ËEUSTK KAMER.
Om drie uren werd de zitting hervat.
Het ontwerp-adres van antwoord op de
Troonrede wordt ter tafel gebracht. Het
luidt aldus:
„Do Eerste Kamer der Staten Generaal acht
het een voorrecht Uwe Majesteit wederom m
het midden der Volksvertegenwoordiging te
hebben mogen zien ter opening van de ge
wone zitting der Staten Generaal.
De mededeelingen van Uwe Majesteit om
trent den algemeenen toestand van land en
volk, en aangaande dien van onze bezittingen
in Oost- en "West-Indie, vernamen wy met
belangstelling en wjj waardeuren het, dat zee-
en landmacht bij vernieuwing, in Oostlndië
schitterende bewijzen van moed en volharding
hebben gegeven.
Met opgewektheid aanvaarden wij de taak,
die wij in dit zitiingjaar zullen te vervullen
hebben. Moge onze arbeid onder Gods zegen
strekken tot bevordering van het heil van ons
dierbaar vaderland en ons geliefd Vorstenhuis 1"
Hefc ontwerp adres wordt zonder discussie
of hoofdeiyke stemming aangenomen. Het zal
der Regentes worden aangeboden door de
Commissie van Redactie met don voorzitter.
Ingekomen is een kont besluit, houdende-do
benoeming van mr. J. G. Gleichman tot voor
zitter dor Tweede Kamer,
Tot leden der huishoudelijke commissie-
werden benoemd de hoeren Viruly en Vlie-
lander Hein.
De Kamer is daarna tot nadere bijeenroeping
gescheiden.
De j\Tillioenen-i*ede.
In de bedonnamiddag door de Tweede
Kamer gehouden zitling diende do minister
van financiën de ontwerpen der algemeene
begrootingswetton voor het dienstjaar 1896
in, waarbij hfi een rede hield, daarin naar
gewoonte oen en ander mededeelendo in de
eerste plaats over de twee vorige dienstjaren
en over het loopende dienstjaar..
Het dienstjaar 1893 is niet onder da jaren
met een gunstig finantiëel resultaat te rang
schikken. Over dat jaar word /"5,972,139.17s
minder ontvangen dan. het bedrag van alle
uitgaven, gewone en zoogenaamde buiten
gewone.
Terwijl aan 1893 oen, jaar met gunstige
uitkomst voorafging, werd het gevolgd door
»en jaar, dat mede een gunstig eindcijfer
belooft.
Naar het zich thans laat aanzien, zal bet
dienstjaar 1894, waarvan de begrooting, zooals
lij aanvankelijk werd vastgesteld,, een ver
moedelijk tekort aanwees van./"B7,£20,,127.44,
zonder tekort sluiten,, zelfs oenig overschot
opleveren. Dit is te danken zoowel aan eene
zeer ruime opbrengst, dor middelen als aan
eene belangrijke besparing op de uitgaven.
De ontvangsten, geraamd op 128,263,'7.25,
hobben lot dusver bedragen 132,940,890.85s,
d. i. /'4,677,165.85s meer.
De werkelijke uitgaven- worden door. de
onderscheidene Departementen, gerekend te
zullen bedragen f 131 „491,882.39; vermoedelijk
zal vrijvallen een bedrag van 5,016 270.05.
Do ontvangsten zoudeu dus de- uitgaven
cvertieffjn mot 1,449,008.48?.
Als over het dienstjaar 189G» al het aan
gevraagde wordt toegestaan, dan stijgen dei
op 136,742,280.15 geraamde uitgaven tot
139,257,181.50.
Dat dei werkelijko uitgaven minder zullen
bedragen, loert de ondervinding. Hoeveel ten
naastenbij minder? Dat is niet te zeggen.
Het gunstig verschil tusschon geraamde en
werkelijke uitgaven loopt in de opvolgende
jaren sterk uiteen: Stelt men het) voor l'S9ö
op 3 millioen, dan zou worden uitgegeven
in rond cijfer 186,2601,000.
De middelen worden geraamd op
128,311,870 en het tekort zou dus, mede
ten gevolge der uitgaven voor geweren, enz.,
ongeveer 8 millioen bedragen, indien de
ontvangsten do raming niet overtreffen. Ge
woonlijk overtreffen z\j de raming, en dat
zij dit ook in het loopende jaar zullen doen,
is ver van onwaarschijnlijk, wanneer men let
op den stand der ontvangsten tot ult°.
Augustus on op do omstandigheid, dat bi)
de raming nog goon rekening kon worden
gehouden met de hoogero opbrengst der in
voerrechten ten gevolge der wet van 20
April 11. De hoogero opbrengst vertoonde zich
in niet geringo mate sedert het. in werking
treden dier wet op 1 Augustus,, niettegen
staande, zooals te verwachten was, nog zoo
veel mogelijk werd ingevoerd voordat de
nieuwe bepalingen in werking kwamen.
Vertrouwd mag dus worden, dathettokort
jver het loopende jaar niet onaanzienlijk lager
zal zijn dan het evenvermeld bedrag.
Vervolgens gaf de minister een overzicht
van de cijfers der ontwerp begrooting voor
het dienstjaar 1896.
De middelen zijn geraamd:
do zoogenaamd gewone op 119,761,875.00
overige op11,096,420.00
Te zamen 130,858,293.00
De uitgaven op 138,362,665:43
Het geraamd tekort be
loopt dus 7,504,370.43
Yergelekon met 1895, zyn de gewone mid
delen 2,727,630 hooger, de overige-middelen
f 181,205 lager geraamd; derhalve is het
totaal der raming 2,546,425 hooger.
Allereerst ie de opbrongst der invoerrechten,
ids gevolg van ds werking der evenvermelde
wet, ongeveer 1,400,000 hooger te ramen
dan de ontvangst in 1S94.
Voorts zijn met name de grondbelasting,
de suikeraccijns, de zegel- en de successie
rechten, de domeinen, do posterijen en de
loodsgelden op hoogere bedragen u.tgetrokken.
Tegenover de verhoogingen staan veria
gingen, o. a. van den zoutaccyns en van het
aandeel van den Staat in do winsten van de
Nederlandsche Bank. Als bijdrage uit het
fonds, voortspruitende uit koopprijzen van
domeiuen, voor het loopende jaar op 200,000
geraamd, is voor 1896 zelfs niets uitgetrokken.
Tegenover eene hoogere raming der mid-
dolen staat goen verhooging van uitgaven.
Integendeel, voor het dienstjaar 1895 zijn tot
dusver uitgaven toegestaan, tot een bedrag van
138,743,338.50; voor het eerstvolgend jaar
wordt dus 380,673.07 minder aangevraagd.
Terwijl do minister het vorig jaar voor
1895 een tekort moest becijferen van pl. m.
10,730,000, is het thans geraamde ongeveer
37i millioen minder.
De vermeerderingen en verminderingen
worden gedetailleerd opgegeven in een bjj de
begrooting gevoegden staat; hier volgt alleen
een opgaaf van tie verschillen in minder en
in meer per hoofdstuk.
Minder wordt aangevraagd:
voor hoofdstuk I. 16,750.00
IV37,458.00.
VI1,003.84
YUA169,763.50
VIII (waartegen
over een vermindering der bijdrage
voor de voltooiing van het ves-
tingstelsel, verhoogingen staan,
o. a.. voor pensioenen, enz-.). 6,312,00
voor jMBfdstuk IX (doordien de
uitgave^^oor Waterstaat aan
zienlijk lager zfin geraamd, waar
tegenover eene verhooging o.
voor posterijen staat) 796,105.61
Totaal 1,027,422.95
Meer daarentegen:
voor hoofdstuk II 4,773 00
III 26,300.00
V,
(vooral voor onder
wijs) 4 25,086.515
voor hoofdstuk
VIIS (voornamelijk
voor kosten van de
administratie der
directe belastingen
enz. en van de
administratie van
het zegel, de regi
stratie enz.),. 177,975.00
voor hoofdstuk X 12,615.36s
046,749.88
Uitmakende dus een vermin
dering vanf 380,673.07
Het geraamd tekort van 7 504,370.43 moet
naar gewoonte in nadere beschouwing wor
den genomen, ter beantwoording van de vraag
of de middelen toereikend zijn to achten tot
bestrijding van de uitgaven, dan wel of zij
versterking behoeven.
Daarbij komen, evenals het vorig jaar, ter
sprake de uitgaven voor nieuwe geweren en
wat daarmede in verband staat en, evenals
sedert meerdere jaren, de uitgaven voor enkele
grootei werken.
Bij1 de aanbieding en behandeling van de
ontwerpen der Staatsbegrooting voor het loo
pende jaar heeft de minister, de kosten van
dei nieuwe bewapening on wat daarmede in
verband staat, stellende op 9'/2 millioen,
uiteengezet dat en waarom do uitgaaf niet
kon drukken enkel op de 4 jaren, waarin zy
gerekend werd te zullen geschieden, doch
dat daarentegen do last over een grooter
getal jaren moest worden verdeeld.
Dest\jds werd becijferd dat elk jaar uit de
gewone middelen moest worden gevonden een
bedrag van 640,000, d;. w. z. de annuïteit
om een leening van 9'/2 millioen in 20 jaar
af te lossen.
Vooralsnog is bij de wet niet besloten,
zelfs niet in beginsel, tot de uitgaaf van dat
geheele bedrag. Daarin mag evenwel geen
aanleiding gevonden worden tot verlaging der
berekende som van 640,000. Mocht te zyner
tijd niet worden besloten tot de geheele uitgaaf
van ongevoer 9'/j millioen, dan zou de aflos
sing van het lager bedrag in een kleiner getal
jaren plaats moeten hebben. Door aan het
cijfer van f 640,000 te blijven vasthouden in
do berekening, waarvan den minister bezig
is. het resultaat mede te dooien, wordt dus
niets gepraejudiciëerd of op niets vooruit-
geloopon.
Eu wat nu de evenbodoeldo werken betreft,
veroorlooft de minister zich te herhalen wat by
reeds by vorige gelogenheid deed uitkomen,
nl. dat het niet aangaat de uitgaven nu eens
wel dan weder niet te rangschikken ouder
de buitengewone zoo noodig door leening te
dekken. Daarom moest hy ook nu, evenals
sedert eenige jaren plaats had, de uitgaven
voor de spoorwegen, do verbetering van den
Rotterdamschen Waterweg en de verlegging
van den Maasmond onder de evenvermelde
categorie brengen.
Van het totaal der genoemde uitgaven
moet de minister dus voor z(jne berekening
aftrekken: de uitgaven voor nieuwe ge
weren, enz. ad 2,669,980, verminderd met
640,000 2,029,980, hetgeen uitgetrokken
is voor:
Spoorwegen 1,642,000; verbetering ran
den Rotterdamschen Waterweg ƒ300,000 en
verlegging van den Maasmond 1,531,000,
te zamen 5,502,980.
Het geraamde tekort ia zooeven becijferd
op 7,504,370.43. Trekt men hiervan af de
voor de buitengewone uitgaven geraamde sora
van/"5*503,980, dan blijft erover ƒ2,001,390.93.
Ui-ruit volgt dat men, vasthoudende aan de
gewoonte der laatsto jaren omtrent do rang
schikking der straks genoemde groote werken,
en de kosten van ni.uwe. geweren, enz. ver
deelende over oen getal jaren, grooter dan dat
der aanschaffing, nog ongeveer- ƒ2,000,000
meer zou noodig hebben dan het bedrag der
geraamde ontvangsten om de gewone uit-
g;.ven te bestrijden.
Daar echter het bedrag der gewone uit-
gavon gerekend k<m worden gemiddeld on
geveer ƒ3,000,000 fie blijven benecüen bet bo-
drag der oorspronkelijke begrootingen, als
deze niet met buitengewoon groote bedragen
worden verhoogd zoo kunnen de geraamde
ontvangsten geacht worden voldoende te zijn
om dte- gewone uitgaven, opgevat in den zoo
even aangeduiden zin, te bestrijden. En dat
zy. nog eenrge ruimte overlateD, kan niet
anders dan zeer wensehelijk worden geacht
in een tyd, waarin niet alleen nog veel te
doen is op het gebied der rijksbelastingen
war. ronder ook de rykstollen op land- en
w..terwegen zyn te rekenon - maar waarin
ook de regeling van de finantiëele verhouding
tusschen ryk en gemeenten, onderdeel van
de regeling der gemeentefinanciën, niet kan
warden uitgesteld. Wat in deze opzichten te
doen is, kost geld en het i3 zeker te waar-
deeren, als een gedeelte daarvan reeds be
schikbaar geacht kan worden.
Ten vocigORi jare bracht de minister in
herinnering,, dat alle, tekorten tot en met 1891
zyn gedekt.
Er zal te zijner tyd te voorzien, zijn in de
dekking: van het tekort over 1892, bedra
gende ton gevolge van de uitgaven voor af
lossing van ot ligation der Nederlandsche
Rijnspoorwegmaatschappij f 20,103,004.05s,
en van hot tekort over 1893, bedragende,
mode ten gevolge van de buitengewone af
lossing aan de Amsterdamsche Kanaalmaat
schappij /8,118,105:85s, samen /28,221,109.91.
Daarvoor zullen, te gebruiken zyn het over
schot van den dienst 1894., voorloopig te
stollen op 62,l85i08, en het overschot
Vdia de opbreng>t der leening van 1892, dat
f 113,120,032.485 bedraagt. Voor dekking zou
dus beschikbaar zijn 13,182,217.56s; het
overige, ten bedrage van 15,038,892.34s, zal
te zyner tijd uit de opbrengst eener nieuwe
leening moeten gevonden worden.
Neerboscli.
Naar de »Ttl." vernoemt, is door de
weduwe Robbemond geboren De Vries, te
Nyjmegen, eene aanklacht ingediend betref
fende eeno mishandeling haren li-jarigen
zoon Johannes Jacobus aangedaan op de
waesinrichtirig te Neerbosch.
De aanleiding tot deze aanklacht is, naar
men schrylt, het volgende:
Johannes Jacobus Robbemond, verpleegde
in genoemdo inrichting, had op Donderdag
den 5den September j.l. met Hendrik Korver,
14 jaren oud, eveneens verpleegde aldaar,
eenige appelen uit den boomgaard der Inrich
ting weggenomen.
Spoedig word dit aan de tuinjongens door
een der weezen medegedeeld, waarop de tuin
jongens Piet Duinmeyor en Gerrit Van Ree
aan zekeren Landewyk last gaven, om Robbe
mond en Korver te gaan halen.
Hendrik Korver wist te ontsnappen, doch
Robbemond werd naar Duinmeier en Van
Rao gebracht, die zich bevonden in de
bergplaats der tuingereedschappen.
Nu begon de bestraffing.
Robbemond werd door twee jongens aan
gepakt, de een nam hem by zyne armen en
dei andere bjj zyne beenen en nu sloeg
Duinmeyer met een stuk hout en Van Ree
met een croquethamer.
Terwyl deze slagen werden toegedoend,
hing Robbemond, zooals uit bovenstaande valt
op te merken, alzoo in gestrekte houding
boven den grond.
Na afloop der uitgedeelde slagen lieten de
jongens, die Robbemond hadden vastgehouden,
hem eenvoudig op den grond vallen.
Robbemond eenmaal opgestaan, moet toen
nog een paar trappen met den klomp van
Duinmeier hebben gekregen.
Het bewys, dat de klappen nogal hevig
geweest zyn, kan hieruit worden opgemaakt,
dat het Robbemond moeilyk viel te zitten in
school, zoadat hy een tyd in het gras is gaan
liggen, om eenigszins te bekomen.
Den daaropvolgenden dag, toen Korvor en
Robbemond in school waren, worden zy by
den hoofdonderwyzer geroepen en door dezen
gebracht by een der mede-directeuren, den
heer D. Van 't Lindenhout, zoon van den heer
Joh. Van 't Lindenhout.
Nadat een en ander door de jongens was
medegedeeld, werden Robbemond en Korver
op last van genoemden heer D. Van 't
Lindenhout naar de cachot gebracht.
Robbemond kwam er goed af, trouwens,
deze had al een flink pak beet, men spreokt
zelfs van een twintigtal slagen minstens met
hout en hamer te zamen.
Korver kreeg enkele lichte slagen meteen
stok.
Het transport naar de cachot geschiedde
door den heer Gerritsen, een surveillant, die
hun ieder óén keer 4 sneden roggebrood met
water had gebracht, terwyl zy daar vertoefden
van Vrydag-vóórmiddag elf uren ongeveer tot
Zaterdag d. a. v. halftwaalf, dus 24 uren.
De weduwe Robbemond, die behalve den
mishandelden jongen er nog een jongetje had,
heeft beide kinderen thuis gehaald.
Gremengd Nieuws.
Na de gewone jaariyksche oefe-
ningen in het schyfschieten met de karabyn,
werd gisteren op de vlakte van Waalsdorp,
door de brigades der ryksveldwacht Den
Haag, Delft en Katwijk deelgenomen aan
het prijsschieten.
Van ce zes prijzen, bestaande in geld,
werden gewonnen de 1ste, 3de, 4de-en 6de
door de brigade 's-Gravenhage, de 2de en 5de
door die van Delft.
De rechtbank te Utrecht, kamer
van burgerlyke zaken, heeft gisteron uitspraak
gedaan in de vordering, die door C. Beylholt,
houder van een der 800 bewijzen van deel
gerechtigdheid in de overwinst der Neder
landsche Rijnspoorwegmaatschappij, in 1S64
uitgegeven als representeerende het belang
van de oorspronkelijke concessionarissen by
de door hen bedongen 5 pet. van die over
winst, is ingesteld tegen de N. R.-Sp.-My. in
liquidatie. De vordering strekt tot uitkeering
van een bedrag van ƒ349.101/!, zynde '/a00
van ƒ299,286, d. i. 5 pet. der netto-overwinst
van de exploitatie. Als zoodanig beschouwt
zy namelijk de som van ƒ5,585,720, die bij
de overneming van het bedryf der Maatschappij
door den Staat als schadevergoeding wegens
vervroegde naasting is genoten.
Dq vordering is don eischer ontzegd als
ongegrond, omdat het door den Staat als
i schadevergoeding wegens vervroegde naasting
betaalde bedrag niet kan worden beschouwd
als winst, door de exploitatie verkregen, zoo
dat de statuten den eischer geenerlei recht op
deze bate toekennen.
Door deze beslissing is da vordering der
gedaagde Maatschappij, tegen den Staat inge
steld om haar to vrijwaren tegen een even
tueel© veroordeoling, vanzelf vervallen, zoodat
een onderzoek naar de gegrondheid van die
vordering onnoodig is. De gedaagde Maat
schappij is in do kosten van de vordering tot
vrijwaring veroordeeld, omdat zy den Staat
onnoodig in vrijwaring heeft opgeroepen.
H. M. de Koningin heeft door
tusschenkomst van den burgemeester aan den
Zwollenaar A. P. De Haas, oud-stryder en
verdediger van de citadel van Antwerpen,
een som van 25 doen toekomen.
Zondag-avond halfelf is te Zutfen
uit de Berkel opgehaald het ïyk van een
18 jarig meisje, Helena Van L., fabrieks
arbeidster te Enschedee. Dat meisje had een
oogenblik te voren nog gesproken met een
man, met wien zy verkeering had gehad. Zy
had al eens te konnon gegeven: „Als ik
Jakob niet kryg, dan leef ik Diet lang meer."
De zuster, die, tydens Helena met haar
vroegeren minnaar op het stationsplein was,
op eenigen afstand stond te wachten, riep,
toen deze persoon alleen terugkeerde, haar
by den voornaam, waarop de zuster haar uit
het water toeriep: „Hanneke, ben jy daar?
Kus allen van my goeden dag!" Zy zag toen
nog juist de armen, dia in het water ver
dwenen. Vreeselyk ontsteld liep het meisje,
hulp roepende, weg. Toen er hulp kwam,
was het te laat.
In het museum van Mans zyn
twee kostbare schilderyen gestolen, namelyk
„de aanbidding der H. Drie Koningen", van
de Florentynscho school der 13de eeuw, en
„de Liefde en do Leeuw", van de Ylaamsche
school der 17de eeuw.
Twee Engelschen, die den namiddag in het
museum doorbrachten, worden van den dief
stal verdacht.
Te Gent is weer een nieuwe
werkstaking ontstaan van 97 werklieden, die
in het dok een schip losten; zy eischen loons-
verhooging. In de katoenfabriek te Gent duurt
do werkstaking nog altyd voort. Een com
missie van de stakers had een onderhoud met
den directeur der fabriek; een belofte van
dezen, dat de loonen vóór het einde van het
jaar zouden verhoogd worden, bad niet het
verwachte gevolg.
Zaterdag 14 Sept. werd Amelie
Delannoye, te Kortryk, 103 jaren oud. Van
hare tien kinderen leven er nog zes; het
oudste, eene dochter, is 82 jaren. Alle zes
die kinderen zyn gehuwd en hebben samen
59 afstammelingen.
Yolgens de „Twentsche C t." i s
door J. Roelofs en door J. Tusveld, te
Enschedee, eene aanklacht by den officier
van justitie ingediend; door den eerste tegen
de politie, door den laatste tegen den burge
meester, wegens bet optreden tegen hen
by het bezoek van de Koninginnen aan die
gemeente.
Het aantal rijwielen, waarvan
in Frankryk in 1S94 belasting werd betaald,
bedraagt 203,026, en wel 198,014 op eigen
aangifte en 5012 na bekeuring. De belasting
bracht 1,982,686 fr. op.
Generaal Booth heeft zyn tocht
door Afrika volbracht en is naar Nieuw-Zeeland
vertrokken. Hy heeft succes op zyn werken
gehad20,000 acres land zyn hem in Swaziland
aangeboden ten behoeve van zy'n kolonisatie
plannen.
In „W h i t e c h a p e 1" werd onlangs
de volgende uitnoodiging verspreid:
„Als gy vry rooken wilt, komt dan Zondag
namiddag te 3 uren in de Christ. Church Hall,"
Hamburgstreet. Een kosteloos kop thee, als
gjj wilt, tabak gratis."
"VYaarschyniyk was die uitnoodiging niet
algemeen bekend onder de arme bewoners
van dit gedeelte der stad, want er kwamen
slechts 200 maonen en vrouwen, de meeste
mannen met pöpen, maar geen van allen
met een zier van het geurig kruid. Zy werden
allen bediend met tweemaal stoppen, en
terwijl dit gebeurde, gaf de predikant het
voorbeeld door zyn eigen pyp aan te steken
en te rooken. De proefneming slaagde uit
nemend. De pyp bleek een verbazend kal
meerend middel to zyn en het ïydt geen
twyfel of het zal door den predikant zoo
voortgezet en door anderen nagevolgd worden.
Eenige dames hechtten door hare tegenwoor
digheid op do galery hare goedkeuring aan
deze nieuwigheid.
BUITENLAND.
Frankrijk.
Aan den president der republiek werd
gisteren te Mirecourt een feestmaal aange
boden döor den gemeenteraad. De heerFaure
hield eene lange rede en zeide o. a.Nergens
meer dan hisr vindt bet patriotisme de hoogste
uitdrukking, waar de vereering van het ver
leden, een nalatenschap vormende van ge
meenschappelijk ïyden en roem, samengaat
met een voortdurend streven en met de edel
aardige zorg voor do toekomst van bet vader*
land. De republiek streeft er naar, in haar
buütenlandsche politiek do eeuwenoude tradi
tion van Frankrijk hoog te houden. Bij de
manoeuvres, welke wy hier hebben bijge
woond,, heeft het leger zyn tucht en detigde-
ïybheid getoond. Frankryk kan met trots
neerzien op het werk van 25 jaren. De demo
cratie is nu in de gelegenheid, in vrede en.
vryheid te arbeiden aan de bevordering van
het stoffelyk en moreel welzijn.
Ten slotte dronk de president op de be
volking der Yogeezen.
Dultachlanü.
Stöck6r publiceert thans de verklaring, dat
hy tot het voorjaar van 1895 baron Von
Hammerstein voor een man van eer heeft
gphouden. Toen hij van zyn vergrijpen hoorde,
was hy naar hem toegeyid, om de waarheid
te vernemen. Sedert had hy hem als vriend
en zielverzorger vermaand, den rechten weg
weder in te slaan, en getracht hem te be
wegen, zijn politieke positie vry willig op te
geven.
Daarentegen staat het vast, dat Hamrner-
steins, vergiypen reeds in den winter- aan] de
conservatieve party bekend waren on dat hy
niettemin hoofdredacteur van de „Kreuzzeitung"
bleef en evenmin zyn mandaat als afgevaar
digde nederlegde, maar nog in Mei namens
zyne party eene rede hield in den Ryksdag.
Eerst in Juli is hy, op aandringen van de
liberale pers, geschorst als hoofdredacteur
van do „Kreuzzeicung."
De „National Zeitung" verklaart, op
grond varr vertrouwbare mededeelingen, dat
de berichten, welke dezer dagen zyn verspreid
over de aanstaande aftrediüg van prins
Hahenlohe als rykskanselier, ten eenenmalo
ongegrond zyn.
Tevens verzekert het nationaal liberale blad,
dat het beweren der „Münchener Neuesten
Nachrichten" onjuist is. Dit blad beweerde
namelyk, dat er tusschen keizer Wilhelm on
den Rykskanselier verschil van meening is
ontstaan over do indiening van een tweede
wetsontwerp tot bestryding van het socialisme.
„De keizer zegt de „National Zeitung"
„heeft tot dusver nog niet verkla rd, dat hy
de indiening van een tweede socialisten-wet
by den Ryksdag wenschelyk aebt."
Ooötenrijk-lioujr.-Monarchle»
Men zegt dat het ministerie Badeni in
OosteDvyk oen geheel nieuw kieswetsontwerp
zal voorstellen en de belastinghervorming,
waarover de beraadslaging niet ten einde is
gebracht, zal handhaven. Het kabinet zal
steun zoeken by de gematigde partyen en
aan de uiterste en de radicale het hoofd
bieden.
Men verwacht dat het ministerie den 2den
October zal zyn geconstitueerd en dat de Ryks-
raad den 20sten dier maand zal byeenkomen.
Rusland.
De Duitsche rykskanselier is uit Rusland
teruggekeerd en heeft zich dadelyk begeven
naar Danzig, waar keizer Wilhelm vertoefde.
Men wil weten, ofschoon eigenlyk niemand
iets zekers woet, dat hy zeer voldaan is over
da vriendelyke ontvangst van den Czaar. Deze
zou met hem hebben gepraat over de Arme
nische en Oost Aziatische quaesties en vorst
Hohenlohe opnieuw hebben overtuigd, dat
da Europeesche vrede van Ruslands zyde geen
gervaar liep Ook wordt verteld dat de kan
selier had gesproken over de nooizakelykheid
van internationale samenwerking trgen revo-
lutionnaire elementen en dat de jonge Czaar
in. beginsel instemde met die denkbeelden.
De Berlynscbe correspondent der „Daily
News" meent, dat het hoofddoel der reis
van vorst Hohenlohe was, de meeDÏng van
den Czaar over verschillende onderwerpen te
vernemon. Het Duitsche gouvernement was
zeer onvolkomen ingelicht over de bedoelingen
van Nikolaas II en zoo vorst Hohenlohe na
eenig licht kan verspreiden over zyne inzich
ten en bedoelingen, zal hy tevreden ztfn met
het resultaat van zyn reis.
Het Russische hofblad „Grashdanin" spot
met de Engelsche en Italiaanscbe bladen, die
groot gewicht hechten aan het bezoek van
den Duitschen rykskanselier te St.-Petersburg.
Hy heeft, zegt zy, die reis alleeu gedaan om
voor zyner particuliere belangen te waken,
maar toen by eens in Rusland was, eischte
de beleefdheid, dat hy zyne opwachting maakte
by den Czaar. Natuurlyk zal hy in zyn onder
houd met den Russischen minister van bui-
tenlandsche zaken ook over politiek hebben
gesproken, maar deze gesprekken konden
in geen geval van beslissend belang voof
Europa zyn. De buitenlandsche politiek van
Rusland heeft in de tien laatste jaren zulk een
vast en consequent karakter gekregen, dat het
toevallig bezoek van een Duitschen rykskan
selier geen invloed kan oefenen op de richting
dier politiek.