N". 10764.
Dinsdag 26 Maart.
A#. 1895.
feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Leiden, 25 Maart.
Feuilleton.
DE TOOVERRINC.
LEIDSCH
BA&BLAB
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Loiden per 3 maanden1.10.
Franco por post 1.40.
Afzonderlijke Nommers0.05.
PRIJS DER ADVERTENTTËN:
Van 1 6 regels f 1.05. Iedoro regel meer f 0.17J. Grootere
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren bulten do stad
wordt 0.05 berekend.
Oföciëele Kenniagevingei.
B. en Wb. van Voorschoten brengen ter algemeens
hennis, dat ter gemeento-eeoretarie kosteloos ver
krijgbaar zijn blmco-verzoeksehrifton ter bekoming
vad j&oht on viecbakten en vau kostelooza vergun
ningen tot uitoefbniig der vieechery mot óón vieebtuig
Voor bet aanstaande seizoen van 1895.
B. en Ws. van Woubrugge berinneren de inge
zetenen aan de voorschriften der wet van 1815 be
trekkelijk het vieren van Zon- en feestdagen.
Verder brengen zij ter algemeene keonis dat voor
1 elangbobbende ingezetenen kosteloos worden ver
krijgbaar gesteld de formulieren tot aanvrage van
akten voor do Jacht of visecberij, kosteloozo ver
gunning tot uitoefening der vissebtrij met cén
vischtuig, en van baitongewone machtiging tot het
verdrijven van schadelijk gevogelte door middel van
pistoolschoten, voor het a. e. eeizoen 1895/6.
De Commissie van Financiën heeft geen
bezwaar tegen het voorstel van Burg. en
Weths. van den 7den dezer in zake den af
stand van een gedeelte grond en water van
de Binnenvestgracht aan de Leldsche Katoen-
maatschappy.
Zij geeft derhalve in overweging dienover
eenkomstig to besluiten, onder de voorwaarden,
nader in het rapport van Burg. en Weths.
omschreven.
Evenmin heeft z\j bedenkingen togen het
voorstel van Burg. en Weths. tot het doen
maken van eene wachtkamer in het bureel
van politie, voor de controleurs, in verband
met de reorganisatie van do politie. Zij geeft
derhalve in overweging den overgelegden
staat van af- en overschrijving op de be
grooting voor 1895 ad f 300, het bedrag,
waarop de kosten van het bouwen der wacht
kamer zgn geraamd, vast te stellen.
Naar aanleiding van een desbetreffend
verzoek van de wed. dr. G. C. SteynisNoord-
ziek deelen B. en Ws. den gemeenteraad mede
dat de zoon van adressante, Jan Steynis, den
19den September 1894, wegens den staat
zijner gezondheid, verlof heeft gekregen om
naar eigen keus en goedvinden, in overleg
met zijn geneesheer, de lessen te volgen en
om dezelfde reden sedert den lsten December
1894 de lessen in het geheel niet meer bijge
woond heeft, zoodat zjj in overweging geven
aan adressante vrijstelling of terugbetaling te
verleonon vau schoolgeld voor haar zoon,
vroeger leerling van het Gymnasium, over de
laatste drie kwartalen van den cursus 1894/95.
Naar aanleiding van een dergelijk verzoek
van mevrouw de wed. mr. G. T. N. Gori,
deelen B. en Ws. mede dat de zoon van adres-
eante, W. F. F. Gori, den llden Maart jl. des
voormiddags voor de laatste maal de lessen
aan het Gymnasium heeft bijgewoond, op grond
waarvan het schoolgeld over het derde kwar
taal 1894/95 biyft verschuldigd, zoodat zy in
overweging geven aan adressante alleen vrij
stelling of terugbetaling van schoolgeld, Gym
nasium, te verleenen over het laatste kwartaal
van den cursus 1894/95.
In verband met verzoeken van mevrouw
Schoorel en de wed. dr. P. Romeyn berichten
B. en Ws. dat de leerling C. W. Schoorel om
wettige redenon de Hoogero Burgerschool voor
Jongens en de gemeente op 12 November jl.
heeft verlaten en dat de leerling P. H. Romeyn
op 1 Maart jl. de school heeft verlaten, ten
einde voor zijne aanstaande betrekking in de
maatschappy te worden opgevoed.
Zij geven mitsdien in overweging vrijstelling
of terugbetaling te verleenen van schoolgeld
Hoogero Burgerschool voor Jongens aan mevr.
Schoorel over de laatste drie kwartalen en
aan mevr. Romeyn over de laatste twee
kwartalen van den cursus 1894/95.
Ter vervulling der vacature, die aan de
school der 3de klasse No. 4 is ontstaan ten
gevolge van de benoeming van den heer J. W.
Wuyster tot tweeden onderwijzer aan de
Jongensschool 2de klasse, is de volgende
voordracht opgemaakt, ter benoeming van een
tweeden onderwijzer aan de eerstgenoemde
school, op een aanvangsjaarwedde van f 900,
als: lo. F. A. Scbilthuizen, derde onderwijzer
aan dezelfde school; 2o. P. C. Schreuder en
3o. P. H. Yan der Lelie, boiden derde onder
wijzer aan de school 3de klasse No. 3.
Vrijdag-avond a. s. zullen de vereenigde
artisten der Nederlandsche 0perav6reeniging
uit Amsterdam in den Schouwburg alhier
opvoeren: „De Trouweloozen" en „Paljas".
De rolverdeeling blyft dezelfde als vóór ds
catastrophe; alleen wordt de rol van Canio
door den heer Leysen en die van Tonio door
den heer Dons vervuld.
De heer Peers, die het orkest leidt, heeft,
volgens het „Hbl.", blijken gegeven z\jn taak
uitstekend te vervullen en de heer Dons heeft
met den proloog reeds succes gehad.
Bij zooveel krachtsinspanning is het te
hopen, dat de vereenigde artisten van de zijde
van het publiek de medewerking vinden, welke
ze verdienen.
Door het college van notabelen der Ned.-
Herv. gemeente te Zoeterwoude is benoemd
tot secretaris-kerkvoogd de heer P. J. Coffrie,
aldaar.
Door den heer M. W. De Kat is tegen
15 April a. 8. aan H. M. de Koningin-Regentes
eervol ontslag aangevraagd als burgemeester
der gemeente Hillegom.
De bevolking der gemeente Lisse bestond
op 1 Jan. 1895, naar de onderscheidene gods
dienstige gezindten, uit: Ned.-Herv. 811,
Waalsch Herv. 1, Ev.-Luth. 14, Herst. Ev.-
Luth. 1, Doopsgezinden 5, Gereformeerden 364,
Roomsch-Katholieken 2068, Ned. Israëlieten
6 en tot geene gezindte behoorende 7, totaal
3277 zielen.
De toestand van den vice admiraal jhri
De CasembrAjt bleef gisteren zorgwekkend.
De patiënt, die uiterst zwak is, braebt een
onrustigen nacht door.
De heer E. Yan Schalkwijk, onderwijzer
te Utrecht, is in gelijke betrekking benoemd
aan de Christelijke school te Uithoorn, en
heeft deze benoeming aangenomen.
Door de gezamenlijke reeders van Scheve-
ningen is aan den Haagschen gemeenteraad
het volgende adres gericht:
„Geven met vorschuldigden eerbied te ken
nen de ondergeteekenden, allen reeders van
visschersschepen en als zoodanig uitmakende
de reedery van Scheveningen
dat zjj de zekerheid nu hebben, dat Delfland
uitvoeriüg zal geven aan zyn plan en beginnen
zal met drie hoofden in zee te brengen; dat
daardoor een gedeelte van het strand onher-
roepeiyk verloren gaat;
dat nu echter de ervaring heeft bewezen,
dat, ho9 gebrekkig het strand ook moge zyn,
de schepen, die thans de schrobnetvisschery
uitoefenen, geregeld daarvan gebruik maken;
dat dit alleen zyn grond vindt in do om
standigheid, dat de schepen hier tehuis be-
hooren en het binnenloopen in andere havens
te kostbaar en te tydroovend is; dat zy
daarom den Raad dringend verzoeken om op
hun belangen nauwgezet acht te geven en
daarom te willen zorgen, dat het gedeelte
strand, dat door Delfland wordt overgelaten,
zonder belommering biyve voor hun bedryf
gedurende de schrobnetvisschery, zoolang er
geen andere veilige lig- of landingsplaats
alhier is aangelegd, daar alle belemmeringen
zeer zeker aanleiding zullen geven tot finan-
tiöele en materiëele of andere schade, ter-
wyi ongetwyfeld zeker ook menschenlevens
op de waagschaal worden gelegd;
dat zy de gemeente verantwoordeiyk stellen
voor elk evenement, dat daardoor zou worden
veroorzaakt;
dat zy vertrouwen op de waakzaamheid
van den Raad, doch niet genoegzaam er op
kunnen wyzen om voortdurend bedacht te
zyn op de groote belangen, die op het spel
6taan
Redenen waarom zy den Raad dringend,
doch ernstig verzoeken wel te willen toezien,
dat door niemand eenige inbreuk gemaakt
worde op hun goed recht, onmisbaar tot uit
oefening van hun bedryf, en der Reedery, de
voornaamste bron van welvaart, niet onher
roepeiyk de genadeslag worde toegebracht."
De eerewacht, welke de Koninginnen by
haar bezoek van Maastricht aldaar zal ge
leiden, zal bestaan uit de heeren: A. Bon-
homme, commandant; P Regout, zoon, 1ste
onder-commandant; J. Hustinx Robertle, 2de
onder-commandant; jbr. Ruys van Beeren-
broek, zoon, vaandeldrager; G. Becker, G.
Bonhomme, A. Dufrasne, E. Dumonceau, Ed.
Franquinet, L. Hoebrechts, E. Hustinx, K.
Houba, P. C. Huengens, Th. Janssen, E.
Jelinger, C. Marres, Ern. Regout, P. Regout,
L. Regout, A. Regout, mr. A. Savelberg en
mr. Vos de "Wael.
Te Yenloo bestaat het plan, om op den
avond van don dag, waarop aan die gemeente
de eer van een bezoek der Koninginnen te
beurt valt, niet alleen het stadhuis, maar de
geheele stad te illumineeren.
Ook is men voornemens te dezer gelegen
heid op do Markt een grooten en prachtigen
eereboog op te richten.
Het verhaal, dat dezer dagen de ronde
deed, omtrent het schenken van een gift,
groot f 100,000, voor den bouw eener nieuwe
Prinsenkerk te Rotterdam, is geheel uit de
lucht gegrepen.
De gemeenteraad van Assen heeft aan
het bestuur van het Noordelyk Evangelisch
Zendingsfeest toegestaan, voor de vieriDg van
het 25sto eeuwfeest op 14 Juli a. s. gebruik
te maken van het Stadsbosch.
By de Hervormdo gemeente te Yinkeveen
is beroepen ds. v. d. Waal, uit Moerkapelle.
De gemeenteraad van Tilburg heeft onbe
perkt crediet verleend voor het a. 8. bezoek
van de Koninginnen.
Men meldt dat de heer Scholten, be
kend fabrikant te Groningen, benoemd is
tot ridder in do orde van den Nederlandschen
Leeuw.
Uit Tiel meldt men dat de oud-minister
J. J. Hasselman, wiens gezondheid sedert
geruimen tyd te wenschen liet, thans zoo
ernstig ongesteld is, dat men het ergste vreest.
De minister van binnenl. zaken heeft
met ingang van 1 Mei a. s. Teteringen (by
Breda) aangewezen als standplaats van den
districtsveearts A. J. Montens, thans te Broda.
De minister van marine heeft: lo. den
kapitein ter zee G. H. Van Steyn, by kon.
besluit van 19 dezer eervol ontheven van de
betrekkingen van chef der afdeeh'ng Personeel
by het departement van marine en lid der
commissie tot het examineeren van zeeoffi
cieren en adelborsten, met 1 April a. s. op
non-activiteit gesteld; 2o. den luit. ter zee
lste kl. H. O. W. Planten, met 2 April a. s.
gedetacheerd by de sterrenwacht te Utrecht.
Men meldt uit Parys dat er sprake is
van het aanstaand vertrek van den Franschen
gezant te 's-Gravenhage, den heer Legrand.
Volgens een der Parysche bladen zal de heer
Legrand benoemd worden tot directeur der
staatsdrukkery.
Te Utrecht is op 85-jarigon leeftyd
overleden de heer D. Van Frankenhuysen,
stichter en oud directeur van het voormalige
„Prot. Landbouwkundig Opvoedingsgesticht"
te Montfoort.
Naar het „Haagsche Dagblad" meldt, is
do minister van marine, jhr. H. M. Van der
Wyck, ïydende aan influenza.
Te 's-Gravenhage is overleden de heer J.
A. Bock, in leven gepensionneerd hoofdamb
tenaar by het departement van marine.
B. en Ws. van Haarlem stellen don Raad
voor, het verzoek der „Maatschappy tot ex
ploitatie van Staalbronnen" te Haarlem, om
ontheffing van de verplichting tot het bou
wen van eene badinrichting op het aange
wezen terrein in het Frederikspark, thans in
te willigen, nu de Maatschappy heeft kennis
gegeven, dat zy geschikt terrein van den
heer J. Reynvaan te Amsterdam heeft aan
gekocht.
Volgens telegraphisch bericht aan „De Tyd"
zyn de (Hollandsche pelgrims op hun terugweg
van hety Heilige Land thans in goeden wel
stand te ^Smyrna aangekomen.
By Iconinkiyk besluit van 22 dezer is
bepaald, da\ de by art. 31 van het reglement
voor het Koninklijk Instituut voor de Marine
te Willemsoord bedoelde commissie voor het
eind-examen vak de adelborsten der 2de klasse
in dit jaar zal bestaan uit:
den gepens. vice-admiraal titulair W. L. A.
Gericke, voorzitter der commissie tot het
examineeren van zee officieren en adelborsten,
als voorzitter; de kapiteins ter zee C. H. Cor-
nelissen, H. R. J. J. Thorbecke en W. J. P.
Van Waning en den gepens. kapitein-luit. ter
zee titulair J. J. Kraakman, permanent lid van
vorengemelde examen-commissie als leden; de
kapiteins ter zee Z. J Cambier en P. Hev-
ning als plaatsvervangende leden en aan be
doelde commissie als adviseerend lid toege
voegd de kapitein ter zee A. P. Tadema.
Het stoomschip „Merapi", van Rotterdam
naar Java, passeerde 22 Maart Carvoeiro; de
„Prinses Sophie" arriveerde 24 Maart van
Batavia te Amsterdam; de „Cyclops", van
Java naar Amsterdam, passeerde 24 Maart
Gibraltar; de „Zulu", van Amsterdam en
Londen naar Kaapstad, vertrok 23 Maart naar
Dartmouth.
- By koninkiyk besluit is met ingang van
6 April a. 8.: lo. de kapt.-luit. ter zee J. Van
Scheers eervol ontheven van het bevel over
Hr. Ms. monitor „Matador" eD doze hoofd
officier op pensioen gesteld, onder toekenning
van een pensioen van ƒ1800 en eene ver
hooging ingevolge art. 1, c, der wet van 1
April 1875, van f 975 'sjaars; 2o. bevorderd
tot kapt.-luit. ter zee, de luit. ter zee lste kl.
J. Cardinaal; tot luit. ter zee lste kl. de luit.
ter zee 2de kl. L. J. Van Heioma, en tot luit
ter zee 2de kl., de adelborst lste kl. E. H.
Friderichs; 3o. het bevel over Hr. Ms. monitor
„Matador" opgedragen aan den benoemden
kapt. luit. ter zee J. Cardinaal.
In hun rang overgeplaatst, by het regiment
grenadiers en jagers, de kapiteins W. R. H.
Wakker, van het 2de, en P. A. H. F. Tergau,
van het 3do rog. inf., zoomede de lste luits.
P. Glerum, van het 5de, W. L. Pompe en A.
Van Sliedregt, beiden van het 4de reg. inf.;
laatstgenoemde gedetacheerd by het departe
ment van oorlog, en H. W. L. Hofdyk, adjudant
by het 2de reg. inf., alsook C. M. H. KroeseD,
van den staf der inf., werkzaam by de Konink
lijke Militaire Academie; laatstgenoemde mot
ingang van 1 Sept. a. 6.
Benoemd Th. Rutgers van der LoefF, te
Zuidlaren, met ingang van 1 April a< s., tot
schoolopziener in het arrondissement Borger.
Goedgekeurd, dat aan jhr. M. W. De Jonge,
toenmaals burgemeester van Schermerhorn,
op zyn verzoek eervol ontslag is verleend als
secretaris dier gemeente.
Gemengd Nieuws.
Het hooft gisteren, vooral in
den middag, geweldig gestormd, waardoor
echter, naar wy vernemen, gelukkig geen
persoonlyke ongevallen hebben plaats gehad
Aan den Vestwal by het vroegere kruithuis
is eon boom omgewaaid.
Van een in herbouw zünd perceel aan den
Nieuwen Ryn, tusschen de Hooigracht en
Hartesteeg, woeien de pannen in massa van
het dak, doordat de wind by gemis van den
bovengevel daaronder vry spel had. Ter waar
schuwing van de voorbygangers werden twee
personen in de nabijheid geplaatst.
Een telephoonpaal is by den grond afge
slagen aan don Ouden Singel, naby de Zand
straat, viel op het dak van het kantoor van
de firma Zuurdeeg en heeft dit belangryk
beschadigd.
By de Haarlemmervaart heeft een haven-
30)
Dio ezel, dacht de majoor, - heeft nu
twintig milhoen pond, een som, waarvoor hy
een koninkrijk zou kunnen krjjgen, als hy
wilde. Maar hy wil niets doen met den ring,
dan den schat langzamerhand verspillen, zooals
hjj nu doet. Laat er van komen wat er wil,
maar ik moet dien ring hebben. Ik zou er
het een of ander goede werk moe kunnen
doen, terwijl hij
Measurby haalde de schouders op, toen hij
zoo ver gevorderd was. Dacre merkte deze
beweging op.
Wat scheelt u, majoor? vroeg hy vadzig,
terwijl b<1 zijn uitstekenden vriend aankeek.
Waarom haalt ge de schouders op?
Ik dacht aan den ring, antwoordde de
majoor norsch.
Wilfred koek eens naar den ring aan zyn
vinger en glimlachte.
Hoe nu, majoor, hebt ge alle gedachten
aan den ring nog niet opgegeven?
Natuurlijk I natuurlijk I zei de majoor
enel. Ik zei immers, dat ik met twintig
duizend tevreden zou zijn. Zelfs al boodt ge my
den ring aan, zou ik hem niet willen hebben.
Hy schynt je niet veel goed gedaan te hebben.
Wel, dat weet Ik niet, antwoordde Wil
fred langzaam, alsof hy op een ontwykend
antwoord zat te zinnenhy heeft my het
noodige comfort geschonken.
Waaraan ge niets hecht.
Dat behoorde ik eigeDiyk te doen. Ik
bezit alles, om my te gelukkig te kunnen
gevoelen.
Waarde heerl viel Measurby hem onge
duldig in de rede, iemand, die zoe redeneert,
is nooit gelukkig. Waarom maakt ge geen
gebruik van de macht, die de ring u geeft?
Dat doo ik toch?
Ja, als een kindl Ge hebt een mooi huis
gekocht, ge geeft prachtige bals en voorziet
uw vrouw ruim van juweelen. Myn waarde
Dacre, dat noemt men geen gebruik maken
van zoo'n ring.
Welnu, wat zoudt gy er dan mee doen?
Measurby haalde diep adem.
01 Ik zou er heel wat mee uitvoeren. Ik
zou my, byvoorbeeld, een koninkryk koopen.
Er is er geen een te koop, zei Wilfred
cynisch. De grootere danken voor de eer
en de kleintjes zyn voor 't moerondeel speel-
holen geworden.
Ge zyt zeer oppervlakkig, antwoordde
de majoor boosge ziet alleen wat ge wenscht
te zien. Als gs een klein koninkryk zoudt
willen hebben, kunt ge er oen krygen. Men
zegt dat het romantischs niet meer te vinden
ie. Bahl De wereld is nog even romantisch
als ooit. Welnu, op dit oogenblik zou ik u
een plan kunnen voorleggen, dat de meest
fantastische gebeurtenis van de middeleeuwen
in de schaduw zou stellen.
Welnu, laat hoorent Ik ben bepaald
nieuwsgierig en zou my graag wat amuseeren.
Er is hier geen sprake van amusement,
maar van hard werken. Ge hebt een weinig
te veel van 't eerste gehad, Dacre, en het
beeft u ontevreden gemaakt; het tweede zal
u weer tot een tevreden mensch maken.
Ge denkt dus, dat ik nu niet tevreden ben?
Kyk even in den spiegel, als ge een
antwoord op die vraag verlangt, zei Measurby
met minachting. Tevroden? Neenl gs lydt
aan verveling, dien vloek van een leven zonder
bezigheden. Ik spreek zoowel over myzelven
als over u. Ik gevoel my ook verstikken in
het oppervlakkige leven, dat we lyden. Had
ik in de middeleeuwen geleefd, dan had ik
ook ieder oogenblik van myn leven geleefd;
nu besta ik alleen.
En toch beweert ge, dat onze eeuw niet
geheel van het romantische ontbloot is, luidde
Dacres commentaar op deze rede.
Dat beweer ik nogmaals 1 Het roman
tische is om ons heen, verborgen achter het
masker van het alledaagsche. We hebben
vroeger al eens over deze quaestie gesproken,
en ik zei u toen, slechts de straat op te gaan
om een avontuur te zoeken. Ge deedt het
en vondt ar ook een.
Ge vergeet, dat gy dat avontuur ge
monteerd hadt.
Gedeeltelyk; niet geheel 1 Maar om tot
de quaestie terug te koerenhet romantische,
zeg ik, omringt ons aan alle zyden, maar
hetgeen wy verlangen, is niet in Engeland
te vinden. Het romantische van avonturen,
oorlog, op leven en dood, moet men in andere
landen zoeken. Ge zult hier vastroesten, Dacre,
en ik niet minder. Laten wy naar het Oosten
gaan, en daar zult ge een leven vol ge
varen en vreugde vinden 1
Is dat uw plan?
Jal Ik ga naar de Zwarte Zee, naar
Busk, om de dynastie van LuBignan weder
op den troon, die haar rechtmatig toekomt,
te herstellen.
Ik vrees dat u dat wel een weinig
moeilyk zal vallen.
Als ik alleen was en zonder hulp, zou
ik het niet kunnen doen; maar met uw
geld
De majoor zwoeg en keek hem welspre
kend aan.
Myn geldl herhaalde Wilfred peinzend.
Ja, zooals ge zegt, ik zou daar heelwat mee
kunnen doen. Toch is hot nog zeor gevaarlyk.
Ongetwyfsldl Maar dat zou nog iets zyn
om voor te leven 1 Natuurlyk zyt gs bang.
Bangl viol Wilfred hem in de rede,
terwyi een blos van toorn op zyn wangen
zichtbaar werd; neen, bang ben ik niet,
maar wel voorzichtig. Het gaat niet aan, zulk
een quaestie zander ernstig nadenken te be
slissen. Hebt ge wel eens met anderen over
deze zaak gesproken?
Neen, dat zou tot niets gediend hebben.
Alleen iemand met uw middelen zou my
kunnen helpen.
Kent ge de prinses Ds Lusignan?
Neen.
Of markies Paradiso?
Neen; ik ken geen van beiden. Maar ik
weet, dat de prinses er de vrouw niet naar
ie, zich zonder morren haar troon te laten
ontnemen. Achttien maanden geleden is haar
vader gestorven, en vóór zy gekroond kon
worden, dreef de republikeinsche party haar
't land uit. Gedurende al dien tyd heeft zy
alleen gedacht aan plannen om naar Busk
terug te kunnen keeren. Zy heeft de hulp
van Engeland ingeroepen, maar ons tegen
woordig gouvernement weigert haar de be
hulpzame band te bieden, uit vrees voor
Busland. Frankryk, dat zelf oen republiek is,
zal nimmer de koninklijke zaak steunen;
Duitschland durft zich niet met de Balkan-
staten bemoeien, om aan Frankryk geen voor
wendsel tot oorlog te geven. De ongelukkige
prinses heeft dus overal het hoofd gsstooten.
Als de groote mogendheden haar hulp
weigeren, zal zy haar troon nooit terugwinnen.
Dat is nog niet zeker, antwoordde de
majoor peinzend. Julia De Lusignan hoeft
een te vermetelen geest, om zich neer te leggen
by zulk een onrecht. Ik heb, geheel by toeval,
ontdekt, dat zy op dit oogenblik een samen
zwering smeedt tegen de republiek in Busk.
Hare party is sterk; er is oneenlgbeid tus
schen de leiders van de republiek, en als zy
een stouten elag slaat, wie weet, of zy dan
den troon nog niet vóór het einde van 'tjaar
bestijgt!
Er is weinig kans op!
Niet minder dan Napoleon III had, toen
hy te Londen woonde. Toch heeft deze den
keizerlyken troon bestegen. Ik ken die vrouw
niet persooniyk, Dacre, maar men zegt alge
meen, dat zy een koene en edele vorstin is.
(Wordt vervolgd.)