N°. 10621,
Zaterdag O October.
A0. 1894.
<§eze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Leiden, 5 October.
Feuilleton.
LIEFDE OF PLICHT?
r>
LEIDSCH
DA&BLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Lelden per 3 maanden. i f 1.10.
Franco per post. .i 110.
Afzonderlijke Nommers °-05-
PRIJS DER ADVEBTENTIEN:
Van 1 6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17|. Grootere
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiton de stad
■wordt f 0.05 berekend.
v mu pQ nieuwbenoemde hoogleeraar by de
faculteit der lettoren en wijsbegeerte dr. P. J.
Blok zal morgen, Zaterdag, des namiddags
to twee uren, het hoogleeraarsambt aan de
universiteit alhier aanvaarden met hot houden
eener redevoering in het groot-auditorium
van het academiegebouw.
Naar wy vernemen, bestaat er by de
onderofficieren, alhier in garnizoen, plan eene
uitvoering op touw te zetten, waarvan de
opbrengst strekken zal tot ondersteuning der
nagelaten betrekkingen van onderofficieren en
minderen, gesneuveld by de expeditie tegen
Lombok.
Eene commissie van zeven ledon, bestaande
uit de heeren P. v. Sloten, adj.-onderoff., H.
F. Ruysch, sergt.-maj., J. N. Fraikin, sergt. -
maj., en C. H. J. Romein, sergt., allen der
infanterie; "W. F. Eygelstein, adj.-ond. der
cavalerie, L. H. Metzei, adj -ond. der artillerie,
en Jan Hogenkamp, sergt. der marine, heeft
zich vereenigd om door kameraadschappelijke
samenwerking e«n goed succes op hun pogen
te verkrijgen.
De algemeene deelneming der onderof
ficieren waarborgt hun voorzeker de sympathie
der burgerij en wy betwyfelen 't geenszins of,
wanneer de lysten ter deelneming zullen
circuleeren en aangeboden worden, niemand
zal achterbiyven, hetzy daarop te teek enen
om eene of meer plaatsen te nemen, of eene
gift te schenken voor het goede doel.
Wét zal geschieden moet nog uitgemaakt
worden, wéér het plaats zal hebben is nog
niet bekend, maar dit is zeker, dat de deel
neming algemeen is en er dus iets goeds en
iets grootsch verwacht kan worden.
Ter gelegener tyd hopen wy onze lezers van
een en ander in kennis te stellen.
De by het 4de reg. inf. overgeplaatste
lste luit. jhr. C. F. Goldman is ingedoeld
by de bataljons van dat corps, in garnizoen
te Leiden.
De „nationale christen geheel-onthouders-
vereeniging" zal hare 13de algemeene ver
gadering houden te Rotterdam, op Woensdag
10 October a. s., in het gebouw der Diergaarde.
Te Hillegom heeft zich eene commissie,
bestaande uit zeven leden, gevormd, om den
heer Hk. "Van Waveren by zyn aftreden als
wethouder en lid van den gemeenteraad een
stoffeiyk huldeblyk aan te bieden, waartoe
eene inteekenlyst by de ingezetenen zal circu
leeren, terwyi de namen dorgenen, die ertoe
bydragen, in een daarby passend album zullen
vermeld worden. Tevens zal het aanbieden
met eenige feesteiykheden gepaard gaan.
Door den heer M. A. Yan Rhyn, can-
didaat tot den H. dienst, te Katwyk aan don
Ryn, is het beroep naar de Ned.-Herv. ge
moento te Wateringen aangenomen.
Met leedwozen zal zeker vernomen wor
den dat eene" dor zustors van liefdadighoid,
mej. Borgmeyor, die voor eenige weken van
Amsterdam per „Prins Willem II" naar West-
Indiê vertrokken om zich te gaan wyden aan
de verpleging der melaatschen, te Paramaribo
is overleden. {Hbl.)
De afdeelingen der Tweede Kamer hebben
tot rapporteurs der algemeene beschouwingen
gekozen de heeren Rink, De Beaufort (Wyk),
Lohman, Kerdyk en Tak.
Tot leeraar in de moderne talen aan de
zeevaartschool te Helder is benoemd de heer
S. F. Kleinbentinck, aldaar.
De heer J. T. E. Mühlenweg, leeraar in
het Duitsch aan de H. B.-S. te Delft, heeft
als zoodanig tegen 3 Nov. eervol ontslag aan
gevraagd.
Tot leeraar in de wiskunde aan de burger
avondschool te Middelburg is benoemd de heer
Ph. L. Rank.
Gedep. Staten van Noord-Holland hebben
op het adres van W. Heybroek Jr. c. a., te
Hilversum, in zake de forensen-belasting (uit
wonenden), geantwoord, dat het aangevoerde
geen grond oplevert voor de gevraagde ont
houding van goedkeuring.
De onlangs gepens. kapt.-kwartm. van
het O.-I. leger P. Yan Exter is in den ouder
dom van 41 jaren tc Amsterdam overleden.
De by het West-Indisch leger gedeta
cheerde 2de luit. der inf. T. B. VanLelyveld
is bestemd voor Suriname.
Het volgende adres is door de Vrye-
Yrouwen-Yereeniging verzonden:
Aan Hare Majesteit de Koningin-Regentes!
Mevrouw l
De ondergeteekenden, allen bestuursleden der
Vrye Vrouwen-Yereeniging, in deze optredende
voor genoemde Yereeniging, volgens besluit
der huisboudeiyke vergadering van Woensdag
19 September 1.1., wenden zich tot U mot het
verzoek de Rykssubsidiën aan do Gemeente-
lyke H. B. scholen slechts te verstrekken
onder voorwaarde dat ook meisjes moeten
worden toegelaten.
Met verschuldigde hoogachting.
(Onderteekeningen.)
Memorie van toelichting.
Uit de in de Troonrede gesproken woorden
met betrekking tot het Middelbaar Onderwys
voor Meisjes valt op te maken, dat het tot
dusver ook op het gebied van onderwys
onbillyk behandelde vrouwelyke deel der natie
onder deze Regeering schoonere verwachtingen
mag koesteren.
Hoezeer het subsidiöeren van Middelbare
Scholen voor Meisjes ook toejuiching verdient,
komt het adressanten echter voor, dat de
vrouwelyke bevolking alleen in de grootere
steden van dezen vóórhaar voordeeligen maat
regel zal kunnen profiteeren, terwyi het ver
strekken van subsidie onder voorwaarde van
toelating der meisjes dus het verplicht toe
laten van vrouwelyke leerlingen gebeurte
nissen als die te Breda, Maastricht en Nieuwer-
Amstel onmogelijk zou maken en bovendien
eene breedere schare van meisjes in de ge
legenheid zou stellen Middelbaar Onderwys te
genieten.
Gelykluidend is verzonden aan den Minis
terraad.
De heer J. W. H. Dingemans en zijne
echtgenoote, die door het te Bertelsdorf, naby
Hernhut, gevestigde hoofdbestuur der Evan
gelische Broedergemeente tot den dienst der
zending in Suriname zyn beroepen, hebben
gisteren (4 Oct.) op de „Prins Willem IV"
hunne reis naar Paramaribo aanvaard.
De heer Dingemans, die ongeveer 9 jaren
in den dienst der Moravian Church in Enge
land doorbracht, is bestemd om, na vermoe-
deiyk kort verblyf te Paramaribo, naar het
district Nickerie te gaan, ten einde daar, waar
sinds eenigen tyd behoefte bestaat aan een
protestantsch Engelsch geestelyke, tevens met
het Nederlandsch vertrouwd, werkzaam te
zyn. Met dat doel is hy in Mei 11. door den
bisschop Taylor te Londen als diaconus der
Moravische of Broederkerk geordend.
Uit Meeden wordt aan de „N. R. Ct."
medegedeeld: Uit goede bron wordt ver
nomen, dat by het toekennen van de ridder
orde van Oranje Nassau aan den heer R. P.
Dojes, te Uithuizen, pas zeer kort voorzitter
van het genootschap van nyverheid, eene
vergissing heeft plaats gehad. Door de Regee
ring was bedoeld de heer R. Dojes, alhier,
oudere broeder van den gedecoreerde, ge
durende tal van jaren voorzitter van bedoeld
genootschap en lid van het landbouwcomité.
De fout werd echter te laat ontdekt, om nog
te kunnen worden hersteld.
De heer J. Yan Loenen Martinet, be
noemd hoofdredacteur van het dagblad „De
Amsterdammer", zal ulto. December a. s.
ontslag nemen als predikant by de Ned.-Herv.
gemeente te Sandpoort.
In 't Friosche waterschap „Zeven Grie-
tenyen en Stad Sloten" moet eene herstem
ming plaats hebben voor ééne volmacht. Zelden
of nooit was daarmede zooveel spanning en
werking als nu. De candidaten, die in horstem
ming zyn, zyn mr. M. Van Heioma, te Heeren-
veon, en J. Lankhorst, te Beetsterzwaag. Door
tal van advertentios in de locale bladen en
vooral door strooibiljetten, waarvan sommige
tamelijk scherp zyn, trachten de beide par
iyen <le overwinning te behalen.
Bovendien heeft iedere party wervers, die de
kiezers bezoeken om by wijze van procuratie
hunne stemmen te krygen voor den candidaat.
't Is reeds gebeurd, dat een werver by een
kiezer met dat doel in de kamer zat, terwyl
een - werver der togenparty aan de deur
klopte.
By do verkiezing voor waterschappen en
polderbesturen in Friesland bestaat een pro
curatie stelsel, waardoor een kiezer voor zyne
stem procuratie kan geven aan een ander.
Dit geeft dikwyis aanlei iing tot minder eer-
lyke praktyken, en is vaak oorzaak van per
sonaliteiten, terwyl de kiezers, die in 't een
of ander opzicht afhankelyk zyn, daardoor
wel eens onaangenaamheden ondervinden.
Met groote belangstelling wordt de uitslag
van dezen vinnigen stryd tegemoet gezien.
Het stoomschip „Drente" vertrok 4 Oct.
van Rotterdam naar Batavia; de „Obdam",
van Nieuw-York naar Rotterdam, passeerde
4 Oct. Dover; de „Prins Hendrik", van Amster
dam naar Batavia, vertrok 4 Oct. van Genua;
de „Spaarndam", van Rotterdam naar Nieuw-
York, passeerde 4 Oct. Lizard.
By koninkiyk besluit is benoemd tot
griffier der arr.-rechtbank te Groningen, mr.
C. Witholt, thans rechter in de arr. rechtbank
te Heerenveen.
Benoemd tot ambtenaar van het openbaar
ministerie by de kantongerechten in het arr.
Zwolle, ter standplaats Zwolle, mr. P. J. M.
Schaepman, thans ambtenaar van het open
baar ministerie by de kantongerechten in het
arr. Breda, voor de kantons Oosterhout, Zeven
bergen en Bergen-op-Zoom, ter standplaats
Breda; tot ambtenaar van het openbaar
ministerie by de kantongerechten in het arr.
Breda, voor de kantons Oosterhout, Zeven
bergen en Bergen-op-Zoom, mr. A. L. C.
Pabst, advocaat en procureur te 's-Graven-
hage, tevens beëedigd klerk ter griffie van de
arrondissoments-rechtbank aldaar.
Voor den tyd van vyf jaren gedetacheerd
by het leger in Ned.-Indië, en wela. by het
wapen der inf., de lste luitenants J. P. Weitzel,
van het reg. grenadiers en jagers; J. A. L.
Roeloffs, van het 7de; C. A. Joekel, van het
6de; C. F. Doerrleben, van het 8ste; K. G.
A. Muller, van het 2de; W. Van Bakel, van
het 5de; A. IJ. Reitsma, van het instructie-
bataljon; M. D. J. De Jongh, van het 83to;
H. S. Wentink, van het lste; W. S. A. A. H. M.
Yan Ryswyk de Jong, van het 5de; J. D.
Haartsen, van het lste; J. Buys, van het
3de; H. J. L. Kroon, van het 8ste; J. Gol-
denberg, van hot instructie-bataljoDM. Van
de Siepkamp, van het lste; M. L. Pliester,
van het 6de; F. W. H. H. Van Straaten, van
het instructie bataljon; J. Reyers, van het 5de;
F. Van der Ploeg, van het lste; J. Vethake,
van het 6de; H. G. Post, van het 8ste, en
W. P. Rochell, van het 7de reg. inf.;
de tweede luits. G. A. Leers, van het 4de;
H. De Haan Hugenholtz, van hot 5de; D.
Po3tma, van het 2de; J. Brunsting, van het
lste; M. F. Goldenberg, van het 3do; L. M.
Keetell, van het 5de; E. H. baron Van I tier-
sum, van het 5de; J. A. Van Nieuwland, van
nee iste; j. u. u rnan, van nee oao, en a.
Dudok van Heel, van het 7de regiment inf.
b. by het wapen der art. de lste luits. P.
G. A. Van der Hoff, van het corps ponton
niers; C. L. G. Schrassert Bert, van het 2de
rog. veld-art.; D. A. M. G. Plancken, van het
corps pantserfort art.L. G. Schuurman en
J. C. P. W. A. Steenkamp, van het lste reg.
veld-art. en H. C. C. Hackstroh, van het 4de
reg. vesting art.;
de tweede luit. H. A. Zeilmakor, van het
corps torpeaisten, en de tweede luit.-adj. J.
C. Van Leeuwen, van het lste reg. vesting-art.
De eerste luit.-kwartiermeester C. F. Frevel,
van het 3de rog. inf., overgeplaatst by het
reg. gren. en jagers.
Verleend de volgende pensioenenC. B.
Buyterse, 56; P. H. Teuwen, ƒ124 'sjaars.
Vergadering van den Raad der
gemeente Sassenhelm.
Voorzitter de heer M. v. d. Brandeler.
Afwezig de heerenS. baron Van Heemstra,
B. P. Roest en J. J. Kruyff.
Na opening der vergadering leest, de secre
taris de notulen der vorige vergadering voor,
welke worden goedgekeurd en vastgesteld.
Komen ter tafel:
lo. Eene missive van hh. Gedeputeerde
Staten, waarby goedgekeurd wordt terug
gezonden een Raadsbesluit tot regeling der
jaarwedden van onderwyzers aan de openbare
lagere school in deze gemeente
2o. Eene missive van hetzelfde college,
waarby goedgekeurd wordt teruggezonden C3n
Raadsbesluit model A.
3o. Een besluit van hetzelfde college,
houdende vaststelling der gemeente-rekening
over 1893.
4o. Eene missive van D. Fortuin, onder-
wyzer, houdende dankbetuiging voor de ver
hooging zynor jaarwedde.
Deze missives worden voor kennisgeving
aangenomen.
"Wordt voorgelezen een request van den
heer Henri Hoog, te kennen gevende dat ds
sloot, gelegen tusschen zyn tuin en het erf
van den heer Ravenstoin, schadeiyk begint te
worden voor de gezondheid, wegens het op-
stygen van eene ondraaglyke lucht uit die
sloot, met verzoek, om aan dien onhoudbaren
toestand zoo spoedig mogeiyk een einde te
maken. Wordt besloten afwyzend op het
verzoek te beschikken, omdat die sloot aan
particulieren behoort, en adressant in over
weging te geven, om met de belanghebbenden
in overleg te treden, om op eigen kosten de
sloot te dempen, mits een riool voor de af
watering in de plaats gelegd worde.
Ingevolge artikel 203 der Gemeentewet
wordt den Raad aangeboden de door Burge
meester en Wethouders opgemaakte begroo
ting voor 1895.
De Voorzitter geeft eenige inlicbtingon
omtrent die posten, welke in vergeiyk met de
begrooting voor 1894 gewyzigd zyn. Hy stelt
namens B. en Ws. voor, om de jaarwedde
van den secretaris en van den on vanger
met 25 te verhoogen, welk voorstel met
algemeene stemmen worui aangenomen, onaer
nadere goedkeuring.
Wordt besloten de begrooting met de
memorie van toelichting gedurende 14 dagen
ter secretarie ter visie te leggen, den leden
aan huis ter inzage te zenden en in eene
volgonde vergaderirr te behandelen.
De begrooting voor het 2de bataljon rusl
tende schuttery in Zuid-Holland voor het jaar
1895 wordt voorloopig vastgesteld tot een
bedrag ad ƒ241, in ontvangst en uitgaaf.
Vervolgens worden vastgesteld de vooi-
waarden, waarnaar door B. en Ws. zal worden
aanbesteed de levering van petroleum ten
dienste der straatverlichting, en van brandstof
voor de school en het Raadhuis, gedurena?
het winterseizoen 1894/'95.
Op rondvraag van den Voorzitter of een
van de leden iets in het midden heeft te
brengen, vraagt de heer Metzlar he„ woord,
en klaagt over het niet voldoende en krachtig
optreden van den gemeente veldwachter, voora1,
tegenover bedelaars.
Niets meer te behandelen zynde, wordt cte
vergadering door den Voorzitter gesloten.
VII.
Zwygend zaten de drie vrouwen byeen.
Elk harer gaf zich den achyn met ongeëven-
aarden yver te werken, maar mevrouw Sau-
vage liet ieder oogenblik een steek vallen,
en Sophie, tegenover haar aan het venster
gezeten, liet telkens de haakpen aan bare
vingers ontglippen. Ook Hólène zat aan hare
schryftafel te arbeiden; zy trachtte eene
Fransche novelle te vertalen, maar kon er
niet in slagen de juiste woorden te vinden.
Eindeiyk werd er gescheld; het was het
zelfde schelletje, dat Hëlène sinds zeven jaren
van alle andere had leeren onderscheiden.
En dadeiyk daarna stond hy, wiens komst
zy evenzeer vreesden als verwachtten, op den
drempel. Hy had gehoopt Hélène alleen te
zullen aantreffen. Nu moest hy zelfs de tegen
woordigheid der beide gehate vrouwen
dulden want het was hem, als haatte hy
ook Sophie uit den grond van zijn hart.
Doodsbleek, maar waardig en kalm, stond
Hélène daar, op hare schryftafel geleund, en
zag Henri met open oog aan. Deze waagde
het niet de oogen op te slaan.
„Ik dank u," ving Hélène aan, en verbrak
daardoor het pyniyk stilzwygen, waarin men
de harten der aanwezigen kon hooren kloppen
„ik dank u voor het vertrouwen, dat ge in
my hebt gesteld, door ten minste openhartig
tegenover my te zyn. Ik schreef u dat ik u
uw woord niet kon teruggeven. Ik heb daar
voor de volgende redenenin zeven kommer
volle jaren van zwaren arbeid ben ik tot do
overtuiging gekomen, dat ge alleen dén ge
lukkig zoudt kunnen worden, wanneer eene
ernstige vrouw u op uw levenspad vergezelde;
eene vrouw, die uw karakter aanvulde. Ik
weet dat Adelbeid Imhof die ernstige vrouw
niet is, noch zich ooit daartoe ontwikkelen
kan. En zoo heb ik genoeg kennis opgedaan
van wat het zegt te leven, om te weten, dat
een man nimmer zyn lot verbinden kan aan
dat van een scbatryk meisje, of te eeniger
tyd zal de gedachte aan zyne eigen armoede
hem pyniyk aandoen. Dan nog weet ik, dat
de plichten, die gy tegenover my erzaakt,
eenmaal vreeseiyk op u gewroken zullen
worden, en het is myn innigste wensch u
voor vertwyfelingsvol berouw te vrywaren."
De tegenwoordigheid der beide andere vrou
wen de kalme, besliste toon, waarop Hélène
tot hem sprak, prikkelden zyne zenuwen der
mate, dat hy op onnatuuriyken toon ant
woordde:
„Dat berouw, Hólène, vrees ik niet. "Want
wie de inspraak van zyn hart volgt, handelt
geheel natuuriyk en dus goed. Daarenboven
behoeft my ook niet de vrees te kwellen, dat
ik my zal behoeven te verdeemoedigen om als
een arme verworpeling door eene ryke familie
te worden opgenomen. In myn toestand is,
ofschoon lang verwacht, een plotselinge
ommekeer gekomen. Daar is iets gebeurd,
waardoor de schatten van Adelheid Imhof
geen hinderpaal meer zyn voor ons beider
vereeniging, maar en dit is juist het pyn-
lyke dit voorval maakt die zoo gewenschte
vereeniging onmogelyk, omdat het my dwingt,
myn woord, aan u verpand, gestand te doen."
„Dus noodwendigheid, niet het bewustzyn
van wat uw plicht is, geene dankbaarheid
voor myne vergevensgezindheid, o, hoe
zou ik kunnen schimpen, waar ik nog altyd
liefheb? - niet uit de diepte van uw ge
moed komt by u hot besluit, woord te hou
den?" vroeg Hélène met trillendo lippen. „En
wat is er dan gebeurd?"
„Myne tante is gestorven; ik ben ryk go-
worden", zei Henri, op ergerlyken toon.
„01" was al wat Hólène met door tranen
verstikte stem kon uitbrengen.
Gedurende eene minuut was het doodstil.
Henri, Hólène noch Sophie bewogen zich.
Maar de oude vrouw aan het venster stond
langzaam van haren stoel op.
Steeds maar berustend, had zy jarenlang
een afkeer gehad van den man, die hare
dochter daar zoo gruweiyk beleedigde, en nog
nauw een uur geleden h^d zy gedacht, dat
hare dochter hem het eens gegeven woord niet
mocht teruggeven, was zy overtuigd dat hare
persoonlyke opinie geen gewicht in de schaal
kon leggen, waar de gehechtheid harer dochter
aan dien man zoo sterk sprak. Maar buiten
dien afkeer, tydeiyk overwonnen, doch niet
gedood, lag in een hoekje van haar hart ook
nog een glimp van trots verscholen. Die glimp
was tot eene vonk geworden en door hare
drift tot eene vlam aangeblazen.
Op heeschen toon vroeg zy hare dochter:
,Wilt ge nu#ndg de zyne worden?"
„Hélène, voor wier oogen alles'draaide en
schemerde, schudde het hoofd.
„Ga dan heen", voer de oude vrouw, zich
tot Henri wendend, voort. „Ga dan heen en
kom ons nimmer weer onder de oogen. Wy
hebben uwe schatten niet noodig. En moge
alles u ten ondergang zyn! Uw roem ver
gaan l Uwe schatten u overheerschen 1 Adel
heid u ontrouw worden l Uwe vrienden u ver
laten! Uw leven u ten last zyn! En als de
ellende u van alle kanten aangrynst, denk
dan aan den plicht, dien ge verzaakt hebt,
en aan myn arm kind, dat ge ongelukkig
hebt gemaakt!"
„Moeder 1" kreet Hólène en zonk in hare
armen.
Sophie verborg haar gelaat in hare beide
handen. Bevend trad Henri op Hólène toe:
„Zogt gy ook, dat ik moet heengaan?"
„Ja", snikte zy, „voor eeuwig!"
Eu langzaam, met gebogen hoofd, ging hy
heen. En toen de deur achter hem was dicht
gevallen, riep Hélène op hartverscheuren-
den toon:
„O, myn God, ik heb hem verloren; zyne
plaats in myn hart is voortaan ledig 1"
Tik tak! ging de pendule, tik tak!
Sophie zat als op haren stoel genageld en
luisterde naar het tikken van de pendule.
Met starren blik staarde zy op het wyzer-
bord, dat hel door de op de schryftafel staande
lamp beschenen werd. Zoo vaak had zy avond
aan avond moederziel alleen daar gezeten en
geluisterd naar het gezellige tik tak dier
pendule, en als dan de acht helder klinkende
slagen zich lieten hooren, had zy, vriendeiyk
blikkend, naar den ouden tydwyzer gezien.
Die pendule, welke haar reeds zoo menig
maal het gowenschto uur had verkond, kon'
dlgde haar met deze acht slagen de komst
van den besten en nauwgezetsten aller broe
ders aan.
Maar wat mankeert die pendule vandaag
dan toch? Zy tikt zoo hard, zy tikt zoo luid,
de wyzer gaat zoo snel vooruit en binnen
weinige oogenblikkon zal hy den afstand
doorloopen hebben, die hem nog van de
Romeinsche acht scheidt! En dan komt hy,
voor wiens verschynen Sophie voor de eerste
maal van haar leven bevreesd is.
Hoe zal hy het opnemen, wat zy hem mee*
deelen moet? Zal dit uur hem niet duideiyk
doen inzien, wat Sophie al sinds lang, al
sinds jaren weet? Zal hy schreien als eon
kind of zal hy opstuiven als een getergde
leeuw? En zal zy hem het treurige nieuws
dadeiyk meedeelen of zal zy hem langzamer
hand voorbereiden?
Het wordt haar te benauwd! Zy staat op
en gaat naar het venster. Tegen de ruit ge
leund, staart zy naar de overzyde, naar de
woning van hem, dien zy tot waanzinnig
wordens toe heeft liefgehad, die haar zoon,
haar troetelkind, haar trots, haar alles is ge
weest en dien zy verloren heeft wiens
plaats in haar hart, evenals in dat van Hélène,
voortaan ledig is. Geen vriendeiyk licht
schemert haar van de overzyde togen; 't is
alles donker. Zoo duister zal het huis daar
tegenover voortaan altyd voor haar zyn!
(Wordt vervolgd.)