N°. 10895
Zaterdag 31 Augustus.
A8. 1895
fleze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
1880. - 31 Augustus. - 1895.
Leiden, 30 Augustus.
Feuilleton.
Met scherpe wapenen.
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Yoor Leiden por 3 maanden. 1.10.
Franco per post1.40.
Afzondorlpko Nommors0.05.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1 6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17J. Grootere
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad
wordt f 0.05 berekend.
Morgen, de laatste van Oogstmaand, wordt
onze Koningin vijftien jaren.
't Is gauw doorloopen, het lijstje der ver
jaardagen van ons Koninklijk Huis.
Het „mannelyk oir" ontbreekt er geheel.
En wat betreft do Groothertogin van Sak
sen-Weimar, zuster van wijlen Z. M. Koning
Willem III, en de prinses van Wied, dochter
van wijlen prins Frederik, al verloochenen
zij allerminst het bloed der Oranjes, dat haar
door de aderen vloeit, blijkens do levendige
belangstelling dezer prinsessen in alles wat
den roem en den bloei van Nederland raakt,
toch staan zjj beiden wegens lang verblijf in
het buitenland ons zoo na niet meer..
Ons Vorstelijk Hms in den engeren en
oigenlijken zin des woords bestaat nog slechts
uit twee personen, H. M. onze geëerbiedigde
Koningin Wilhelmina en Hare Doorluchtige
Moeder, de Koningin Regentes Emma.
De aloude Oranjeboom is deze laatste halve
eeuw door felle en wreede stormen geteisterd
en nog slechts een enkele frissche knop bloeit
er aan, in zich de verwachting dragend van
een verjongd leven.
Is het onder die omstandigheden te ver
wonderen dat de trouw, de vereering, de aan
hankelijkheid aan de eenige Oranjetelg, die
ons nog rest, diep gegrift staan in het hart
van ieder, die er roem op draagt Nederlander
te zijn?
Ongetwijfeld neen, en de geestdrift, waar
mede Nederland zjjn Koninginnedag viert,
zal, naar wij gelooven, in de oogen van den
buitenlander, oor door te weinig dan door te
veel zondigen. Doch het ligt nu eenmaal zoo
in ons nationaal karakter, dat de geestdrift
bij ons meer inwendig gloeit dan naar buiten
in vlammen uitslaat.
Met dit verschijnsel houde men rekening
waar het de beoordeeling geldt onzer natio
nale uitingen van feestvreugde.
Alzoo staat de 31ste Augustus, verjaardag
van Koningin Wilhelmina, in de rij dier natio
nale feestdagen hoog bovenaan.
Evenwol, in onze liefde en onze vereering
kunnen wij onmogelijk de Moeder van de
Dochter scheiden. Zijn wij terecht fier op
het bezit onzer schoone en rykbegaafde jeug
dige Koningin, wij gevoelen ons ook dankbaar
gestemd tot Haar, aan wie wij het bezit dier
kostbare parel danken, en inniger nog wordt
dat dankbaarheidsgevoel, wanneer wij in
Haar niet alleen de Moeder, maar vooral ook
de zorgzame Bewaakster en Opvoedster zien
onzer toekomstige Souvereine.
Koningin Emma mag bij vele titels aan
spraak maken op don eerbied en de dank
baarheid van het Nederlandscbe volk.
Dankbaarheid is Nederland verschuldigd
aan Haar, die de laatste levensjaren van
wijlen Koning Willem III door de zonne
stralen van blijheid, levensvreugde en levens
lust mocht verhelderen.
Dankbaar behoort Nederland ook to zijn
aan de edele Weldoenster, die met teeder
hart en milde hand zooveler nood lenigt,
zooveler smart verzacht en er niet voor
terugschrikt, om zich met eigen oogen to
overtuigen van de wonden, door ziekte en
armoede aan de kinderen van haar volk
geslagen.
De dankbaarheid van zoovele door de edele
Vrouwe beweldadigden staat er borg voor,
dat de naam van Koningin Emma in Neder
land nimmer in vergetelheid zal geraken.
En toch, in dat alles ligt niet de hoogste
en de diepste grond van de veresring, die
het Nederlandsche volk voor z\jne Koningin-
Regentes gevoelt, want is zij in werkelijkheid
Nederland ten zegen geworden, dan is dit
het eerst en het meest door hare edele
toewijding aan de grootsche taak, om Koningin
Wilhelmina waardig voor te bereiden tot hot
dragen van Nerelands Kroon.
Dat die taak verre van gomakkelijk is,
dat moederlijke teederheid alleen do geschikt
heid niet kan verleenen, om haar naar den
eisch te vervullen, dat niet het minst hel
derheid van verstand en vastheid van wil
noodig z\jn, om haar tot een goed einde
te brengen, wel niemand, die het zal be
twijfelen.
Is reeds de opvoeding van elk menschen-
kind eene zaak, die zooveel oordeel, zooveel
karakter en zooveel geduld eischt, wat moet
het wel zijn waar de op te voeden peicoon
is het Koningskind, dat op rijperen leeftijd
niet enkel over zichzelf, doch tevens over
geheel een volk heeft te regeeren?
Doch zwaar en moeilijk als die taak is,
Koningin Emma heeft ze steeds als de hare
by uitnemendheid, voor zich opgeüischt, heeft
al de vele gaven van geest en hart, waarover
z\j beschikt, in dienst er van gesteld.
De hoogste eerzucht, die zij kent, is deze,
hare Dochter eens gelukkig te zien op den
Nederlandschen troon en daartoe het hare
bij te dragen, door de toekomstige Vorstin
de liefde van haar volk ten volle waardig
te maken.
Die wensch, het vlechten van een onver-
breekbaren band van liefde en verknochtheid
tusschen Vorstin en Volk, maar ook de
bescheidenheid dor Moeder, die voor zich
geene aandacht vraagt en aan wie de eer-
be^oogingen van een jubelend volk slechts
in zooverre welkom zijn, als zij de toe
komstige Koningin gelden, zij zijn wel in
het helderste licht getreden bij de bezoeken,
door onze Vorstinnen afwisselend aan de
verschillende deelen des lands, laatsteiyk
nog aan de beide zuidelyke provinciën,
gebracht.
Het middelpunt der feestviering was steeds
de jeugdige Koningin; de Regentes deelde
in de stralen van] don gloriekrans, door de
liefde des volks om het hoofd der jonge
Vorstin gevlochten, op gelyke wyze als het
zilver der maan de weerkaatsing is van hot
goud der zon.
Moeder te zyn eener toekomstige Koningin,
daarin stelt Koningin Emma haar hoogste
glorie.
Op dien titel ook behooren wy Haar voor
alles hulde en dank te brengen.
Ook het kortstondig bezoek der Koninginnen
dezer dagen aan de Amsterdamscho tentoon
stelling heeft ons opnieuw in de overtuiging
gesterkt, dat het goed is wanneer z(j dikwijls
aan de hoofdstad en andere steden een bezoek
komen brengen.
Wanneer men zoo leest over de uitgebreide
politiemaatregelen, welke er genomen werden,
over die 150 man militairen en die 70 rijks
veldwachters op hot tentoonstellingsterrein,
dan zou men daarbuiten allicht denkon, dat
dergelijke maatregelen noodig waren.
Men zal wyzen op het fluiten der soci
alisten als we ze al dien naam kunnen
geven op do Piins Hendrik-kade, maar och,
met een drie-cents fluitje werpt men geen
regeeringen omver!
Wol wordt daardoor aan de Vorstinnen
verkondigd, dat er toestanden zyn, zoo ernstig,
dat zelfs mannen, die deze fluitende jonge
lieden aanvoeren en die door geboorte en
opvoeding boven dezen staan, zich zoo verre
vergeten, dat zij zich tegenover twee vrouwen,
waarvan de eene byna nog een kind is, aan
stellen als boschjesmannen, die met Holland-
sche jenever hebben kennis gemaakt.
Treurig is het feit, dat geheel de arbeiders
beweging, die der Christelijke naiuuriyk uitge
zonderd, met deze fluiters wordt, vereenzelvigd,
en toch, toen Rcens in de meeling in het
Paleis voor Volksvlijt voorstelde, de Koning
innen by ha3r komst een ovatie te gaan
brengen, gingen rechts van het tooneel,'waar
de straatgarde byeen zat, alloon toejuichingen
op. De overigen zwegen.
Onze jonge Koningin, die de schoone blonde
haren niet meer los op den rug laat hangen,
maar het haar thans heeft „opgestokon", zal
dat fluiten wellicht schril door het teore hartje
zyn gegaan; de ernst dos levens begint zich
te vertoonen en dat is ook noodig by hot
jonge meisje, dat over drie jaren ons land zal
regeeren. Moeiiyk zal die taak zyn, wil zy
die goed vervullen, maar eene groote ver
antwoording rust op hen, dio geroepen zyn
haar voor en in te lichten. De arbeider aan
den weg, die nauwelyks in hot zweet zyns
aanschyns een goring detl van het brood
der aarde heeft, is niet zoo te beklagen als
de Vor&t, die niet zyn deel der waarheid
bezit.
„Tout homme nait bon, pur, génóreux,
justo, probe,
„Tendre, et tout amo óclot ótoile aux
mains de Dieu",
heeft eenmaal Victor Hugo gezegd, maar in
dien dit hart tot ys wordt, de vleugels van
de ziel geknot worden, dan ligt de oorzaak
in de by vorsten byna onvermijdelijke om
standigheid, dat zy nooit de waarheid hooren
en steeds door vleiers zyn omgeven. Alexander
vond Aristoteles, Lodewyk XIV Bossuet,
Napoleon Van der Palm.
Als de verstandige moeder haar kind voor
deze ramp weet te behoeden, haar weet te
vrywaren van den invloed der vleiers, dan
moge de storm nog zoo loeien over het lieve
vaderland, zy zal begrijpen wat er noodig is,
ook in do schamele woningen der werkli jden.
Het volk ireeot krachtig op, het vraagt
mede zyn deel aan do tafol des levens, het
verlangt politieke rechten, bet tot nu toe
onder den schijn van onmondigheid onthouder,
het wil als werknemer de pair d pair staan
tegenover den wirkgever, het wil voor vrouw
en kind goed voedsel, onderwijs cn zelfs ge
not Aan dit alles moeten wy ons gewonnen
en de eerste plicht der Staatsliedc-n, die den
troon omringen, is de aanstaande Koningin
to leeren, wat dat volk wil en niet: „ce no
sont que des gueux!" te laten hooren.
Wanneer de jonge Koningin de volgende
week het Noorden van ons land en daarby
tevens de hoofdsteden van Overysel en Drente
zal bezosken, zullen allo moeders het kart
van aandoening voelen kloppen, als zy na-
denkon dat dit jonge meisje daar staat op
den troon geheel alleen het kind der natie,
maar alleen en alle mannen en jongelingen
zullen de belofte afleggen het blonde hoofd
te beschermen, dut zoo kinderlijk lief nog
kan opzien tot haar Moeder. Dit kan niet
andersIeder man is als Ridder geboron, waar
het geldt de zwakkeren te beschermen en de
vrouw heeft reeds daarom lief, omdat de
natuur haar tot Moeder bostemdo en zoo
zal ook het Koningskind veilig kunnen slapen
in het land der erica's,
Door de heeren G. H. Langezaal Mz. en
A. A. Van Scbie is vroogor de eigendom
aangevraagd van een strookje grond, gelegen
aan de Kaarsenmakersstraat, by hen in ge
bruik, tegen betaling van ocno jaarlijkscho
recognitie van f 3.50. De strook grond is
kadastraal bokond Sectio C. No. 907 als erf
groot I are, 30 centiaren en niet voor den
openbaren dienst bestemd.
B. en Ws. hebben aan adressanten te kennon
gegeven dat tegen den afstand van den ge-
vraagden grond in eigendom op zichzelf geen
bezwaar zou bestaan, omdat het bezit van
dion grond niet voor de gemeente benoodigd
is, doch zy zyn eerst thans omtrent den
eventueel te bepalen koopprys tot overeen
stemming kunnen geraken.
B. en Ws. meenen dat een koopprys van
f 3 per centiare in dit geval volioendo is,
met welke som adressanten genoegen nemen.
Zy geven den gemeenteraad op grond van
een en ander in overweging aan de heeren
G. H. Langezaal Mz en A. A. Van Schie in
eigendom af te staan genoemde strook met
den muur, dienende tot afscheiding van het
erf van de openbare straat, tegen betaling
van een koopprys van drie gulden per centiare
en van de kosten van overdracht.
Aan den gemeenteraad leggen B. en Ws.
ter vaststelling over het 1ste suppletoir kohier
der plaatsoiyke directe belasting, voor den
dienst van 1895.
Commissarissen van de Stedelyko Gas
fabriek dragen voor eene benoeming van een
commissaris, in plaats van den heer P. Zillesen
(aftredend), voor het volgend dubbeltal: de
heeren P. Zillesen (aftredend) en P. L. C.
Dnessen.
Onder overlegging van deze voordracht
deelen B. on Ws. mede dat ingevolge art. 4
van het Reglement aan dit dubbeltal door
hen worden lo-gevoegd de raadsleden W. F.
Verhey van Wyk en W. Para, met voorstel
om ajsnu tot eene benoeming over te gaan.
Ten gevolge van het eervol ontslag van
mevr. wed. N. J. Hul-holf, geb. SiJdré, als lid
van bet college van Vrouwenkraammoeders
te Leiden, draagt genoemd college het vol
gende tweetal voor, ten einde door den ge
meenteraad daaruit eene keus geJaan worde:
lo Mevr. C. F. Reyst geb. Krak, 2o. Mevr.
E. S. B. Dingemans, geb. Stemberg Bosch.
Uit een inv ested onderzoek is het Burg.
en Weths. gebleken dat er goen bezwaar be
staat togen de inwilliging van het verzoek
van den heer P. J. Van Hoeken, om 09n
stoep te doen leggen voor het perceel Haven
kade No. 3, zoodat B. en Ws. den gemeente
raad in overweging geven de gevraagde ver
gunning te verleenen.
De door de zangvereeniging van den heer
Willem Van Iperen in den a. s. winter als
noviteit uit te voeren ballade van Engelbert
Humperdinck heet niet „Die Wallfahrt nach
Kenlak", maar „Die Wallfahrt nach Kevelaar".
Men schrijft ons uit Alkemade, dd. 29 Aug
Heden werd doze gemeente tezoebt door
den Commissaris der Koningin in de prov.
Z. Holland, mr. C. Fock. Na zich ter secretarie
overtuigd te hebben van den voorbeeldigen
gang der gemeente-administratie, maakte de
hooge bezoeker eene wandeling langs Roelof-
Arendsveen, ten einde er de verbetering aan
weg en bruggen in oogenschouw te nemen
en een kort bezoek te brengen aan de open
bare school, waar juist vacantie is, en de
bijzondere meisjesschool. Dit bezoek was daags
te voren door üen burgemeester aangekondigd,
ten gevolge waarvan aan alle openbare ge
bouwen en de meeste particuliere woningen
gevlagd werd. Dit is een roem voor Alkemade.
Het heeft daarmede getoond het gezag, in dit
goval belichaamd in het hoofd der provincie,
te huldigen!
De Commissaris der Koningin, die, behalve
aan Alkemade, ook een bezoek zou brengen
aan de gemeente Leimuiden, kon, dewyi te
Hoogmade een der wielen van zyn rytuig
vastliep en eerst na eene krachtsinspanning
van meer dan twee uren losgeraakte, zyne
reis niet voortzetten en ging dan ook te voet
naar Leiderdorp terug.
Tot or.derwyzeres aan de openbare schoo.
te Woubrugge is benoemd mej. A. L. Mooy,
te Delft.
De gisteren gehouden verhuring voor
den tijd van zes jaren van de eigendommen
der gemeente Alkemade heeft opgebracht:
lo. voor 66 HA. wei- en bouwland in den
Huigsloterpolder, onder de gemeente Haar
lemmermeer, in 41 perceelen, f 5318; 2o. het
zoogenaamde Schoolland te Roelof-Arendsveen
f 284; ,3,o. het stukje drilveld aldaar 30
samen f 5632. De totaio opbrengst overtreft
die van den vorigen termyu met een bedui
dend bedrag.
H
„Maar, het zenuwgestel van Durnovo was
nu eenmaal in de war en daarom weet
u was het maar beter, dat hy er om ging."
„Ik wed, dat hü dat zelf heeft g6dacht,"
antwoordde zü bedaard.
„Ja in zekeren zin. Maar wy vonden het
goad, weet u."
Mannen hebben een „esprit de sexe" zoo
goed als de vrouwen. Zy zyn er op uit om
er voor te zorgen, dat de lafaards onder hen
niet worden opgemerkt.
„Hot is vreemd," hernam Jocelyn, met
vrouwelyke verontwaardiging over den man,
die bang was, waar zg aan geen vrees zou
hebben gedacht, „heel vreemd, dat Durnovo
hier niets van dat alles heeft verteld. In
Loango weet men niet, dat de pokken te
Msala heerschten."
„Ja, ziet u, toen hy heenging wisten wg
het nog niet zeker."
„Ik houd het er voor, dat mynheer Durnovo
weet wat pokken zgn. Dat doen we allemaal
hier op de kust! Al was het nóg zoo in het
begin, dan zou hy de ziekte toch wel her
kennen."
Zg keek hem aan met een glimlach, dien
hy nimmer vergat. Op dit oogenblik voelde hy
zich min of meer beschaamd en gevangen
in een net van onwaarheid. Hy keek haar
niet aan. Hg placht er zich op te beroemeD,
dat hy zich uit elke sociale moeilykheid kon
redden. Hg had zich altgd verbeeld, dat by
voor de nieuwsgierige wereld alles kon ver
bergen, als hg het maar wonschte. Maar later
toen hg veel ouder was herinnerde hg zich
nog die uitdrukking op Jocelyns gelaat.
„Kom, kom," sprak ze met een oigenaardig,
tevreden lachje, „wind er maar geen doekjes
meer om I Hy liep immers weg en liet u aan
uw lot over?" In alle geval is het vrien-
delyk van u dat u probeert hem schoon te
wa8schen. Heel vriendeiyk ik geloof niet,
dat ik het zou gedaan hebben. Het ia mis
schien edelmoediger en vrouwen kunnen niet
edelmoedig zyn."
„Noem het practisch I Het beste is, dat men
van de menschen haalt, wat er van hen te
halen valt men moet niet probeeren ze
te verbeteren maar zgn voordeel doen met
hun gebreken. Hiermede bereikt men een
dubbel doelmen profiteert er van en geeft
een waarschuwend voorbeeld. Het beste middel
om ondeugden uit te roeien, is wel, dat men
er onmeedoogend party van trekt. En dat doen
we op dit oogenblik met Durnovo. Zyn aanval
van idiosyncrasie zal later tegen hem getuigen."
Zy schudde ongeloovig het hoofd.
„Theorie en practyk stemmen by u niet
overeen," merkte zy op. Zg zwegen even;
daarop hernam zg ernstig:
„Is u ingeënt?"
„In de dagen, dat ik gedoopt werd, toen
men mg
„Natuuriyk," viel ze hem ongeduldig in
de rede. „Maar later? Liet u het nooit eens
overdoen
„Jawel, even voordat ik Engeland verliet.
Mgn kleermaker droDg daar steeds op aan.
Hy zeide dat hy de uitrusting had bezorgd
voor menig heertje, dat naar Afrika vertrok;
dat zy allen hun tostamont maakten en zich
nog eens lieten inönton. Ik maakte geen
testament, om een reden, waarby ik liever
niet stilsta, maar haastte me om my te laten
vaccinoeren."
„En hebt u al de geneesmiddelen by u,
die u kunt noodig hebben? Hadt u wezenlgk
quinine noodig?"
Haar vragen waren zóó practisch en ge
tuigden van zoo'n verstandige bezorgdheid,
dat hg ernstig antwoordde:
„Dank u. Wy hadden eigeniyk geen quinine
noodig, maar ze kan te pas komen. Oscard
is onze dokter en een goede ook. Hy slaat
alles in een boek na, schryft de nogatieve
verschyn8elen aan één kant, de positieve aan
den anderen, telt ze behoorlgk op trekt
dan het kleinste getal van het grootste af
en behandelt zyn patiënten naar de uitkomst."
Zy lachte, meer om hem plezier te doen
dan omdat zg de belachlykheid van het geval
gevoelde.
„Ik geloof," sprak ze daarop, „dat u niet
weet in welk een gevaar u verkeert. Gedu
rende ons verblyf in deze streek hebben wy,
Maurit8 en ik, geleerd respect te hebben voor
het klimaat van West-Afrika. Wy hebben er
al zoovelen onder zien bezwgken."
„Ja, maar dkt ben ik niet van plan. Dur-
novo's hoe zullen wy het noemen?
„vrees" is goed voor ons. Hy zal zich wel
buiten alle gevaar houden."
„Jawel, maar hg zou er u in kunnen
brengen."
„Niet voor don tweeden keer, juffrouw
Gordon 1 Niet nu ik het weet. Oscard had
zin hem den hals om te draaien. Ik ben bang,
dat het er nog eens toe komt."
„De meesten," ging het meisje voort, „zyn
niet voorzichtig genoeg. In Afrika kan men
niet al te voorzichtig zgn."
„Ik bon voorzichtig; ik heb er roden voor."
Zy keek hem aan met haar heldere, onder
zoekende oogen.
„Zoo?" vroeg ze, en er lagen wel duizend
vragen in dat ééne woord.
„Het zou verkeerd zgn, als ik het niet
was," ging hg voort; „ik ben geëngageerd
en hoop te trouwen; daarom kwam ik hier.
Deze onderneming moet my van het noodige
daartoe voorzien."
„Goed," hernam ze, „en daarom moet u
dan ook dubbel voorzichtig zijn. Want ziet
u, uw leven behoort u niet meer alleen toe;
om haar moet u denken. Ik bedoel, als er
iets gevaariyks moet worden ondernomen,
laat het dan aan een ander over. Hoe ziet
ze er uit? Hoe heet ze?"
„Zy heet Millicent Millicent Chyne."
„En hoe ziet ze er uit?"
Hy leunde achterover, vouwde de handen,
strekte de armen uit, de handpalmen naar
buiten keerende, een houding, die hy gewoon
was aan te nemen, als men bem een vraag deed,
die by niet zoo terstond kon beantwoorden.
„Zy is middelmatig groot, heeft bruin haar.
Haar ergste vgandon moeten toegeven, dat zy
heel mooi is. Natuuriyk staat dit by my vast."
„Dat zou ik denken," antwoordde Jocelyn
gevat. „Zoo hoort het ook en het spreekt wel
vanzelf, dat u en die ergste vyanden gelyk
hebben."
Hy knikte tevreden en had blykbaar hot
grootste vertrouwen in zyn eigen oordeel in
dit geval.
„U zult wol verwachten," hernam hy, „dat
ik er haar photographie op na houd. Zoo
hoort het immers, nietwaar? Ik moest er
eigeniyk altyd een in een medaillon om myn
hals dragen, geloof ik. In de boeken doen
zulke menschen altyd zoo iets en het moet
altyd heel mooi zyn. Ik weet niet waar ze
die dingen koopen."
„Zouden zy die gewooniyk niet erven?"
vroeg Jocelyn.
„Dat kan wel," ging by voort op dien-
zelfden, half ernstigen toon. „En dan moest
ik het altyd gereed hebben om het stervende
te kunnen vastklemmen, on Jczef zou moeten
komen en een traan wegvegen, terwyi hy
my begroef. Jammer! Ik heb helaas van myn
voorouders niets geërfd dan oen zeer practi-
schen geest."
„Ik zou graag het portret van uw aan
staande eens gezien hebben," sprak Jocelyn,
die blykbaar niet best geluisterd had.
„Ik hoop, dat u haar eens in persoon zult
zien, in Engeland, want u zult toch wel niet
eeuwig hier blyven?'
„Nog maar een jaar of wat. Leven haar
ouders nog?"
Wordt, veToolgci.)