N°. 10727. Maandag; XI Februari. A0. 1895. feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (§on- en feestdagen, uitgegeven. Tweede Blad. PERSOVERZICHT. LEIDSCH DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leidon por 3 maanden. Franco per post-. Afzonderlijke Nommers 1.10. 1.40. 0.05. PRIJS DER AD VERTEN TIÉN Van 1 6 regels 1.05. Iedero regel meer 0.17j. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad wordt ƒ0.05 berekend. Leiden en Omstreken hebben ook hunne jongelingsvereeniging© n. Daarom geven we eene plaats aan het volgende: Het is bekend, dat in de S.-D. party vele debatingsclubs zich hebben gevormd met het doel om jonge partygenooten op te voeden in het debat. In de Christeiyke jongelingsvereenigingon heeft men soortgeiyke welsprekendheids-nei gingen gevoeld, maar men heeft daarover ■eerst het advies van De{n) Heraut ingewonnen. Op de vraag nu, of het prijseiyk, of bet raadzaam, of het goed is, dat de jongelings vereenigingon dialogen of samenspra ken opvoeren, antwoordt dr. Kuyper het volgende: Ons antwoord luidt beslist ontkennend, hyaldien men onder dit opvoeren verstaat het houden van zulke samenspraken voor een onger of breeder publiek. D. w. z. als de leden van zulk een vereeni- ging zeker stuk inatudeeren, en dan allerlei publiek noodigen voor een uitvoering, waarby zy eens toonen zullen wat ze kunnen. Onze afkeuring in dit geval rust op de overweging, dat zulk publlek-optreden met den stillen aard van een jongelingsvereeniging In stryd is. En meer nog, omdat zulk een publieke op voering er vanzelf toe leidt, om eenigszins amusante stukken te kiezen en vanlieverlee door arrangement van de plaats, waar men spreekt, en zöo door houding als gewaad, den weg te betreden, op welks einde de tooneel- voorstelling ligt. Dat een jong man een schoon stuk reciteert, desnoods declameert, is zelfs aanbevelings waardig, en dat men in eigen huiselyken kring, by een feesteiyko gelegenheid, iets opvoert, kan veel onnut gekout afsnyden. Daar is niets tegen 1 En zoo ook, indien de leden van zulk een vereeniging onder elkander twee of drie loden in samenspraak laten declameeren, om zich in helderen toon en in gemakkeiyke beweging te oefenen, dan kan dit zelfs aanbevelmgs- waard zyn. Maar ge bederft, ge denatureert, ge demora liseert uw Chri8telyke, uw Gereformeerde Jongeling8vereenigingen, zoo ge ze langzamer hand omzet in kamers van rhetoryk. Laat, wie daar talent en neiging toe heeft, in een rederykerskamer gaan, maar bederve men onze jongelingsvereenlgingen niet door ze ongemerkt in den wereldschen toon over te leiden. We *yn nleti voor het atyve en o. i. is de witte das al het ongelukkigst embleem, dat men voor een vereeniging van jongelieden uit die jaren kiezen kan. Er ligt in dit devies van vroom en vry" zekere waarheid; mits het vrye het vrome niet In den ban sla. Jongelingen zyn geen oude mannekens, en een jongelingsvereeniging, waarin geen fnssche toon heerscht, de humor is uitgebannen en benepenheid drukt, moest liever in een oude mannenhuis samenkomen. Maar met dat al zy en blyve ze een Christeiyke Jongelingsvereeniging, op onder linge veredeling, ook in geestelijken zin, ge richt, en ontaarde nimmer in een kweekplaats van wereldzin en ydeltuitery, gericht op zelf behagen en streeling van hot eigon ik. De Werkmansbode onderstelt dat de par lementaire werkzaamheden den volgenden loop zullen nomen; „De kieswet komt eerst, nog in dit zitting jaar, zóó tydig, dat zy vóór of in den tyd, dat het gewooniyk zomervacantie is, in de afdeelingen kon worden behandeld; op de kieswet volgt do wet tot wyzigmg van de personeele belas ting en daarop die tot regeling van de gemeente- financiën. De kieswet zal wel zoo spoedig mogeiyk in de afdeelingen der Tweede Kamer worden behandeld. Terwyl van dat onderzoek het voorloopig verslag wordt opgemaakt en de Regeering dat verslag beantwoordt dat eener- en anderzijds zoo lang mogeiyk kan worden gerekt - zullen de wetten tot wyziging vaa het personeel en regeling der gemeente- financiën in de afdeelingen worden onderzocht en met al den spoed, die mogeiyk is, in staat van wijzen (dat is voor openbare behandeling in gereedheid) worden gebracht. „Zoo kon het gebeuren, dat op een te den ken tijdstip: kieswet, personeele wet en ge meentewet voor openbare behandeling gereed liggen en de Kamer zal hebben te beslissen, welke van de drie ze het eerst onderhanden wil nemen. Indien de Kamer voor die beslis sing wordt gesteld, is de kans groot, dat haar meerderheid die de kiesrecht-uitbreiding nog altyd geen goed hart toedraagt en die haar liever zou weg zien biyven dan komen de behandeliog der drie ontwerpen in deze volg orde bepaalt: personeele wet, gemeentewet, kieswet. Wanneer de keuze anders uitvalt, zal het alléén zyn, omdat het te vreezen is, dat by een behandeling in de door ons ver onderstelde volgorde, do kieswet niet vóór 1 Januari 1897 gereed zou kunnen zyn en zy diensvolgens dat jaar niet zou kunnen werken. „En om de verkiezingen in 1897 nog onder de tegenwoordige wet te doen plaats hebben zoover zal men het waarschyniyk niet durven laten komen. Voor dat geval echter wordt er nu reeds op gerekend, dat de Kamer, als- zy de kiesrechtuitbreiding heeft atgedaan en zich daarmede als 't ware een bewys van onbevoegdheid heeft gegeven, om verder als nog tot kort vóór het tydstip der vorkie- zingen ingrijpende wetsvoorstellen te doen behandelen, als die tot wyziging der personeele belasting en der regeling van de gemeente- financiën." Omtrent den parlementairen arbeid deelt de Haagsche Kroniekschryver der Nieuwe Groninger Courant aan zyn blad het vol gende mede: Als de Tweede Kamer in 't laatst dezer maand weder by een komt, zal er zich mis schien een eigenaardig prioriteits-vraagal uk voordoen. De regeling van de invoerrech ten naar de waarde is van urgenten aard, maar de minister van oorlog zou ook gaarne zoo spoedig mogelijk zyn gewerenwet aan de orde zien gesteld. Wat moet nu voorgaan? Oogenschyniyk is 't een tameiyk onverschil lige zaak een quaestio van enkele dagen. Edoch, daar de geheime gedachte is om met de vermeerderde opbrengst van do inko mende rechten de renten en aflossing van de geweren-leening goed te maken, zou het tarief dienen voor te gaan. Daar staat echter tegenover, dat by de discussion wel eens blyken kon, dat die tarief-wijziging lang niet zal brengen wat do regeering er zich van voorstelt en wat noodig is voor de geweren-operatie. Van daar dat oen handige taktiek weer zou meebrengen eerst de wapens er door te krjjgen en dan pas de wet, die de dubbeltjes moet verschaffen. Hoe men dit „conflict" van belangen zal ontgaan, is nog niet uitgemaakt Het is niet onmogeiyk, dat wy in de aanstaande Kamerperiode ook weer eens een Atjeh-debat zullen krygen. Particuliere berichten uit Indió toch verzekeren, al is er officiéél nog niets van gebleken, datdegouv.- gen. van Ned.-Indlö aan het opperbestuur voorstellen heeft gedaan om door een krach tiger optreden, by den aanvang van den drogen moesson, een einde te maken aan don toestand op Sumatra, die nu sedert 21 jaren ons zoo groote offers dwingt te brongen. Het had m. i. dan ook wel iets van oen parodie, dat men dozer dagen weer eens een feestmaal hield om de inneming van den Atjehschen kraton te herdenken. Wel kan ik 't begrypen on tot zeker© hoogte biliyken dat de Atjeh-helden, tegenover de tegen woordige tameiyk overdreven Lombokver- eeringsmanie, die trouwens wat gematigder proportiën begint aan to nemen dan oen paar maanden geleden, behoefte gevoelen om nog eons aan hun bestaan te herinneren, maar anders is de viering van een „overwinning", die na 21 jaren nog even doelloos is als de dag der zegepraal zelf, wel lots heel vreemds. En wat nu dat krachtiger optreden in Atjeh aangaat, daarover zal men nog heel wat kunnen praten. Want het enthusiasme, dat zich van de Indische regeering begr(jpo- ïykerwyze na de victorie op Lombok heeft meester gömaakt, en de zucht om nu ook 't Atjehsche varkon eens schoon te wasschen, zullen hier te lande vooral als 't zoo koud biyft als in de laatste weken, op regeering en vertegenwoordiging misschien niet zoo dadeiyk vat hebben. Ik doe intusechon de mededeeling, omdat de zaak in elk geval niet van belang is ontbloot. In de Nieuwe Rotterdamsche Courant is een uitvoerige beschouwing gewyd aan de plannon der Staatscommissie nopens de droog making der Zuiderzee, een beschou wing, die ver afwykt van de waardeerende vrfize, waarop het blad zich indertyd uitliet by het verschynen van het plan zelf. De stukken zyn niet geteekend, zoodat zy als het oordeel der redactie schynen te moeten worden opgevat. Het zou ons te ver voeren een overzicht van deze met cijfers en berekeningen rijk voorziene stukken te geven. Wy moeten ons beperken tot het vermelden der uitkomsten van het betoog. Deze uitkomsten zyn niet gunstig voor het plan. Vooreerst is het blad van meening, dat de droogmaking op de wyze geiyk de Zuider- zeecom missie dat wenschfc, voor de water- keering geen voordeel zal geven ja, de uit komsten zullen eerder negatief zyn terwyl het in do tweede plaats betoogt dat het met de voordeelen voor de waterlooziug al even eens is gesteld. Zslfs voor Overysel zal het voordeel ai zeer gering wezen, terwyl de voorgenomen verlenging der dammen van het Zwolsche Diep de afwatering van de geheele streek, die op de Vecht, het Meppelerdiep, enz. uitwatert, ten zeerste zal benadeelen. De meening, dat men niet voor verondieping van het ingesloten IJselmeer zal behoeven te vreozen, deelt het blad niet. Men zal by Durgerdom en buiten den Ketelmond dadeiyk aan het baggeren moeten gaan. De afsluitdam zal voorts zeer gevaariyk zyn uit een defensie-oogpunt, terwyl deze dyk zelf, naar de N. R. Ct. betoogt, niet op voldoende wyze zal kunnen worden bevestigd tegen een mogeiyke doorbraak. Die afsluit dam is het hoofdbezwaar tegen het plan, terwyl het blad in ieder geval van meeniog is, dat voor de veiligheid de polderdyken, ook by het maken van een afsluitdam, als zeedyken en niet als meerdykon behooren te worden aangelegd. En hiermede verdwynt het voordeel, dat de Zuiderzee-vereeniging in den afsluitdam ziet. Do beschouwing wordt aldus besloten: „Onze technische bezwaren zyn hiermede uiteengezet. Zy leiden ons tot hot besluit, dat men, steunende op het verslag der staats commissie en handelende naar dat verslag, aan het werk gaande, zich aan bittere teleur stelling zou blootstellen. De meeste onzer be zwaren slaan ook op het plan Beyerlnck- Stieltje8. De Zuiderzee-vereeniging heeft een goed werk gedaan door do nadoelen, die aan dat plan verbonden zyn, in het licht te stellen. De economische zyde der zaak laten wy hier in het algemeen ter zyde. Alleen wyzen wy er op, dat het Ryksbelang eischt, nu de onderneming van Rijkswege zou plaats hebben, dat het van de hand doen van den droog- gemaakten grond tegen een voldoenden prys zoo geregold mogeiyk plaats hebbe. Wanneer dit niet het geval is, als er oon aantal jaren zyn, dat de prys van den grond zeer laag is, dan ïydt het Ryk onnoemelyke schade. Ook by de droogmaking van de Haarlemmermeer heeft het Ryk 4'/a millioen bygelegd. Zeker, de bodem van het gedeelte der Zuiderzee, dat men wil droogmakeD, bestaat voor het grootste deel uit goede klei! Maar even zeker is het, dat de waarde gemiddeld in de jaren tusschen '70 en '80 minder zou geweest zijn dan de 2100 per hectare, die de IJpolders hebban opgebracht. Want deze laatste zyn jarenlang voortdurend nog ver beterd door de Amsterdamscho faecaliön, die er eeuwenlang in geloosd zyn geworden, die zich by vloed over het geheele IJ verspreidden en er by stil water bezonken, terwijl de grond veel minder zout was dan de Zuiderzee-bodem, door de uitwatering van Amstelland, Rijnland en Schermerboezem op het IJ. Stellen wy, dat de Zuiderzee-gronden in dezelfde jaren 1800 per hectare zouden opgebracht hebben, dan is de waarde er van thans hoogstens 1000. En de productiekosten zyn volgens de staatscommissie ƒ1335 a ƒ1865. De zware kloigrondon, die men zal droog maken, zyn in hot algemeen meer geschikt voor bouwland dan voor weiland. Ook mot heb oog op den toestand van den graanbouw is het daarom zekor thans niet de tyd om de onderneming, al had zy technisch geen enkel bezwaar, aan te vangen. Ten slotte. De eenige w\jze, waarop hier werkeiyk mot vrucht land aangewonnen kan worden, is o. i. de aanleg van bedykingen van geringeren omvang, zooais die van het Hoorn- sche Hop en het Wieringermeer. Dat zyn ondernemingen, die met andere welgeslaagde te vergelyken zijn, waarby geen mogelykheid is, dat honderdtallen millioenen gulden verloren gaan, waar men beschut is tegen heerschendo winden, waar men binnen weinige jaren de vrucht van zyn geld en arbeid ziet. Maar daar voor dienen tyden, gunstiger voor den landbouw dan de tegenwoordige, te worden afgewacht." Wy hebben, zegt de Zwolsche Courantdie dit oordeel ook heeft weergegeven, nog eens nageslagen wat indertyd in April '92 door de N. R. Ct. werd geschreven over het ontwerp der Zuiderzee-vereeniging dat, zooals men weet, in hoofdzaak door de staatscommissie is overgenomen. Het verschil is zoo sterk, dat wy ons genoopt voelen de slotwoorden hier te laten volgen; „De Zuiderzee droog te maken, is dus niet noodzakelijk, aldus luidde toen het oordeel. Het te doen volgens het plan der Zuiderzee- v reeniging, is eene onderneming, zoo degeiyk voorbereid, zoo goed doordacht, zoo eervol voor den Nederlandschen naam en zoo veel belovend voor onze nationale welvaart, dat zy ieders ernstige overweging en levendige belangstelling verdient." Het Vaderland wydt een artikel aan het plan, in het ontoereikende van het aantal Inspecteurs der Fabrieken te voorzien door nevens deze titularissen eenige adjunct inspecteurs aan te stellen. Het blad bestrijdt dit denkbeeld met de meeste beslistheid op de volgende gronden: „Als nu ieder een helper krygt, zal hem dat natuurlijk wel eenige verlichting geven, maar de onderlinge verhouding tusschen de twee ambtenaren, die van chef en onderge schikte, staat de juiste afbakening van beider taak in den weg. Do eisch biyft, dat de in specteur zyn toezicht uitstrekke over zyn gehoole ressort, en zoo al de adjunct voor loopig kan optreden, summiere onderzoekingen kan instellen, de inspecteur zelf is van de taak niet ontslagen persooniyk, waar noodig, op elk punt van zyn ambtsgebied aanwezig te zyn. Eenerzyds zal het gevaar dreigen, dat hy, toch niot by machte zyn taak als zoo danig naar behooren te vervullen, het meeste aan zyn adjunct zal overlaten en fcelf zich hoofdzakeiyk tot bureelwerk zal bepalen iets, waartegen de Minister belooft te zullen waken anderzyds het gevaar, dat, zoo hy zooveel mogoiyk persoonlijk wenscht op te tredeD, het baaoje van adjunct wel verdub beling van bemoeiing, maar volstrekt geen vergemakkeiyking der controle in de hand werkt. De omschryving van de taak der adjuncten geeft inderdaad weinig licht". Wel wil Het Vaderland eenige adjunct- inspecteurs benoemen voor bepaalde klassen van ny verheid, waarby byzondere vakkennis verei8cbt wordt, en ook wenscht het blad de aanstelling van een paar vrouwoiyke inspec teurs; maar behalve dat, verwacht het alleen heil in vergrooting van het aantal functionnaris- sen, geiyken tred houdend met de verkleining van hun gebied van toezicht. „Wel is waar zal deze regeling veel geld kosten", maar Het Vaderland meent, dat dit wel voor nutteloozer doeleinden werd uitgegeven. verschil tusschen 72 en ƒ120 aanmerkelijk kleiner!. Intusschen, hoewel de aanvankelijke voor stelling van de zaak dus nog weer eens dwaas biykt, is uit deze berekeningen toch wel iets goeds te distilleeren, nl. dat deze vorm van verzekering voor ieder, die bft do geboorte van oen kind 75 te missen heeft, zeer aanbevelingswaardig zou wozen, en dat zy, ofschoon niet algemeen toe te passen, toch voor velen nuttig bruikbaar kan zyn. Trouwens, niet het eenige op het gebied der levensverzekering, dat nog in den zuigelingstoestand verkeert en voor enorme ontwikkeling vatbaar is. Gemengd Nieuws. Toen in het vorige jaar iemand in Het Nieuws van den Dag beweerde dat men tegen betaling van ƒ2.50 „geboorterecht" by de aangifte van eiken nieuwen wereldburger aan dezen op zyn 60ste jaar een lyfronte van 5 's weeks zou kunnen verzekeren, hebben we daartegenover eenige globale cyfers gesteld, om aan te toonen, dat die ryksdaaldor verre van voldoende zou zyn en minstons ruim 100 zou moeten worden geëischt. Wo kwamen zelfs tot ƒ120 a ƒ125, zogt de Haagsche Courant. De redactie van De Verzekeringsbode noem de die becyfering zelfs nog iets to laag. In genoemd blad gaat nu de heer J. M. Yas Diaz, te Amsterdam, de zaak nog eens na en komt dan tot eene uitkomst, die wel iets lager ia, maar toch dezolfde slotsom wettigt, nl. dat de ryksdaaldor een dwaze voorstelling was. Hy neemt ten grondslag de „Statistiek van den loop der bevolking van Nederland over 1892", uitgegeven door het departe ment van Binnenlandsche Zaken in 1894, en de grondtafels, samengesteld naar de laat ste Sterfte tafel van prof. Yan Pesch (naar de volkstelling 1880-90) en gerekend tegen 3'/, pet. In 1892 hebben in Nederland 148,714 ge boorten plaats gevonden. Van deze zullen volgens de eterftetafele na 65 jaren nog in leven zyn 42,250. Voor ioder van deze moet due op zjjn 65ste jaar oen som beschikbaar zyn, groot genoeg om eene dan ingaande lflfrento van f 260 te kunnen koopen. De koopprijs van een lijfrente van ƒ1 op dien leeftijd is ƒ8,8775, zoodat dus voor de in elk jaar geborenen 65 jaren later 42,250 malen ƒ2318 15 beschikbaar moet zyn, d. i, 97,519,337, hetgeen tegen 3'/, pet gedis conteerd aan het einde van het geboortejaar een som vertegenwoordigd van f 10,584,925 of, daar er 148,714 geboorten waren, ƒ71 a ƒ72 voor elke geboorte. De Staat zou due olk jaar voor ieder kind, in den loop van het jaar geboren, f 71a f 72 moeten beleggen, daar natuurlyk een rjjk geboren kind op zijn 65ste jaar wel arm kan zyn geworden. (Neemt men in aanmerking, dat de heer V rekent op het 65ste jaar en aanvankelijk sprake was van het 60ste, dan wordt het By de ontploffing teMonceau- lee Mines hebben 28 personen het leven ver loren. Reeds heeft men 21 ïyken te voorschyn gehaald; naar de andero is men nog zoekende. Verder zyn 8 personen zwaar gewond, zoo dat men voor hnn leven vreest, terwyl 5 wonden hebbon gekregen, die niet lovensge- vaarlyk zyn. De slachtoffers van deze ramp zyn nu be graven. De iykkisten waren bedekt met kransen, die uit alle oorden van Frankryk waren toegezonden. Vreeseiyk was het too neel, toen de iykkisten werden opgenomen om ze grafwaarts te dragen. De vrouwen barstten in snikken uit en wierpen zich onder het uiten van wanhoopskreten op de kist. Er was byna niemand, die by dit tooneel niet geroerd werd sd zyn tranen kon bedwingen. De minister van binnenlandsche zaken, de heer Dupuy Dutemps, was by de begrafenis tegenwoordig en heeft een toespraak gehouden. Het ie voor de derde maal, dat Monceau lee- Minos door zulk een ramp wordt getroffen. In 1867 telde men 96 dooden, waarvan slechts 69 zyn teruggevondende ontploffing van 1872 kostte aan 26 werklieden hot leven. In het jaar 1871 stierf te Beriyn een handelaar, die een zeer belangryk ver mogen naliet. Zyn testament bevatte onder meer de bepaling, dat een huis, hetwelk hy bezat, aan zyn broeder zou ten deel vallen. Aan deze beschikking werd uitvoering ge geven overeenkomstig den wil van den erf later, en het huls, dat op oen waarde van 80,000 thalors werd getaxeerd, ging in het bezit van den broeder over. By de vereffe- niog van den boedel werd een brandkast aan een koopman verkocht, die de kast in zyn kantoor gebruikte, tot hy onlangs de zaken aan kant deed. De brandkast word toen over gebracht naar eene nieuwe woning, die hy gehuurd had. By het vervoer geraakte de brandkast defect. De deskundige, die er by geroepen werd, maakte den bezitter opmerk zaam op een geheime lade, waarvan deze nooit geweten had. By het openen van die lade bleok deze een aantal papieren te bevatten, o. a. ook eon codicil op het boven vermelde teetamont, waardoor de schenking van het huis aan den broeder van den overledene te niet gedaan werd. Deze wordt nu dus bedreigd met eene vordering van zyne mede-erfgenamen tot teruggave van het onrechtmatig bezeten onroerend good. De waarde van het huis ie inmiddels belangryk gestegen en wordt nu op omstreeks 400,000 thalers geschat. Onderkleeren van papier draagt de Japanscbo infanterie. Het papier, dat hiertoe wordt gebezigd en waarby men natuurlyk niet aan ons Europeesch, styf en gemakkoiyk te verscheuren papier moet denkon, is geelachtig ,en zoo taai, dat men zelfs do knoopsgaten in de kleodingstukken heeft kunnen zoomen, zooale by linnen hemden. De verschillende doelen zyn deels aan elkander gelymd, deels met de naaimachine aan elkaar genaaid, en aan de randen van linnen belegsels voorzien. Mon pryst de zindelykheld en de goedkoopte van dit papieren ondergoed, en de soldaten moeten het gaarne dragen. Van waeecbon kan natuurlyk by deze eigenaardige verschooning geen sprake zyn. De soldaten dragen de papieren hemden en onderbroeken totdat, zy versleten zijn en dan krygen zy nieuwe. Een troin van den Southern- Pacific-Railway" Is by Wilcoy, In Arizona, door vyf gemaskerde roovers aangevallen. Nadat do roovers het treinpersoneel hadden overmeesterd, hebben' zy de brandkast in don postwagen mot dynami'-t open laten springen cn eene waarde van J 0,000 Mexicaanscbe dollars buitgemaakt. In Frankryk is men niet karig mot subsidies voor wetenschappelyko doel einden. Nu weer beeft de begrotingscommissie 150,000 fr. toegestaan voor de voortzetting der opgravingen te Delphi, die onder Fran3clie leiding gescheiden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1895 | | pagina 5