N°. 10762. Zaterdag 2J5 Maart. A". 1895. (§eze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Leiden, 22 Maart. Feuilleton. DE TOOVERRINC. IDSCH BA&BLAD. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden Franco per post Afzonderlijke Nommers f 1.10. 1.40. 0.05. PRIJS DER AD VER TENTIEN Van 1 6 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17J. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad wordt 0.05 berekend. In de gisteravond alhier gehouden verga dering van het Nutsdepartement z\jn tot hoofdbestuurders gekozen de heeren prof. dr. J. W. R. Tilanus en jhr. mr. A. J. Rethaan Macaré. Daarna zijn de amendementen besproken, die op het wetsontwerp, <at in de Algemeens Vergadering zal worden behandeld, zfln voor gesteld, en waarvan sommigen de goedkeuring der Vergadering mochten verwerven. Eindelijk deelde de Voorzitter mede dat in plaats van mej. M. Coster, die met 1°. April naar Utrecht vertrekt, waardoor de betrekking van hoofd der Nutsbewaarschool alhier vacant komt, als zoodanig benoemd is mej. Van Kampen, élève van de kweekschool voor be- waarschoolhouderessen alhier. Onlangs werd door een gedeelte der pers gemeld dat door den heer J. D. E. Schmeltz, conservator by het Etbnographisch Museum alhier, tot den minister van binnenlandsche zaken het verzoek was gericht om in het belang van het museum eene wetenschappelijke reis door Europa tot bezichtiging van andere dergelijke instellingen, op kosten van het Ryk, to mogen doen. Sommige bladen vonden toen in dit bericht aanleiding met het verzoek „een loopje te nomen." Naar we nu echter vernemen, is thans op dat verzoek niettemin eene gunstige beschik king gevolgd. Den heer Schmeltz wordt, nadat curatoren der universiteit gehoord zfln, een verlof van hoogstens twee maanden verleend, gedurende welken t\jd hy zal bezoeken musea van land- en volkenkunde te Londen, Parys, Rome, Florence, Zürich, "Weenen, Beriyn en Kopenhagen. Het doel, dat toet deze rois wordt beoogd, is, dat de heer Schmeltz met de door hem opgedane ervaringen voorlichting zal goven by het ontwerpen van een eventueel op te richten nieuw Ethnographisch Museum. De handelsbedienden-vereeniging „Kennis is Macht" alhier zal Woensdag-avond a. s. in het Nutsgebouw eene vergadering met dames houden, waarin als spreker zal optreden de heor Willem Otto, van Amsterdam. De uitslag der ten overstaan van den heer W. C. Mulder, architect alhier, plaats gehad heb bende aanbesteding, gehouden door de Leidsche Bouwvereeniging, voor den bouw van 32 woningen op het terrein „Staalwyk," aan den Heerenweg, onder Zoeterwoude, is, dat was ingeschreven door de heeren Iz. v. d. Kamp, te Leiden, voor 58.726, H. Yan Driel, te Koudekerk, voor 57,500, H. De Graaf, te Koudekerk, voor 57,100, J. Botermans, te Leiden, voor 56,500, L. Vooys, te Katwyk, voor ƒ55,414, en R. Ouwehand, te Katwyk, voor 54,500. Door den architect den heer L. v. d. Laan werd alhier aanbesteed het bouwen van een woonhuis aan den Witten Singel. Hoogste inschryving was f 8999, en laagste, die van den heer H. v. d. Hal, te Leiderdorp, 6400. Voor het examen in de nuttige hand werken zyn geslaagd de dames C. J. M. Snoek, van Zevenhuizen, en C. J. Yan Parys, van Sassenheim. Het aantal kinderen boven de zes en beneden de twaalf jaren, dat zich op 1 Januari jl. in de gemeente Sassenheim bevond, bedroeg 124 j. en 121 m., waarvan schoolonderwijs genoten 113 j. en 106 m., zoodat er alzoo 11 j. en 15 m. waren, die geen schoolonderwys ontvangen. Men meldt ons uit Sassenheim: Om de bedelary zooveel mogeiyk tegen te gaan, heeft de Raad dezer gemeente besloten, in de Algemeene Politie-verordening drie artt. by te voegen, van den volgenden inhoud: Art. 67. Niemand zal langs de huizon dor ingezetenen of op den openbaren weg koop waren mogen aanbieden of verspreiden, zonder daartoe schriftelyke vergunning te hebben van den Burgemeester. Op de vergunning staat vermeld voor hoe lang die geldig is. Art. 68. Ingezetenen en kooplieden in fruit, groenten en andere zaken van consumptie hebben deze vergunning niet noodig. Art. 69. Houders van bovenbedoelde ver gunning moeten het bewijs steeds by zich dragen en op eerste aanvrage der politie vertoonen. Uit Waddingsveen wordt ons gemeld, dat de feestavond op Woensdag 11. ter ge legenheid van het 75-jarig bestaan van 't Leesgezelschap aldaar met buitengewone op gewektheid is gevierd. Nadat de heer Yan der Torren als voor zitter de bijeenkomst had geopend met een hartelyk welkom aan de leden en hunne dames, trad de heer C. C. Regt als spreker op en gaf een overzicht der geschiedenis van 't Gezel schap, daarby warme hulde brengende aan de oprichters en aan hen, die zoo vaak blyken hadden gegeven van sympathie voor de Ver eeniging. In 't bijzonder richtte hy een hartelyk woord tot don heer Spruyt, die het derde jubiló dor Vereeniging bywoondo en nog met yver als bestuurslid werkzaam is. Daarna gaf de heer O. G. Veenstra een gedicht, waarin het Leesgezelschap als sprekend persoon optrad en speciaal wees op het goede, daardoor tot stand gebracht, waarna eenige dames en heeren een operette, „Rika's droom," ten beste gaven, welker uitvoering een zeer groot succes had. Nadat nog een tooneelstukje werd gegeven, dat hartelyk werd toegejuicht, werd de zoo genoeglyke byeenkomst door den voorzitter gesloten met een woord van dank aan hen, die dezen avond tot een waren feestavond hadden gemaakt. Namens de aanwezige leden bracht de heer Hoogendyk Sr. een woord van hulde aan het bestuur, dat zyne onvermoeide pogingen met zooveel succes zag bekroond. Een zeer geani meerd bal besloot den avond. Den Israëlitischen militairen der landmacht, die niet aan de strengere tucht by het Alge meen Depot van Discipline onderworpen zyn en die hun eerlang invallend Paaschfeest ten hunnent wenschen te vieren, zal daartoe de gelegenheid worden gegeven, door: lo. aan hen, wier ouders of betrekkingen in hunne garnizoensplaats wonen, op de feest dagen vrystelling van den dienst te verleenen; 2o. aan de overige militairen een verlof te verleenen van en met 8 tot en met 17 April a. s.; 3o. aan hen, die mochten zyn opgeroepen om gedurende het tydvak van 26 Maart tot 13 April a. s. voor herhalingsoefeningen onder de wapenen te komen, reeds op 8 April a. s. groot verlof te verleenen. De ministers van marine en van oorlog zyn gemachtigd tot het doen opleiden by de Normaal-Schietschool te 's-Gravenhage van personeel van de zeemacht en het corps mariniers tot het geven van gymnastiek- onderwys aan boord van Harer Majesteits oorlogsschepen. Aan het personeel der zeemacht en van het corps mariniers, dat by de Normaal- Schietschool is gedetacheerd om opgeleid te worden by een der schiet- of gymnastiek- en schermcursussen, wordt toegekend een bijslag op de soldy, bedragende voor onderofficieren met den graad van sergeant dertig cents, voor onderofficieren met den graad van kor poraal en minderen van de zeemacht en voor korporaals en minderen van het corps mari niers, vyf en twintig cents per dag en per hoofd. De Rotterdamsche rechtbank heeft uit spraak gedaan in het langdurig geschil tus- schen regenten van het Oude Mannenhuis aan de Hoogstraat en de gemeente Rotterdam over het eigendomsrecht op eerstgenoemd gesticht of het Heilige Geest-huis, en aan de gemeente haar aanspraken ontzegd. Daar de gemeente echter veel prys op het bezit van het gebouw stelt, dat zy reeds in gebruik heeft genomen, hebben regenten den gemeenteraad voorgesteld het Oudo-Mannen- huis met en benevens het Leproos- of Prove niershuis aan de Schiekade voor de som van 75,000 te verkoopen. In die overdracht zyn echter niet begrepen een aantal kunstvoorwerpen, welke zich in het Oude-Mannenhuis bevinden: al de schilderyen, een gebeeldhouwde steen, een maaltyd van eenige oude mannen voorstellende, de lysten van voormalige regenten en een antieke kamer betimmering. De Raad zal nu hebben uit te maken, of deze minnelyke schikking wordt aangenomen, dan wel of de gemeente in hooger beroep gaat van de uitspraak der Rotterdamsche rechtbank. Hare Majesteiten de Koningin en de Koningin-Regentes hebben den heer Voor molen, hoofd-commissaris van politie te Rotterdam, voorzitter van het bestuur van het Rotterdamsch Politiefonds, resp. eene gift van 200 en eene van ƒ100 doen toekomen, als blyken van belangstelling van HH. MM. in het fonds. Het gerucht, dat prins Albert van Vlaan deren aan HH. MM. de Koninginnen tydens haar verbiyf te Maastricht een bezoek zou brengen, wordt door de „Etoile beige" ten stelligste tegengesproken. De oud minister de heer J. C. Bloem heeft zich voor geruimen tyd naar het zuiden van Frankryk begeven. H. M. de Koningin Regentes is als Beschermvrouw opgetreden der Vereeniging tot bevordering van Zondagsrust. Door de heeren J. T. Wouters, cand.- arts, geboren te St.-Anthoniepolder, en J. H. Nanninga, docts., geboren te Veendam, is gisteren te Groningen met goed gevolg het eerste gedeelte van het arts-examen afgelegd. In de gisteren te Utrecht gehouden zitting van den gemeenteraad is besloten een commissie tebenoemen om1°. te onderzoeken, of er redenen zyn om de drinkwaterleiding eerlang over te nemen; en II0. by toestem mende beantwoording dier vraag aan den Raad de noodige voorstellen te doen om tot die overname te geraken. Het voorstel tot ruiling van grond met de Vereeniging tot verpleging van zieken (Broeders van St.-Johannes de Deo) werd goedgekeurd. De majoor der genie op non activiteit J. Fabius zal den dienst met pensioen verlaten. De ritmeester jhr. M. W. Boreel, van de cavalerie, gedetacheerd by de „Spanische Hof- reitschulo te Weenen", tot het volgen van den cursus, zal na afloop van dien cursus optreden als ritmeester-instructeur by deRy- en Hoefsmidschool te Amersfoort. Door den minister van oorlog is aan do landmacht medegedeeld het koninklyk be sluit, bepalende dat het doen van bydragen aan het Fonds voor onderofficieren van en met 1 Mei 1895 niet meer verplicht zal zyn. Tevens deelt de minister mede dat by een voorloopig onderzoek door een deskundige van den geldelyken toestand van het Fonds, al dadeiyk aan het licht is gekomen dat aan de by het reglement vastgestelde bepalingen op den duur niet volkomen zal kunnen worden voldaan, en dat derhalve de noodzakelykheid zich voordoet maatregelen te nemen als by art. 40 van gezegd regloment zyn aangegeven en dat in afwachting van den volleaigen uit slag van bedoeld onderzoek, echter nu reeds wordt kenbaar gemaakt, dat—tenzy zich later eene zeer gunstige wending in den stand van zaken mocht voordoen van de nè. ultimo April a. s. te~s£brten contributiën niet meer dan het enkelvoud zal kunnen worden terug gegeven. Door den minister van oorlog is vast gesteld eene instructie voor den commandant van een eere escorte te paard tot het bege leiden van een vorstelyken persoon. Deze instructie, voorschriften bevattende omtrent de eerbewyzen en handelingen van het escorte, besluit met deze bepaling: Tot de taak van het eere escorte behoort ook de zorg, dat de vorstelyke persoon tegen allen overlast worde beveiligdde commandant van het escorte zal dan ook inzonderheid daarvoor behooren te waken. Ruw optreden is evenwel nimmer te ver antwoorden tegenover een publiek, dat uiting geeft aan zfine gevoelens van gehechtheid aan het Vorstenhuis of waar het een vreemd vorstenhuis geldt van belangstelling in den vorstelyken persoon. Gisteren bracht de Koningin Regentes een langdurig bezoek aan de tentoonstelling van schilderyen en beeldhouwwerk in „Pulchri Studio." H. M. was vergezeld van eene hof dame en een ordonnance officier. Voor H. M. de Koningin-Regentes met gevolg en circa een 200-tal toehoorders, heeft gisteravond het gezelschap van den heer Schürmann met Eleonor Duse in de hoofdrol „Cavaleria Rusticana" en „La Locandiera" ia het „Gebouw voor Kunsten en Wetenschap pen" te 's-Gravenhage opgevoerd. De Regentes verscheen tegen halfnegen io. hare loge en verliet te ruim tien uren de schouwburgzaal. De „Noord-Brab." deelt mede dat de toestand van den Raadsheer van het Hoog gerechtshof te 's-Gravenhage, Ridder De Van der Schueren, langzaam beterende is. Aan prof. dr. J. F. Moltzer, die, wegens zyne benoeming tot Staatsraad, de Amster- damsche universiteit gaat verlaten, zal door eene commissie, die zich daartoe gevormd heeft, zyn portret ter plaatsing in het audito rium worden aangeboden. Wie dat schilderen zal, is nog onzeker. De voordracht) voor eersten geneesheer aan hot krankzinnigengesticht te Dordrecht bestaat uit de heeren dr. H. A. E. Smeenk, tweede geneesheer aan het krankzinnigen gesticht te 's-Hertogenbosch, en dr. M. B. Romeny, consulteerend geneesheer te Nymegen. Door den minister van justitie zyn met de gemeente Haarlem onderhandelingen aan geknoopt tot het aangaan, onder nadere goed keuring der wetgevende macht, van eene ruiling ten behoeve van het bouwen van een nieuw huis van bewaring aldaar. De minister wenscht dit gebouw t& zien verryzen op een deel van het Hermenjansenveld. Het Ryk zou daarvoor in ruil aan de ge meente afstaan het tegenwoordige huis van bewaring in de Tuchthuisstraat, met twee daarby behoorende woningen. De Rotterdam Deli-maatschappy heeft, ten gevolge van de hoogere pryzen, voor den 1893er oogst bedongen, aan het slot van het boekjaar 1894 het verlies, dat einde-1893 224,936 bedroeg, tot 64,741 kunnen terug brengen, terwyi voorts ruime afscbryvingen hebben plaats gehad. Voor den 1894er oogst der onderneming „Arnhemia," waarvan de qualitoit dien van 1893 overtreft, hoopt men goede pryzen te bedingen. De oogst van Pabatoe, welke onge veer 339,000 pond bedroeg en verbrand is, was voor 1.30 per pond verzekerd. De minister van w., h. en n. maakt het volgende openbaar: In verband met het hervatten van de reizen van Hamburg naar Nieuw-York door de paket- booten van de „Hamburg Americanische Packetfahrt Actiën Gesellschaft", zal do ver zending van brieven en andere stukken naar Noord-Amerika gedurende den tyd van 1 April tot 18 Juli 1895 plaats hebben als volgt: langs den weg van Southampton perDuitsche paketboot: 2, 9. 11, 16, 20, 23, 25 en 30 April; 2, 7, 9, 11, 14, 16, 18, 21, 23, 28 en 30 Mei; 4, 6, 8, 11, 13, 15, 18, 20, 22, 25 en 9 Juni; 2, 4, 6. 9, 11, 13, 16 en 18 Juli; langs den weg van Queenstown per Britsche paketboot: 5, 12 en 26 April; 3, 24 en 31 Mei. Dien onverminderd zullen de brieven en. andore stukken, bestemd voor Noord-Amerika, welke van eene daartoe strekkende aanwyzing 26) Vermors het maar niet aan philanthro- pieche doeleinden I Ik zal de aimen steunen als ik kan. Dat noem ik niet „gold vermorsen." Ik well zei Measurby, het hoofd schud dend. Tusschen twee haakjes: hebt ge aan juffrouw Havard iets omtrent den ring verteld Neen; z|J denkt, dat het een erfenis van mijn oom is. Ik zal u een handje helpen met dien oom; ik zal zeggen, dat ik hem In Indiè ontmoet heb. Doe dat niet! zei Wilfred snel. Ik vertel liever zelf mijn eigen leugens. Alles wat ik van u verlang, is te zwijgen over den ring, en niet te trachten, hem van mij te krijgen. Dat beloof ik u, zeker I Ik kan mi) met twintig duizend evon goed amuseeren als met een millioen. Ik vrees, dat het bezit van al dat geld u veel last bezorgen zal. Misschien; maar ik zal beproeven het te drageD, zei Wilfred ironisch. Alles wel beschouwd, zal ik er geen hinder van hebben. Janshah heeft al de beslommeringen, die er uit voortvloeien, en ik oogst do voordeelen, dior het bezit van dezen ring. Daar is Janshah 1 riep de majoor uit. Dacro, zeg hem wat hy doen moetl Ik wensch majoor Measurby de som van twintig duizend pond te geven, zei Wilfred, den ring aanrakend. Ik zal er voor zorgen, mynheer, ant woordde Janshah, ernstig. Niet in goud! zei de majoor haastig. Ik kan zooveel specie niet in de Bank storten. Men kon eens denken, dat ik ergens inge broken bad. Ik kan u een chèque geven, meneer, zei Janshah kalm. Wat I Staat je rekening courant by je bankier boven de twintig duizend? Boven de twee millioen, mynheer I Ik moet altyd genoeg geld onder my hebben om aan de orders van myn meester te voldoen. Het zal een tyd duren vóór wy daar doorheen zyn, Janshah, zei Wilfred, glim lachend. Geef nu de chèque aan den majoor. Janshah maakte een eerbiedige buiging en begaf zich naar den lessenaar, waar hy op staanden voet een chèque tot het ver langde bedrag schreef. Hy gaf ze aan Measurby, die ze achterdochtig bekeek. Ge zyt er zeker van, dat deze wissel gehonoreerd zal worden? vroeg hy. Ik zal met u mee gaan, als ge wilt. Neen, neen 1 Het zal wel in orde komen, antwoordde de majoor, terwyi hy zyn hoed nam. Nu, tot ziens, Dacrei Ik zal myn bezoek binnenkort herhalen. Wanneer ge wilt, zei Dacre glimlachend. Ge moet in ieder geval tevreden zyn. Measurby knikte vrooiyk en vertrok, terwyl Wilfred zich gereed maakte, met Janshah een conferentie te houden over zyn finantiëele positie. Er waren eenige dagen voorbygegaan sedert zyn gesprek met Hilda. Gedurende dien tyd had hy verscheidene malen met lord Kenny gesproken over de sommen, die deze op zyn eigen hoofd en dat zyner dochter wenschte te zien vastzetten. De oude lord erkende rondborstig, dat hy heelwat geld noodig had, en gaf Wilfred een wenk, hem een jaarlyksch inkomen van twee duizend pond te vereeren, waarin zyn aanstaande schoon zoon toestemde. Hy twyfelde er eerst aan, of de ring hem biertoe in staat stelde, maar toen hy er met Janshah over sprak, ver zekerde deze hem, dat er geen bezwaar tegen was. Aangezien zy er naar Wilfreds meening echter met breedvoerig genoeg over hadden gesproken, wilde hy de zaak nog even met zyn dienaar behandelen. Ik heb verleden niet goed verstaan, wat ge zeidet, aldus sprak hy Janshah aan. Kan ik myn schoonvader twee duizend per jaar geven? Jawel, mynheer, antwoordde deze. Ik behoef u alleen een som te geven, die deze rente afwerpt, en als die som eenmaal in het bezit van lord Kenny is, is de zaak af gehandeld. Maar als ik den ring verlies, neemt men hem dan bet geld weer af? Zeker niet, mynheer! De ring stelt u in de gelegenheid, zooveel geld van den schat af te nemen, als ge verkiest, om het aan anderen te schenken. Ge moogt het alleen niet voor uzelf deponeeren. Dan komt het my voor, dat ik ieder behalve myzelven ryk kan maken. Ge zyt de rykste van allen, mynheer, zoolang go den ring bezit. Ik zou er een mouw aan kunnen passen, door aan iemand een zekere som in bewaring te geven. Neen, daarvoor mag ik u geen geld geven. Alles wat ge ontvangt, moet dienen voor uw oogcnblikkeiyk gebruik, of om het aan anderen te goven. Ge moogt geen geld be leggen voor uw eigen gebruik, want als ge dit deedt, zoudt ge onafhankelyk van den ring worden. Het schynt my een bespottelyke be paling toe. Het is de wet van den ring, mynheer, zei Janshah ernstig. De ring schenkt u alles, maar neemt het weder terug. Zoolang ge hem draagt, zyt ge rykals ge hem ver liest, zyt ge weer arm. Wilfred dacht by zicbzelven, dat er tameiyk veel onzin in die bepaling stak, maar begreep, dat, hy mocht praten wat hy wilde, Janshah nooit inbreuk zou maken op de voorwaarden, die er aan den talisman verbonden waren. Hy wilde den Indiër tegelykertyd aan 't ver stand brengen, hoe gemakkelyk het hem zou vallen, volgens de letter te handelen en toch den geest te verkrachten. Ik wenschte mejuffrouw Hilda Havard een som van vyf duizend pond per jaar te verzekeren. Het zal geschieden, mynheer I En zal zy dat inkomen levenslang kunnen genieten Jawel, mynheer I Wilfred lachte hartelijk. Ziet ge nu, dat ik my volstrekt niet om die voorwaarden behoef te bekommeren? vroeg hy glimlachend. Ge wilt niet hebben, dat ik geld op myn eigen naam beleg, om my niet los te kunnen maken van dien ring, en toch wilt ge myn vrouw een inkomen laten genieten, waarvan wy beiden leven kunnen. Zelfs als ik myn ring verlies, heb ik nog vyf duizend pond per jaar. Dat is mogeiyk, mynheer, zei Janshah, hardnekkig. Deze regeling is niet tegen myn orders. Na uw huwelyk zou het misschien niet kunnen gebeurenmaar op hot oogenblik staat mejuffrouw Havard tot u in goenerlei betrekking. Maar ik zal spoedig met baar trouwen en zoodoende zelf voordeel trekken van hot geld, dat ik haar nu goef Waarscbynlyk, mynheer! 't KaL ook zyn, dat ge niet met haar trouwt. Het is een voorwaarde, die met de wetten der rodelykheid in stryd is, zei Wilfred. De billykheid vordert, dat men hetgeen men van plan is te doen, als gedaan beschouwt; volgens deze voorwaarde is niets zekor vóór het geschied is. Juist, mynheer I Ik vrees dat de Europeesche scherp zinnigheid veel tekortkomingen in de ver ordeningen van den ring zou kunnen ont dekken. Maar dat is uw zaak. Deze ring veroorlooft my dus, met twintig millioen pond te doen wat ik wil? Jawel, mynheer! (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1895 | | pagina 1