eon onuitputtelijke bron vormen voor de kennis van het leven van dezen zeldzamen man. Koning Lodewyk verleende hem ein delijk een pensioen van 3000 lires, doch ae r.chtigo uitbetaling van oit geld liet zeer veel te wenschon over. Als balling bleef hy evenwel zijn vaderland hartstochtelijk lief hebben. Doch dankbaarheid, eerbied voor groote geesten scheen niet te bestaan, waar z(j Hugo De Groot moesten gelden. Zijn vaderlandsliefde dreef hem weer naar Holland, van waar de haat zijner vijanden hem evenwel weer verjoeg. Hij vestigde zich thans to Hamburg, van waar hy in 1634 op verzoek van den Zweedschen minister Oxenstierna naar Zweden trok, om in dienst van dezen Staat te treden. Hy werd benoemd tot Zwoedsch gezant aan het Fransche hof, welke betrekking hij in 1645 neerlegde, en keerde naar Stokholm terug, vertrok van daar naar Holland, doch werd door den storm op de Pommersche kust geworpen. In hetzelfde jaar overleed hij te Rostock. Talrijk zijn de werken, welke hij het licht heeft doen zien. Zijn belangrijkste werk Ï9 evenwel het wereldberoemde „De jure belli et pacis" het recht van oorlog en vrede dat in 1625 voor het eerst het licht zag te Amsterdam. Voor het grootsto deel is dit geschreven, toen bij gast was op het landgoed van den heer Van Mesme. Van dit werk verschenen weldra uittreksels, ver talingen bi) menigte; het gaf een geheel nieuwe richting aan do juridische studiën. Er bestaat van De Groot een portret, ge schilderd door Rubens. Onder het hoogge welfde voorhoofd schitteren donkere oogen, diep in hunne kassen. Het in levendige kleu ren geschilderd gelaat met blonden knevel on baard toont een krachtigen, mannekken ernst en do adelaarsneus geeft aan den met blonl hoofdhaar versierden kop den trek van liet alles beheerschende intellect. (Tel.) Misbruiken In den Veehandel. In eene tweede vergadering van veehouders gisteren te Rotterdam gehouden, werd ter tafel gebracht de volgonde concept overeenkomst. Art. 1. Ondergoteekenden verbinden zich tegenover elkander om geer» rundvee te ver- koopen dan ouder beding van uitsluiting der in de arlikelen 1540 tot en met 1548 van het Burgerlijk Wetboek gorcgclde vrijwaring wegens verborgen gebreken, alsmede om zorg te dragen voor voldoend schriftelijk bewijs, of in de gevallen, waarin dat by do wet is toegi laten voor voldoend bewijs door getuigen van vorenbedoeld boding. Art. 2. Hy, dio de in artikel 1 dezer over eenkomst vervatte vorbintenis niet nakomt, hotzü door rundvee te verkoopon zonder ge meld beding to maken, hetz\j door niet zorg to dragen voor behoorlijk on voldoend schrif telijk bewfjs of in do govallen, waarin dat bij de wet is toegelaten voor behoorlijk en volJoond bewijs door getuigen van gemeld ho.ling, verbeurt telkenmale ten behoeve van de mede-onderteokonaars dozer overeenkomst een boete van f 100. Do bewijslast van het foit, dat bedoold beding wèl is gemaakt en dat hij wel beeit zorg gedragen voor behoorlijk en voldoend bow\j3 van dat beding, rust op don verkooper. Art. 3. Ieder onderteekenaar dezer ovoreen komst is gehouden, do noodigo medewerking te verleonon tot het innen der boeten, op verbeurte telkenmale van eon boete van f 100 ten beboovo van de overigo gerechtigden en op straffe van verlies van zijne medegerech- tigdheid in de ingevolgo van dit en het vorig artikel verbeurde boeten. Art. 4. Deze overeenkomst is niet van toe passing op den verkoop van melk- en fokvee tusschen de ondergeteekendon onderling." Behoudens de bijvoeging in art. 1„onmid- dollljk voor de slachtbank bostomd", inge- lascht achter liet woord rundvee, en in art. 2 do byvooging van „ton hoogste" vóór de woorden „oen honderd gulden," werden alle artikelen goedgekeurd; daarna in haar geheel in stemming gebracht, werd de concept-over eenkomst aangenomen. De overeenkomst zal op zogel gesteld worden en het zal een ernstig streven van hot voorloopig comité zjjn, om zooveel mogo- ll)k landbouwers op dozo overeenkomst te doen teekenen, welke echter niet van kracht zal zijn, indien niet do voornaamste en soli dbte voohouders van het Brielsche eiland, Hoekschewaard, Westland, Zieriksee, Schio dam, Rotterdam en omstreken, deze met hunne handtoekoning bekrachtigen. De datum van in-w rking treding zal in dat geval later door het voorloopig comité vastgesteld worden. (N. R. C.) G e mengd Nieuws, Hedenmorgen vertrokken de beilo alhier in garnizoen liggende bataljons (het 2de en het 4do) van het vierde regiment infanterie met het regiraentsvaandel en do stafmuziek per extra-trein van de Hollandsche Spoorwegmaatschappij naar het station Naar- don— Bussum, om verder naar do legerplaats bij Laren to marchoeren. Den troepen werd op hot perron uitgeleide gedaan door de officieren der dd. schutterij en andere wapens, en in don omtrek van het station door eono talrijke menigte, waaronder vooral de vrouwelijke kunne sterk vertegen woordigd was, welke de manschappon ook van de kazerne af reeds had vergozeld. Voor hot gerechtshof te 's-Gra- venhage stond hedon terecht F. H. L., war moezier te Leiden, appellant van con vonnis der Haagsche rechtbank, waarbij hij wegens mishandeling van zekoron N. op 30 April jl. met een spade tot vier maanden gevangenis straf werd veroordeeld. Een drietal getuigen werd gehoord, welke getuigen echter omtrent het feit der mishan deling niets konden verklaren, maar die een gunstige getuigenis gaven nopens bekl. en eene zeer ongunstige verklaring aflegden omtrent den persoon van don mishandelde. Beklaagde erkende geslagen te hebben, maar beweerde dit in drift te hebben gedaan, na door den mishandelde getart te zijn. Het Openbaar Ministerie, er op wijzende dat de mishandeling vrij ernstige gevolgen heeft gehad, vorderde bevestiging van het vonnis. Mr. L. R. Telting, de verdediger, achtte termen aanwezig tot vermindering van straf. Uitspraak Vrijdag a. s. Gisteren had te Katwijk aan den Rijn de bloembollenveiling plaats, welko reeds vroeger in dit blad was aangekondigd. Goede soorten gingen gewillig en voor goede prijzen van de hand, mindere soorten iets trager. Al werden er eenige soorten opge houden, zoo kan toch gezegd worden dat er kooplust was. Aan den Bilderdam bij Leimuiden was het zoontje van den arbeider J. B. op het land aan het spelen bij een hoop asch van pa3 verbrand stroo. Door den wind ge raakte er een vonk tusschen de kleeren van het kind, die daarop vuur vatten. Deerlijk gewond werd het jongetje opgenomen; men vreest voor zijn leven. Men schrijft u i t S c h e v e n i n g e n aan het „Vad.", dat Maandag door het ruwe weer weder heelwat schelpen waren aange spoeld, die met het zand de zeewering zouden versterken, doch dat de scbelpenroof maar steeds voortgaat en niet minder dan 120 MJ. van dit kostbare materiaal is weggevoerd, terwfil denzelfden dag tot bevestiging der zeewering 40 M3. materiaal is aangevoerd. Door de Rotterdamse he slagers- vereeniging is eene vergadering belegd ter bespreking wat der vergadering te doen staat tot stuiting van de beweging, die door de veehouders op touw is gezet. Deze vergadering nam na breedvoerige beraadslaging een motie aan, aldus luidende: „De vergadering van slagers, gehouden op Maandag 26 Augustus in het gebouw Odóon, heeft besloten geen vee op de veemarkt voetstoots te koopen." De gopensionneerde opperwacht meester Wibbels, te Winschoten, thans aldaar in hechtenis als verdacht van brandstichting, is onto rekenbaar verklaard na onderzoek der heeren dr. Trosling, te Winschoten, en dr. Wiersma, te Groningen. Een man, wonende aan de 1ste Jan Steen straat te Amsterdam, gaf gisteren aan de politie kennis, dat op de 2de étage van hot huis, waarin hy woont, 5 kinderen, waar van het jongste 3 en het oudste 11 jaren telt, aanwezig waren, wier ouders (de moeder Zaterdagnacht en de vader Zondagmorgen) waren weggegaan en de kindoren alzoo onver zorgd hadden achtergelaten. Bü onderzoek werd do moeder der kinderen des middags door de politie aangetroffen ten huizo narer zuster in do Govert-Flinck-straat. Zy verklaarde uit wanhoop te hebben gehan deld en werd door oen agent naar hare woning gebracht. De vader is hedennacht uit c-igen beweging teruggekeerd. (Hbl.) Uit Nes a/d. Amstel schryftmen aan de „Tijd": Een treurig ongeval wekt hier algemeene deelneming. De vrouw van S. L. had eenige weken geleden in het Academisch Ziekenhuis te Leidon eene operatie ondergaan en was daarna by het wederzien van haar gezin zóó verblyd, dat zich teekenen van krankzinnigheid vertoonden. Maandag ochtend heeft zy in stilto haar woning ver laten on des namiddags word haar lyk uit den Amstel opgehaald en by haar bedroefden man en vier jeugdige kinderen thuis gebracht. Naby P urmerend reed gister- morgen do van Alkmaar komende stoomtram door een koppel van vyftig schapen, toobe- boorende aan den heer Martinus Van Dordt, te Beemstor. De machinist remde met alle kracht, doch kon niet voorkomen, dat een twintigtal verpletterd werd en de goederen wagens ontspoorden. De schuld van het ongeval wordt toege schreven aan onachtzaamheid van den dry ver, waardoor de schapen zich op het uitsluitend voor de tram bestemde baanvak bevonden. De dienst ondervond belaügryke vertraging. Do huurkoetsier v. d. B. te Breda keerde met een rijtuig, bespannen met twee paarden, van een rit terug, toen, naby den stal, do paarden schrikten van oen herhaald signaal, door eene club wielryders gegeven. Zy holden dientengevolge eenige straten door, kwamen in aanraking met een lantaarnpaal, waardoor de koetsier van den bok geslingerd werd en verscheidene zeer ernstige wonden bekwam, zoodat zyn toestand levonsgevaarlyk is. De hollende paarden stortten naby den tuin eenor herberg neer. De wielryders ver klaren verplicht te zyn geweest, de schel klinkende signalen te geven, ter waar schuwing eenor vrouw, die zich ter zyde van het rytuig bevond, hetwelk zy wilden voor- byryden. Te Tubbergen ontstond door eon onbekende oorzaak brand in een schuur, toebehoorende aan den landbouwer G. Rein- ders. Hy nam zoo spoedig toe, dat aan blus- schen niet viel to denken, zoodat het gebouw met den geheelen inhoud, hooi, oogst, brand stoffen, enz een prooi der vlammen werd. Slechts mot moeite werden nog een wagen en 2 varkens, echter met brandwonden over dekt, er uitgehaald. Te Harscamp (gem. Eede) trok een 3 jarig knaapje een ketel met kokende koffie van de tafel. Het kind kreeg den inhoud over zich heen en bekwam zulke hevige brandwonden, dat het daaraan overleed. Tusschen Pinkeveer en Goudriaan is uit eerie sloot opgehaald het lyk van den schoenmaker P. v. IJ., uit Nieuwland. De man was doofstom en leed aan toevallen. Op de grenzen. Uit Hezinge, gem. Tubbergeu, wordt het volgende aan de „Zw. Ct." geschreven: „Hoe grensbewoners in moeilykheden kun- ken komen, blijkt uit het volgende vermakeiyke verhaal van hetgeen tusschen een Nederland- schen op de Pruisische grenzen wonenden boer en den Pruisischen Aufseher is voorgevallen. De landbouwer had een sterke (vaars) op Nederlandsch grondgebied gekocht en trok er mede op huis aan, toen hem eensklaps een gebiedend „halt" in de ooren klonk. Aan dit bevel direct gehoorzamende, kwamen een paar Aufseher by hem met de vraag, waar hy met het beest heen wilde, waarop hy antwoordde: dat weet ik zelf niet. Da Aufseher verklaarden toen het dier in beslag te zullen nemen, waartegen de eigenaar zich krachtig verzette, verklarende op Hollandsch grondgebied te zyn. Beide partyen beweerden gelyk te hebben, met het gevolg, dat een Aufseher het beest by den kop, de boer het by den staart naar zich toetrok. Op het hulpgeroep van den boer kwam zyn vrouw toeloopen en deelde den trekkenden Aufseher oen geduchten oorveeg toe. Op deze wijze echter niet tot een eind kunnende komen, daar geen van beide partijen toe wilde geven, werd besloten den landbouwer K. uit Hallo (Pruisen) te halen, deze echter kon ook niet nauwkeurig de grensscheiding aangeven, evenmin als do toen geroepen boer- scholte (in de buurtschappen in Pr. waar nemend burgemeester). Alsnu werd besloten een flinken paal in den grond te slaan en daar het dier aan te binden, hetgeen gebeurde, terwyl een der Aufseher en de boer, die elkander natuuriyk wantrouwden, de wacht er by hiel Jen. Intusschen werd de Pruisische controleur uit Uelsen gehaald en toen de grens van den eenen steen op den anderen afgemeten, waaruit bleek, dat de boer recht had, want hij was met zyn vaars nog één (zegge één) meter op Nederlandsch grondgebied, zoodat de Aufseher, die reeds meenden weder een goeden slag te hebben geslagen, met hun controleur beschaamd en teleurgesteld konden heengaan." De aanslag te Parys. De heer Jokovitch, het slachtoffer van den aanslag, tegen baron Alpbonso De Rothschild gericht, bevindt zich naar omstandigheden vry wol. De patiënt heeft geen koorts. De geneesheeren vertrouwen dat het hun zal gelukken, het gekwetste oog te behouden en de wonden aan de hand beginnen te genezen. Een be richt, dat den patio-rit drie vingers zyn afgezet, wordt tegengesproken. Wel bestaat er go- vaar, dat de heer Jokovitch het vrye gebruik van eenige vingers zal moeten missen, maar overigens is de toestand van den patiënt be vredigend. Da man, die den brief mot het knalkwik zilver heeft afgezonden, is nog niet gevonden. Wol is te Jabrun, in Cantal, een man in hech tenis genomen, een zekere Etienne Bor, een gewezen student, op wien sterke verdenking rust, maar z'ijne schuld is nog niet gebleken. Hy is van goede afkomst en heeft een uit stekende opvoeding genoten. Als doctor in de letteren gat hy een tydlang onderwys aan het Collége van Narbonne, totdat hy wegens diefstal tot vyf jaar gevangenisstraf werd veroordeeld. Sedert dien tyd verviel hy van kwaad tot erger; thans heeft hy reeds elf vonnissen to zynen laste. Bor stond bekend als een aanhanger der anarchistische denk beelden. Het Ned. stoomschip „La Ca ra pine", van Antwerpen komende, heeft te Nieuw-York twee visschers aangebracht van den schoener „Pervonche", door hem opge nomen op de banken van Terre-Neuve, waar zy schipbreuk hadden geledon, of liever hunne sloep in den mist hadden verloren, en reeds twee dagen op zee zwalkten. De Duitsche keizer onderscheidt zich, evenals wyien onze koning Willem III, door een verbazend scherp geheugen en de gave om menschen te herkennen. By een der veteranen-appels, die onlangs gohouden werden, kwam de monarch op een man af, wiens borst met talryko orden en medailles versierd was, en vroeg hom hoe hy al die onderschei dingen had verworven. Do aangesprokene word verlegen en kon niet dadelyk antwoor den; toen zeide de keizer lachend„Nu, hoor eens, u moest ik toch kennengy zyt immers Ludwig, die by myn oudoom in dienst zyt ge weest?" De man was vroeger lakei gowoest by prins Karei van Pruisen, en 't was meer dan zestien jaron geleden, dat de keizer hem nu en dan vluchtig had gezien. Te Colmar moet een ingezetene voor een nietig lapje tuingrond jaarlyks 11 penningen belasting betalen, welk bedrag betaalbaar is in twaalf maandelykscho ter- mynen. Om zooveel mogelyk dit voorschrift op te volgen, bezoekt deze belastingschuldige elf malen in het jaar het kautoor van den ontvanger en betaalt dan een penning, waarvoor de ontvanger zyD naam teekent ten bewyze der verrichte storting, terwyl zyn personeel de betaling in een aantal dikke boeken aanteekent. De ontvanger vond in 'c eind al die moeite voor een zoo luttel be drag wel wat groot, en hy bood aan de elf penningen liever zelf te betalen, in plaats van elke maand al dien omslag te maken voor één penning. De belastingschuldige heeft dit echter beslist geweigerd en verscbynt iedere maand stipt met zyn penning, zooals do wet hem voorschryft. Vrydag-morgen in de vroegte is in Piccadilly (Londen) een brutale inbraak gepleegd in een sigarenwinkel, waaruit de dieven 8000 sigaren medenamen. De inbrekers waren blykbaar kenners geweest, daar zy alle kistjes en kastjes hadden opengebroken en een groot aantal verschillende merken hadden geprobeerd. Het gevolg van dit onderzoek was, dat zy alleen de fijnste sigaren medenamen. De dieven haddon verder twee, zoogenaamd tegen inbrekers bestand zynde, brandkasten open gebroken, die evenwel weinig geld bevatten. Zy hebben blykbaar zeer lang in den winkel vertoefd, daar een groot aantal sigareneindjes in het huis werd gevonden. De 8000 sigaren waren gepakt in kistjes van 25 elk, en het is zeer vreemd, dat zy 320 kisjes, terwijl het reeds dag was, hebben kunnen wegdragen, zonder dat de politie zulks bemerkte Het eenige, waardoor men hun misschien op het spoor zal kunnen komen, is een door hen achtergelaten, met zilver be slagen parapluie, welke zou doen vermoeden dat de dieven als heefén gekleed waren. Eene moj. Theresa Collin, van Seraing, reed op haar rywiel over de boule vards te Luik, toen eene juffer haar toeriep, dat zy haar portemonnaie zou verliezen. Mej. Collin hield stil en de gedienstige juffer schikte haren zak, stak den zakdoek boven de portemonnaie en: „Ziezoo, mejuffer, nu is er geen gevaar, ryd nu gerust door." „Dank u vriendelyk," zeide mej. Collins, en in vliegende vaart reed zy verder, tot zy aan het „Ilótel de l'Univers" eene verfris- sching wilde nemen. Maar toen zy wilde be talen, was haar portemonnaie met 22 fr. verdwenen De gedienstige juffer had ge zorgd, dat zy niet meer uit den zak kon vallen. Opnieuw willende doorryden, botste zy tegen eene voorbykoraende koets, zoodat haar fiets in stukken en brokken op den grond bleef liggen. Gelukkig kwam zy er nog heel huids- af. INGEZONDEN. Mijnheer de Redacteurl Het ingezonden stuk van X., voorkomende in Uw geacht blad van 26 Augustus, heett my do overtuiging geschonken, dat ZE-J. geen degoiyke argumenten kan aanvoeren om mijne bewering te weerspreken, dat ten onrechte wordt geklaagd. Dat op 30 Juli de opkomst der kiezers veel is geweest en do voldoening over den uitslag groot en algemoan is by de partyen, die hunne candidaten gekozen zagon, bewijst nog niet dat er workolyk over den Raad te klagen valt, want by die verkiezing waren er andere redenen in bot spel, waarom do aftredende loden niet door die partyen gc-kozen werden. "Wel heeft men ook toen de kiezers van het Stadsgedeelte voorgehouden, dat er zooveel voorrechten aan het Dorp geschonken werJen, maar tot nog toe heeft noch X. noch iein .nd anders die voorrechten kunnen opnoemen. Alleen komt X. my nu vertellen dat de byzondere scholen in het Dorp subsidie van den Staat genieten, alsof ik dit niet wist, maar X. weet even zoo goed als ondergetee kende, dat dit subsidie, oene bydrage in de kosten der onderwyzers, slechts voor een klein gedeelte de onderwyskosten dekt en dus het grootste deel voor rekening blyft van de R. K. Parochie, waardoor myne bewering, dat een groot deel der bevolking van Zoeter woude hiermede gebaat is, blyft bestaan. Verder komt X. tot een zonderlinge con clusie, waar hy in zyn schryven den Nacht wacht met de Byzondere Scholen gaat vor- golyken. Hy zegt daarvan, dat na vele jaren eindeiyk eene Regeering is gekomen, dio van oordeel was, dat het tiliyk zou zyn de byzon dere scholen te subsidiëeren, omdat zo feitclyk de gemeentelyko uitgaven aanzienlyk vermin deren, en zoo ook meent by, dat het billyk zou zyn dat, nu jaren lang do Nachtwacht door do bewoners van den Ryndyk is betaald geworden, bet nu billijk zou zyu om die op ko3ten der gemeente te nemen. Mynheer X, Uwe vergelyking gaat niet op Voor het toestaan van een Rykssubsidie aan de byzondere scholen bestonden er billyko redenen, waarvan Gij er o. a. ééne aangeeft, namelyk: omdat ze feiteiyk de geraeenttlyke uitgaven vermindereyu Wanneer de Nachtwacht pp kosten dor gemeente wordt genomen, zullen deze de gomeentelyke uitgaven verhoogen. Staat dit gelyk, X.? Neen, X., geen enkele goede reden is er te vinden om d n Nachtwacht aan den Ryndyk op algemeene kosten te nemen; het zou ally J een voorrecht zyn, dat ik den Ryndyk- bewoners wel niet misgun, doch op billijke of noodzakelyke gronden is bet houden van een Nachtwacht aan den Rljndyk op gemeente- kosten niet te verdedigen. By my is echter de gedachte opgekomen, of het niet beter zou zyn om de Nachtwach ten, zoowel die van den Ryndyk als van het Dorp, af te schaffen en hiervoor een viorden veldwachter aan te stellen. De veldwachters konden dan, hetgeen reeds geschiedt, nacht dienst verrichten, waarby de geheele gemeente gebaat zou zyn. En nu nog, mijnheer X., een woordje over het Stembureau. Gy beweert dat het argument: dat een aantal van 30 kiezers te gering is om daar voor een Stembureau te plaatsen, geen argu ment is. Wy zullea dit eens aannemen, myn heer X., en beschouwen dat het wol noodig is om op 30 kiezers een Stombureau te hebben. Dan zouden er in Zoeterwoudo voor de 637 kiezers minstons 21 bureaux moeten zyn. Zoudt Gy nu denk-.n, dat de Minister, de Ged. Staten en de Raad ooit de dwaasheid zouden begaan om de gemeente in 21 afdee- lingen te verdeelen, enkel en alleen om onkelen gemakzuchtigen kiezers pleizier te doen? Het waro dan maar beter dat de leden van den Raad met de bus rondgingen om de stembriefjes op te halen. Nu, mynheer X., wilt Gy en velen metU blyven klagen, gaat dan Uwen gang, maar ik raad U aan die klachten te brengen by den Raad, waar ze thuisbehooren, doch tot heden is er in de Raadsvergaderingen niets vernomen van verzoekschriften tot het op richten van een Stembureau aan den Ryndyk en van het bekostigen van den Nachtwacht aldaar door do gemeente. Ten slotte, mynheer X., geef ik U de ver zekering, dat ik Uwe klachten of opmerkingen niet meer beantwoorden zal, nu ik de vol doening by my draag het publiek de ware toelichting in de behandelde zaken te hebben gegevon, door U en anderen te berde gebracht. Mynheer de Redacteur! ik vertrouw dat U ook deze regelen in Uw veelgelezon blad zult willen opnemen en U daarvoor myn beleefden dank betuigende, verblyf ik Zokterwoude, Uw Dw. Dnr. 27 Augustus 1895. Boonekamp. BUITENLAND. Frankrijk. De „Figaro" deelt mede dat de Russische generaal Dragomiroff als gast van den Franschen generalen staf de legeroefeningen in hot Oosten zal bywonen, en dat men aan deze manoeuvres het karakter wil geven van een antwoord op de Duitsche herinnerings feesten. De „Justice" vraagt, of de Fransche regeering zich gereed maakt, een nieuwe expeoitie te zenden tegen de Derwischen aan den Boven Nyl. Het blad meent dat een dergolyke onderneming noodig blykt door het verzoek om versterking van den heer Liothard, commissaris aan den Boven Oebanghi. De directeur der glasblazeryen te Carmaux heeft aan een vertegenwoordiger van het „Journal des Dóbats" verzekerd, dat hy gereed is om het werk weer te beginnen, zoodra zich maar genoeg werklieden willen aan melden. De Fransche minister Poincaré is heden naar Havre vertrokken, ten einde president Faure aldaar te bezoeken. Volgens een der Parysche bladen zal deze reis van den minister van onderwys in verband staan met zyno aanstaande verloving mot mejuffrouw Lucie Faure, do dochter van den president. Do „Figaro" spreekt het bericht togen, dat do heer Eustis, de gezant der Vc-reenigde Staten te Parys, weldra zyn post zal verlaten. Koning George van Griekenland, dia gisteren te Parys is aangekomen, zal daar niet lang blyven. Reeds dezer dagen zal de koning, do oudste zoon van koniDg Cbristi- aan van Denemarken, de reis naar Kopen* hagen, het dool van zyn uitstapje, voort zetten. België. Het „Handelsbl. van Antwerpen" scbryft het volgende: Onze voorvaders hadden hunnen koeien- oorlog; wy hebben den volledigen vee oorlog, of, zooals de „Patriote" het in z\jn nummer van Zondag noemt, „den striH tusschen been houwers en veekweekers." De eersten klagen, omdat het vee niet meer koop lyk is, ter oorz.ike van de sluitiDg der Hollandsche grenzen, w lke belet dat er goed slachtvee inkoine. De tweoden zegt men willen de gren zen bestendig gesloten hou Jen, onder voor wendsel, dat in Holland voort-iurend de ziekte beerscht en de toevoer van nollandsch ver onzen veestapel bedreigt. Doch bet is een zonderli.ig fut wy dedeil het reeds vroeger opmerken dat men die sluiting in onze Poldergemeentcn niet of met zoo reinig aandrang vraagt! Dat do boeren uit den omtrek van Luik, van Herve en andtre Waalsche streken zich by de onzen aansluiten, om de opening der grenzen te vragen en dat het alleen uit Vlaanderen is, dat de klachten komen. De Vlaandersche landbouwbladen vooral, voeren den stryd tegen het Hollandsch vee en gronden hunne vraag op do officieel e ver slagen, welke zorg dragen, telkens te ver melden, hoeveel van de om gezondheids redenen afgemaakte beosten van Hollandschen oorsprong waren. Maar is liet dan niet verwond rlyk, dat in de provincie Antwerpen dit het geval niet is? Dj ofliciëole verslagen zeiden het kortelings nog: Geen enkel HollanJsch beest werd in de provincie Antwerpen afgekeurd. Geeft, dit dan geen schyn van waarheid aan hetgeen wy zeiden tydens de eenige dagen, dat in het begin van den zomer de grenzen open waren, namelyk, dat de Hol landsche beesten, in Vlaanderen aaügetast bevonden, in besmette stallen hadden gestaan of in aanraking waren geweest met besmet vee, herkomstig van vee van rondom Gent. Men heeft het geval te Gent waargenomen. Wij hebben destyds man en paard genoemd. Wy gaan verder en zullen wyzen op hetgeen onze gewone verslaggever van landbouwten toonstellingen schreef, toen hy verleden jaar van den bekenden pryskamp met groote vee markt te Wachtebeke terugkeerde: „uatdaar

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1895 | | pagina 2