TWEEDE KAMER.
Kon. Ned. Marine reserve.
Bfi het afdeelingsonderzoek van de wet,
regelende de bevordering en het ontslag van
de officieren der Kon. Nederl. Marins-Reserve
en de pensionneering van officieren, onder
officieren en minderen dier Reserve en van
hunne weduwen en kinderen, waren sommige
leden van oordeel, dat men in de navolging
van de grondslagen voor de militaire officieren
bfi de zeemacht te ver is gegaan. Het had
verder de aandacht getrokken, dat meermalen
van de terminologie der overeenkomstige
wetten voor do militaire officieren der zee
macht is afgeweken. Gewezen werd op het
onbepaalde der in het wetsontwerp voor
komende uitdrukkingen dienst of diensttijden
actieve dienst of actieve militaire dienst. Mede
werd gewezen op het gemis eener algemeene
bepaliog, dat de reserve officieren zich voor
een bepaalden diensttijd moeten verbinden,
waardoor men altfid onzeker is omtrent het
aantal officieren, waarover op een bepaald
tfidstip zal kunnen worden beschikt. In de
tweede plaats werd de aandacht gevestigd op
het onvoldoende der regeling van de positie
der buitengewone luitenants ter zee der 1ste
klasse. Men betwijfelde of van de door deze
officieren in oorlogstijd te bewijzen diensten
wel veel nut mag worden verwacht.
Gevraagd werd of het voeren der reserve-
vlag natievlag met anker in het midden
door onze koopvaardijschepen met betrekking
tot het handhaven der neutraliteit geen moei
lijkheden zou kunnen opleveren. Hierop werd
geantwoord, dat de reservevlag geen oorlogs-
vlag is.
Teruggave van gestorte gelden.
De minister van justitie, aan wien door do
Tweede Kamer was toegezonden het adres
van J. C. Post, echtgenoote van A. G. Greebe,
boudonde verzoek om teruggave van de door
haar in het Pensioenfonds gestorte gelden,
heeft medegedeeld dat hij, na kennisneming
der zaak, termen heeft gevonden aan de
Koningin Weduwe-Regentes in overweging te
geven aan de adressante eene schadeloos
stelling van f 630 toe te kennen, g'-lfikstaande
met het door haar in het Burgerlijk Pensioen
fonds gestorte bedrag, en dat Hare Majesteit
zich met dat voorstel heelt vereenigd.
In de zes weken, dat de Tweede Kamer,
welke gisteren op reces ging, vergaderd was,
zfin, wat dezen tak der vertegenwoordiging
betreft, behalve eene reeks van voorzie
ningen van geringeren omvang tot stand
gebracht eene betere rogeling van de heffing
der invoerrechten naar de waarde; zijn do
gelden voor nieuwe geweren toegestaan voor
het overgrooto deel van het leger; zfin be
palingen gemaakt omtrent verveningen, en
het recht om politieverordeningen va?t te
stellen door waterschappen, enz.werden de
uitvoerrechten op suiker in Ned. Indiö go-
schorst on is eindelijk het voorstel-Hartogh
betreffende het Wetboek van Burg. Rechts
vordering goedgekeurd.
Bovendien zijn behandeld eenigo motiön en
conclusion, die in zekeren zin nog to beschou
wen waren als uitwassen van de discussiön
over de Sta itsbogrooting. Alleen de motie
van den heer Heldt werd aangenomen, die
van de heeron Gerritsen, Dobbelmann en
Sanders werden verworpen. De conclusie tot
bevordering van eon locaalspoor in hot Noord-
Oosten des lands werd goedgekeurd, terwijl
bovendien twee interpellation die van de
heeren Staalman en Lohman werdon be
handeld. Thans is nog een drietal motiön
op de agenda gebleven, nml van den heer
Tydeman, betreffende de telephonen; van den
heer Bahlmann, in zake de vrijheid van de
suikercultuur in Indiö, en van den heer
Bee!aert6 c. s. omtrent de tfidregeling. Over
geen dezer is een zeer omvangrijk debat te
wachten. Wanneer de Kamer in de tweede
helft van Mei men noemt 21 Mei weer
terugkomt, kan er echter werk van allerlei
aard in overvloed zijn.
Zegelrecht.
In „De Bode" ie do vraag gedaan, of de
onderwijzers verplicht zfin het zegelrecht der
mandaten hunner jaarwedden te betalen. Nu
het blijkt, dat in verscheidene groote gemeen
ten, als Amsterdam. 's-Gravenhage, Rotterdam,
Arnhem, Groningen, dit recht door de onder
wijzers moet worden betaald of liever over
hen wordt omgeshgen, wat natuurlijk ook
met de andero gemeente ambtenaren wel zal
geschieden, acht de heer E Vernóde, seerotaris
van Voorschoten, het niet ondienstig er op
te wfizen, dat reeds in 18S7 de toenmalige
ministers van binnenl. zaken en van financiën
van oordeel waren, dat het zegelrecht niet
ton laste van de belanghebbenden mocht wor
den gebracht.
„Gedeputeerde Staten van N.-Brabant had
don omtrent deze quaeetie hot oordeel van
uen min. van binn. zaken gevraagd. Deze
informeerde bfi zfin ambtgonoot van financiën,
van wien hfi do volgende missive ontving:
„Na r aanleiding van den nevens vermelden
brief heb ik de eer Uwer Excellentie mede te
doelen, dat ik met hot oog op de bepalingen
der gemeentewet (artt. 114 en 224) do be
velschriften acht te bebooren tot de stukken,
die op cio betaling betrekking hebben, niet
tot do stukken, opgemaakt om des schuld-
eischers vordering te bewfizen.
„Do zegelwet bepaalt niet wie de belasting
op de bevelschriften moet dragendaarom zal
het zegelrecht naar art. 1431 B. W. ten laste
der gemeente komen."
„De n.juister v. binnen', zaken vereenigd©
zich met Uit gevoelen, hetwelk do..r Ged.
Staten van N.-Brabant ter kennis werd ge
bracht van de gemeentebesturen in hunne
provincie, met verzoek daarnaar voortaan te
handelen.
„Ook de redactie van de „Gemeentestem",
waaraan het bovenstaande ontleend is, stond
in tal van nummers de leer voor, dat de ge
meente het zegelrecht van alle mandaten be
hoort te betalen.
„In deze gemeente en, zooals mfi bekend
is, ook in andere, wordt dan ook aldus ge
handeld."
Misschien vinden belanghebbenden in hot
bovenstaande aanleiding zich tot den minister
van financiën to wenden en bijaldien 't ge
voelen Zfiner Excellentie aan dat van zfin
ambtsvoorganger gelfik is, zou, meent de
schrfiver, op een verzoek van de resp. ge
meente-ambtenaren, om voortaan van de be
taling te worden ontheven, allicht een gunstige
beschikking worJen genomen.
BUITENLAN X>.
Duituchluud.
De keizer heeft te Kiel het van stapel
loopen bijgewoond van een nieuw gebouwd
pantserschip, dat do keizer doopte met den
naam „Aegir." In zfin toespraak richtte hfi
zich tot het schip, als ware het een levend,
denkend wezen. De keizer zeide ongeveer het
volgende: „Als een bewfis van vaderlandsche
vlfit s'aat thans na moeitevollen arbeid het
vaartuig voor ons, om aan zfin natuurlfik ele
ment te woruen overgegoven. Gfi zult thans
worden opgenomen onder de beschermde ge
vechtseenheden van de Duitsche marine, en zult
dienen tot bescherming van het vaderland,
dood en verderf verspreiden in de gelederen
uwer vfianden. Nu blfift ons nog over u een
naam te geven, waarmede gfi waardig zult
worden opgenomen in de rfi der oorlogsschepen,
die reeds met eero de Duitsche vlag voeren.
Aan de oude Germaansche sage is de naam
ontleend, die uw zusterschip draagt, daarom
zult gfi eveneens herinneren aan het verre
verleden onzer voorouders, aao de geweldige
godheid, die door onze de zee bevarende voor
vaderen zoowel werd aangebeden als gevreesd
en wiens rfik zich uitstrekte van de Noord
tot de Zuidpool, op wiens gebied menige strfid
uitgevochten, dood en verderf in het vfiandelfik
land gebracht werd. Den geweldigen naam
van dezen god zult gfi dragen. Moogt gfi u
dien steeds waardig toonenIk doop u met
den naam „Aegir."
De nationaal-liberalen zfin allesbehalve
gesticht over de officieuze mededeeling, dat
het tusschen de regeering en het Centrum,
betreffende de „Umsturz Vorlage," tot een
schikking is gekomen.
De Hannoverscbe „Courier," het orgaan van
den nationaal-liberalen leider Von Bennigsen,
bespreekt de „Umsturz-Vorlage" en komt tot
deze slotsom:
„Indien de regeering mocht besluiten, zich
te buigen onder het juk en zich te voegen
naar de eischen van het Centrum, dan zullen
de liberalen zich met des te meer kracht
tegen het wetsontwerp verzetten. Evenwel
is het nu nog tfid, een dergelfik ernstig geschil
to voorkomen. In elk goval echter zullen de
gematigde liberalen hun toestemming nooit
geven voor het wetsontwerp, gelfik dat, na
de aanneming van de amendementen van het
Centrum, nu bfi den Rfiksdag zal worden in
gediend."
De uitvoer uit Duitschland naar de
Yoreenigde Staten heeft in het jaar 1894
27,646,878 doll, bedragen, tegen 34,398,042
doll, in 1893, 38,902,166 doll, in 1S92 en
37,386,587 doll, in 1891.
Von Bismarck heeft den nacht na zfin ver
jaardag beter geslapen dan hfi in lang had
gedaan. De uiterst vermoeiende dag is hem
zeer goed bekomen.
Aan het postkantoor te Friednchsruh zfin
in de laatste week niet minder dan 120,000
brieven, waaronder 10,000 uit Noord Amerika,
in ontvangst genomen.
De Rfiksdagcommissie voor de wet op
de binnenscheepvaart heeft een motie aan
genomen om den rfikskanselier te verzoeken,
dat de Duitsche kustvrachtscheepvaait zooveel
mogelfik beschermd worde tegen de drukkende
concurrentie van Nederlandsche. Deensche en
Noorsche schippers. De regeeringscommissaris
had zich tegen de motie verklaard.
Italia.
Evenals allo koloniseerendo landen onder
vindt Italië, dat het tot beveiliging van zfin
bezit steeds zfin grenzen moet uitbreiden.
Reeds de bezetting van Kassala was oen stap
buiten de vastgestelde grens en sedert een
vierendeel jaars blfikt het duidelfik, dat het
daarbfi niet kan blfiven, omdat men de hoop
moest opgeven, op den duur met Abessinié
op goeden voet te blfiven. Bloedige gevechten
werden geleverd; de Abessiniërs werden ver
slagen, maar z|j blfiven een gevaar voor de
kolonie Erylrea. Lang vleide men te Rome
zich met de hoop, dat de bezetting van Senafe
en Adrigrat voldoende zou zfin om den vfiand
in toom te bouden, maar thans verklaart de
opperbevelhebber in de kolonie, dat de inlfiving
der gehoele Abessinische provincie Tigrenoo-
dig is om de kolonie tegen de aanslagen van
Ras Mangascha en van koning Menelik te
beveiligen.
Het syndicaat der Brusselsche letterzetters
heeft alle deelneming aan de werkstaking
verworpen. Nu had burger Van den Dorpe,
gemeenteraadslid en redacteur van „le Peuple",
hen uitgescholden voor bangeriken en iksuch-
tig en. Daarop heeft do letterzotter Magdelvns
geantwoord; ,Van den Dorpe heeft degenen
bangeriken en ikzuebtigen genoemd, die, een
talrfik huisgezin hebbende, weigeren deel te
nemen aan eene politioke werkstaking. Ik
begrfip heel goed de kalmte, waarmede Van
den Dorpe eene werkstaking te Brussel tege
moet ziet. Indien ik, zooals hfi, eigenaar was,
gemeenteraadslid, houder van eene drukbe
zochte herberg, medewerker in „le Peuple" en
steeds alle mogelfike kleine profijtjes genie
tende, dan zou ik ook niets om eene werk
staking geven. Nu echter heb ik niets dan
mfin werkloon, om voor mfin talrfik huisgezin
te zorgen." Van den Dorpe gaf nu inlichtin
gen over de wfize, waarop hfi zich zfin
eigendom van 50 tot 60,000 fr. bezorgde en
vroeg toen of Magdelyns zfine belangloosheid
verdacht. Hierop antwoordde deze: „Ik heb
den moed, luidop te zeggen, wat al de Brus
selsche werklieden stil zeggen. Ja, in de om
standigheden, waarin gfi u bevindt, moest gfi
het verstand hebben, de werkstaking niet aan
te raden aan on^elukkigen, die niets dan hun
werkloon hebben om er v;in te I ven. Zfit gfi
zelf, in 1893, to n de wnrklie len door de stra
ten van Brussel dwaalden, op uw n raad vrou
wen en kinderen aan den honger prfis ge
vende, niet voortgegaan met in uwe herberg
bier en jenever te verkoopen. Waarom staaktet
gfi toen ook het werk niet?
Men meldt uit Charleroi: De toestand
der glascrisis blfift onveranderd. Nog altfid
werken tien ovens van de twee en twintig.
De glasblazerfi Baudoux, die er hare eigen
gendarmen op na houdt, weigert aan de
eischen der stakers toe te geven De mijn
werkers nemen hoegenaamd geen deel aan
de beweging. Zfi komen namelfik niet goed
overeen met de glasblazers en zouden zelfs
doorwei ken, om de beweging der anderen
afbreuk te doen. Indien zfi het werk ver
laten, zeggen zfi, dan is het enkel om aan
het ordewoord van den Algeraeenen Raad te
gehoorzamen.
De werklieden der steengroeven te Lessen
sebfinen tot staking gen n te zfin. De
burgemeester heeft versterking van gendar
merie te Ath gevraagd. De me -sters schfinen
niet bereid, de gevraagde loonsverhooging
toe te staan Hun voorraad is zoo groot, dat
zelfs eene lange staking hun niet zou beletten,
de gevraagde levering te doen.
Ooh toni'ijU-Uon Monarchie*
Te Buda Pnsth is een aanslag gepleegd tegen
het monument van generaal Heritzi, den
Oostenrfikschen generaal, die bfi den opstand
van 1849 sneuvelde, toen bfi de citadel tot
het uiterste tegen de Hongaarsche troepen
verdedigde.
Aan den voet van het gedenkteeken was
een bom geplaatst, die met een hevigen slag
ontplofte. H t standbeeld werd niet beschadigd,
maar daarentegen w< rden wel de vensters
der belendende woningen verbrfizeld. Do man,
die dit projectiel daar plaatste, volgens eenigo
portonen, die hem zagtn ontvluchten, een
goed pi kleed man, ontsnapte aan de handen
der politie agenten, die hem tevergeefs na
zetten.
De „Voss. Ztg." beweert dat achter dezen
aanslag meer steekt dan een eenvoudig mis
dadig opzet. Het blad gelooft dat de dader
zich ten doel stelde de verlegenheid der
regeering te vermeerderen en wilde bewfizen
dat het ministerie Bariffy niet in staat is de
orde te handhaven en de gevoelens van den
koning voor krenking te vrfiwaren.
De politie heeft 200U kronen uitgeloofd voor
de inhechtenisneming van den dader, Szeles,
een gewezen luitenant en een woedend vfiand
van Oostenrijk. Verscheidene personen staan
in verdenking betrokken te zfin bfi den aanslag.
Adoijan Szeles is een dagbladschrijver, be-
hoorende tot de heftigste radicalen. Hfi was
onlangs veroordeeld wegens majesteitsschennis
wegens een artikel bfi den dood van Kossuth
in het blad „Olvasd" geschreven, maar tegen
borgstelling voorloopig vrfigelaten.
De poging om hot Hentzi-monument door
dynamiet te vernielen, kan dus niet als een
anarchistische aanslag worden beschouwd.
Toen de revolutie in 1848 in Hongarfie
was uitgebarsten, verdedigde generaal Hentzl
de vesting van Ofen tegen de insurgenten,
beschoot de stad Pesth en poogde de beroemde
kettingbrug in do lucht te laten springen.
Ofen werd eindelfik na eene dappere verdedi
ging door de Hongaren genomenzfi vondon
Hentzi stervende aan zfine wonden.
In don daarna gevolgden roactietfid liet keizer
Frans Jozef voor den heldhaftigen generaal
in de vesting een gedenkteeken oprichten,
een voortdurende ergernis voor de Hongaren,
die in de nabfiheid er van een gedenkteeken
voor de bfi de verovering der vesting govallen
insurgenten hebben gesticht.
Treuriger dan de roekelooze daad van een
enkele is hetgeen in de hoofdstad van Oosten
rfik voorvalt. De laatste verkiezingen voor den
gemeenteraad van Weenen zfin ten gunste der
anti-semieten uitgevallen, die thans, met de
reactionnairen vereenigd, bfina de meerderheid
hebben en hoogstwaarschfinlfik haar het vol
gend jaar zullen hebben verworven.
De schuld hiervan ligt voor een groot deel
aan de liberalen, die onderling verdeeld zfin
en meer aan hunne onderlinge bestrfiding dan
aan de bestrfiding der gevaarlfike tegenstanders
denken.
Waarschfinlfik zal dan het volgend jaar dr.
Lueger tot burgemeester worden gekozen, een
berucht man, die velo partfien hoeft gediend
en thans tot de anti-semietische party behoort.
In een gesprek met een vertegenwoordiger
der „Neue Freie Presse" zeide de burgemeester,
dr. GrüblDrie wegen staan openontbin
ding van den gemeenteraad, maar daardoor
zouden de anti semieten zeker de meerderheid
krfigen; ontslag nemen door den burgemees
ter, maar dan zou Lueger, ook al door de
oneenigheid der liberalen, hem opvolgen; een
compromis der partfien, hetgeen do burge
meester niet doenlfik achtte.
Uit Weenen wordt gemeld, dat prins
Windischgrlitz het betreffende de regeling
van het kiesrecht in Oostenrfik niet eens kan
worden met de leiders der liberalen, Polen en
anti liberalen, die de regeerings meerderheid
van het Huis van Afgevaardigden uitmaken.
Prins Windiscbgra'z had beloofd, dat hfi
het wetsontwerp tot uitbreiding van het
kiesrecht vóór Paschen zou indienen. Naar
men te Weenen vertelt, heeft de minister
president nu ter kennis van keizer Frans
Jozef gebracht, dat hfi geen kans ziet de
beloofde hervorming tot stand te brehgen en
derhalve, zoodra de begrooting is afgehandeld,
na Paschen met zfine ambtgenooten zfin ont
slag zal indienen.
Nu reeds wordt do stadhouder van Boherae,
graaf Thun, genoemd als de aanstaande
minister-president. Het kabinet, hetwelk graaf
Thun zal samenstellen, zal hoofdzakelfik be
staan uit conservatieven en anii-liberalen.
Zwi tsorlaud.
Een Z9er belangrfike wntsvoordracht is door
den Stendenraad van Zwitserland de vorige
week aangenomen betreffende het bestuur der
spoorwegen.
Aanleiding daartoe heeft een gebeurtenis
gegeven in het vorig jaar. Toen had een
ingezetene van Zurich een zeer groot getal
aandeelen opgekocht van den Noord-Oost-
spoorweg, waardoor hfi in de vergadering van
aandeelhouders de meerderheid verkreeg en het
geheele bestuur door een ander kon vervangen.
Ofschoon die omkeer op het beheer van den
spoorweg geen nadeeligen invloed heeft ge
had, is toch van verschillende kanten ge
wezen op het bedenkelijke, dat aldus een
enkele groote aandeelhouder, door verdeeling
zfiner aandeelen onder stroomannen, een
middel van openbaar vervoer in zfin macht
krfigt. De voorstanders van staatsexploitatie
en naasting der spoorwegen zagen daarom
de kans schoon om in die richting een grooten
stap te doen en het is hun gelukt, daar de
Stendenraad nu met der 6temmen een
wetsvoorstel heeft aangenomen, dat door den
Bondsraad met 4 tegen 3 stemmen was goed
gekeurd.
Die wet bepaalt dat alle spoorwegaan-
deelen op naam moeten 6taan en enkel zulke
aandeelen op naam recht geven mede te stem
men. Voorts heeft de Bondsraad het recht
in het bestuur van eiken spoorweg eenige
leden te benoemen naast de gekozen be
stuurders, met gelfike rechten als dezen. Ein
delfik wordt de Bondsraad bevoegd verklaard
alle besluiten van een spoorwegbestuur of van
de algemeene vergadering var. aandeelhouders
nietig te verklaren wegens strfid met het
algemeen belang, en zulks behoudens be
roep op de Kamers. Een voorstel om beroep
toe te kennen op de rechterifike macht werd
afgestemd.
Men beschouwt deze wet als de voorbode
van de naasting der spoorwegen door den Staat.
Tui* lt ij©.
Met de financiën van Turkfie schfint het
weder slecht te zfin gesteld. Het deficit van
het afgeloopen finantieele jaar bedraagt 6
millioen pond (ongeveer f 72,000,000); de uit
gaven waren tot 12 Maart 24 millioen, de ont
vangsten 18 milhoen ponden. Reeds lang,
zoo wordt door bevoegde personen verzekerd,
was er een deficit en daarom heeft de Porte
meer dan tien jaren het budget niet officiéél
bekend gemaakt.
Over hetgeen de Porte zal doen om een
staatsbankroet te voorkomen, zfin verschillende
geruchten in omloop. Sommigen zeggen dat
alle traktementen zouden worden verlaagd;
voor de slecht bezoldigde, ongeregeld betaalde
lagere ambtenaren zou dit verschrikkelijk zfin.
De hoogere ambtenaren worden veelal hoog
betaald de groot-vizier bfiv. met f 16,000
in de maand en onder hen zfin velen, die
er niets voor hebben te doen. Ook op de sub
sidies aan buitenlandsche bladen en de loonen
van spionnen zou kunnen worden bezuinigd.
Door het afschaffen van nuttelooze uitgaven
en verkwisting, ook bfi den hofstaat, zou mis
schien het gevaar van een bankroet knnnen
worden afgewend, maar oene besnoeiing van
de lage traktementen, die gewoonlfik maar van
zeven maanden in het jaar worden betaald,
zou een geest van ontevredenheid in het ge
heele rfik wekken, daar de ambtenaren, om
to leven, zouden nemen wat zfi niet kunnen
ontberen.
Cuba.
De berichten van Cuba worden hoe langer
hoe ernstiger. De „benden," van welke de
regoeringsberichten met minachting gewaag
den, zfin goed gewapende afdeelingen gewor
den, die aan de koninklijke troepen gevechten
leveren en verscheidene malen hebben ge
zegevierd. Het is de hoogste tfid, dat maar
schalk Martinez Campos op Cuba aankomt en
de leiding van den veldtocht op zich neemt.
De te Havanna wonende leider der Spaansche
party, markies De Pinaz del Rio, heeft aan
een bevriend lid der Cortes te Madrid, eenige
dagen geleden, getelegrafeerd, dat de toestand
hoogst gevaarlijk was. De opstand in de
oostelfike provinciën breidde zich snel uit;
het waren geen oproertjes van kleurlingen
of buitensporigheden van roovers, maar het
was een goed voorbereide, zfin doel bewuste
opstand tegen de Spanjaarden. De haven
plaatsen waren door sterke afdeelingen in
surgenten bedreigd. In de provinciën Puerto
Principe en Las Villas wacht de bevolking
slechts op het binnenbrengen van den suiker-
oogst om ook de wapenen op te vatten. Eene
versterking van 20,000 man en een bekwaam
generaal moesten dadelfik overkomen om het
eiland voor Spanje te behouden.
Een telegram van den gouverneur van Cuba
meldt dat Maximo Gomez, Marti en andere
aanvoerders der Cubaansche opstandelingen bfi
Baracoa geland zfin. Maceo, Combret en Roloff
zfin in het Noorden der provincie Santiago
geland en in de bergen gevlucht.
Maarschalk Campos is uit Madrid vertrokken
en heeft zich gisteravond te Cadlx ingescheept
op de „Reina Christina", waarmede hfi 12
April op Cuba denkt aan te komen. Aan het
station te Madrid werd den maarschalk uit
geleide gedaan door de ministers, een aantal
Senatoren en Kamerleden en een groote volks
menigte. Toen de trein zich in beweging zette,
riep de maarschalk: „Leve de Spaansche natie!
Hoezee voor den koning en de koningin!" Het
volk riep vol geestdrift: rLeve Campos 1 Leve
het Spaansche Cuba!"
Het Spaansche leger op Cuba zal op 45,000
man worden gebracht. Van de onlangs aan
gekomen troepen is reeds een derde gedeelte
ziek; de gele koorts eischt vele slachtoffers.
Maarschalk Martinez Campos zal niet te
Havanna, maar te Guantanamo, in het ooste-
Ifik gedeelte van Cuba, aan land gaan en
daar dadelfik maatregelen nemen om krachtig
den opstand te bestrfiden.
Reeds waren 7000 man uit Spanje hera voor
gegaan; 8000 zfin te gelfik met hem ver
trokken en 5000 volgen in de helft der maand.
Intusschen schfint de aanvoerder van den
opstand van 1868, Maceo, reeds eene voor-
loopige regeering ingesteld te hebben, die uit
de Vereenigde Staten met geld wordt onder
steund.
Nu maarschalk Martinez Campos ook van
Cadix naar Cuba is vertrokken, vertrouwt de
Spaansche regeering, dat het den generaal zal
gelukken, de rust in deze kolonie te herstellen.
In den gisteren te Madrid gehouden minister
raad deelde de ministerpresident Canovar
mede, dat, volgens de telegrammen, door de
regeering van den gouverneur-generaal ont
vangen, de regeeringstroepen aan de winnende
hand zfin. De troepen, die zich tegen den
gouverneur verzetten, zfin uiteengejaagd, maar
natuurlfik verdienen deze berichten geen onbe
paald vertrouwen.
Volgens de „New-York Herald" blfift de
toestand op Cuba zeer bachelfik. Dit is zeker
wel juist. Wellicht gelukt het nu maar
schalk Martinez Campos de rust in deze kolonie
te herstellen. Zoo iemand, dan is natuurlfik
de oude vechtgeneraal wel de man, om aan
den opstand een einde te maken. J
China on Japan,
De toestand van Li Hung Chang blfift be-
denkelgk, zegt de correspondent der „Times",
zoolang de kogel niet gevonden is. Simono-
seki is thans vol politie om de Cbineezen te
beschermen.
Onafgebroken worden de oorlogsbereidselen
voortgezet. Den dag voordat de wapenstil
stand werd geproclameerd, verlieten vfif trans
portschepen met infanterie en cavalerie de
haven van Simonoseki.
Van hun kant zitten de Chineezen ook niet
stil. Te Swatow en te Kanton zfin zfi druk
in de weer, om zich in staat van verdediging
te stellen. De rivier voor Kanton wordt ver
sperd, in de haven van Swatow worden tor
pedo's gelegd, en voortdurend worden Dieuwe
troepen aangeworven.
Uit het zuiden van Formosa vluchten de
Chineezen naar het vasteland en naar Hong
kong. In het noorden van het eiland ba-
schikken de Chineezen over 80,000 man,
waarvan 60,000 goed geoefend en gewapeml
moeten zfin; do ovorigen zfin ongedrilderecru-
ten en schooiers. Volgens een gerucht rukken
do Japanners op naar Takau; een gevecht is
ophanden.
Admiraal Ito beeft aan het hoofdkwartier
een uitvoerig verslag gezonden over de be
zetting der Pescadores. Alvorens tot den aanval
op Makung over te gaan, had het vlaggeschip
„Matsusbima" nauwkeurige peilingen verricht
in de baai, om zich te overtuigen, dat er
geen gevaar bestond voor torpedo's of onder-
zeescho mfinen. Daarna kwamen de transport
schepen en ankerden in de havende landing
had des nachts plaats, bfi het licht der elec-
trische zoeklichten van de schepen. Van het
Cbineesche garnizoen, 5000 man sterk, deser
teerden vele soldaten toen do vfiand naderde.
De gevangengenomen soldaten werden later
in vrfihoid gesteld en in jonken naar het vas
teland gezonden; de Cbineesche officieren
zullen echter als krijgsgevangenen naar
Japan gaan.
De forten en kanonnen werden door het
Japansche vuur licht beschadigd; men is nu
bezig de schade te herstellen. De admiraal
zegt aan het slot van zfin verslag, dat de
bewoners der Pescadores een vreedzaam volk.
zfin, en hun gewone bezigheden reeds hebber
hervat.
Over de vredesonderhandelingen zeiven tus
schen de Japansche en Chineesche gemach
tigden is nog mets naders bekend. De Japan
sche regeering handhaaft, voor zoover bekend,
haar oorspronkelijke eischen, terwfil daaren
tegen de Chineesche afgezant, Li Hung-Cbang»
met meer wil toestaan dan den afstand van
het eiland Formosa.
Intusschen blfiven nog steeds de geruchten
aan do orde, dat de Russische regeering voor
nemens is, weldra haar slag te slaan, ten
einde een haven te verkrfigen, ten zuiden
van Vladivostock. Waarschfinlfik zal echter
Rusland wel niet tusschenbeide komen, zoo
lang er nog geeu sprake is van een definitief
vredes-tractaat. In dat geval zal natuurlfik
ook Engeland zich wel doen gelden.