N°. 10809. Maandag SO Mei. AM895. feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Dit nonimer bestaat uit DRIE Bladen. Leiden, 18 Mei. LEIDSCH DAGBLAD PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden.f 1.10. 1.40. 0.05. Franco per post Afzonderlijke Nommers PRIJS DER ADVERTENTIÈN: Van 1 6 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17J. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad wordt ƒ0.05 berekend. Eerste Blad. Oiiiciëele Keuniw^evingon. Burgemeester en Wethouders ved Leiden brengen naar aanleiding van art. 27 der Verordening van den 8ïten November 189i. op de vee- en vleesch- keuring in deze gemeente, ter algemeene kennis dat: KAREL SEUAAR op don 21-teu Maart 1895 is t>ekeord en den 6dcn Moi d. a. v. is veroordeeld, "ten lste wogeDS het invoeren van aan ziekte of door eenig toeval gestorven of in nood geslacht vee, zonder toesiemmiDg vau den Inspecteur der Vee- en Vleeschkeuring, en ten 2de wego s het met aan den bevoegden ambtenaar op zijne vordering aan wijzen vau al het vleesck, dat zich in ztjn bezit of beheer bovindt. AUBAHAM DE LA BÏE op den 6den Februari 1895 jb bekeurd en den 6den Mei d. a. v. ia ver oordeeld wegens het vervoeren te Leiden van vleeöch, dat ongekeurd was en tot bederf was overgegaan. TH EO DO BUS DE BOEK, wonende te Haarlem mermeer, op den 22aten Maart 1895 is bekeurd ou deu 6den Mei d. a. v. is veroo.ceeid wegens ten lste het invoeren van vleesck op verboden tyd, ten 2de bet niet vervoeren vau vleesch, dat te water de gemeente beroikt, naar de in du Verordening ge noemde landingsplaatsen, ten 8de het invoeren van aan ziekte of door eenig looval gestorven of iü n.od geslaoht vee, zonder toestemming van den Inspeoteur der Vee- en VleeechkeuriDg, en ten 4do het invoeren van vleoBC-h zor.der voorzien te zijn van ne duide lijke schriftelijke aanwijzing van den persoon, door wien het is verzonden, en van don persoon, voor Wien het bessc-md is. KOOS VREEBURG, wonende te Zoeterwoude, op 4en 21sten Maart 1895 is I ekeurd en den 6den Mei d. a. v. is veroordeeld wegens ten late het- niet breDgen van ingevoerd vleesch naar het keurlokaal langs den aangegeven weg eu ten 2de bet invoeren van vleesch zonder voorzieu te zijn van eune duide lijke schriftelijke aanwijzing vau den persoon, door wien het is verzondeD, en van den persoon, voor wien het bestemd is. Burgemeester en Wetkoud®rs voornoemd, Leiden, F. WAS, Burgemeester. 17 Mei 1895. E. KIST, Secretaris. Heden ontvingen wy het verslag der commissie van het Stedelijk Museum over 1894 alhier. In het bestuur kwam geen verandering, evenmin in het aan het Museum verbonden dienstdoend personeel. De conservator met den amanuensis deden alles wat het goed onderhoud verzekerde en wat dienen kon om 't Museum te doen be antwoorden aan het dool: te bewaren en te verzamelen, wat op het gebied van geschiedenis en kunst voor Leiden belangrijk is. De conservator deed dit bovendien door zjjne courantenartikelen in bet „Leidsch Dagblad," onder zijne persoonlijke verantwoordelijkheid, en door het inrichten van tentoonstellingen, waardoor het kunstlievend publiek op de hoogte blijft van de verschillende openbaringen, op dit gebied. Het gebouw werd goed onderhouden, de kunstzaal werd opnieuw geverfd en behangen en voldoet aan het publiek; de bovenzaal onderging hetzelfde lot, zoodat men thans geen redelijke klacht over de inrichting kan snaken. Een hevige hagelslag bewees echter, dat er nog veel te wenschen overbleef; reeds vroeger hadden sommigen het angstig vermoeden geuit, dat bij storm er ongelukken zouden kunnen gebeuren. Met het oog daarop waren de ge schilderde ramen dan ook aan de buitenzijde van gaas voorzien; nu blijft de wenscb, dat aan de binnenzijde de lantaarns van de kunst en bovenzaal op dezelfde wijze worden be timmerd. By den hagelslag toch werden een menigte ruiten gebroken en vielen de stukken naar beneden en verbrijzelden de voorwerpen. Zes fraaie bekers, gelukkig het eigendom der gemeente, werden gebroken; zy zijn later hersteld. 't Museum werd druk bezocht, meer dan in vroegere jaren, zeer waarschijnlijk ten ge volge van de tentoonstellingen. Ziehier eene opgave van bezoekers op Zondagen van 7 Januari tot 30 December 1894 Januari 481, Februari 1610, Maart 1779, April 1306, Mei 1060, Juni 963, Juli 1566, Augustus 1604, September 1070, October 795, November 871 en December 1269. Bovendien betalenden (ƒ0.10): 7187 en op 3 October 2300, te zamen 23861 personen. Deze bezoekers behoorden echter uitsluitend tot belangstellenden of nieuwsgierigen. Studiën werden dit jaar niet gemaakt. De topographische atlas, in het vorig ver slag vermeld, is tbans naar het Gemeente archief overgebracht. De portrettenverzameling is sterk toegenomen, zoodat een supplement noodzakelijk is geworden, hetwelk by dit ver slag is gevoegd. Het aantal nieuw ingekomen voorwerpen is gering; het bestuur vermeldt met bijzon deren dank de afgietsels van het koorhek van de St.-Pieterskerk, door de Gemeente-commis sie van het Ned. Herv. Kerkgenootschap ge schonken. De eerste tentoonstelling, dit jaar gehouden, was die van de buste van wyien den hoog leeraar Buys, door den beeldhouwer Odé ver vaardigd, daarna volgde eene, die ongeveer twee maanden duurde, van schilderijen en tockoningon van Jan Toorop, op hare beurt gevolgd door de aquarellen en schilderijen van onzen Leidschen veeschilder G. J. Bos. De arbeid aan de kunstzaal deed de tentoon stellingen eindigen; voor het einde des jaars konden nog aangeboden worden de teekenin- gen uit eene portefeuille van den Haagschen Kunstkring en een overzicht van de heden- daagsche Fransche Prentkunst, die dr. A. W. Timmerman uit Den Haag aan den heer Verster afstond. Velerlei wat do nieuwere richting aanbiedt werd te zien gegeven en de mededeelingen van de pers en het groote bezoek kunnen getuigen dat het publiek er veel belang in stelde. De heeren Du Rieu en Pleyte hielden zich bezig met het nader onderzoek van Den Burcht in commissie met den heer Knuttel. Het rapport werd aan den Gemeenteraad toege zonden, wijl het onderzoek is afgeloopen. Naar aanleiding van een votum in den Gemeenteraad omtrent het afbreken van den eenig overgebleven Kruittoren op den Vestwal b\j de Doezastraat schreef de heer Pleyte een artikel voor het behoud; zoo werd door de verschillende leden der commissie naar omstan digheden gehandeld, maar een rapport is van de commissie zelve niet uitgegaan. De gelden, by de begrooting toegestaan, zyn op de volgende wyze besteed: Aan oppassers ƒ139.70, extra schoonmaak ƒ30, arbeidsloon aan J. Broekhuyzen 429.70, aan hout, spykers, verfwaren en herstellin gen 435.92. Tentoonstellingen: Buste prof. Buys, G. J. Bos, Haagsche Kunstkring en Fransche prent kunst ƒ134.935. Aankoopen: Lidm. Rembrandtvereeniging ƒ5, portret van Paulus Vos ƒ100.05, Van Stockum 6 historische prenten ƒ6.33, Un siècle de modes ƒ1.90 en Gordon gevelsteen 17.60. Voor het Legaat Du Rieu: Somerwil 2 etsen G. J. "Bos 2.50, G. Van Ryn portretten 30, 2de afb. Schildery Gaasbeek ƒ100, 2 pennin gen 12.37s en do Barmhartige Samaritaan 5. De uitgaven bedragen dus te zamen 1449.91. Prof. dr. C. P. Tiele, alhier, is benoemd tot eerelid van do „Royal Asiatic Society" te Londen. Gedurende de 2de helft der maand April zyn aan het postkantoor alhier bezorgd de volgende brieven, welke, door onbekendheid der geadresseerden, niet besteld konden worden: S. v. d. Meulen, Kraal, J. Vis,'s-Gravenhage; J. Schenkelveld, 2 stuks, C. v. Veen, A. J. G. v. d. Moon, LeidenJ. H. Schneider, Nymegen; M. Kuenen, Oosterwyk; Ketelaar, Rotterdam; J. Lambrechts, Bredius, niet ver meld. BriefkaartenW. Mulder, Amersfoort; P. Smit, RotterdamC. Voorboom, niet vermeld. Brief, verzonden geweest naar het buiten land: Nobas, Barcelona. De Fransche mail, met berichten uit Ned. Indië, wordt heden alhier verwacht. Beroepen is by de Ned.-Herv. gemeente te Exmorra de heer W. M. Van der Schans, can did a at te Leiden. Tot onderwyzeres aan de Ned. Herv. Diaconieschool te Amsterdam is benoemd mej. G. Wallien, te Katwyk. Op het zestal voor de Evang.-Luth. gemeente te Utrecht, ter voorziening in de vacature, ontstaan door het vertrek van ds. Bergman, zyn alph. geplaatstds. C. A. Evelein, te Leiden; ds. M. Van Kleeflf, te Leiden; dr. J. W. Pont, te Schiedam; ds. C. Tb. Scharten, te Tiel; ds. D. Snyder, te Gorkum, en ds. C. F. "Westerraan, te Wildervank. Tot tydeiyke onderwyzeres aan de Chr. school in het dorp "Woubrugge is benoemd mej. J. M. De Bruyne, van Oude-Wetering, die als zoodanig zal werkzaam zyn totdat de vacature vervuld is. By de gehouden Staten-vorkiezing in het hoofdkiesdistrict Alfen, waar de aftredende loden de heeren S. Van Velzen, aldaar, (A. R.) met 1215, en J. J. Duynstee, te 's-Gravenhage, (R.-K.) mot 1176 stemmen herkozen werden, terwyl de (L.) canöidaten de heeren H. Le Coültre, te Bodcgrave, 612 en A. Koster M2., te Boskoop, 531 stemmen bekwamen, zyn nog uitgebracht op de heeren M. J. C. v. d. Weyden en C. v. d. Linden elk 3 stemmen, J. v. d. Meersch, J. Van Hengstum Sr. en J. "W. O. Clant elk 2 stemmen; elk 1 stem bekwamen de heerenC. Toor, W. Timmers, C. D. Hoogendyk, R. v. d. Kleyn, L. H. Wig- gera, P. Van Greuningen, C. Jonker, M. Van Muiswinkel, D. Bergshoef, W. F. Visser, W. Van Driel, M. v. d. Heiden, M. Boer, F. M. Baud, Kalman, Schuurman, A. L. Wichers, J. W. C. Bloem, C. Boer en K. Douwes Dekker. Voor het examen lager onderwys is toegelaten mej. M. J. Kramers, te Voorschoten. Het stoffelijk overschot van dr. E. S. Stein, te 's Gravenhage, zal Dinsdag a. s. op de begraafplaats „Eik-en-Duinen" worden ter aarde besteld. Het vertrek van het sterfhuis is bepaald op des voormiddags te elf uren. De minister van koloniën heeft den hoer H. D. Canne, oud-gouverneur van Sumatra's Westkust, en dr. J. Spanjaard, hoogleeraar- directeur van de Indische instelling te Delft, benoemd onderscheidenlyk tot lid en voor zitter en tot lid en secretaris van de commissie, welke in 1895 in Nederland zal afnemen het grootambtenaarsexamen voor den IndischeD dienst, bedoeld by afdeeling I van bet kon. besluit van 29 Aug. 1883, en het eerste ge deelte van hot grootambtenaarsexamon voor den Indischen dienst, bedoeld by art. 2 der bepalingen, behoorende by het kon. besluit van 20 Juli 1893. Tot leden dier commissie zyn benoemd de heeren mr. L. W. C. Van den Berg, hoog leeraar aan de Indische instelling te Delft; J. A. Van den Broek, leeraar aan die instel ling; F. S. A. De Clercq, oud-resident van Riouw en Onderhoorigheden; J. S. A. Van Dissel, leeraar aan de Indische instelling te Delft; J. R. P. F. Gonggryp, hoogleeraar aan die instelling; mr. G. J. Grashuis, lector aan de Rijksuniversiteit te Leiden; dr. J. J. M. De Groot, boogleeraar aan die Universiteit; mr. J. C. Th. Ileyligers, hoogleeraar aan de Indische instelling te Delft; mr. A. J. Immink,oud-raads heer in het Hooggerechtshof van Ned.-Indië; dr. H. Kern, hoogleeraar aan de Ryksuniver- siteit te LeidenE. B. Kielstra, oud lid van de Tweede Kamer; mr P. A. Van der Lith, hoogleeraar aan de Ryksuniversiteit te Leiden dr. G. K. Niemann, hoogleeraar aan de Indische instelling te Delft; C. Poensen. hoogleeraar aan dezelfde instelling; A. J. Spaan, oud-resident van Soerakarta; dr. A. C Vreede, hoogleeraar aan de Rijksuniversiteit te Leidenmr. A. D. W. De Vries, hoofdcommies by het departe ment van justitie, gewezen advocaat en pro cureur by den raad van justitie te Soerabaia, en L. Wessels, oud-resident van Japara. Sis Gt Een bekende figuur by het regiment grenadiers en jagers, de mr. geweermaker J. G. Hermans, vierde gisteren zyn vyftigjarig dienstfeest. De nog krasse werkman trad den 16den Maart 1842 vrywillig in dienst als mr. smid der 3de klasse by de compagnie artillerie- werklieden en werd den 25sten Juni 1849 als mr. geweermaker aangenomen by het regiment grenadiers en jagers. In 1861 werd hy voor cnbepaalden tyd geëngageerd en in 1867 als tydeiyk wapencontroleur voor de transformatie van het Snidergeweer, te Liver pool gedetacheerd, alwaar hy één jaar verbleef. Hermans, die by deze gelegenheid de groote gouden medaille ontvangt, geniet de achting en wa&rdeering van zijn chefs en minderen. De adjudant van den minister van marine, jhr. Van dor Staal, heeft gisteren zyne werk zaamheden aan het departement van marine hervat. De gewezen commandant van de „Valk", de kapitein ter zee Van Steyn, werd gisteren door den minister van marine in audiëntie ontvangen. De minister van marine heeft bepaald dat in den vervolge by aanbestedingen van katoenen zeildoek voor de marine als eisch zal worden gesteld, dat het doek vervaardigd moet worden in Nederlandsche fabrieken. Mr. H. G. Römer, lid van Gedep. Staten te Utrecht, die onlangs zich door een val bezeerde, heeft, wegens gezondheidsredenen, zyn ontslag genomen als lid der Prov. Staten van Utrecht. In een vergadering van studenten, geen deel uitmakende van het Utrechtsch Studenten corps, is besloten tot oprichting van een Studentenbond, in den geest van den te Am sterdam bestaanden. De voornaamste verschillen met het Studentencorps zyn, dat men zich zal kanten tegen het groenloopen, hetwelk vervangen wordt door een novitiaat, dat tot kennismaking en aansluiting gelegenheid zal gevenvoorts dat aan de leden eischen van zedelykheid zullen worden gesteld, zoodat zy, die zich als mensch misdragen, uit den Boud zullen worden geweerd; eindelijk dat de kosten niet zoo hoog zullen zyn. De Koninginnen hebben, onder betuiging van de hoogste tevredenheid over de ont vangst, haar te 's Hertogenbosch bereid, aan den burgemeester dier gemeente eene som van 1200 doen toekomen ten behoeve van de algemeene armen aldaar. Op Woensdag 26 Juni en niet op 19 Juni, zooals aanvankeiyk bepaald was, zal de Groote Velddag van het Leger des Heils 00 Velserbeek by Velsen plaats hebben. Men meldt uit 's Hertogenbosch aan het „H. Dagblad", dat H. M. de Koningin- Regentes Donderdag-avond by het verlaten van het stadhuis aldaar den voet eenigermate heeft verstuikt, echter niet van dien aard, dat daardoor de voorgenomen reis niet ver volgd kan worden. Pastoor Burgmeyer, te Amsterdam overleden, werd gisteren met groot ceremo- niëel ter aarde besteld op de begraafplaats „de Liefde", waar in de kapel het Requiem van Verhulst werd gezongen. Rogmans ver vulde de tenorpartij. Een zeer groot aantal geestelijken, vrien den en belangstellenden, waaronder vele Israëlieten, bewezen de laatste eer. De heer W. De Haan, die met het be stuur van het Concertgebouw te Amsterdam in onderhandeling is geweest over de vacature- Kes, en, daartoe uitgenoodigd, eene conferentie aldaar by woonde, heeft nu uit Darmstadt bericht gezonden dat hy niet kan besluiten zyne tegen woordige woonplaats te verlaten. (N. R. C.) Te Middelburg overleed op 71-jarigen leeftyd mr. N. C. Lambrechtsen van Ritthem. In November 1857 werd hy tot lid van den gemeenteraad gekozen, in welke betrek king hy tot Sept. 1881, toen hy zich terug trok, werd bestendigd. De laatste tien jaren had hy als wethouder meer directen invloed op den gang van zaken. Ook in tal van andere function heeft de overledene zich vefdienstelyk gemaakt. Voor eenigen tyd besloot de gemeente raad van Kollumerland en Nieuw-Kruisland (Fr.) op voorstel van het lid Reintema, met op twee na algemeene stemmen over te gaan tot eene belangryke verhooging van het school geld op de openbare scholen aldaar. De minister van binnenlandsche zaken heeft dit raadsbesluit niet goedgekeurd, omdat daardoor de hoogere standen zouden worden ontlast en de lagere standen zwaarder belast. Het stoomschip „Amsterdam", van Rot terdam naar Nieuw-York, passeerde 17 Mei Prawlepoint; de „Telemachus", van Amsterdam en Liverpool naar Java, vertrok 16 Mei van Algiers; de „Anchises", van Java naar Am sterdam, vertrok 15 Mel van Port-Said; de „Prinses Wilhelmina" vertrok 18 Mei van Amsterdam naar Batavia. De Koninginnen op reis. De Koninginnen bleven gisteren den geheelen ochtend in haar hotel te Nymegen, vertoonden zich zelfs niet op het balkongeen wonder, na de vermoeiende dagen, die Hare Majesteiten achter den rug hebben, 's Namiddags te één uur (het weder was toen wat opgehelderd) zongen de leerlingen van den Klokkenberg en de kweekelingen der christelyke normaalschool, onder leiding van het schoolhoofd Gerretsen, voor het hotel volksliederen en Gezang 224: 1 en 5. De Koninginnen, die voor het gesloten raam verschenen, dankten met een vrienJelyke buiging voor deze hulde. De Koningin droeg een wit morgen-toilet, de Regentes was in donkere kleoding en droeg een wit mutsje. Nadat tegen halftwee de heer Dobbelmann, lid der Tweede Kamer, zyne opwachting by de Koninginnen had gemaakt, reden de Koningin nen (do Koningin had een gryzen mantel met bont om en een witten hoed met veeren op; de Regentes was gekleed in donkerflu- weelen irantel, zwarten hoed met witte veeren) met een klein gevolg in eene victoria en een landauer uit, ten einde een rytoer te maken. De Burchtstraat passeerende, stonden de burgemeester en de wethouders op de stoep van het Raadhuis; de Koninginnen beantwoordden deze attentie met een vriende- lyke buiging. Te Hees stonden de dorpelingen langs den weg en voor de school aldaar zongen de kinderen den Vorstinnen een lied toe. Overal, en in Nymegen niet het minst, was groote geest drift. De tocht der Koninginnen ging tot Sint- Anna en Berg-en-Dal en de Meerwyken, ter wyl de tocht huiswaarts over Beek en Ub- bergen ging. De toer duurde langer dan men had gedacht. Hare Majesteiten, om 3 uren terugverwacht, omdat op dat uur het R.-K. ziekenhuis door de Regentes alleen zoude worden bezocht, kwamen eerst tegen 4 uren by het hotel aan. Na een oogenblik toevens in het hotel reed Hare Majesteit, vergezeld van een paar hof dames (0. a. freule Van Ittersum) en jbr. De Ranitz en luit. Loudon, naar gemeld gesticht, op haar weg levendig door eene groote menigte, welke langs de straten post had gevat, toegejuicht. Koningin Wilhelmina hield het hotel en was gedurende de afwezigheid harer Moeder gezeten voor het balkonraam. Op het plein stonden velen naar hunne Koningin te kyken, die met hartelyko knikjes velen verblijdde. Uit de beweeglijkheid van hoofd en rechter arm werd opgemaakt, dat de Koningin eene teekening schetste van het Keizer Karelsplein, welks aanleg Hare Majesteiten byzonder schoon moeten vinden. Niettegenstaande het hooge bezoek aan het R.-K. Ziekenhuis slechts kort te voren was aangekondigd, was er toch nog een keurige receptiekamer in gereedheid gebracht, met een fraai Smyrna-tapyt op den vloer en een nette bloemenversiering om de bustes der beide Koninginnen. Ook was het altaar in de kapel met prachtige bloemen versierd. Door de jongejuffrouw Henriëtte Daniöls werd aan de Regentes een fraaie bouquet overhandigd aan den ingang der receptie kamer, waar H. M., binnengetreden, toege sproken werd door den heer F. T. J. H. Dobbelmann, voorzitter van het bestuur, die kort, doch harteiyk der Regentes dank zeide voor haar bezoek, en de beste wenschen uit sprak voor het Koninklyk Huis. Nadat de Regentes daarop met eenige woorden vriendeiyk had geantwoord, werden de leden van het bestuur van het Ziekenhuis, de secretaris van het R.-K. Armbestuur en de drie doctoren aan H. M. voorgesteld. Daarna werd een begin gemaakt mot het bezoek der ziekenzalen beneden, terwyl door de Zusters in de kapel een „Laudata" werd gezongen. In de operatie-zaal stonden eenige herstel lende mannen en trouwen, benevens de ver pleegden in het St.-Anna gesticht, vooraan eenige oudjes met het Metalen Kruis gesierd. Aan alle zieken werd door H. M. een tuiltje bloemen aangeboden, terwyl zy voor ieder een vriendeiyk woord had. Na bezichtiging der operatiekamer, zieken zalen lste étage, keerde H. M. naar de recep tie kamer terug en betuigde den heer Dobbel" mann hare hooge tevredenheid over het Zie kenhuis, waarna H. M., na de Eerw. Moeder de hand te hebben gedrukt, vriendeiyk bui gende het gebouw verliet. Om kwart voor vyven kwam H. M. aan het Nieuwe Protestantscho Ziekenhuis, waar aan den ingang stond geschaard het bestuur van de vereeniging het Protestantsche Zieken huis, benevens eene commissie uit het Bouw fonds comité. Jonkvrouwe Isabelle VaD Pabst van Binger- don bood hier H. M. een fraaien tuil lichte rozen aan, met rood, wit en blauw lint, ter wyl de jongejuffrouw Anna Kolff een bouquet van witte rozen met oranjelint der Regentesse aanbood als een geschenk voor Koningin Wil helmina. H. M. dankte vriendelyk en werd thans door den voorzitter, dr. C. Noorduyn, geleid naar het keurig gemeubelde en mee sierplanten getooide receptiesalon. Hier werden aan H. M. voorgesteld de leden van bet bestuur, de geneesheer dr. W. J. Kolff en de directrice mej. Schut. Dr. Noorduyn sprak een vriendelyk woord van welkom tot do Koningin-Regentes en herdacht met dankbaarheid den steun, dien de Koninginnen aan den bouw van dit Zieken huis hadden verleend. H. M. antwoordde daarop, dat zy het tot stand komen dezer nieuwe inrichting steed3 met belangstelling had gevolgd, en gelukkig was, deze stichting nu te kunnen zien. Onder geleide van dr. C. Noorduyn en dr. Kolff werden nu achtereenvolgens de verschil lende vertrekken, beneden en boven, bezocht. H. M. sprak eenige vriendeiyke woorden tot de verpleegden en in het byzonder Lad zy behagen in een 5 tal kindefen. dk in hunne bedjes elk een vlaggetje in de hand hielden. Aan alle zieken bood H. M. ook heden een ruikertje frissche bloemen, behalve aan enkele zeer ernstige patiënten, aan wie H. M. dr. Kolff verzocht, de bloemen te overhan digen. In het ontvangsalon teruggekeerd, dankte dr. Noorduyn Hare Majesteit voor de eer, door haar bewezen, en deelde hy H. M. mede, dat by eenparig genomen besluit het Zieken huis van dezen dag af herdoopt wordt in „Wilhelmina-Ziekerihuis". H. M. verzekerde nog, dat Haar die mede deeling zeer veel genoegen deed en nam daarna minzaam afscheid van heeren be stuurders, die haar tot aan haar rytuig begeleidden. Toen ging het naar het hotel terug. Te halfzeven was er in het hotel een diner van 32 couverts. Aan dien disch van H. M. waren genoodigd de burgemeester van Nymegen, de garnizoens commandant, de majoor der dd. schuttery, de majoor commandant der koloniale reserve, de kapt.-commandant der koninkiyke mare chaussees, het lid der Tweede Kamer de heer Dobbelmann, de kantonrechter te Nymegen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1895 | | pagina 1