N°. 10796. Zaterdag 4 Mei. A0.1895, I§eze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van <Zon- en feestdagen, uitgegeven. Leiden, 3 Mei. F" euilleton. KATHI. LEIDSCH DAGBLAD PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden.f 110. Franco per post1-40- Afzonderlijke Nommers°05. PRIJS DER ADVERTENTEËN Van 1 6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17 J. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad wordt f 0.05 berekend. - Le anti revolutionnaire kiesvereeniging „Nederland en Oranje", alhier, heeft in hare vergadering van Dinsdag besloten, b(j de aan jitaande verkiezing voor de Provinciale Staten niet publiek op te treden. I De politieke malaise toch, waarin gansch Nederland verkeert, zal blijven duren totdat de kiesrechtquaestie van de baan is. Zij is van oordeel, dat die politieke malaise in het belang van het Vaderland en een goede partij verhouding niet lang duren mag, en vindt het in de gegeven omstandigheden nutteloos ver spillen van krachten, om thans met eigen [l candidaten in het kryt te treden. De „Vrijzinnige Kiesvereeniging" heeft gis- lieren tot candidaten gesteld de hoeren dr. |E. F. Van Dissel, prof. mr. P. A. Van der Ijjith en mr. H. A. Neeb, allen aftredende lieden. De heer W. M. Van der Schans, can didaat tot den H. Dienst te Leiden, is be- woepen bjj de Ned.-Herv. gem. te Gaast en Ferwoude. I d0 Fransche mail met berichten uit Ned.-Indië wordt hedenavond alhier verwacht. Men schrijft uit Wassenaar: Nadat in de vergadering van den gemeenteraad de 1ste wethouder, de heer C. J. Van der Oudermeulen, het koninklijk besluit gelezen had, waarbij R baron Van Zuylen van Nyevelt benoemd is tot burgemeester der gemeente Wassenaar, sprak hy een kort woord van welkom tot den nieuwbenoemden burgemeester, die voor het eerst de vergadering leidde, den wensch tiitend, dat hij zijn leven in vreugde slyten moge in deze gemeente. m Daarna nam de voorzitter het woord. In de eerste plaats sprak hjj een woord van dank aan H. M de Koningin-Regentes, die hem tot burgemeester van Wassenaar be noemde, en in de tweede plaats dankte hy den heer Van der Oudermeulen voor diens harteiyke woorden. I Zal het onder zyn bestuur goed gaan, dan heeft 8pr. steun noodig. Hy vroeg daarom den steun van de beide wethouders en van de leden van den Raad. Vervolgens richtte zich tot de aanwezige ingezetenen. Hy dankte hen voor de belangstelling, die zy hem toonden 'door het uitsteken der vlaggen. Hy hoopte dat hun medewerking en orde lievendheid hem het besturen gemakkelijk zullen maken. Ik verzeker U plechtig, zei spr. verder, dat ik de belangen der gemeente steeds zal voor staan, dat ik haar zal besturen met krachtige hand en dat ik trachten zal de gemeente in bloei te doen toenemen. Ieder, die myn hulp inroept voor gemeente- of particuliere belan gen, kan steeds verzekerd zyn een open oor te vinden. De eeden, die spr. afgelegd heeft, zyn voor hem geen ydele formaliteiten. Hy is overtuigd niets te vermogen zonder de hulp van den Almachtige, en vertrouwende op Diens bystand, verklaarde hy het ambt van Burgemeester te aanvaarden. De voorzitter deelde mede, dat B. en Ws. tot waarnemend secretaris hebben benoemd den heer J. Eggink. Deze legde de voorge schreven eeden af en aanvaardde terstond daarna zyn betrekking. In de vorige raadsvergadering werd den afgetreden secretaris ontslag verleend tegen 2 Mei en nu woonde de waarnemende secretaris de vergadering reeds by. Men schryft ons uit VoorschotenGister avond had alhier in de zaal van het Ambachts huis eene uitvoering plaats van de zangver- eeniging „Oefening en Vriendschap", met welwillende medewerking van mejuffrouw E. B. (piano) en de heeren Willem Van Iperen (viool) en J. Henri Berkeljon (piano) uit Leiden. De uitvoering, welke door een talryk publiek werd bygewoond, begon te kwartier over achten en werd geleid door den heer L. Den Ouden, directeur van het gezelschap. Door het koor werden verschillende num mers ten beste gegeven, welke, het een in meerdere, het andere in mindere mate, tóch alle biyk gaven van ernstige studie. Vooral de nummers „Onze dooden", van Beneken, „Fabel", naar een volkswyze, en „Vaderlandsch lied", van Nicolaï, voldeden ons byzonder. Jammer, dat de mannenstemmen in sommige stukken wat zwak klonken, iets wat in meer gemengde zanggezelschappen het geval is. Den verdienstelyken leider van het gezel schap, den heer Den Ouden, komt alle lof toe voor do moeite en zorgen, door hem aan het gezelschap „Oefening en Vriendschap" besteed, waardoor dezen avond weder zulk een schoon geheel werd vorkregen. Mejuffrouw E. B. gaf met den heer Berkeljon eenige quatre-mains, die uitstekend werden voorgedragen en ook zeer in den smaak van hot publiek vielen. De jeugdige dilettante ontving na een der nummers een keurigen bouquet. De heer Willem Van Iperen vergastte de aanwezigen op eenige viool-solo's. Vooral het bekende, maar daarom niet minder gewaar deerde „Feuilles d'Album" en de Mazurka van Wieniawski verwierven veel succes, in welk laatste stuk men de groote technische vaardigheid van den executant, aan eene schoone voordracht gepaard, bewonderde. Als tenor-solist trad een der leden van het gezelschap, de heer B. v. D., op. Hy zong het „Lied der liefde" van Henri Oooymans en „Gevallen" van W. Berger, het laatste geiyk men weet het bekende gedicht van den in Lombok gesneuvelden officier Alting van Geusau. De kracht van den solist ligt o. i. meer in het lyrische en daarom voldeed het eerstgenoemde nummer dan ook in byzondere mate. Hier vooral kwam het weeke, sym pathieke geluid van den tenor volkomen uit. Ook deze heer oogstte veel succes. De heer Overdiep, hoofd der school, was ten slotte de tolk van alle aanwezigen en bedankte voor den genotvollen avond. Tot candidaten voor de Prov. Staten zyn van anti-rev. zyde in het district Zoetermeer gesteld de heeren H. M. Dercksen, te Gouda, en A. Van Leeuwen, te Leiderdorp. Men schryft uit Nootdorp: Zondag 5 dezer zal des morgens te 10 uren door dr. A. J. Van 't Hooft, predikant alhier, het nieuwe kerkgebouw der Ned.-Herv. gemeente plechtig worden ingewyd. Het gebouw ziet er keurig uit, zoo van binnen als van buiten. De ramen zgn van kathedraalglas, in looi gez t, v n Gotbisch model. De banken en de preekstoel hebben een donkere antieke kieur. Ook het plafond is keurig en mag gezien worden. Het orgel is geheel vernieuwd en verbeter J. Het zal voor het eerst bespeeld worden door den heer A. N. Koopman, organist in de groote kerk te 's Gravenhage. De oude toren is nu gerestaureerd, zoodat hy thans flink en fat soenlyk voor den dag komt. De harmonie tusschen toren en kerk is heelwat beter dan voorheen. Men kan gerust zeggen, dat het gebouw een sieraad van het dorp is. De archi tect, de heer Mondt, uit 's-Gravenhage, de hoofdaannemer, de heer C. Van Tilburg, en de beide andere aannemers, de heeren Pb. Romeyn en Joh. Prins, allen te Nootdorp, hebben alle eer van hun werk. Voor een paar dagen meldde de „Tel.", dat door de departementen van marine en koloniën geen jongelieden meer worden aan genomen ter opleiding van officier van ge zondheid by de zeemacht of by het leger in Oost-Indië. Naar het BVad." verneemt, is deswege nog g^-en beslissing genomen en zyn de op dit stuk bestaande koninklijke besluiten nog niet herroepen. Het moge waar zyn, dat men by het departement van koloniën aan artsen de voorkeur geeft en niet dan by uitzondering jongelieden tot officier van gezondheid laat opleiden, by het ministerie van marine is voor het oogenblik van een verandering in de be staande regeling zelfs geen sprake. Nu het oogenblik nadert, waarop de gemeenteraad van Amsterdam zal hebben te beslissen, of de gaslevering wel na 1 Augustus 1897 van gemeentewege zal geschieden dan wel of de concessie, aan de „Imperial Gaz- association" verleend, zal worden verlengd, hebben Burg. en Woihs. by den Raad een voordracht ingediend, waarby zy voorstellen, den eerstbedoelden weg te volgen, de concessie te doen eindigen en de beide gasfabrieken in eigen beheer te nemen. Burg. en Weths. achten het wenscheiyk, op 1 Aug. 1897 de concessie in te trekken, om tegenover den concessionaris op een geheel vry standpunt te kunnen staan, in het midden latende op welke wyze de exploitatie der gasfabrieken dan later zou bohooren te worden geregeld. Tot leden van den gemeenteraad van Schiedam zyn gekozen de heeren mr. W. H. Jansen met 473 en H. Dienske met 452 stem men; de heeren J. M. Van der Schalk en "W. F. Tak verkregen 410 en 415 stemmen. Door de Regeering is by de Tweede Kamer een wetsontwerp ingediend tot goed keuring van de koloniale verordening betref fende het aangaan ten laste van Suriname van eene geldleening van l'/i millioen gulden, ten behoeve van het immigratie fonds aldaar. Het zilver voor de tafel, vanwege den Raad van 's Hertogenbosch ter eere van HH. MM. aan te richten, zoomede dat, benoo- digd voor het gastmaal der Koninginnen, vanwege de Prov. Staten van Noord Brabant aan te bieden, zal worden geleverd door de firma "Wed. Heuvelmans, te 's Hertogenbosch, firmanten Jan en Janus Heuvelmans. Het zal de stoutste verwachtingen overtreffen en uit munten door rykuoin en veelheid van stukkon. Uit vry willige bydragen van leden der Ned. Herv. gemeente te Goes zal op het graf van den aldaar overleden predikant D. P. M. Huet een grafzerk met opschrift worden geplaatst. Een niet onbelangryke som is voor dit doel reeds ingekomen. Volgens „De Maasbode" bestaat het plan tot oprichting van een R.-K. Boerenbond. Door het centraal bestuur van den „Nederl. R.-K. Volksbond" is besloten voortaan een Meifeest te vieren, waarvoor een dag is aangewezen, die voor de katholieken historische beteekenis heeft. „De Volksbanier," orgaan voor de leden van den „Ned. R. K. Volksbond", schryft dien aangaande „Wat de werkelyke beteekenis van een feest voor den arbeid aangaat, ook wy zouden gaarne zien, dat er een dag per jaar kon gevonden worden, die als feestdag voor de arbeiders kon worden beschouwd; maar dan een ware feestdag, een dag waarop de arbeiders in vreugde de eene of andere grootsche gebeur tenis konden herdenken, die hun stand ge baat bad. „Zulk een dag hebben wy, katholieke arbeiders in den 17den Mei, den dag, waarop nu 4 jaren geleden de roemryke encycliek Rerum novarum, door Z. H. den Paus der werklieden werd uitgegeven. Die dag is waar dig, om door ons feestelyk herdacht te worden, als een erkenning van de schoone instellingen en wenken, die daarin voor de arbeiders gelegen zyn. „Zie, laten wy dien dag tot onzen feestdag maken, dan ten minste weten wy, waarom we feestvieren; en laten we dan op dien dag ons bezighouden met die schoone Encycliek, wier voorschriften, wanneer ze eenmaal zullen worden opgevolgd door patroons en gezellen, voor de menschheid in 't geheel en .voor de arbeiders in 't byzonder een zegen zullen zyn." Het Centraal Bestuur van den „Ned. R. K. Volksbond" heeft dan ook besloten, reeds dit jaar die gebeurtenis op feesteiyke wyze te gedenken, door het beleggen van buitenge wone vergaderingen der verschillende afdee- lingen van den Bond, op Zondag 19 Mei a. s. Met verwyzing naar het in do Staats courant van 12 Januari 11., No. 10, opgeno men bericht omtrent het verbod van invoer van melk en mest uit Nederland in het Prui sische Regeerings-„Bezirk" Aurich, brengt de minister van buitenlandsche zaken ter kennis van belanghebbenden, dat, blykens mededoe ling van het Duitsche gezantschap, aan den directeur van het district Weener de bevoegd heid is verleend, om, zoolang er in de nabyheid der grens geen mond- en klauwzeer he6rscht, op aanvrage van belanghebbenden, in byzon dere gevallen den invoer toe te staan van melk en zuivelproducten en mest, herkomstig van naby de Pruisische grens gelegen Nederland- sche hoeven. Sts.-Ct Naar het „Utr. Dagbl." verneemt, wordt de uitgave van („De anti-rev.) Nederlander," het bekende orgaan van den heer De Savornin Lohman, eerstdaags gestaakt. Het stoomschip „Bromo", van Batavia naar Rotterdam, vertrok 2 Mei van Colombo; de „Kanzler", van Oost Afrika naar Rotterdam en Hamburg, arriveerde 1 Mei te Marseille; de „Penelope", van de Middellandsche Zee naar Amsterdam, passeerde 1 Mei Ouessant; de „Prins Hendrik", van Batavia naar Amster dam, passeerde 2 Mei Ouessant; de Prins Willem I" vertrok 2 Mei van Amsterdam naar Suriname; de „Utrecht", van Rotterdam naar Batavia, arriveerde 1 Mei to Port Said. By koninkiyk besluit is aan mr. G. Wicherlink, op zyn verzoek, met ingang van 1 Juni a. s., eervol ontslag verleend als notaris te Zwolle. Met ingang van 1 Juni a. s. benoemd tot commies der telegraphie 4de kl., A. Ilsen, thar.s telegrafist. De Koninginnen In Engeland. Men seint uit Londen, dd. 2 Mei: Hedenmorgen bezochten de Koninginnen het parlementsgebouw en Westminster Hall, onder geleide van den koninklyken stal meester kolonel Carrington en van den sergeant at arms. Daarna bezochten HH. MM. de West- minster Abdy. Heden déjeuneerden de hertogin van Albany en hare kinderen met de Nederlandsche Koninginnen in Browns Hotel. Vervolgens ginnen HH. MM. met de hertogin per rytuig naar de Engelsche Bank, waarna de hertogin met de Koninginnen dineerde. In den namiddag gingen HH. MM. naar een particuliere receptie in een Engelsch salon. Op den weg, waarlangs de Koninginnen naar het hotel terugkeerden, stond een aanzienlyke menigte, om HH. MM. te zien voorbyryden. Do hertog en de hertogin van York, do hertog van Connaught, lord Dufferin, de Per zische gezant en het Parlementslid A. J. Bal four kwamen in den loop van den dag aan het hotel, om hun naam in het register in te schryven. Het bezoek op Windsor Castle is bepaald op morgen. De Koninginnen zullen dan het déjeuner gebruiken by koningin Victoria. De volgende week zal door HH. MM. een groot feestmaal worden gegeven, dat door verscheidene vorsteiyke personen zal worden bygewoond. Verccnlglnff ter bevordering van de Nederlandeche Flsschery. 4) Om zyn woede op iemand te koelen, trad hy op Kathi toe, die juist de glazen van de tafels nam, en snauwde haar toe, dat zy on middellijk haar biezen kon pakken en heen gaan. Meisjes, die zoo'n schandaal veroor zaakten en hem de politie op het ïyf haalden, kon hy in zyn huis niet gebruiken, ft Anton, die nog gebleven was, vond het meisje daarop in een hoek der gelagkamer, toornig weenend. Zy klaagde, dat zy nu niet wist waar zy heen moest. Toen kwam eensklaps het vurig verlangen by hem op, haar te onttrekken aan het leven, dat zy leidde, de redder van het schoone schepsel te worden. „Myn vader heeft een groote zaak," zeide hy, „zou het niet beter zyn, als je wat leerdet werken, Katbi? In 't eerst zou je niet veel verdienen, maar het is toch verkeerd, altijd kellnerin te biyven. Denk er eens over na." Het voorstel scheen een opbeurende wer king op haar uit te oefenen. Zy hield niet alleen op met schreien, zy barstte zelfs in een schaterlach uit. „Wat valt u in! Ik zou gaan zitten naaien of paardenhaar vlechten 1 Neen! Daar heb ik geen geduld voor! Dat behoef ik ook niet! Ik ga naar huis - vandaag nog! Myn ouders zullen biy zyn, als zy nu in den zomer een kellnerin hebben, die met de stadsmenschen kan omgaan. De waard moet maar zien, of hy weer een tweede krygt zooals ik, en of hy zooveel bezoek krygt, als ik er niet meer ben. Ik pak direct myn kofforAdieuAdieu I Mynheer Schwertmüller! Buiten op het land zoek ik my een jongen een knappen! Ga maar gauw naar uw bruid." Zy maakte een buiging, lachte over de booze, jaloersche oogen, waarmede hy haar nakeek en trippelde de trap op naar hare kamer. Des avonds zat Anton zóó mismoedig by het avondeten, dat zyn moeder hem bezorgd aankeek. „De jongen bevalt my niet. Ik vrees, ik vrees, dat Toni een domheid in het hoofd heeft 1" zeide de vader hoofdschuddend, toen hy zich met zyn vrouw in de slaapkamer teruggetrokken had. Zy knikte treurig met het gerimpelde gezicht, hetwelk nu de witte nachtmuts omiystte. Zy wist, dat zy den volwassen zoon niet kon behoeden. De wakkere oudjes vreesden de gevaren der groote stad, waarvan zy alleen v^n hooren zeggen wisten, en hadden er dus niets tegen, ja, herademden verlicht, toen Toni zyn vader in Augustus verlof vroeg, ook eens een uit stapje naar buiten te mogen maken. Als zy hadden kunnen vermoeden, dat niet de zuivere lucht der bergen, niet de aanblik van veld en akker, maar geheel iets anders hem naar buiten trokl Anton had eerst het vaste voornemen ge- bad, Kathi te vergeten; ook was hy weer eens naar de voorstad gegaan, om op Wally te wachten. Hy was bereid geweest, het eerste vriendelyke woord te spreken, en alles ware weer terechtgekomen, als het meisje hartelijk en vriendeiyk geweest was. Eenige warme tranen zouden hem in zyn tegen woordige stemming wel ontroerd hebben. Maar het ongeluk wilde, dat juffrouw Schmidtlein er ook was, om hare dochter af to halen, en bem zeer uit de hoogte en ongenadig behan delde. In tegenwoordigheid der moeder waagde Wally niet de geringste tegemoetkoming. Treurig liet zy het hoofd hangen, en alle mooie besluiten en verstandige neigingen vroren by deze pyniyko ontmoeting, waarby hy het bewustzyn had, een domme rol te spelen, weer geheel in. Juist omdat hy zich niet op zyn gemak gevoelde, verlangde hy naar een bedwelming, naar een roes, als waarin hy vroeger by een dans met de roode heks gedompeld was. Met dit verlangen reed hy naar Parten- kirchen. Het waren schoone, heete dagen, niet geschikt, om in een jong verhit gemoed de begeerte naar vrooiyk levensgenot te temperen. Van het station liep hy yiings Daar de tameiyk ver afgelegen herberg, die Kathi hem als haar thuis aangeduid had. Hij bestelde een glas bier by een kleinen vuilen jongen, die in den tameiyk verwaarloosden tuin zat te luieren; de hand beefde hem van opge wondenheid, by de gedachte, dat zy nu den drempel overschrijden en hem met een uit roep van verrassing begroeten zou. Maar in plaats van de verwachte kwam een on vriendelyke, bejaarde vrouw, die hem, zonder een woord te zeggen, het bier toe schoof. dat er niet zeer aanlokkeiyk uitzag. en op zyn vraag, of de huisdochter, een zekere Kathi, hier geen kellnerin was, brommig ant woordde „Neen, zy is er niet! Vandaag is alles by het schyfschieten. Zy moet meehelpen. Natuur- lyk, omdat zy jong is, ofschoon zy rood haar heeft, dat men er bang voor moet worden, en het niet tevergeefs heetrood haar God bewaar! Maar ons neemt men niet, als er een paar fooien te verdienen zyn." Anton glimlachte. Deze slecht gehumeurde vrouw was jaloersch op Kathi! Zy had dus ook hier weer onvrede gesticht, het drommel- scbe meisje! Maar deze gedachte schrikte hem evenmin af als de bygeloovige waarschuwing voor het roode haar. Dorstig dronk hy het slechte bier, liet zich den weg beschryven en liep daarop in de middaghitte naar dat hoog gelegen logement, van waar hem van verre het ge knetter der buksen en luid alarm tegenklonken. Onder lommerryke boomen waren hier vele tafels gezeteen dichte menschenmassa krioelde door elkaar. Vlaggen wapperden, de muziek speelde. Evenals by een kermis waren koop lieden gekomen, die hunne waren in kramen te koop aanboden. De scbietplaats was voort durend belegerd; men zag een wirwar van groene jager- en breedgerande boerenhoeden, waarop het schuttersteeken prykte. Onop- houdeiyk knalden de geweren. Het had iets opwekkends, dat voortdurend inslaan der kogels te hooren, den scherpen knal, die zich in een minuut ongeveer drie maal herhaalde. De drie schyven waren boven een weide aan den zoom van het woud aan- In het „American Hötel" te Amsterdam werd gisteren onder voorzitterschap van den heer T. A. O. De Ridder de 9de jaarlyksche algemeene vergadering gehouden van boven genoemde Vereeniging. By de op de openingsrede volgende bestuurs verkiezing werden herkozen de heeren mr. D. P. H. Aberson, te Beverwyk, dr. Th. W. Van Lidtb de Jeude, te Leiden, mr. F. J. A. Reekers, te Amsterdam, A. Hoogenraad, te Scheveningen, en F. Lieftinck, te Haarlem, gebracht, daarnaast twee kleine muren van een manshoogte, waarachter de aanwyzera zich onder het schieten verborgen. Zy droegen bonte, harlekynachtige pakkende eene zydon rose, de andere wit. Zoodra er geschoten was, werd er gebeld, en de aanwyzer moest te voorschyn komen en aangeven, waar de kogel ingeslagen was. Als de schutter de zwarte roos trof, feliciteerde de aanwyzer hem met een juichkreet. Anton had zich warm goloopen en dronk nu met gretige teugen. Hy was dus nier vol maakt nuchter meer, toen het hem eindeiyk gelukte, met Kathi, die hy tot nu toe slechts in de haast met kruiken en glazen had zien voorbysnellen, een paar woorden te wisselen. Zy droog een soort boerenkostuum, niet het echte, dat in het dorp nog af on toe op feestdagen te zien is, maar een door de Tiroler zangerosson ingevoerd carnavalskostuum, dat nu voor kellnerinnen by feesteiyke gelegen heden in de mode gekomen is: een witte blouse, een rooden rok en een zwart fluweelen iy f je. Den groenen spitsen hoed, die daarbij behoort, had zy afgenomen en de vlechten in een krans om het hoofd gelegd. „Nu, Kathi", riep hy, „wat zeg je nu? Nu zal ik toch wel een vriendeiyk woord krygon, als ik je opzetteiyk nareis, als ik je opzoek?'* Zy trok de schouders op. Zy scheen in hare oude omgeving weer geheel landmeisje geworden te zyn en al het steedsche afgelegd te hebben. Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1895 | | pagina 1