eon onuitputtelijke bron vormen voor de
kennis van het leven van dezen zeldzamen
man. Koning Lodewyk verleende hem ein
delijk een pensioen van 3000 lires, doch ae
r.chtigo uitbetaling van oit geld liet zeer
veel te wenschon over. Als balling bleef hy
evenwel zijn vaderland hartstochtelijk lief
hebben. Doch dankbaarheid, eerbied voor
groote geesten scheen niet te bestaan, waar
z(j Hugo De Groot moesten gelden.
Zijn vaderlandsliefde dreef hem weer naar
Holland, van waar de haat zijner vijanden
hem evenwel weer verjoeg. Hij vestigde zich
thans to Hamburg, van waar hy in 1634
op verzoek van den Zweedschen minister
Oxenstierna naar Zweden trok, om in dienst
van dezen Staat te treden. Hy werd benoemd
tot Zwoedsch gezant aan het Fransche hof,
welke betrekking hij in 1645 neerlegde, en
keerde naar Stokholm terug, vertrok van
daar naar Holland, doch werd door den
storm op de Pommersche kust geworpen.
In hetzelfde jaar overleed hij te Rostock.
Talrijk zijn de werken, welke hij het licht
heeft doen zien. Zijn belangrijkste werk
Ï9 evenwel het wereldberoemde „De jure
belli et pacis" het recht van oorlog
en vrede dat in 1625 voor het eerst het
licht zag te Amsterdam. Voor het grootsto
deel is dit geschreven, toen bij gast was op
het landgoed van den heer Van Mesme. Van
dit werk verschenen weldra uittreksels, ver
talingen bi) menigte; het gaf een geheel
nieuwe richting aan do juridische studiën.
Er bestaat van De Groot een portret, ge
schilderd door Rubens. Onder het hoogge
welfde voorhoofd schitteren donkere oogen,
diep in hunne kassen. Het in levendige kleu
ren geschilderd gelaat met blonden knevel
on baard toont een krachtigen, mannekken
ernst en do adelaarsneus geeft aan den met
blonl hoofdhaar versierden kop den trek van
liet alles beheerschende intellect. (Tel.)
Misbruiken In den Veehandel.
In eene tweede vergadering van veehouders
gisteren te Rotterdam gehouden, werd ter tafel
gebracht de volgonde concept overeenkomst.
Art. 1. Ondergoteekenden verbinden zich
tegenover elkander om geer» rundvee te ver-
koopen dan ouder beding van uitsluiting der
in de arlikelen 1540 tot en met 1548 van
het Burgerlijk Wetboek gorcgclde vrijwaring
wegens verborgen gebreken, alsmede om zorg
te dragen voor voldoend schriftelijk bewijs,
of in de gevallen, waarin dat by do wet is
toegi laten voor voldoend bewijs door getuigen
van vorenbedoeld boding.
Art. 2. Hy, dio de in artikel 1 dezer over
eenkomst vervatte vorbintenis niet nakomt,
hotzü door rundvee te verkoopon zonder ge
meld beding to maken, hetz\j door niet zorg
to dragen voor behoorlijk on voldoend schrif
telijk bewfjs of in do govallen, waarin dat
bij de wet is toegelaten voor behoorlijk en
volJoond bewijs door getuigen van gemeld
ho.ling, verbeurt telkenmale ten behoeve van
de mede-onderteokonaars dozer overeenkomst
een boete van f 100.
Do bewijslast van het foit, dat bedoold
beding wèl is gemaakt en dat hij wel beeit
zorg gedragen voor behoorlijk en voldoend
bow\j3 van dat beding, rust op don verkooper.
Art. 3. Ieder onderteekenaar dezer ovoreen
komst is gehouden, do noodigo medewerking
te verleonon tot het innen der boeten, op
verbeurte telkenmale van eon boete van f 100
ten beboovo van de overigo gerechtigden en
op straffe van verlies van zijne medegerech-
tigdheid in de ingevolgo van dit en het vorig
artikel verbeurde boeten.
Art. 4. Deze overeenkomst is niet van toe
passing op den verkoop van melk- en fokvee
tusschen de ondergeteekendon onderling."
Behoudens de bijvoeging in art. 1„onmid-
dollljk voor de slachtbank bostomd", inge-
lascht achter liet woord rundvee, en in art.
2 do byvooging van „ton hoogste" vóór de
woorden „oen honderd gulden," werden alle
artikelen goedgekeurd; daarna in haar geheel
in stemming gebracht, werd de concept-over
eenkomst aangenomen.
De overeenkomst zal op zogel gesteld
worden en het zal een ernstig streven van
hot voorloopig comité zjjn, om zooveel mogo-
ll)k landbouwers op dozo overeenkomst te
doen teekenen, welke echter niet van kracht
zal zijn, indien niet do voornaamste en
soli dbte voohouders van het Brielsche eiland,
Hoekschewaard, Westland, Zieriksee, Schio
dam, Rotterdam en omstreken, deze met
hunne handtoekoning bekrachtigen. De datum
van in-w rking treding zal in dat geval later
door het voorloopig comité vastgesteld worden.
(N. R. C.)
G e mengd Nieuws,
Hedenmorgen vertrokken de
beilo alhier in garnizoen liggende bataljons
(het 2de en het 4do) van het vierde regiment
infanterie met het regiraentsvaandel en do
stafmuziek per extra-trein van de Hollandsche
Spoorwegmaatschappij naar het station Naar-
don— Bussum, om verder naar do legerplaats
bij Laren to marchoeren.
Den troepen werd op hot perron uitgeleide
gedaan door de officieren der dd. schutterij
en andere wapens, en in don omtrek van het
station door eono talrijke menigte, waaronder
vooral de vrouwelijke kunne sterk vertegen
woordigd was, welke de manschappon ook
van de kazerne af reeds had vergozeld.
Voor hot gerechtshof te 's-Gra-
venhage stond hedon terecht F. H. L., war
moezier te Leiden, appellant van con vonnis
der Haagsche rechtbank, waarbij hij wegens
mishandeling van zekoron N. op 30 April jl.
met een spade tot vier maanden gevangenis
straf werd veroordeeld.
Een drietal getuigen werd gehoord, welke
getuigen echter omtrent het feit der mishan
deling niets konden verklaren, maar die een
gunstige getuigenis gaven nopens bekl. en
eene zeer ongunstige verklaring aflegden
omtrent den persoon van don mishandelde.
Beklaagde erkende geslagen te hebben,
maar beweerde dit in drift te hebben gedaan,
na door den mishandelde getart te zijn.
Het Openbaar Ministerie, er op wijzende
dat de mishandeling vrij ernstige gevolgen
heeft gehad, vorderde bevestiging van het
vonnis.
Mr. L. R. Telting, de verdediger, achtte
termen aanwezig tot vermindering van straf.
Uitspraak Vrijdag a. s.
Gisteren had te Katwijk aan
den Rijn de bloembollenveiling plaats, welko
reeds vroeger in dit blad was aangekondigd.
Goede soorten gingen gewillig en voor goede
prijzen van de hand, mindere soorten iets
trager. Al werden er eenige soorten opge
houden, zoo kan toch gezegd worden dat er
kooplust was.
Aan den Bilderdam bij Leimuiden
was het zoontje van den arbeider J. B. op
het land aan het spelen bij een hoop asch
van pa3 verbrand stroo. Door den wind ge
raakte er een vonk tusschen de kleeren van
het kind, die daarop vuur vatten. Deerlijk
gewond werd het jongetje opgenomen; men
vreest voor zijn leven.
Men schrijft u i t S c h e v e n i n g e n
aan het „Vad.", dat Maandag door het ruwe
weer weder heelwat schelpen waren aange
spoeld, die met het zand de zeewering zouden
versterken, doch dat de scbelpenroof maar
steeds voortgaat en niet minder dan 120 MJ.
van dit kostbare materiaal is weggevoerd,
terwfil denzelfden dag tot bevestiging der
zeewering 40 M3. materiaal is aangevoerd.
Door de Rotterdamse he slagers-
vereeniging is eene vergadering belegd ter
bespreking wat der vergadering te doen staat
tot stuiting van de beweging, die door de
veehouders op touw is gezet. Deze vergadering
nam na breedvoerige beraadslaging een motie
aan, aldus luidende: „De vergadering van
slagers, gehouden op Maandag 26 Augustus
in het gebouw Odóon, heeft besloten geen
vee op de veemarkt voetstoots te koopen."
De gopensionneerde opperwacht
meester Wibbels, te Winschoten, thans aldaar
in hechtenis als verdacht van brandstichting,
is onto rekenbaar verklaard na onderzoek der
heeren dr. Trosling, te Winschoten, en dr.
Wiersma, te Groningen.
Een man, wonende aan de 1ste
Jan Steen straat te Amsterdam, gaf gisteren
aan de politie kennis, dat op de 2de étage van
hot huis, waarin hy woont, 5 kinderen, waar
van het jongste 3 en het oudste 11 jaren telt,
aanwezig waren, wier ouders (de moeder
Zaterdagnacht en de vader Zondagmorgen)
waren weggegaan en de kindoren alzoo onver
zorgd hadden achtergelaten.
Bü onderzoek werd do moeder der kinderen
des middags door de politie aangetroffen ten
huizo narer zuster in do Govert-Flinck-straat.
Zy verklaarde uit wanhoop te hebben gehan
deld en werd door oen agent naar hare woning
gebracht. De vader is hedennacht uit c-igen
beweging teruggekeerd. (Hbl.)
Uit Nes a/d. Amstel schryftmen
aan de „Tijd": Een treurig ongeval wekt
hier algemeene deelneming. De vrouw van
S. L. had eenige weken geleden in het
Academisch Ziekenhuis te Leidon eene operatie
ondergaan en was daarna by het wederzien
van haar gezin zóó verblyd, dat zich teekenen
van krankzinnigheid vertoonden. Maandag
ochtend heeft zy in stilto haar woning ver
laten on des namiddags word haar lyk uit
den Amstel opgehaald en by haar bedroefden
man en vier jeugdige kinderen thuis gebracht.
Naby P urmerend reed gister-
morgen do van Alkmaar komende stoomtram
door een koppel van vyftig schapen, toobe-
boorende aan den heer Martinus Van Dordt,
te Beemstor. De machinist remde met alle
kracht, doch kon niet voorkomen, dat een
twintigtal verpletterd werd en de goederen
wagens ontspoorden.
De schuld van het ongeval wordt toege
schreven aan onachtzaamheid van den dry ver,
waardoor de schapen zich op het uitsluitend
voor de tram bestemde baanvak bevonden.
De dienst ondervond belaügryke vertraging.
Do huurkoetsier v. d. B. te Breda
keerde met een rijtuig, bespannen met twee
paarden, van een rit terug, toen, naby den
stal, do paarden schrikten van oen herhaald
signaal, door eene club wielryders gegeven.
Zy holden dientengevolge eenige straten door,
kwamen in aanraking met een lantaarnpaal,
waardoor de koetsier van den bok geslingerd
werd en verscheidene zeer ernstige wonden
bekwam, zoodat zyn toestand levonsgevaarlyk
is. De hollende paarden stortten naby den
tuin eenor herberg neer. De wielryders ver
klaren verplicht te zyn geweest, de schel
klinkende signalen te geven, ter waar
schuwing eenor vrouw, die zich ter zyde van
het rytuig bevond, hetwelk zy wilden voor-
byryden.
Te Tubbergen ontstond door
eon onbekende oorzaak brand in een schuur,
toebehoorende aan den landbouwer G. Rein-
ders. Hy nam zoo spoedig toe, dat aan blus-
schen niet viel to denken, zoodat het gebouw
met den geheelen inhoud, hooi, oogst, brand
stoffen, enz een prooi der vlammen werd.
Slechts mot moeite werden nog een wagen
en 2 varkens, echter met brandwonden over
dekt, er uitgehaald.
Te Harscamp (gem. Eede) trok
een 3 jarig knaapje een ketel met kokende
koffie van de tafel. Het kind kreeg den inhoud
over zich heen en bekwam zulke hevige
brandwonden, dat het daaraan overleed.
Tusschen Pinkeveer en Goudriaan
is uit eerie sloot opgehaald het lyk van den
schoenmaker P. v. IJ., uit Nieuwland. De man
was doofstom en leed aan toevallen.
Op de grenzen. Uit Hezinge,
gem. Tubbergeu, wordt het volgende aan de
„Zw. Ct." geschreven:
„Hoe grensbewoners in moeilykheden kun-
ken komen, blijkt uit het volgende vermakeiyke
verhaal van hetgeen tusschen een Nederland-
schen op de Pruisische grenzen wonenden boer
en den Pruisischen Aufseher is voorgevallen.
De landbouwer had een sterke (vaars) op
Nederlandsch grondgebied gekocht en trok er
mede op huis aan, toen hem eensklaps een
gebiedend „halt" in de ooren klonk. Aan dit
bevel direct gehoorzamende, kwamen een paar
Aufseher by hem met de vraag, waar hy met
het beest heen wilde, waarop hy antwoordde:
dat weet ik zelf niet. Da Aufseher verklaarden
toen het dier in beslag te zullen nemen,
waartegen de eigenaar zich krachtig verzette,
verklarende op Hollandsch grondgebied te zyn.
Beide partyen beweerden gelyk te hebben, met
het gevolg, dat een Aufseher het beest by
den kop, de boer het by den staart naar
zich toetrok. Op het hulpgeroep van den boer
kwam zyn vrouw toeloopen en deelde den
trekkenden Aufseher oen geduchten oorveeg
toe. Op deze wijze echter niet tot een eind
kunnende komen, daar geen van beide partijen
toe wilde geven, werd besloten den landbouwer
K. uit Hallo (Pruisen) te halen, deze echter
kon ook niet nauwkeurig de grensscheiding
aangeven, evenmin als do toen geroepen boer-
scholte (in de buurtschappen in Pr. waar
nemend burgemeester). Alsnu werd besloten
een flinken paal in den grond te slaan en daar
het dier aan te binden, hetgeen gebeurde,
terwyl een der Aufseher en de boer, die
elkander natuuriyk wantrouwden, de wacht
er by hiel Jen. Intusschen werd de Pruisische
controleur uit Uelsen gehaald en toen de grens
van den eenen steen op den anderen afgemeten,
waaruit bleek, dat de boer recht had, want
hij was met zyn vaars nog één (zegge één)
meter op Nederlandsch grondgebied, zoodat
de Aufseher, die reeds meenden weder een
goeden slag te hebben geslagen, met hun
controleur beschaamd en teleurgesteld konden
heengaan."
De aanslag te Parys. De heer
Jokovitch, het slachtoffer van den aanslag,
tegen baron Alpbonso De Rothschild gericht,
bevindt zich naar omstandigheden vry wol.
De patiënt heeft geen koorts. De geneesheeren
vertrouwen dat het hun zal gelukken, het
gekwetste oog te behouden en de wonden
aan de hand beginnen te genezen. Een be
richt, dat den patio-rit drie vingers zyn afgezet,
wordt tegengesproken. Wel bestaat er go-
vaar, dat de heer Jokovitch het vrye gebruik
van eenige vingers zal moeten missen, maar
overigens is de toestand van den patiënt be
vredigend.
Da man, die den brief mot het knalkwik
zilver heeft afgezonden, is nog niet gevonden.
Wol is te Jabrun, in Cantal, een man in hech
tenis genomen, een zekere Etienne Bor, een
gewezen student, op wien sterke verdenking
rust, maar z'ijne schuld is nog niet gebleken.
Hy is van goede afkomst en heeft een uit
stekende opvoeding genoten. Als doctor in de
letteren gat hy een tydlang onderwys aan het
Collége van Narbonne, totdat hy wegens
diefstal tot vyf jaar gevangenisstraf werd
veroordeeld. Sedert dien tyd verviel hy van
kwaad tot erger; thans heeft hy reeds elf
vonnissen to zynen laste. Bor stond bekend
als een aanhanger der anarchistische denk
beelden.
Het Ned. stoomschip „La Ca ra
pine", van Antwerpen komende, heeft te
Nieuw-York twee visschers aangebracht van
den schoener „Pervonche", door hem opge
nomen op de banken van Terre-Neuve, waar
zy schipbreuk hadden geledon, of liever hunne
sloep in den mist hadden verloren, en reeds
twee dagen op zee zwalkten.
De Duitsche keizer onderscheidt
zich, evenals wyien onze koning Willem III,
door een verbazend scherp geheugen en de
gave om menschen te herkennen. By een der
veteranen-appels, die onlangs gohouden werden,
kwam de monarch op een man af, wiens
borst met talryko orden en medailles versierd
was, en vroeg hom hoe hy al die onderschei
dingen had verworven. Do aangesprokene
word verlegen en kon niet dadelyk antwoor
den; toen zeide de keizer lachend„Nu, hoor
eens, u moest ik toch kennengy zyt immers
Ludwig, die by myn oudoom in dienst zyt ge
weest?" De man was vroeger lakei gowoest
by prins Karei van Pruisen, en 't was meer
dan zestien jaron geleden, dat de keizer hem
nu en dan vluchtig had gezien.
Te Colmar moet een ingezetene
voor een nietig lapje tuingrond jaarlyks 11
penningen belasting betalen, welk bedrag
betaalbaar is in twaalf maandelykscho ter-
mynen. Om zooveel mogelyk dit voorschrift
op te volgen, bezoekt deze belastingschuldige
elf malen in het jaar het kautoor van
den ontvanger en betaalt dan een penning,
waarvoor de ontvanger zyD naam teekent
ten bewyze der verrichte storting, terwyl
zyn personeel de betaling in een aantal dikke
boeken aanteekent. De ontvanger vond in 'c
eind al die moeite voor een zoo luttel be
drag wel wat groot, en hy bood aan de elf
penningen liever zelf te betalen, in plaats van
elke maand al dien omslag te maken voor
één penning. De belastingschuldige heeft dit
echter beslist geweigerd en verscbynt iedere
maand stipt met zyn penning, zooals do wet
hem voorschryft.
Vrydag-morgen in de vroegte
is in Piccadilly (Londen) een brutale inbraak
gepleegd in een sigarenwinkel, waaruit de
dieven 8000 sigaren medenamen. De inbrekers
waren blykbaar kenners geweest, daar zy alle
kistjes en kastjes hadden opengebroken en
een groot aantal verschillende merken hadden
geprobeerd.
Het gevolg van dit onderzoek was, dat zy
alleen de fijnste sigaren medenamen. De
dieven haddon verder twee, zoogenaamd tegen
inbrekers bestand zynde, brandkasten open
gebroken, die evenwel weinig geld bevatten.
Zy hebben blykbaar zeer lang in den winkel
vertoefd, daar een groot aantal sigareneindjes
in het huis werd gevonden.
De 8000 sigaren waren gepakt in kistjes
van 25 elk, en het is zeer vreemd, dat zy
320 kisjes, terwijl het reeds dag was, hebben
kunnen wegdragen, zonder dat de politie
zulks bemerkte Het eenige, waardoor men
hun misschien op het spoor zal kunnen komen,
is een door hen achtergelaten, met zilver be
slagen parapluie, welke zou doen vermoeden
dat de dieven als heefén gekleed waren.
Eene moj. Theresa Collin, van
Seraing, reed op haar rywiel over de boule
vards te Luik, toen eene juffer haar toeriep,
dat zy haar portemonnaie zou verliezen.
Mej. Collin hield stil en de gedienstige
juffer schikte haren zak, stak den zakdoek
boven de portemonnaie en:
„Ziezoo, mejuffer, nu is er geen gevaar,
ryd nu gerust door."
„Dank u vriendelyk," zeide mej. Collins,
en in vliegende vaart reed zy verder, tot zy
aan het „Ilótel de l'Univers" eene verfris-
sching wilde nemen. Maar toen zy wilde be
talen, was haar portemonnaie met 22 fr.
verdwenen De gedienstige juffer had ge
zorgd, dat zy niet meer uit den zak kon
vallen.
Opnieuw willende doorryden, botste zy tegen
eene voorbykoraende koets, zoodat haar fiets
in stukken en brokken op den grond bleef
liggen. Gelukkig kwam zy er nog heel
huids- af.
INGEZONDEN.
Mijnheer de Redacteurl
Het ingezonden stuk van X., voorkomende
in Uw geacht blad van 26 Augustus, heett
my do overtuiging geschonken, dat ZE-J. geen
degoiyke argumenten kan aanvoeren om mijne
bewering te weerspreken, dat ten onrechte
wordt geklaagd.
Dat op 30 Juli de opkomst der kiezers veel
is geweest en do voldoening over den uitslag
groot en algemoan is by de partyen, die hunne
candidaten gekozen zagon, bewijst nog niet
dat er workolyk over den Raad te klagen
valt, want by die verkiezing waren er andere
redenen in bot spel, waarom do aftredende
loden niet door die partyen gc-kozen werden.
"Wel heeft men ook toen de kiezers van het
Stadsgedeelte voorgehouden, dat er zooveel
voorrechten aan het Dorp geschonken werJen,
maar tot nog toe heeft noch X. noch iein .nd
anders die voorrechten kunnen opnoemen.
Alleen komt X. my nu vertellen dat de
byzondere scholen in het Dorp subsidie van
den Staat genieten, alsof ik dit niet wist,
maar X. weet even zoo goed als ondergetee
kende, dat dit subsidie, oene bydrage in de
kosten der onderwyzers, slechts voor een
klein gedeelte de onderwyskosten dekt en dus
het grootste deel voor rekening blyft van de
R. K. Parochie, waardoor myne bewering, dat
een groot deel der bevolking van Zoeter woude
hiermede gebaat is, blyft bestaan.
Verder komt X. tot een zonderlinge con
clusie, waar hy in zyn schryven den Nacht
wacht met de Byzondere Scholen gaat vor-
golyken. Hy zegt daarvan, dat na vele jaren
eindeiyk eene Regeering is gekomen, dio van
oordeel was, dat het tiliyk zou zyn de byzon
dere scholen te subsidiëeren, omdat zo feitclyk
de gemeentelyko uitgaven aanzienlyk vermin
deren, en zoo ook meent by, dat het billyk
zou zyn dat, nu jaren lang do Nachtwacht
door do bewoners van den Ryndyk is betaald
geworden, bet nu billijk zou zyu om die op
ko3ten der gemeente te nemen.
Mynheer X, Uwe vergelyking gaat niet op
Voor het toestaan van een Rykssubsidie aan
de byzondere scholen bestonden er billyko
redenen, waarvan Gij er o. a. ééne aangeeft,
namelyk: omdat ze feiteiyk de geraeenttlyke
uitgaven vermindereyu Wanneer de Nachtwacht
pp kosten dor gemeente wordt genomen, zullen
deze de gomeentelyke uitgaven verhoogen.
Staat dit gelyk, X.?
Neen, X., geen enkele goede reden is er te
vinden om d n Nachtwacht aan den Ryndyk
op algemeene kosten te nemen; het zou ally J
een voorrecht zyn, dat ik den Ryndyk-
bewoners wel niet misgun, doch op billijke
of noodzakelyke gronden is bet houden van
een Nachtwacht aan den Rljndyk op gemeente-
kosten niet te verdedigen.
By my is echter de gedachte opgekomen,
of het niet beter zou zyn om de Nachtwach
ten, zoowel die van den Ryndyk als van het
Dorp, af te schaffen en hiervoor een viorden
veldwachter aan te stellen. De veldwachters
konden dan, hetgeen reeds geschiedt, nacht
dienst verrichten, waarby de geheele gemeente
gebaat zou zyn.
En nu nog, mijnheer X., een woordje over
het Stembureau.
Gy beweert dat het argument: dat een
aantal van 30 kiezers te gering is om daar
voor een Stembureau te plaatsen, geen argu
ment is. Wy zullea dit eens aannemen, myn
heer X., en beschouwen dat het wol noodig
is om op 30 kiezers een Stombureau te hebben.
Dan zouden er in Zoeterwoudo voor de 637
kiezers minstons 21 bureaux moeten zyn.
Zoudt Gy nu denk-.n, dat de Minister, de
Ged. Staten en de Raad ooit de dwaasheid
zouden begaan om de gemeente in 21 afdee-
lingen te verdeelen, enkel en alleen om onkelen
gemakzuchtigen kiezers pleizier te doen?
Het waro dan maar beter dat de leden
van den Raad met de bus rondgingen om
de stembriefjes op te halen.
Nu, mynheer X., wilt Gy en velen metU
blyven klagen, gaat dan Uwen gang, maar
ik raad U aan die klachten te brengen by
den Raad, waar ze thuisbehooren, doch tot
heden is er in de Raadsvergaderingen niets
vernomen van verzoekschriften tot het op
richten van een Stembureau aan den Ryndyk en
van het bekostigen van den Nachtwacht aldaar
door do gemeente.
Ten slotte, mynheer X., geef ik U de ver
zekering, dat ik Uwe klachten of opmerkingen
niet meer beantwoorden zal, nu ik de vol
doening by my draag het publiek de ware
toelichting in de behandelde zaken te hebben
gegevon, door U en anderen te berde gebracht.
Mynheer de Redacteur! ik vertrouw dat U
ook deze regelen in Uw veelgelezon blad zult
willen opnemen en U daarvoor myn beleefden
dank betuigende, verblyf ik
Zokterwoude, Uw Dw. Dnr.
27 Augustus 1895. Boonekamp.
BUITENLAND.
Frankrijk.
De „Figaro" deelt mede dat de Russische
generaal Dragomiroff als gast van den
Franschen generalen staf de legeroefeningen
in hot Oosten zal bywonen, en dat men aan
deze manoeuvres het karakter wil geven van
een antwoord op de Duitsche herinnerings
feesten.
De „Justice" vraagt, of de Fransche
regeering zich gereed maakt, een nieuwe
expeoitie te zenden tegen de Derwischen aan
den Boven Nyl. Het blad meent dat een
dergolyke onderneming noodig blykt door het
verzoek om versterking van den heer Liothard,
commissaris aan den Boven Oebanghi.
De directeur der glasblazeryen te Carmaux
heeft aan een vertegenwoordiger van het
„Journal des Dóbats" verzekerd, dat hy gereed
is om het werk weer te beginnen, zoodra
zich maar genoeg werklieden willen aan
melden.
De Fransche minister Poincaré is heden
naar Havre vertrokken, ten einde president
Faure aldaar te bezoeken. Volgens een der
Parysche bladen zal deze reis van den minister
van onderwys in verband staan met zyno
aanstaande verloving mot mejuffrouw Lucie
Faure, do dochter van den president.
Do „Figaro" spreekt het bericht togen,
dat do heer Eustis, de gezant der Vc-reenigde
Staten te Parys, weldra zyn post zal verlaten.
Koning George van Griekenland, dia
gisteren te Parys is aangekomen, zal daar
niet lang blyven. Reeds dezer dagen zal de
koning, do oudste zoon van koniDg Cbristi-
aan van Denemarken, de reis naar Kopen*
hagen, het dool van zyn uitstapje, voort
zetten.
België.
Het „Handelsbl. van Antwerpen" scbryft
het volgende:
Onze voorvaders hadden hunnen koeien-
oorlog; wy hebben den volledigen vee oorlog,
of, zooals de „Patriote" het in z\jn nummer
van Zondag noemt, „den striH tusschen been
houwers en veekweekers."
De eersten klagen, omdat het vee niet
meer koop lyk is, ter oorz.ike van de sluitiDg
der Hollandsche grenzen, w lke belet dat er
goed slachtvee inkoine.
De tweoden zegt men willen de gren
zen bestendig gesloten hou Jen, onder voor
wendsel, dat in Holland voort-iurend de ziekte
beerscht en de toevoer van nollandsch ver
onzen veestapel bedreigt.
Doch bet is een zonderli.ig fut wy dedeil
het reeds vroeger opmerken dat men die
sluiting in onze Poldergemeentcn niet of met
zoo reinig aandrang vraagt! Dat do boeren
uit den omtrek van Luik, van Herve en
andtre Waalsche streken zich by de onzen
aansluiten, om de opening der grenzen te
vragen en dat het alleen uit Vlaanderen is,
dat de klachten komen.
De Vlaandersche landbouwbladen vooral,
voeren den stryd tegen het Hollandsch vee
en gronden hunne vraag op do officieel e ver
slagen, welke zorg dragen, telkens te ver
melden, hoeveel van de om gezondheids
redenen afgemaakte beosten van Hollandschen
oorsprong waren.
Maar is liet dan niet verwond rlyk, dat in
de provincie Antwerpen dit het geval niet is?
Dj ofliciëole verslagen zeiden het kortelings
nog: Geen enkel HollanJsch beest werd in
de provincie Antwerpen afgekeurd.
Geeft, dit dan geen schyn van waarheid
aan hetgeen wy zeiden tydens de eenige
dagen, dat in het begin van den zomer de
grenzen open waren, namelyk, dat de Hol
landsche beesten, in Vlaanderen aaügetast
bevonden, in besmette stallen hadden gestaan
of in aanraking waren geweest met besmet
vee, herkomstig van vee van rondom Gent.
Men heeft het geval te Gent waargenomen.
Wij hebben destyds man en paard genoemd.
Wy gaan verder en zullen wyzen op hetgeen
onze gewone verslaggever van landbouwten
toonstellingen schreef, toen hy verleden jaar
van den bekenden pryskamp met groote vee
markt te Wachtebeke terugkeerde: „uatdaar