 21 Sept. van Amsterdam te Nieuw-York; de „Prins van Oranje", van Batavia naar Amsterdam, passeerde 22 Sept. Kaap St. Vincent; de „Prinses Wilhelmina", van Amsterdam naar Batavia, arriveerde 22 Sept. te Southampton; de „Admiral", van Hamburg naar Zuid-Afrika, passeerde 22 Sept. Gibraltar; do „Mashona", van Amsterdam naar Kaapstad, arriveerde 21 Sept. te Gravesend. By koninkiyk besluit van 13 dezer is aan den heer P. C. Beelenkamp, op zyn verzoek, eervol ontslag verleend als lid der Permanente Militaire Spoorwegcommissie, onder dankbe tuiging voor de goede diensten, door hem in vermelde betrekking bewezen. Benoemd tot notaris binnen het arr. Arn hem, ter standplaats do gemeente Eist, N. G. Francken, candidaat-notaris aldaar. Benoemd tot leeraar aan de Ryks- hoogere burgerschool te 's-Hertogenbosch, F. Allan, thans leeraar aan de hoogere burgerschool te Goes. Goedgekeurd dat jhr. F. G. A. Gevers Deynoot, burg. van Kethel, is benoemd tot secretaris dier gemoonte. Toestemming verleend aan W. A. Meyboom} secretaris der gemeente Valkenburg, om te Rynsburg te blyven wonen. Een pensioen van 360 verleend aan C. G. Holthuis, weduwe van den brievenbesteller T. Van Hillo, te Utrecht. Aan den met ingang van 1 Juli 1895 eervol uit zyne betrekking ontslagen adjunct commies by het departement van oorlog C. A. Schreurs, een pensioen verleend van ƒ1105 'sjaars. Benoemd, by het wapen der cavalerie, tot eersten luit. by zyn tegenwoordig corps, de tweede luit. C. J. J. Sixma baron Van Heemstra, van het 3de reg. huzaren. Staatsbegrooting voor 1896. Daaraan is het volgende ontleend wat be treft Hoofdstuk V: Binnenlandsche Zaken: Do aangekondigde hoogere aanvraag voor onderwfis 107,058) betreft: Ryksnormaal- lessen ƒ30,000; opleiding van onderwyzers door byzondere normaallessen en hoofden van scholen 39,200; bydragon aan byzondere scholen (art. 54 bis), 50,000; waartegenover de post voor uitkoering aan de gemeenten (art. 45 der wet) 50,000 minder wordt uit getrokken. Ter ontlasting van de overbevolking te Medemblik zal het Groot Arsenaal te Grave wor den ingericht tot gesticht voor ernstige krank zinnigen en zal te Medemblik een gelegenheid komen tot verpleging van krankzinnige veroor deelden en van andere patiënten, wier bewaking byzondere voorzorg vereischt. Er is 25,000 uitgetrokken om dat plan in 1896 gedeeltelyk uit te voeren. Er is te Grave gerekend op een inwonend ongehuwd geneesheer. Door de inrichting van het gebouw te Grave wordt tevens de mogelykheid in uitzicht gesteld om later rondom dat gesticht de ver pleging in het huisgezin toe te passen en eene krankziünigcn-kolonie te vestigen, in don geest als er in het buitenland worden aangetroffen. Een en ander zal een kleine wyziging noodig maken van art. 10 der wet om de gelegen heid voor het bestaan van twee Ryksinrich- tingen voor krankzinnigen te openon. De aanstelling is voorgenomen van twee amanuenses, by do natuurkunde en de schei kunde één en de andere by de physiologie en de ziektekunde aan 's Ryks veeartsenyschool. De jaarwedde zal voor ieder ƒ700 bedragen, buiten inwoning. Twee tedienden vervallen daardoor, maar het vryvallende geld zal wel licht over de andere verdeeld worden. De Regeering stelt voor, te Leiden een hoogleeraar te benoemen voor het onderwys in archaeologie en oude geschiedenis, op een wedde van 4000. Voorts is 't plan om in het Academisch ziekenhuis te Leiden de verpleging op te dragen aan inwonende verpleegsters, die daarvoor opleiding hebben genotentegenover de daaraan verbonden kosten staat eene belangryke vermindering van waakloon. In verband met de nog onderhanden be werking van nieuwe ontwerpen voor een gebouw ten behoeve van 's Ryks Museum van Natuuriyke Historie, is het daarvoor uitgetrokken bedrag gehandhaafd; gerekend is op den tweeden termyn voor den aanbouw van eene inrichting voor astrophotographie der sterrenwacht en op den tweeden termyn voor den bouw van een Pharmaceutisch Laboratorium. De kosten zyn op ongeveer 165,000 begroot. In overweging is de aanbouw voor 25000 van 4 collegezalen van het academiegebouw ten behoeve der rechtsgeleerde faculteit. Tevens wordt een nadere aanvraag in uit zicht gesteld ter verbetering van de klinieken der heelkunde, der gynaecologie en der interne ziekten, aan de hoogeschool to Utrecht. Voor de heelkunde zal de stichting van een ni.uw gebouw noodig zyn. Het plan is, de drie klinieken onder éóne administratie te brengen. Behalve voor de verdere verbouwing van de Statenzaal, is ook 10,000 uitgetrokken voor de verbouwing van de andere gedeelten van dit gebouwen complex. De billykheid wordt erkend om de gemeente gymnasia van Amsterdam, Rotterdam en Den Haag resp. met 27000, 18000 en 16000 uit 's Ryks kas te subsidièeren, doch de Re geering doet voor 1896 daartoe nog geen voorstel, omdat in den loop van dit begrootings- jiar de finantiéele verhouding van het Ryk en de gemeenten in haar geheel nader door den wetgever zal worden overwogen. Voor de Polytechnische school worden aan gevraagd: 4000 voor oen nieuwen hoog leeraar in de werktuigkunde en kennis van werktuigen; 2o. 1200 voor een assistent voor de beschryvende meetkunde. Voorts worden thans op 't volle bedrag gebracht de jaarwedde en personeele toelage van den hoogleeraar in bacteriologie en technische microscopie en de jaarwedden van het per soneel by het bacteriologisch laboratorium. Een memoriepost is uitgetrokken voor de jaarwedde van den leeraar in den yk, welke betrekking weer vervuld zal worden. Voorbereid wordt het ten vorigen jare toe gezegd wetsontwerp, houdonde subsidiën voor middelbaar onderwys voor meisjes. De subsidiën voor de industriescholen voor meisjes worden verhoogd: te Arnhem en te 's-Gravenhage voor ieder met ƒ1000 en te Rotterdam met 2000, terwyl 1000 is uit getrokken als subsidie voor eene te Groningen op te richten industrieschool. Voor de ambachtsschool te Utrecht wordt 1000 meer voorgedragenvoor die te Leiden 2000 meervoor die te Arnhem 3000. Voor Groningen kan het subsidie met 1000 wordon verminderd. Nieuwe bydragen zyn voorgedragen voor land- en tuinbouwwintercursussen te Borkeloo, Voorst en Wilp, Lunteron, "Waard en Groet, Surhuisterveen, Oudebildtzyi, LuiDjoberd, Bols- ward, Dodemsvaart, Hellendoorn, Ambt- Vollenhove, Wildervank en De Wyk. Voor instandhouding van de winterscholen te Goes en in Limburg wordt 4000 uitgetrokken. Voor de instandhouding van een tuinbouw- winterschool wordt 2800 uitgetrokken, in verband met de nog aanhangige plannen. Voor twee nieuwe landbouw-winterscholen zal resp. 2500 noodig zyn. Er wordt voorts 6000 uitgetrokkon voor nog twee Ryksland- bouwleeraren en voor een Rykstuinbouw- 1 eeraar. 68) Kwade prakiyken. SleclitB een oerlyk man, dio zyn plicht doet. Toen Jack Meredith zeide dat er geen tweede man in Afrika was, die den weg vanLoango naar het Simiacino-Piateau zou kunnen vin den, was dit de zuivere waarheid. Er waren slechts vier mannen in de gansche wereld, die hem kenden. Twee daarvan vraren achter gebleven op den top van dien gtïsoleerden berg in het hart van Afrika. Meredith zelf kon niet en zoo bleef slechts Jozef nog over. Het is waar, verscheidene inboorlingen had den de reis meegemaakt, maar men had ze als vee voortgedreven; ze hadden gevochten, wanneer men het hun beval; gedragen, wat men hun oplegde; geloopen, zoolang hek hun meester goeddacht. Zy hadden zich als dieren verhuurd en verrichtten nu getrouw hun werk al3 lastdieren, trouw, maar werktuiglyk. Velen hunner wisten niet, waar ze naar toe gingen, wat ze gingen doen; den overigen kon het niet schelen. Zóóveel werk, zóóveel loon, dat was hun eenige gedachte. Zy letten niet op de omgeving en berekenden geen afstand. Nadat ze hun reis volbracht hadden, namen zy alles zoo gemakktlyk mogeiyk op, totdat ay gedwongen werden om te werken. Zoo gaat het in Afrika. Velen hunner kwamen uit ver verwfiderde streken, enkelen zelfs uit Zanzibar, en keerden in goeden doen naar huis terug. Mocht de een of andere lezer aan dit alles twyfelen en zich verbeelden, dat het toch zoo moeiiyk niet is zyn weg door het woud te vinden, laat hom dan bedenken, dat de weelderige plantengroei in Afrika binnen drie maanden alle sporen doet verdwynen, die een doortrekkende troep mocht hebben achtergelaten. Verbeeldt iemand zich mis schien, dat de menschen zoo stomp en on verschillig niet zyn kunnen, laat hy dan om zich heenkyken, in onze eigen maatschappyl Menig flink matroos brengt zyn leven op zee door, maar daarom leert hy nog het schip niet sturen, en hy is nog wel een blanke! Toen Jozef naar Loango terugkeerde, had het versche spoor, door Guy Oscard achtergelaten, terwyl hy hun ter hulp snelde, hem van dag tot dag geholpeD. Hy wist dat nu alles weer begroeid zou zyn. Het Simiacine-Plateau moest dus opnieuw gezocht worden. En daarginds, hoog in de wolken, was Guy Oscard, en, zooals hy zich op zyn eigen manier uitdrukte hy raakte ze daar! Zóó goed raakte hy ze daar, dat de voorraad Simiacine met den dag toenam. Ook Victor Durnovo was in zyn beste stemming. Hy leek op een volbloed paard, handelbaar als men hem maar goed aan het werk hield. Op het Plateau was hy een heel ander man dan te Loango. Er zyn menschen, die in de wildernis verwilderen, terwyl andere beter en sterker wordon, zoodra ze geschei den zyn van de woelde der beschaving en den verzachtenden invloed der vrouwen. Victor Durnovo behoorde tot deze laatste soort. Één ding bemerkte Guy Oscard al heel spoedigniemand kon de menschen beter aan het werk houden dan Victor Durnovo. Hy behoefde zich maar aan de deur van zyn tent te vertoonen, of alle inzamelaars bogen zich met vernieuwden yver over hun boompje, on terwyl daarboven onder zyn beheer met den grootsten y ver werd gearbeid, waarborgde zyn naam hun allen rust en vrede in de vlakte aan hun voet. Men begon het den heesters aan te zien, dat zy zoo goed bemest en besproeid werden. Nooit waren de bladeren zoo groot geweest, nooit hadden de struiken zulk een vracht van bladeren gedragen. Oscard oefende, zooals gewoonlyk, zyn jacht weer uit. Dag aan dag legde hy het geweer over den schouder en verdween alleen, slechts door een bediende vergezeld, in het woud, om eerst togen zonsondergang weer te voor- schyn te komen. "Wat hy daar zoo al te zien kreeg, heeft hy nooit verteld. Zeker waren het vreemde dingen, die hy aantrof in deze wildernissen, waarin geen blanke vóór hem ooit den voet had gezet. Geen boek is er nog geschreven over het land, dat het Simiacine-Plateau om ringt. Hy was er de man niet naar om over het onzekere te tobben. Zyn geloof in de taai heid van den Engelscbman was onomstooteiyk, en terwyl hy zich buiten adem, dikwyis kruipende, een weg baande door het onmete- lyke woud, dacht hy maar zelden aan Jack Meredith. Deze, zoo meende hy, wist toch altyd den dans te ontspringen. Waarom zou hy dit nu ook niet doen? Hy was er toch waariyk de man niet naar om te sterven uit gebrek aan weerstandsvermogen, en daaraan sterven meer menschen dan men in 't alge meen wel denkt. Als hy eenmaal weer beter was, zou hy óf terugkeeren óf Jozef terug zenden met een brief vol wenkon, die voor hem als bevelen zouden gelden. Aan Millicent Chyne dacht by meer, met een zeker gevoel van rust in het vooruitzicht van de goede tyd9n, die in aantocht waren. Ook in haar stelde hy een volkomen ver trouwen. Een dichter heeft uitgemaakt, dat de man, wien men vertrouwt, zich voelt op gebeurd en zich dat vertrouwen weet waardig te maken. Van de vrouwen rept hy geen woord. Oscard dan ging kalm en moedig zyn weg en deed veel ondervinding op van allerlei aard. Eens op een mistigen morgen liep hy lang zaam voor zyn tent op en neer. Hy was nu genoeg bekend met de streek om te weten, dat die mist om hem heen Diets anders was dan damp, die zich gedurende den nacht om den top van den berg had opgehoopt; dat het beneden in de vallei helder was en binnen een half uur de zon al die dampen zou op trekken. Hierop wachtte hy, toen hy op den weg in het kreupelhout aan zyn voet een buks hoorde afgaan. Hy begreep, dat het Jozef moest zyn, die misschien weer een van zyn merkwaardige, zoo ver reikende schoten loste, waardoor hy altyd een zucht van nay ver ontlokte aan dezen grooten jager, zoo dikwyis deze er slechts getuige van was. Oscard liep dadeiyk naar zyn tent en keerde terug met zyn geweer in de hand. Daarop loste hy twee, elkander snel opvolgende, schoten en bleef ernstig wachten op den rand van het Plateau. Na een korte stilte troffen twee antwoor dende schoten zyn geoefend oor. Hy keerde zich om en zag Victor Durnovo naast hem staan. „Wat is dat?" vroeg de kleurling. „Dat moet Jozef zyn of Meredith," ant woordde Oscard. „Niemand anders kan het wezen I" „Wy willen hopen, dat het Meredith is," hernam Durnovo met een gedwongen lach, „maar ik voor my geloof het niet." Oscard keek den man in zyn taankleurig gelaat. In zulke dingen was hy gewoonlyk niet vlug van bevatting, maar, vreemd genoog, ditmaal kreeg hy de vaste overtuiging, dat Victor Durnovo in stilte hoopte, dat Meredith dood zou zyn. „Ik hoop van beter," antwoordde hy, en zonder een woord meer te zeggen, liep hy hot smalle pad af, dat van den top naar beneden voerde, door de wolken heen, al loopeDde zyn geweer ladende. Durnovo en de mannen, die tusschen de Simiacine struiken werkten, hoorden van tyd tot tyd seinschoten, die de beide Engelschen onderling wisselden, terwyl zy in het dichte woud elkander trachtten te bereiken. Het was reeds middag, toen men hen in het oog kreeg, met moeite de helling beklimmende. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1895 | | pagina 1