TWEEDE KAMER. Kon. Ned. Marine reserve. Bfi het afdeelingsonderzoek van de wet, regelende de bevordering en het ontslag van de officieren der Kon. Nederl. Marins-Reserve en de pensionneering van officieren, onder officieren en minderen dier Reserve en van hunne weduwen en kinderen, waren sommige leden van oordeel, dat men in de navolging van de grondslagen voor de militaire officieren bfi de zeemacht te ver is gegaan. Het had verder de aandacht getrokken, dat meermalen van de terminologie der overeenkomstige wetten voor do militaire officieren der zee macht is afgeweken. Gewezen werd op het onbepaalde der in het wetsontwerp voor komende uitdrukkingen dienst of diensttijden actieve dienst of actieve militaire dienst. Mede werd gewezen op het gemis eener algemeene bepaliog, dat de reserve officieren zich voor een bepaalden diensttijd moeten verbinden, waardoor men altfid onzeker is omtrent het aantal officieren, waarover op een bepaald tfidstip zal kunnen worden beschikt. In de tweede plaats werd de aandacht gevestigd op het onvoldoende der regeling van de positie der buitengewone luitenants ter zee der 1ste klasse. Men betwijfelde of van de door deze officieren in oorlogstijd te bewijzen diensten wel veel nut mag worden verwacht. Gevraagd werd of het voeren der reserve- vlag natievlag met anker in het midden door onze koopvaardijschepen met betrekking tot het handhaven der neutraliteit geen moei lijkheden zou kunnen opleveren. Hierop werd geantwoord, dat de reservevlag geen oorlogs- vlag is. Teruggave van gestorte gelden. De minister van justitie, aan wien door do Tweede Kamer was toegezonden het adres van J. C. Post, echtgenoote van A. G. Greebe, boudonde verzoek om teruggave van de door haar in het Pensioenfonds gestorte gelden, heeft medegedeeld dat hij, na kennisneming der zaak, termen heeft gevonden aan de Koningin Weduwe-Regentes in overweging te geven aan de adressante eene schadeloos stelling van f 630 toe te kennen, g'-lfikstaande met het door haar in het Burgerlijk Pensioen fonds gestorte bedrag, en dat Hare Majesteit zich met dat voorstel heelt vereenigd. In de zes weken, dat de Tweede Kamer, welke gisteren op reces ging, vergaderd was, zfin, wat dezen tak der vertegenwoordiging betreft, behalve eene reeks van voorzie ningen van geringeren omvang tot stand gebracht eene betere rogeling van de heffing der invoerrechten naar de waarde; zijn do gelden voor nieuwe geweren toegestaan voor het overgrooto deel van het leger; zfin be palingen gemaakt omtrent verveningen, en het recht om politieverordeningen va?t te stellen door waterschappen, enz.werden de uitvoerrechten op suiker in Ned. Indiö go- schorst on is eindelijk het voorstel-Hartogh betreffende het Wetboek van Burg. Rechts vordering goedgekeurd. Bovendien zijn behandeld eenigo motiön en conclusion, die in zekeren zin nog to beschou wen waren als uitwassen van de discussiön over de Sta itsbogrooting. Alleen de motie van den heer Heldt werd aangenomen, die van de heeron Gerritsen, Dobbelmann en Sanders werden verworpen. De conclusie tot bevordering van eon locaalspoor in hot Noord- Oosten des lands werd goedgekeurd, terwijl bovendien twee interpellation die van de heeren Staalman en Lohman werdon be handeld. Thans is nog een drietal motiön op de agenda gebleven, nml van den heer Tydeman, betreffende de telephonen; van den heer Bahlmann, in zake de vrijheid van de suikercultuur in Indiö, en van den heer Bee!aert6 c. s. omtrent de tfidregeling. Over geen dezer is een zeer omvangrijk debat te wachten. Wanneer de Kamer in de tweede helft van Mei men noemt 21 Mei weer terugkomt, kan er echter werk van allerlei aard in overvloed zijn. Zegelrecht. In „De Bode" ie do vraag gedaan, of de onderwijzers verplicht zfin het zegelrecht der mandaten hunner jaarwedden te betalen. Nu het blijkt, dat in verscheidene groote gemeen ten, als Amsterdam. 's-Gravenhage, Rotterdam, Arnhem, Groningen, dit recht door de onder wijzers moet worden betaald of liever over hen wordt omgeshgen, wat natuurlijk ook met de andero gemeente ambtenaren wel zal geschieden, acht de heer E Vernóde, seerotaris van Voorschoten, het niet ondienstig er op te wfizen, dat reeds in 18S7 de toenmalige ministers van binnenl. zaken en van financiën van oordeel waren, dat het zegelrecht niet ton laste van de belanghebbenden mocht wor den gebracht. „Gedeputeerde Staten van N.-Brabant had don omtrent deze quaeetie hot oordeel van uen min. van binn. zaken gevraagd. Deze informeerde bfi zfin ambtgonoot van financiën, van wien hfi do volgende missive ontving: „Na r aanleiding van den nevens vermelden brief heb ik de eer Uwer Excellentie mede te doelen, dat ik met hot oog op de bepalingen der gemeentewet (artt. 114 en 224) do be velschriften acht te bebooren tot de stukken, die op cio betaling betrekking hebben, niet tot do stukken, opgemaakt om des schuld- eischers vordering te bewfizen. „Do zegelwet bepaalt niet wie de belasting op de bevelschriften moet dragendaarom zal het zegelrecht naar art. 1431 B. W. ten laste der gemeente komen." „De n.juister v. binnen', zaken vereenigd© zich met Uit gevoelen, hetwelk do..r Ged. Staten van N.-Brabant ter kennis werd ge bracht van de gemeentebesturen in hunne provincie, met verzoek daarnaar voortaan te handelen. „Ook de redactie van de „Gemeentestem", waaraan het bovenstaande ontleend is, stond in tal van nummers de leer voor, dat de ge meente het zegelrecht van alle mandaten be hoort te betalen. „In deze gemeente en, zooals mfi bekend is, ook in andere, wordt dan ook aldus ge handeld." Misschien vinden belanghebbenden in hot bovenstaande aanleiding zich tot den minister van financiën to wenden en bijaldien 't ge voelen Zfiner Excellentie aan dat van zfin ambtsvoorganger gelfik is, zou, meent de schrfiver, op een verzoek van de resp. ge meente-ambtenaren, om voortaan van de be taling te worden ontheven, allicht een gunstige beschikking worJen genomen. BUITENLAN X>. Duituchluud. De keizer heeft te Kiel het van stapel loopen bijgewoond van een nieuw gebouwd pantserschip, dat do keizer doopte met den naam „Aegir." In zfin toespraak richtte hfi zich tot het schip, als ware het een levend, denkend wezen. De keizer zeide ongeveer het volgende: „Als een bewfis van vaderlandsche vlfit s'aat thans na moeitevollen arbeid het vaartuig voor ons, om aan zfin natuurlfik ele ment te woruen overgegoven. Gfi zult thans worden opgenomen onder de beschermde ge vechtseenheden van de Duitsche marine, en zult dienen tot bescherming van het vaderland, dood en verderf verspreiden in de gelederen uwer vfianden. Nu blfift ons nog over u een naam te geven, waarmede gfi waardig zult worden opgenomen in de rfi der oorlogsschepen, die reeds met eero de Duitsche vlag voeren. Aan de oude Germaansche sage is de naam ontleend, die uw zusterschip draagt, daarom zult gfi eveneens herinneren aan het verre verleden onzer voorouders, aao de geweldige godheid, die door onze de zee bevarende voor vaderen zoowel werd aangebeden als gevreesd en wiens rfik zich uitstrekte van de Noord tot de Zuidpool, op wiens gebied menige strfid uitgevochten, dood en verderf in het vfiandelfik land gebracht werd. Den geweldigen naam van dezen god zult gfi dragen. Moogt gfi u dien steeds waardig toonenIk doop u met den naam „Aegir." De nationaal-liberalen zfin allesbehalve gesticht over de officieuze mededeeling, dat het tusschen de regeering en het Centrum, betreffende de „Umsturz Vorlage," tot een schikking is gekomen. De Hannoverscbe „Courier," het orgaan van den nationaal-liberalen leider Von Bennigsen, bespreekt de „Umsturz-Vorlage" en komt tot deze slotsom: „Indien de regeering mocht besluiten, zich te buigen onder het juk en zich te voegen naar de eischen van het Centrum, dan zullen de liberalen zich met des te meer kracht tegen het wetsontwerp verzetten. Evenwel is het nu nog tfid, een dergelfik ernstig geschil to voorkomen. In elk goval echter zullen de gematigde liberalen hun toestemming nooit geven voor het wetsontwerp, gelfik dat, na de aanneming van de amendementen van het Centrum, nu bfi den Rfiksdag zal worden in gediend." De uitvoer uit Duitschland naar de Yoreenigde Staten heeft in het jaar 1894 27,646,878 doll, bedragen, tegen 34,398,042 doll, in 1893, 38,902,166 doll, in 1S92 en 37,386,587 doll, in 1891. Von Bismarck heeft den nacht na zfin ver jaardag beter geslapen dan hfi in lang had gedaan. De uiterst vermoeiende dag is hem zeer goed bekomen. Aan het postkantoor te Friednchsruh zfin in de laatste week niet minder dan 120,000 brieven, waaronder 10,000 uit Noord Amerika, in ontvangst genomen. De Rfiksdagcommissie voor de wet op de binnenscheepvaart heeft een motie aan genomen om den rfikskanselier te verzoeken, dat de Duitsche kustvrachtscheepvaait zooveel mogelfik beschermd worde tegen de drukkende concurrentie van Nederlandsche. Deensche en Noorsche schippers. De regeeringscommissaris had zich tegen de motie verklaard. Italia. Evenals allo koloniseerendo landen onder vindt Italië, dat het tot beveiliging van zfin bezit steeds zfin grenzen moet uitbreiden. Reeds de bezetting van Kassala was oen stap buiten de vastgestelde grens en sedert een vierendeel jaars blfikt het duidelfik, dat het daarbfi niet kan blfiven, omdat men de hoop moest opgeven, op den duur met Abessinié op goeden voet te blfiven. Bloedige gevechten werden geleverd; de Abessiniërs werden ver slagen, maar z|j blfiven een gevaar voor de kolonie Erylrea. Lang vleide men te Rome zich met de hoop, dat de bezetting van Senafe en Adrigrat voldoende zou zfin om den vfiand in toom te bouden, maar thans verklaart de opperbevelhebber in de kolonie, dat de inlfiving der gehoele Abessinische provincie Tigrenoo- dig is om de kolonie tegen de aanslagen van Ras Mangascha en van koning Menelik te beveiligen. Het syndicaat der Brusselsche letterzetters heeft alle deelneming aan de werkstaking verworpen. Nu had burger Van den Dorpe, gemeenteraadslid en redacteur van „le Peuple", hen uitgescholden voor bangeriken en iksuch- tig en. Daarop heeft do letterzotter Magdelvns geantwoord; ,Van den Dorpe heeft degenen bangeriken en ikzuebtigen genoemd, die, een talrfik huisgezin hebbende, weigeren deel te nemen aan eene politioke werkstaking. Ik begrfip heel goed de kalmte, waarmede Van den Dorpe eene werkstaking te Brussel tege moet ziet. Indien ik, zooals hfi, eigenaar was, gemeenteraadslid, houder van eene drukbe zochte herberg, medewerker in „le Peuple" en steeds alle mogelfike kleine profijtjes genie tende, dan zou ik ook niets om eene werk staking geven. Nu echter heb ik niets dan mfin werkloon, om voor mfin talrfik huisgezin te zorgen." Van den Dorpe gaf nu inlichtin gen over de wfize, waarop hfi zich zfin eigendom van 50 tot 60,000 fr. bezorgde en vroeg toen of Magdelyns zfine belangloosheid verdacht. Hierop antwoordde deze: „Ik heb den moed, luidop te zeggen, wat al de Brus selsche werklieden stil zeggen. Ja, in de om standigheden, waarin gfi u bevindt, moest gfi het verstand hebben, de werkstaking niet aan te raden aan on^elukkigen, die niets dan hun werkloon hebben om er v;in te I ven. Zfit gfi zelf, in 1893, to n de wnrklie len door de stra ten van Brussel dwaalden, op uw n raad vrou wen en kinderen aan den honger prfis ge vende, niet voortgegaan met in uwe herberg bier en jenever te verkoopen. Waarom staaktet gfi toen ook het werk niet? Men meldt uit Charleroi: De toestand der glascrisis blfift onveranderd. Nog altfid werken tien ovens van de twee en twintig. De glasblazerfi Baudoux, die er hare eigen gendarmen op na houdt, weigert aan de eischen der stakers toe te geven De mijn werkers nemen hoegenaamd geen deel aan de beweging. Zfi komen namelfik niet goed overeen met de glasblazers en zouden zelfs doorwei ken, om de beweging der anderen afbreuk te doen. Indien zfi het werk ver laten, zeggen zfi, dan is het enkel om aan het ordewoord van den Algeraeenen Raad te gehoorzamen. De werklieden der steengroeven te Lessen sebfinen tot staking gen n te zfin. De burgemeester heeft versterking van gendar merie te Ath gevraagd. De me -sters schfinen niet bereid, de gevraagde loonsverhooging toe te staan Hun voorraad is zoo groot, dat zelfs eene lange staking hun niet zou beletten, de gevraagde levering te doen. Ooh toni'ijU-Uon Monarchie* Te Buda Pnsth is een aanslag gepleegd tegen het monument van generaal Heritzi, den Oostenrfikschen generaal, die bfi den opstand van 1849 sneuvelde, toen bfi de citadel tot het uiterste tegen de Hongaarsche troepen verdedigde. Aan den voet van het gedenkteeken was een bom geplaatst, die met een hevigen slag ontplofte. H t standbeeld werd niet beschadigd, maar daarentegen w< rden wel de vensters der belendende woningen verbrfizeld. Do man, die dit projectiel daar plaatste, volgens eenigo portonen, die hem zagtn ontvluchten, een goed pi kleed man, ontsnapte aan de handen der politie agenten, die hem tevergeefs na zetten. De „Voss. Ztg." beweert dat achter dezen aanslag meer steekt dan een eenvoudig mis dadig opzet. Het blad gelooft dat de dader zich ten doel stelde de verlegenheid der regeering te vermeerderen en wilde bewfizen dat het ministerie Bariffy niet in staat is de orde te handhaven en de gevoelens van den koning voor krenking te vrfiwaren. De politie heeft 200U kronen uitgeloofd voor de inhechtenisneming van den dader, Szeles, een gewezen luitenant en een woedend vfiand van Oostenrijk. Verscheidene personen staan in verdenking betrokken te zfin bfi den aanslag. Adoijan Szeles is een dagbladschrijver, be- hoorende tot de heftigste radicalen. Hfi was onlangs veroordeeld wegens majesteitsschennis wegens een artikel bfi den dood van Kossuth in het blad „Olvasd" geschreven, maar tegen borgstelling voorloopig vrfigelaten. De poging om hot Hentzi-monument door dynamiet te vernielen, kan dus niet als een anarchistische aanslag worden beschouwd. Toen de revolutie in 1848 in Hongarfie was uitgebarsten, verdedigde generaal Hentzl de vesting van Ofen tegen de insurgenten, beschoot de stad Pesth en poogde de beroemde kettingbrug in do lucht te laten springen. Ofen werd eindelfik na eene dappere verdedi ging door de Hongaren genomenzfi vondon Hentzi stervende aan zfine wonden. In don daarna gevolgden roactietfid liet keizer Frans Jozef voor den heldhaftigen generaal in de vesting een gedenkteeken oprichten, een voortdurende ergernis voor de Hongaren, die in de nabfiheid er van een gedenkteeken voor de bfi de verovering der vesting govallen insurgenten hebben gesticht. Treuriger dan de roekelooze daad van een enkele is hetgeen in de hoofdstad van Oosten rfik voorvalt. De laatste verkiezingen voor den gemeenteraad van Weenen zfin ten gunste der anti-semieten uitgevallen, die thans, met de reactionnairen vereenigd, bfina de meerderheid hebben en hoogstwaarschfinlfik haar het vol gend jaar zullen hebben verworven. De schuld hiervan ligt voor een groot deel aan de liberalen, die onderling verdeeld zfin en meer aan hunne onderlinge bestrfiding dan aan de bestrfiding der gevaarlfike tegenstanders denken. Waarschfinlfik zal dan het volgend jaar dr. Lueger tot burgemeester worden gekozen, een berucht man, die velo partfien hoeft gediend en thans tot de anti-semietische party behoort. In een gesprek met een vertegenwoordiger der „Neue Freie Presse" zeide de burgemeester, dr. GrüblDrie wegen staan openontbin ding van den gemeenteraad, maar daardoor zouden de anti semieten zeker de meerderheid krfigen; ontslag nemen door den burgemees ter, maar dan zou Lueger, ook al door de oneenigheid der liberalen, hem opvolgen; een compromis der partfien, hetgeen do burge meester niet doenlfik achtte. Uit Weenen wordt gemeld, dat prins Windischgrlitz het betreffende de regeling van het kiesrecht in Oostenrfik niet eens kan worden met de leiders der liberalen, Polen en anti liberalen, die de regeerings meerderheid van het Huis van Afgevaardigden uitmaken. Prins Windiscbgra'z had beloofd, dat hfi het wetsontwerp tot uitbreiding van het kiesrecht vóór Paschen zou indienen. Naar men te Weenen vertelt, heeft de minister president nu ter kennis van keizer Frans Jozef gebracht, dat hfi geen kans ziet de beloofde hervorming tot stand te brehgen en derhalve, zoodra de begrooting is afgehandeld, na Paschen met zfine ambtgenooten zfin ont slag zal indienen. Nu reeds wordt do stadhouder van Boherae, graaf Thun, genoemd als de aanstaande minister-president. Het kabinet, hetwelk graaf Thun zal samenstellen, zal hoofdzakelfik be staan uit conservatieven en anii-liberalen. Zwi tsorlaud. Een Z9er belangrfike wntsvoordracht is door den Stendenraad van Zwitserland de vorige week aangenomen betreffende het bestuur der spoorwegen. Aanleiding daartoe heeft een gebeurtenis gegeven in het vorig jaar. Toen had een ingezetene van Zurich een zeer groot getal aandeelen opgekocht van den Noord-Oost- spoorweg, waardoor hfi in de vergadering van aandeelhouders de meerderheid verkreeg en het geheele bestuur door een ander kon vervangen. Ofschoon die omkeer op het beheer van den spoorweg geen nadeeligen invloed heeft ge had, is toch van verschillende kanten ge wezen op het bedenkelijke, dat aldus een enkele groote aandeelhouder, door verdeeling zfiner aandeelen onder stroomannen, een middel van openbaar vervoer in zfin macht krfigt. De voorstanders van staatsexploitatie en naasting der spoorwegen zagen daarom de kans schoon om in die richting een grooten stap te doen en het is hun gelukt, daar de Stendenraad nu met der 6temmen een wetsvoorstel heeft aangenomen, dat door den Bondsraad met 4 tegen 3 stemmen was goed gekeurd. Die wet bepaalt dat alle spoorwegaan- deelen op naam moeten 6taan en enkel zulke aandeelen op naam recht geven mede te stem men. Voorts heeft de Bondsraad het recht in het bestuur van eiken spoorweg eenige leden te benoemen naast de gekozen be stuurders, met gelfike rechten als dezen. Ein delfik wordt de Bondsraad bevoegd verklaard alle besluiten van een spoorwegbestuur of van de algemeene vergadering var. aandeelhouders nietig te verklaren wegens strfid met het algemeen belang, en zulks behoudens be roep op de Kamers. Een voorstel om beroep toe te kennen op de rechterifike macht werd afgestemd. Men beschouwt deze wet als de voorbode van de naasting der spoorwegen door den Staat. Tui* lt ij©. Met de financiën van Turkfie schfint het weder slecht te zfin gesteld. Het deficit van het afgeloopen finantieele jaar bedraagt 6 millioen pond (ongeveer f 72,000,000); de uit gaven waren tot 12 Maart 24 millioen, de ont vangsten 18 milhoen ponden. Reeds lang, zoo wordt door bevoegde personen verzekerd, was er een deficit en daarom heeft de Porte meer dan tien jaren het budget niet officiéél bekend gemaakt. Over hetgeen de Porte zal doen om een staatsbankroet te voorkomen, zfin verschillende geruchten in omloop. Sommigen zeggen dat alle traktementen zouden worden verlaagd; voor de slecht bezoldigde, ongeregeld betaalde lagere ambtenaren zou dit verschrikkelijk zfin. De hoogere ambtenaren worden veelal hoog betaald de groot-vizier bfiv. met f 16,000 in de maand en onder hen zfin velen, die er niets voor hebben te doen. Ook op de sub sidies aan buitenlandsche bladen en de loonen van spionnen zou kunnen worden bezuinigd. Door het afschaffen van nuttelooze uitgaven en verkwisting, ook bfi den hofstaat, zou mis schien het gevaar van een bankroet knnnen worden afgewend, maar oene besnoeiing van de lage traktementen, die gewoonlfik maar van zeven maanden in het jaar worden betaald, zou een geest van ontevredenheid in het ge heele rfik wekken, daar de ambtenaren, om to leven, zouden nemen wat zfi niet kunnen ontberen. Cuba. De berichten van Cuba worden hoe langer hoe ernstiger. De „benden," van welke de regoeringsberichten met minachting gewaag den, zfin goed gewapende afdeelingen gewor den, die aan de koninklijke troepen gevechten leveren en verscheidene malen hebben ge zegevierd. Het is de hoogste tfid, dat maar schalk Martinez Campos op Cuba aankomt en de leiding van den veldtocht op zich neemt. De te Havanna wonende leider der Spaansche party, markies De Pinaz del Rio, heeft aan een bevriend lid der Cortes te Madrid, eenige dagen geleden, getelegrafeerd, dat de toestand hoogst gevaarlijk was. De opstand in de oostelfike provinciën breidde zich snel uit; het waren geen oproertjes van kleurlingen of buitensporigheden van roovers, maar het was een goed voorbereide, zfin doel bewuste opstand tegen de Spanjaarden. De haven plaatsen waren door sterke afdeelingen in surgenten bedreigd. In de provinciën Puerto Principe en Las Villas wacht de bevolking slechts op het binnenbrengen van den suiker- oogst om ook de wapenen op te vatten. Eene versterking van 20,000 man en een bekwaam generaal moesten dadelfik overkomen om het eiland voor Spanje te behouden. Een telegram van den gouverneur van Cuba meldt dat Maximo Gomez, Marti en andere aanvoerders der Cubaansche opstandelingen bfi Baracoa geland zfin. Maceo, Combret en Roloff zfin in het Noorden der provincie Santiago geland en in de bergen gevlucht. Maarschalk Campos is uit Madrid vertrokken en heeft zich gisteravond te Cadlx ingescheept op de „Reina Christina", waarmede hfi 12 April op Cuba denkt aan te komen. Aan het station te Madrid werd den maarschalk uit geleide gedaan door de ministers, een aantal Senatoren en Kamerleden en een groote volks menigte. Toen de trein zich in beweging zette, riep de maarschalk: „Leve de Spaansche natie! Hoezee voor den koning en de koningin!" Het volk riep vol geestdrift: rLeve Campos 1 Leve het Spaansche Cuba!" Het Spaansche leger op Cuba zal op 45,000 man worden gebracht. Van de onlangs aan gekomen troepen is reeds een derde gedeelte ziek; de gele koorts eischt vele slachtoffers. Maarschalk Martinez Campos zal niet te Havanna, maar te Guantanamo, in het ooste- Ifik gedeelte van Cuba, aan land gaan en daar dadelfik maatregelen nemen om krachtig den opstand te bestrfiden. Reeds waren 7000 man uit Spanje hera voor gegaan; 8000 zfin te gelfik met hem ver trokken en 5000 volgen in de helft der maand. Intusschen schfint de aanvoerder van den opstand van 1868, Maceo, reeds eene voor- loopige regeering ingesteld te hebben, die uit de Vereenigde Staten met geld wordt onder steund. Nu maarschalk Martinez Campos ook van Cadix naar Cuba is vertrokken, vertrouwt de Spaansche regeering, dat het den generaal zal gelukken, de rust in deze kolonie te herstellen. In den gisteren te Madrid gehouden minister raad deelde de ministerpresident Canovar mede, dat, volgens de telegrammen, door de regeering van den gouverneur-generaal ont vangen, de regeeringstroepen aan de winnende hand zfin. De troepen, die zich tegen den gouverneur verzetten, zfin uiteengejaagd, maar natuurlfik verdienen deze berichten geen onbe paald vertrouwen. Volgens de „New-York Herald" blfift de toestand op Cuba zeer bachelfik. Dit is zeker wel juist. Wellicht gelukt het nu maar schalk Martinez Campos de rust in deze kolonie te herstellen. Zoo iemand, dan is natuurlfik de oude vechtgeneraal wel de man, om aan den opstand een einde te maken. J China on Japan, De toestand van Li Hung Chang blfift be- denkelgk, zegt de correspondent der „Times", zoolang de kogel niet gevonden is. Simono- seki is thans vol politie om de Cbineezen te beschermen. Onafgebroken worden de oorlogsbereidselen voortgezet. Den dag voordat de wapenstil stand werd geproclameerd, verlieten vfif trans portschepen met infanterie en cavalerie de haven van Simonoseki. Van hun kant zitten de Chineezen ook niet stil. Te Swatow en te Kanton zfin zfi druk in de weer, om zich in staat van verdediging te stellen. De rivier voor Kanton wordt ver sperd, in de haven van Swatow worden tor pedo's gelegd, en voortdurend worden Dieuwe troepen aangeworven. Uit het zuiden van Formosa vluchten de Chineezen naar het vasteland en naar Hong kong. In het noorden van het eiland ba- schikken de Chineezen over 80,000 man, waarvan 60,000 goed geoefend en gewapeml moeten zfin; do ovorigen zfin ongedrilderecru- ten en schooiers. Volgens een gerucht rukken do Japanners op naar Takau; een gevecht is ophanden. Admiraal Ito beeft aan het hoofdkwartier een uitvoerig verslag gezonden over de be zetting der Pescadores. Alvorens tot den aanval op Makung over te gaan, had het vlaggeschip „Matsusbima" nauwkeurige peilingen verricht in de baai, om zich te overtuigen, dat er geen gevaar bestond voor torpedo's of onder- zeescho mfinen. Daarna kwamen de transport schepen en ankerden in de havende landing had des nachts plaats, bfi het licht der elec- trische zoeklichten van de schepen. Van het Cbineesche garnizoen, 5000 man sterk, deser teerden vele soldaten toen do vfiand naderde. De gevangengenomen soldaten werden later in vrfihoid gesteld en in jonken naar het vas teland gezonden; de Cbineesche officieren zullen echter als krijgsgevangenen naar Japan gaan. De forten en kanonnen werden door het Japansche vuur licht beschadigd; men is nu bezig de schade te herstellen. De admiraal zegt aan het slot van zfin verslag, dat de bewoners der Pescadores een vreedzaam volk. zfin, en hun gewone bezigheden reeds hebber hervat. Over de vredesonderhandelingen zeiven tus schen de Japansche en Chineesche gemach tigden is nog mets naders bekend. De Japan sche regeering handhaaft, voor zoover bekend, haar oorspronkelijke eischen, terwfil daaren tegen de Chineesche afgezant, Li Hung-Cbang» met meer wil toestaan dan den afstand van het eiland Formosa. Intusschen blfiven nog steeds de geruchten aan do orde, dat de Russische regeering voor nemens is, weldra haar slag te slaan, ten einde een haven te verkrfigen, ten zuiden van Vladivostock. Waarschfinlfik zal echter Rusland wel niet tusschenbeide komen, zoo lang er nog geeu sprake is van een definitief vredes-tractaat. In dat geval zal natuurlfik ook Engeland zich wel doen gelden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1895 | | pagina 10