N°. 10677.
Dinsdas: 11 December.
A0. 1894.
(§eze <§ourant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
F euilleton.
EENE HELDIN.
LEIDSCH
DAGBLAD.
Voor Leidon per 8
Franco per post-»
Afzonderlijke Nommers
PRIJS DEZER COURAKT:
maanden. c
f 1.10.
1.10.
0.05.
PRIJS DHR atw nR'i'ieswi'i ttir?
Van 1—6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17J. Grootero
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad
wordt f 0.05 berekend.
Leiden, 10 December.
- De tentoonstelling van Fransche Prent-
lunst in de Lakenhal is gisteren gesloten.
Yan 12-20 December zal in de Kunstzaal
de portefeuille van werkende leden van den
Haagschen Kunstkring worden geöxposeerd.
Daarna (vermoedelijk 26 December opening)
wordt er eene collectie verwacht van schilderijen
en ontwerpen van Franz M. Melchers, Charles
Doudelet en A. Toussaint
- In den Foyer der Stadszaal zal morgen-,
Dinsdag-avond, plaats hebben het derde con
cert van de dames-zangvereeniging „Es-moll"
alhier.
Mot genoegen vestigen wij de aandacht op
deze uitvoering, ten eerste wegens den gunsti-
gen indruk, welken de beide vorige concerten
hebben achtergelaten, zoodat ook dat van
morgen weer veel genot belooft, en ten tweede
wegens het vroeger reeds vermelde liefdadige
doel, dat er tevens aan verbonden is.
W(j vertrouwen dus dat de dames-zang-
vereeniging morgon voor eene geheel volle
saai zal optreden.
Alle plaatsen zijn nog niet besproken en
bovendien kunnen we mededeelen dat ook
nog niet alle kaarten z(jn genomen. Mogen
dus degene, welko er nog z(Jn, spoedig zijn
j uitverkocht l
In eenige godsdienstoefeningen te dezer
stede werd gisteren de 800-jarige geboortedag
van Gustaaf Adolf herdacht.
- De alhier tot arts bevorderde cand.-arts
A. W. Cramer is bestomd voor officier van
gezondheid bij het O.-I. leger.
Den 18don November werd Tjakra-Negara
door de onzen genomen en de Indische bladen,
die w(j gisteren met de Engelsche mail ont
vingen, loopen tot den 8sten November. Onze
lezers zullen derhalve nog ruim twee weken
geduld moeten hebben, aleer wy hun de
bijzonderheden over het schitterende feit van
Tjakra'8 verovering uit do Indische bladen
kunnen mededeelen.
Men schryft ons uit Sas6enheim, dd.
ft Dec.: Door de leerlingen der Bewaar-, Naai
en Breischool werd gisteravond voor eene
ei volle zaal de lieve kinder-operette Sneeuw
witje" opgevoerd. Er was maar één roep over
de vertooning der kinderen. Recht snoezig
speelde dat kleine volkje en met een animo
en met een aplomb, die menige volwassene
dien kleinen zou benyden.
Door de welwillende medewerking van eene
Öerbegunstig8ters, die accompagneerde, vormde
Alles een lief en aantrekkeiyk geheel. Dat de
ouders der kinderen en de begunstigers dor
inrichting voldaan, en de kleinen recht in
hun element waren, stond op ieders vrooiyk
1 gezicht duidelijk te lezen. Het was één schit
terend succes. Aan de directrice, die den
kleinen dat alles met zooveel ambitie had
doen instudeeren, en aan de jonge dames, die
haar daarin trouw ter zyde hebben gestaan,
hulde!
Ook den heer Van Ravensteyn, die zyne
zaal gratis voor dit feest disponibel stelde en
zich verdere kosten en moeite niet ontzag,
worde hierby oponiyk dank gezegd!
De Raad der gemeente Waddingsveen
hoeft besloten eene betere verdeeling der loka
len van de openbare school aan het Dorp te
maken. Daardoor zal een einde komen aan
den sinds vele jaren onhoudbaren toestand,
die noodwendig den goeden gang van 't onder
was moest belemmeren. Met die gewenschte
verandering zal reeds in de volgende maand
een aanvang worden gemaakt.
De collecte voor de armen der Ned.-Herv.
gemeente te Waddingsvoen beeft opgebracht
de som van ruim f 266.
Ü8. Zyistra, beroepen predikant by de
Ned.-Herv. gemeente te Waddingsveen, zal
den 6den Jan. a. s. zijne intreerede houden.
Het voor de gemeente Ter-Aar bepaald
aandeel van de in to leveren manschappen
voor de lichting der nationale militie van 1896
bedraagt 7.
Z D. H. de bisschop van Haarlem beeft
benoemd tot pastoor to Amsterdam (H. Boni-
facius) den weleerw. zeergeleerden heer A. J.
Holierh'iok, professor te Hagoveldtot pastoor
te Limmen den weleerw. beer V. J. J. M.
Leesberg; tot kapelaan te Purmerend den
weleerw. heer H. Moes; tot kapelaan te Uit
geest den weleerw. heer J. F. Van der Meer;
tot kapelaan te Fyenoord don weleerw. heer
Th. C. A. Stam, deservitor te Limmen.
By den heor J. Odé, te Schiedam, zal
eerstdaags vorschynonUit Geest en Gemoed.1'
Toespraken van F. HaverSchmidt.
De minister van binnenlandsche zaken
heeft voor het jaar 1895 benoemd lot
secretaris by den geneeskundigen raad voor
Zuid-Holland, mr. F. J. D. C. Egter van Wisse-
kerke, to 's-Gravenhage.
Den 2l8ten December a. s. viert mej.
Maria Vos, schilderes, geboren te Amsterdam
en thans wonende te Oosterbeek, haren zeven
tigsten verjaardag.
In het Ryksmuseum zyn van hare hand
twee fraaie stillevens, het eone toebehoorend
aan bet Rijk, het andere aan de Vereeniging
van Hedendaagsche Kunst.
In het Museum Boy mans te Rotterdam is
eveneens een verdiensteiyk stilleven van haar.
De „Amsterdamsche Courant", welke 1
Jan. 276 jaren in verschillenden vorm zal
hebben bestaan, is voornemens alsdan eene
historische tentoonstelling van haar verleden
te houden, onder leiding van den bekenden
verzamelaar den heer A. Th. Hartkamp.
Daaraan zal tevens eene verzameling van alle
in ons land verschynende dag- en weekbladen
verbonden zyn.
Naar men verneemt, zal de bekende
sociaal-democraat H. Van Kol (Rienzi) binnen
kort weer naar Indié terugkeeren en daar
eenigen tyd verbleven.
In oene te Emmerik gehouden vergade
ring van landbouwers uit het district Rees is
besloten der Duitsche regeering te verzoeken,
den verboden invoer van vee en varkens uit
Holland naar Duitschland te blyven besten
digen en scherpere maatregelen tegen den
smokkelhandel te nemen.
Na tweede lezing heeft de Arnhemsche
gemeenteraad Zaterdag met 22 tegen 3 stem
men do verordening, regelende de pensioenen
van ambtenaren en hunne weduwen en weezen,
vastgesteld.
De minister van marine heeft: lo. den
luit. ter zee 1ste kl. A. C. Van der Sande
Lacoste, gedetacheerd by 's Ryks werf te
Amsterdam en toegevoegd aan het vak van
uitrusting by die werf, met 1 Jan. a. s. op
non-activiteit gesteld en in |die betrekking ver
vangen door den luit. ter zee 1ste kl. P. H.
Brocx; met 5 Jan. daaraanvolgende den luit.
ter zee 2de kl. L. A. Van der Stok, dienende
aan boord van Hr. Ms. schoener „Zeehond,"
op non-activiteit gesteld en vervangen door
den luit. ter zee 2de kl. jhr. O. T. L. Holrn-
berg de Beckfelt, van Hr. Ms. wachtschip te
Amsterdam; laatstgenoemde wordt alsdan ver
vangen door den luit. ter zee der 2de kl. A.
J. M. Nolet.
De minister van w., h. en n. heeft bepaald
dat de met ingang van 15 Dec. a. s. be
noemde adspirant-ingenieur van den Rijkswa
terstaat P. Hoogenboom, wordt toegevoegd
aan don inspecteur in de 1ste inspectie, ter
standplaats 's-Gravenhage.
De burgemeester van Krimpen aan den
IJsel, de heer W. Van Waning, heeft tegen
1 Januari a. s. eervol ontslag gevraagd.
De gewone audiëntie van den minister
van justitie zal op Dinsdag 11 December en
die van den minister van oorlog op 13 Dec.
a. 8. niet plaats hebben.
Het stoomschip „Soenda", van Batavia
naar Amsterdam, vertrok 8 Dec. van Djeddah;
de „Admiral", van Oost-Afrika naar Vlissingen
en Hamburg, arriveerde 8 Dec. te Napels;
de „Java", van Amsterdam naar Batavia,
arriveerde 9 Dec. to Padang; de „Maasdam"
vertrok 8 Dec. van Nieuw-York naar Rot
terdam; de „Patroclu8", van Amsterdam naar
Java, arriveerde 7 Dec. te Liverpool; de
„Schiedam", van Nieuw York naar Amster
dam, passeerde 9 Dec. Dover.
By koninklijk besluit is benoemd tot
vice-prosident der arrondissements rechtbank
te Zwolle, mr. P. J. G. Van Diggelon, thans
rechter in gemelde rechtbank.
Vergund aan mr. H. J. Ch. A. Kouchenius,
secretaris by het Siameosche gezantschap te
Beriyn, het aannemen der versierselen van
ridder 3de kl. der orde van Dannobrog, hem
door den koning van Denemarken geschonken.
Met ingang van 16 December a. s. benoemd
tot inspecteur der ryksveldwacht, A. Hulst,
onder-inspecteur van politie te Rotterdam.
Met ingang van 16 Jan. 1895: a. benoemd
tot commies der postoryen vierde kl. V. A.
Nierstrasz, J. Rambonnet, F. F. F. Vries en
P. Van Gyn, allen thans surnumerair der
posteryenb. bevorderd tot commies der
posteryen eerste kl. J. P. Th. Van der Kemp,
thans tweede kl.tot id. tweede kl. A. J. C.
Begheyn, D. Van Hoytema, H. W. Heyman Jr.,
C. F. S. Van der Ven en N. C. Muller, allen
thans derde kl., en tot id. derde kl. C. W. G.
Van der Voort Maarschalk, mej. L. J. C. Bor,
C. A. Hanegraaff en H. W. L. Wellan, allen
thans vierde kl.
De heeren B. H. Böttger, G. J. Blonk en
J. J. Kunst, artsen, benoemd en aangesteld
tot officier van gezondheid tweede kl. by het
personeel van den geneeskundigen dienst van
het leger in Ned.-Indiö.
Dr. W. J. F. Nu yens, f
de nestor der Katholieke Nederlandsche histo-
rieschry vers, is te Westwoud in den ouderdom
van 71 jaar overleden.
Aan „De Tyd," waarin deze mededeeling
voorkomt en die een waardeerend artikel aan
den overledene wydt, ontleenon we de vol
gende bijzonderheden
„Eene merkwaardige figuur verdwynt met
hem uit den kring onzer oudere katholieke
schrijvers en geleerden. Want zoo één, dan
mocht dr. Nuyens met zyne vele gaven en
groote eigenschappen, met de eigenaardig
heden ook, welke op hom den stempel eener
krachtige persoonlykheid drukten, eene merk
waardige figuur genoemd worden.
„Voor zyne tydgenooten is dr. Nuyens steeds
geweest, wat by voor de jongeren, die na
hem komen, steeds blyven zal: het sterk
sprekend voorbeeld van hetgeen geestdrift en
geestkracht, werklust en onverdroten inspan
ning ook onder de meest ongunstige omstan
digheden tot stand weten te brengen.
„Willem Johannes Franciscus Nuyens werd
in 1823 te Avenhorn, by Hoorn, geboren. Hy
beroemde in latere jaren, in dagen van feilen
strijd, als de Katholieken voor vaderlandloozen
of aan ons volksleven vreemde immigranten
werden gescholden, zich gaarne er op, af te
stammen van een geslacht, hetwelk, echt
Nederlandsch van vóór de dagen der Hervor
ming, steeds aan het voorvaderlijk geloof
getrouw was gebleven".
Hoewel eene drukke geneeekun.dige praktijk
uitoefenende en tegen zware zorgen kampende,
heeft de heer Nuyens, die zich van zyn stand
punt niet kon vereenigen met hetgeen ge-
schiedschryvers over hot katholicisme mede
deelden, toch nog tyd weten te vinden tot
het schryvon van tal van werken. Het eersto
groote werk, hetwelk van zyne hand verscheen,
was „Het Katholicisme in betrekking tot de
beschaving van Europa" (2 deelen, 1866)
eene wederlegging van de stelling van den
Franschen predikant Roussel omtrent be
weerde achteriykheid der katholieke volken.
Verder zagen van zyne hand het licht tal
van kleinere artikelen over gebeurtenissen
uit het tydvak der Hervorming in ons vader
land (vooral op do geboortestreek van den
schryver, Noord-Holland boven het IJ, be
trekking hebbende), of wel over groote his
torische personen en tydvakken. In den
„Almanak voor Nederlandsche Katholieken"
en de „Dietsche Warande," in den vorm van
brochures, welke als afleveringen van de
„Nederlandsche Katholieke-Brochuren-Veree-
niging," door Nuyens zeiven met een vriend
opgericht, werden uitgegeven, toonde hy zich
een onvermoeid stryder. In 1862 verscheen
in twee doelen de „Geschiedenis van de
regeering van Pius IX," die by het Roomsche
pibliek grooten byval vond.
Nuyens' hoogsten roem als katholiek ge
schiedschrijver behaalde hy mot zyne „Geschie
denis der Nederlandsche Beroerten," in 4
deelen, waarvan de eerste aflevering in 1865
het licht zag. Daarna verschenen zyne „Geschie
denis des Nederland8chen Volks," in 20 deelen
(1871—1882), „Geschiedenis van hot beleg
en ontzet van Leiden in 1574" (1874),
„Geschiedenis van het Nederlandsche Volk,
van 1816 tot op onze dagen" (4 dln., 1883
1886), „Geschiedenis van de politieke en
kerkelyke twisten in de Republiek tydens 't
twaalfjarig bestand" (1887). Terwyi de moeste
dezer werken het licht zagen, redigeerde dr.
Nuyens gezamenlijk met dr. Schaepman het
tydschrift „De Wachter," later vervangen door
„Onze Wachter," van welko beide hy zelf tot
de trouwste en yverigste medewerkers be
hoorde.
In de laatste jaren waren zyne krachten
gebroken, zoodat hy allen geesteiyken arbeid
moest laten varen.
Koning Willem III benoemde dr. Nuyens
tot ridder van de Eikekroonde Paus schonk
hem de Gregorius-orde.
Gemengd Nieuws.
Wederom had gisteravond in het
Hotel „Du Nord", van den heer Hünnekens,
aan de Beestenmarkt, eene tooneel- en vaude
ville-voorstelling plaats, alweder door het
gezelschap onder directie van den heer S. H.
Boesnach, uit Rotterdam.
Het gezelschap, dat hier nu reeds sedert
eenige weken optreedt, doet inderdaad alle6
om iedere week een afwisselend programma
te kunnen aanbieden, hetgeen dan ook gelukt.
Gisteravond toch kondigde het programma
aan, behalve de vermakelykste duetten, vroo-
lyke voordrachten en een allerkluchtigst
tooneelstukjehot optreden van „Madame
Pompadour", „de kleinste vrouw van Neder
land", betgeen by nadere beschouwing een
dwerg bleek te zyn van pl. m. drie meter
lengte.
Tevens werden de aanwezigen vergast op
het optreden van „Co, Co", de muzikale
nogerclown, die voor het aanwezige publiek
werkeiyk zeer vermakeiyk mot zyne viool
aardige toeren deed en het geluid van ver
schillende dieren tameiyk getrouw nabootste.
Ook de heer Boesnach Jr., de dames ea
de overige leden van het gezelschap waren
hier op hunne plaats, getuige het luid applaus
van het in grooten getale opgekomen publiek.
Na gehouden onderzoek door
het bestuur van 't Leesgezelschap te Waddings
veen is gebleken, dat deze vereeniging in
Februari a. s. 75 jaren heeft bestaan. In do
December-vergadering zal worden beslist, of
dit feit al dan niet feestelijk zal herdacht
worden.
In de afgeloopen week deden
zich te Rotterdam 3 nieuwe gevallen van
pokken voor.
Te Scherpenzeel werd de 7 4-jarige
V. in de Krommehoek ia bewusteloozen toe
stand in den tuin gevonden. Dr. Boekhoudt,
ontboden zijnde, constateerde hersenschudding.
Mishandeling moet oorzaak zyn van dezen
toestand. De justitie is in kennis gesteld rn
doet onderzoek.
78)
Zyn gelaat, dat ton gevolge van de nachtreis
en den vroegen rit een weinig bleek was
geweest, werd nu door een levendigen bloe
gekleurd. Haastig stapte hu door.
Walburga zat in dezelfde kamer, waar z)l
bh baar eerste bezoek op Zemoowitsch het
portret van bare moeder ale jong moieje go-
zien en aich aan Thilo als zyne nicht bekend
gemaakt bad.
Z(] was in eene ernstige, plechtige stem
ming. Door het raam, dat zij had opengezet,
was het klagend gelui der kleine dorpskerk
klok tot haar overgekomen, zoolang de ïyk-
stoet onderweg wae; en daarna had zy niets
meer gehoord dan het ruischen van den
zomerwind door de toppen der hoornen. Onder
den indruk van hare vrome ontroering was
zy toen neergeknield in die stille kamer, waar
zy zich geheel alleen bevond.
Na een ernstig gemeend, medelydend gebed
te hebben opgezonden, bekroop haar bet ver
langen naar Gerd. Zy gevoelde zich zoo ver
laten in dat groote huist Ondanks den helder
lichten dag, was zy er volstrekt met gerust
op, geene spookverschijningen te zullen zien,
in hare overgevoelige stemming van dit uur.
Stil als eene muis in het hoekje van de
canapé gedoken, schrikte zy op, toen zy den
knop van de deur zag omdraaien.
Oerd trad de kamer in met een vreem
den heer. Onwillekeurig stond Walburga op.
Zy staarde hem verbaasd aan. Wie was
dat toch? Ja, wie?... Werktuigiyk gaf zy
Oerd de hand en drukte die zooals by den
terugkeer van zulk een somberen gang ge-
bruikelyk is. En de vreemde heer liet op
zyne beurt het oog onderzoekend op Walburga
rusten.
,Kan je niet raden wie dat is, kindlief?"
vroeg Gerd, zyne band vriendeiyk op Beheime
schouder leggende.
Walburga bleef hem voortdurend aanstaren.
.Onmogelyk I" fluisterde zu aarzelend.
.Volstrekt niet ik ben het waariyk,
Victor Beheim", zeide hy.
Nu zy er zeker van was wie hier vóór haar
stond, gevoelde zy zich meer op haar gemak
en kon zy niet ophouden met hem te mon
steren, met steeds grootere verbazing. Lang
zaam kleurde een blos, die haar allerliefst
stond, bet kinderiyk gezichtje en vriendeiyk
lachend zeide zy
.Diezelfde Victor Beheim, op wien ik om
zyn vreeaelyken honger, om zyn leelyk teint
en om zyne uitbottende knevels zoo dikwyis
kwaad geweest ben?"
.Precies dezelfde; alleen met die wyziging,
dat de eetlust wat kleiner, de snor wat grooter
en do tint wat beter geworden is. En als ik
u dikwyis „kwaad gemaakt" heb, juffrouw
Walburga, dan is dit zóó geheel en al zonder
opzet gebeurd, dat u het my thans gerust
kunt vergeven."
„O", zeide Walburga, .dat heb ik al spoedig
ingezien, toen na uw vertrek myne porties
toch niet grooter werden."
„Weet u het nog, toen ik afscheid kwam
nemen? U was toen bezig uw perk om te
spitten en uwe volle verachting daalde op
myn arm hoofd neer, omdat ik u myn plan,
onderwyzer te worden, mededeelde."
.Weet u het nog?" Dit aardige woord, dat,
onder vrienden uit de kinderjaren uitgespro
ken, eigeniyk beteekent .weet jy 't nog?"
vloog over en weer.
Gerd stond er vergenoegd by te luisteren;
het verveelde hem geen oogenblik.
Langzamerhand werden zy weer vertrou-
wolykor, hoewel eene tot nog toe ongekende
bewondering hunne harten wederkeerig ver
vulde. Gerd stelde voor, om, eer men den
terugtocht naar Rakitsch aanvaardde, het
kasteel, waarvan Walburga alleen dit ver
trek gezien had, samen te bezichtigne. Zoo
veel kon zy toch van hare .acbynbezitting"
hebben, het goed, dat op het oogenblik
haar, Josephines, eigendom was, althans
te leeren kennen.
Eenigszins beschroomd volgden zy Gerd.
Zy kwamen in de groote zalen, waar de
enkele meubelen elkander schenen verloren
te hebben.
Zy kwamen ook door groote, geheel ont
ruimde kamers, die in den laatsten tyd onbe
woond gebleven waren, omdat hot onderhoud
der gestukadoorde wanden en plafonds te
veel zou hebben gekost. Na de breede trap
te zyn opgegaan, vonden zy, behalve de
slaapkamer van Thilo, nog maar drie gemeu
belde vertrekken.
Verdor volgde de eene kamer, ineenloopend,
de andere; alle even kaal en koud. Walburga
verwonderde er zich over, dat de venster
ruiten, die van buiten afgezien zoo bedroefd
klein schenen in die groote muren, hier ge
heel in overeenstemming met de kamers en
groot genoeg bleken te zyn; want het was
overal goed licht.
In eene boekkamer bleef Gerd even Btil
staan om te vertellen, dat hier Joséphines
grootmoeder bad gewoond en dat die oude
blauwe en witte meubelstukken, die zulk een
romantiscben gloed over Walburga's kindertijd
hadden geworpen, hier hadden gestaan. Aan
de wanden was nog op sommige gedeelten
vry duidelyk het flauwe schilderwerk uit dat
tydperk te zien. Daar was nog de kram,
waaraan het portret gehangen bad; en ginds,
onder dien muurspiegel, stond het plankje,
waarop .bet bokkenpaar" had gestaan.
„O, als moeder eens hier terug kon komen,
om een onbezorgd leven te leiden", dacht
Walburga.
Zy haatte die scbynerfenls; het had er
veel van of men baar eene sappige, rype
vrucht liet zieD, waarvan het haar echter
was verboden te proeven.
Eventjes, heel eventjes, bekroop de wensch
om dit alles werkeiyk te bezitten haar jong
hart; maar zy verdreef dat dwaas verlangen
even spoedig als het in baar was opgekomen.
.Zembowitsch zou byzonder geschikt zyn
om er eene kazerne of eene groote kostschool
van te maken", zeide Gerd.
,Ja, ja", prevelde Beheim, als afwezig
met zyne gedachten, werktuigiyk voor zich
uit starend.
Er werd afgesproken, dat Beheim met hem
en Walburga naar Rakitach zou terugkeeren
bet huurrytuig zou bier worden betaald en
weggezonden. Voor den koffer van Beheim
zou op den breeden bok van den landauer
naast den koetsier nog wel plaats zyn.
Terwyi Gerd dit ging regelen, bedacht hy
onderweg, dat Walburga volstrekt niet hac
gevraagd van waar Beheim gekomen was e.
wat by hier kwam doen. Zy kon toch wel
begrypen, dat hare moeder hem had gezonden
en eene vraag naar die lieve moeder zou toch
de eerste, natuurlyke uiting geweest zyn
Vreemd I Het kind, dat toch zoo innig aa>
die moeder was gehecht, bad niet dadoUi*-
aan haar gedacht.
By zyne terugkomst vond Gerd hen ver
legen naast elkander op de stoep staande.
Er had een lang en benauwend 6tilzwygen
tusacben hen gebeerscht. De anders zoo
levondige, opgewekte Walburga kon geon woord
vinden en Victor had de beete voornemens
om een onderhoud te beginnen; maar juist
toen hy zyn mond wilde opendoen, hadden hunne
oogen elkander ontmoet en verlegen hadden
zy beiden het stilzwygen bewaard.
„Zy ziet in my zeker nog altyd dien gul-,
zigen, halfvolwassen bengel", dacht Victor
„Hy herinnert zich natuuriyk nog precies
de kleine wysneus van vroeger", dacht Wel-
burga. Zy schaamde zich vreeseiyk over hare
onverdraaglijke kinderachtigheden, waarvan hy
getuige geweest was.
(Wordt vervolgd..