MENGELWERK.
De flotielje-vaartuigen „Bali" en „Borneo"
versterken onze scheepsmacht.
fDat de brief, waarin do Radja de vrij
lating als een bewijs van vriendschap voor
stelde, na zijne eerste trouwelooze handeling,
onzerzijds niet beantwoord werd, sprak vanzelf.
Uit de modedeeling, dat vier schoten van
Mataram uit onze achtergelaten veldkanonnen
in zee kwamen, schijnt to moeten worden
opgemaakt, dat het "Woensdag door het
„Nieuws van den Dag" ontvangen bericht,
dat Mataram verlaten was, minder juist is].
De „Staatscourant" meldt verder:
Van een ingezetene van 's Gravenhage is
bij het departement van koloniën ontvangen
©ene som van /"1000 ten behoeve van de
militairen of gewonden van de Lombok expe
ditie. Dit bedrag zal, overeenkomstig do be
doeling van den gever, ter beschikking worden
gesteld van het Centraal-Comité van het
„Roode Kruis" te Batavia.
Door tusschenkomst van dit departement
worden, met hetzelfde doel, naar Indië ver
zonden 50 kisten, elk inhoudende 24 halve
flesschen portwijn, aangeboden door den heer
E. Emmen, wijnhandelaar te Rotterdam
20,000 sigaren, ontvangen van den heer
L. Lange, sigarenfabrikant te 's-Gravenhage.
Tja lsvensgevaar.
Vit het Fransch van JULES LEGOUX.
Juist even vuor den bepaalden tijd van ver
trek gelukte het m\j nog den trem te halen,
sprong in den eersten coupé den besten en
met een ruk werd de deur achter mij dicht
geslagen door den conducteur, die tegelijkertijd
het schrille, snerpende geluid van zijn fluitje
liet weerklinken, en weg reden wij.
Tot mijne verbazing was het compartiment,
waarin ik neergezegen was, niet zoo overvol
als gewoonlijk het geval is, en behoefde ik
mij niet zooals moestal half door geweld,
half door vriendelijke overreding een be
scheiden plaatsje zien te veroveren tusschen
ontevreden reizigers, die met de grootste koel
bloedigheid de eerste regelen der gastvrijheid
schenden.
Ik was de vijfde reiziger in den waggon;
de beide hoekplaatsen waren ingenomen door
een officier on een oudachtig beer. Tegenover
mij zat eene eenvcudig gekleede vrouw van
omstreeks dertig jaar en naast haar een
klein meisje met het guitigate gezichtje, dat
ik ooit gezien heb.
Het blonde baar viel in krullen van onder
den grooten strooien hoed langs de fijne
rozerood© oortjes, terwyi het neusje wel den
spot scheen te drijven met de onveranderlijke
lijnen der klassloko schoonheid; guitig naar
hoven opgewipt, vormde het een goed geheel
:aet het kleine mondje. Zij had oen donker
blauw jurkje aan van eene dunne stof, witte
katoenen kousjes on erge lompe schoentjes
en ik noet hot bekennen, hoewel tot mijne
spijt, heel erg gedragen ook. Handschoenen
droeg zij niet, wel mofjes, en welk een hart
grondigon afschuw ik nu ook van mofjes heb,
ik ben voor alles een slaaf der waarheid en
dus moet ik wel bekennen dat mijne kleine
heldin (en ik hoop met dat zij hierdoor in
uwe schatting zal dalen) mofjes aan had. Het
ensemble vormde een allerbekoorlijkst geheel.
Van tyd tot tijd keek zij eens uit het
portierraampje in de richting der locomotief
en dan namen hare vriendelijko blauwe oogen
©ene peinzende uitdrukking aan, wat baar
eensklaps van het onbezorgd lachende kind
van daareven in eene vrouw veranderde, die
liefhad en leed, iets, wat heel dikwyia in bet
loven op hetzelfde neerkomt.
Intus8chen redon wy met groote snelheid;
Vrij waren eenige minuten te laat vertrokken
en de machinist wilde die ongetwijfeld inhalen.
WiJ vlogen voort met de snelheid van den
Wind; steeds duizelingwekkender werd onze
vaart.
Hoe harder wy gingen, hoe meer pleizier
mijn overbuurtje schoon te hebben; hare
oogen straalden van genot en zy keek zoo
fier in het rond, alsof zy het was, die zoo in
iollen ren over bergen en langs afgronden
voortstoof. Wy naderden een station en de
trein hield stil.
„Vyf minuten oponthoud l" riep de con-
lucteur.
Het kleine meisje stak haar hoofdje uit
hot raampje en riep: „Ik zie hem niet, ik
zie hem nietl"
Plotseling echter verhelderde haar gezichtje
©n eene onbeschrijflijke vreugde sprak uit
hare oogen; eene ruwe mannenhand werd op
den rand van het portier gelegd. „O, vader,
vader 1" riep het kleine ding met al de naïeve
uitbundigheid van hare zes jaren en liefkoozend
legde zy hare zachte wang op de behaarde,
vereelte hand. Met welk eene teedere liefde
zag zy naar hem op en welk een grappigen
trots sprak er uit haar geheele persoontje!
En hy, de eigenaar van de vereelte handen,
wat was hy gelukkig en dankbaar in het bezit
der liefde van dit aanhankeiyke kind l
Hy was de machinist van onzen trein on
kwam eens even naar zyn vrouw en kind
zien; zyne kleederen waren bedekt met roet
en stof door den rook van zyne machine
zooals de uniform van den soldaat bezoedeld
is door den kruitdamp na een veldslag. Zyn
gezicht teekonde goedheid en vastberadenheid
©n er straalde eerbied door in de teederheid,
waarmede hy zyn kind aanzag.
„"Wat rydon wy snel," merkto zyne vrouw op.
„Wg moeten den verloren tyd inhalen;
zyt gQ bang, Jeanne?"
„Neen, vader; gy zyt het immers, die den
trein stuurt!"
„Tot straks, kinderen!"
„Dag, vadertje." Het kind omhelsde hem
harteiyk.
Wy vlogen weder voort in yiende vaart.
Ik maakte het my zoo gemakkelijk mogeiyk
en begon na te denken.
Eene geestige vrouw heeft eens gezegd
van een man, wien het waariyk ook niet aan
vernuft ontbrak:
„Hy heeft niet veel idéés, maar heeft hy
er eenmaal een, dan laat hy het niet spoedig
losde armen van geest zyn als de armon
aan geld: zy houden gaarne wat zy hebben
Ik ben stellig een van die armen van geest,
want een eenmaal opgevat denkbeeld houd
ik vast met de koppigheid van oen ezel.
Onder meer wonderiyke stokpaardjes houd
ik er vooral dit op na: de opvoeding van
kinderen.
Ik zette er my dus expres toe het kleine
ding op te nemeo, dat daar tegenover my
zat ala een geopend boek, want op dien
leeftyd weten de kinderen zich nog niet zoo
aan te stellen, dat men waarheid niet van
schyn kan onderscheiden, en al wat er omgaat
in hunne jeugdige hersentjes teekent zich m
hun doen en laten af. Het was alleraardigst
de kleine Jeanne aan te zien, zooals zy daar
in haar hoekje zat, aanhalig jegens hare
moeder, streng voor hare pop en telkens
nieuwsgierig naar buiten kykend. Zy wist
wel dat ik haar opnam, die geboren coquette,
en zy spreidde al de behaagzucht van hare
zes lentes ton toon, om voortdurend mijne
attentie te biyven trekken.
Eensklaps riep een der heeren verschrikt:
„Wy gaan inderdaad veel te snel; op die
manier moeten wy dérailleeren 1"
„O, wees maar niet bang", antwoordde het
kind kalmeerend, „vader stuurt den trein."
De officier keek uit het venster, hervatte
zyne lectuur en maakte verder geene opmer
king. De andere reiziger hernam:
„Het wordt nu al te dwaas, uw man is
gek of dronken, juffrouw."
„O, mynheer, myn man drinkt nooit te
veel; daareven hebt gy hem nog gezien. Wy
ryden ontzettend snel, ik bogrüp met
De officier sloot zyn boek en strekte zich
in zyne volle lengte op de bank uit.
„Ik raad u hetzelfde te doen", zeide hy,
na met de grootste koelbloedigheid permissie
gevraagd te hebben om eene sigaar te mogen
opsteken. „Als gy zoo blyft zitten, worden
uwe beenen zonder twyfel gekneusd; herinnert
ge u niet meer het ongeluk by Versailles?"
Het viel niet te ontkennen dat wy met eene
yzingwekkende snolheid voortvlogen; wat be
zielde toch dien ongelukkigen machinist?
Ik ben zoo bang", kermde de andere rei
ziger, wit van angst.
De officier wenkte mfi.
„Hier hebt gy myn naam en myn adres",
zeide hy op zachten toon; „zweer my dat,
indien gy er heelhuids af mocht komen, ter
wyi ik wellicht doodeiyk gewond zal zyn
binnen weinig oogenblikken, gy, zonder tyd
te verliezen, onmiddeliyk deze depêches aan
den generaal overhandigt, wiens naam gy op
het papier zult vinden, wanneer ge dit couvert
verscheurd zult hebben."
Ik beloofde het hem.
„Het is goed, ik vertrouw u."
De moeder had het kind in hare armen
genomen en kiemde het vast tegen zich aan,
alsof zy het wilde beschermen tegen de
vreoseiyke gebeurtenis, die ieder oogenblik
kon plaats grypenmaar de kleine glimlachte
slechts en zeide herhaaldeiyk„Ik ben niet
bang, moeder, want vader is immers op de
locomotief!"
Zy alleen in don coupé, ja, waarschyuiyk zy
alleen in den geheelen trein was vol vertrou
wen. Uit de andere waggons hoorden wy
angstkreten en uitroepingen van wanhoop;
zy alleen was vol moed. „Vader stuurt immers
den treml" werd zy niet moode te herhalen.
Het lieve, onschuldige kind I Te midden van
de algemeen© opgewondenheid was zy de
eenige, die kalm bleef, omdat zy liefhad met
de teedere, heilige liefde, die het kind voor
zyn vader heeft, en die niemand het vermocht
te ontrooven.
De trein heeft intusschen zyne vaart ver
minderd, om eindeiyk geheel stil to houden
aan een tusschenstation.
De machinist vertoont zich weder aan het
portierraampje.
„Wy hebben verbazend hard gereden, maar
al zou de machine onderweg ook springen,
het moet, want wy moeten vóór de Pruisen
in Reims zyn."
Met tranen in de oogen zag hy zyn kind aan.
„Men heeft my gezegd," vervolgde hy tot
zyno vrouw, „dat wy belangrijke depêches
overbrengen.
„Geef my de hand," riep de officier opstaande,
,gy zyt een dapper man; ik ben de persoon,
die de depêches moet overbrengen."
„Op weg danl"
Teeder drukte hy het blonde hoofd van zyn
kind aan zyne borst, innig, als tot een laatst
vaarwel. Maar Jeanne was niet bang en geen
der reizigers toonde meer eenige vrees; wy
wisten immers dat wy ons leven waagden
voor het vaderland? En de trein vloog weder
verder met duizelingwekkende vaart.
Hy: „Nu wy geëngageerd zyn, zou ik wel
eens willen weten of ja vrooger nooit iemand
gekust heeft?"
Zy„Maar, George, hoe kunt ge my nu zoo
iets vragen, ik heb je eon hart geschonken,
dat evenals het uwe voor de eerste maal in
liefde is ontvlamd."
George vindt het maar beter hierop te
zwygen.
Een enfant terrible. Een heer schelt op
Nieuwjaarsdag by een zyner vrienden aan en
diens dochtertje komt de deur opendoen.
„Is Papa thuis, beste meid?"
„Ja, papa is wel thuis, maar er is belet,
omdat papa en mama juist vreeseiyke ruzie
hebben."
„Ik heb zooveel ondervinding opgedaan met
wedden, dat ik or my nimmer meer aan schul
dig zal maken."
„Och kom! Wedden om ƒ25?"
„Aangenomen 1"
In een magazyn van nouveautés:
Kooper: „Ik vind die dassen toch niet erg
gedistingeerd."
Vorontwaardigd winkelbediende: „Verbeeld
jel En ik draag deze soort nog wel altyd zelf I"
Echtgenoot onder een huiselyken twist:
„Och, je praat altyd van koopjes, ik geloof
dat je je leven lang nooit anders hebt gedaan."
„Ja, en vooral op myn huwelyksdag, dat
was nog het grootste koopje."
Twee kleine meisjes komen van de prys-
uitdeelingde een is beladen met boeken, de
handen der andere zyn leeg.
„Leen my een boek, alleen maar voor op
straat," zegt de laatste, „het staat zoo gek,
dat ik niets gekregen heb."
Het is verbazend welk een invloed een
enkele zonnestraal op onze ziel kan uitoefenen;
alles doet zich in een heel ander licht voor,
nieuwe gedachten verrijzen in onzen geest,
onuitsprekeiyk heerlyke gewaarwordingen
doorstroomen ons hart. Dostojeioski.
De wonderbloem van het geluk, hoe weinigen
vinden haar, en die bevoorrechten, op wier pad
ze bloeit, hoe dikwyls besteden ze weinig
zorg aan het teedere plantje, al te gerust, dat
het zal biyven voortblooien, totdat de bloem
plotseling met gebroken stengel en slappe
blaadjes aan hunne voeten ligt. Evo.
Meer nauwkeurige waarnemingen echter
leerden ons de dioronwereld kennen als eene
afzonderlyke wereld, vol poëzie, opoffering,
moederliefde, echtelyke trouw, vriendschap;
begaafd met verstand, vatbaar voor zekere
ontwikkeling, toegerust zy het met eene, zy
het ook ongeaccentueerde taal, maar begrype-
ïyk voor de soort.
Uren aan een ziekbedWie die kent, weet
wat de droevigste stonden des levens zyn;
stonden, waarin de tyd zoo akelig langzaam
voortkruipt, dat de dag geen eind scbynt to
nomen, en die het verlangen toch niet waagt
te bespoedigen, want do nacht volgt er op,
die vreeseiyke nacht, die zulk eene eeuwigheid
duurt, wanneer het oog wakend in zyne duister
nis staart. Wallis.
Vermaak is voor de vrouw, wat de zon is
voor de bloemen: zy krygt er kleur en schoon
heid door, maar zoodra het de gestelde maat
te boven gaat, verkwynt ze er onder.
Beauchêne.
Gemengd Nieuws.
Heden zyn in bet kamp te Kat
wyk aangekomen de kwartiermakers (zyndo
per bataljon een officier, de fouriers-menage-
meesters en eenige manschappen) van het lste
bat. te Delft en het 3de bat. te Haarlem, tot
het in gereedheid brengen van het kamp voor
de komst der bataljons op Maandag a. s.
De Zoetorwoudsche kormis, ge-
duurd hebbende van Woensdag tot en met
Vrijdag, is zondor ongeregeldheden afgeloopen.
In hot dorp stonden eene poffertjeskraam,
twee koekkramen, eene oliebollenkraam, twee
slagmachines en eone goocheltent, aan de
Heerenstraat eene oliebollenkraam en de koek
kramen van Van Buuren en „Jaapie de Rik
ketik", die het des avonds by de koekver
lotingen, waaraan dit jaar zelfs extra-pryzen,
bestaande in schilderyen, verbonden waren,
ondanks do hevige regens, zeer druk hadden.
De Warmondsche kermis, welke ook door
een draaimolen wordt opgeluisterd, is nog in
vollen gang. Morgen hebben in verschillende
gedeelten van Warmond en op onderscheidene
uren muziekuitvoeringen plaats. Als steeds
zullen morgen wel, 't weder dienende, vele
Leidenaars die kermis met een bezoek vereeren.
Door eene der weinige, maar
felle bliksemschichten, werden gisteravond
te Zoeterwoude tweo hoopen hooi van den
landbouwer R. v. d. W., in den Zuidpolder,
Zuidbuurt, getroffen. De hooihoopen ver
brandden.
Van het drogen van hooi komt ook in het
begin van September niet veel terecht; de
stortbuien beletten het.
Door den schrik renden een paard, eene
koe en een stier van den landbouwer J. v. L.,
van de weide naast het stuk land, waar het
hooi verbrandde, in het water.
In het zuideiyk deel der gemeente
Wassenaar, naby de grens van 's Gravenhage,
komen onder het vee eenige gevallen van
mond- en klauwzeer voor.
Als eene grootebyzonderheid
kan worden gemeld dat sedert 27 April in
de gemeente Wassenaar slechts acht personen
zyn overleden.
Zoodra de sluizen te Haarlem
mermeer voor het algemeen verkeer geopend
worden, komt in de vaart een beurtschip,
varende van Hoofddorp (Haarlemmermeer) op
Amsterdam en Leiden.
De hoofdprys in de Woerden-
sche verloting, nl. eene equipage met twee
paarden, is gevallen op No. 8418.
Blykens de opgaven van het
bureau „Veritas" zyn in Juli verongelukt 46
zeilschepen, waaronder geen Nederlandsch, en
14 stoomschepen, waaronder 1 Nederlandsch.
Ook in de gemeente Laagnieuw-
koop komt het eerste geval van mond- en
klauwzeer voor, by den veehoudèr W.Ekelschot.
Sedert gisteren is cholera asia-
tica te Amsterdam geconstateerd by eene
vrouw uit de Willemstraat, een man uit de
Boomstraat en eene dienstbode uit het Binnen
gasthuis, resp. op 5 en 6 dezer in het Wil-
helmina-gasthuis opgenomen.
Te Zaandam heeft zich by eene dienstbode
een geval van cholera voorgedaan met doode-
lyken afloop.
Te Maastricht is één van de drie door cholera
aangetaste kinderen overleden. Nieuwe gevallen
kwamen sedert de vorige opgave niet voor.
Te Nieuwerkerk aan den IJsel heeft zich
by een man uit Kortenoord een geval van
Aziatische cholera voorgedaan met doodeiyken
afloop.
Door de rechtbank te Breda i
de heer G. Van Deth tot 1 maand gevange
nisstraf veroordeeld, wegens beleediging van
den officier van justitie te Arnhem.
De politie te Brussel heeft vier
Fransche anarchisten in hechtenis genomen,
In hunne woning werden brieven gevonden,
waaruit bleek dat zy in verstandhouding
stonden met de leiders der anarchistische be
weging te Londen en te Parys.
De politie te Dresden houdt zich
thans bezig met het onderzoek van eene zaak,
welke veel punten van overeenkomst heeft met
de misdaad, waarvan men den beruchten
Hendrik De Jong verdenkt. Een dienstmeisje,
Ida Knappe genaamd, maakte in het voorjaar
kennis met een man, die zich voor „meester
bakker" uitgaf en haar ten huweiyk vroeg.
In het begin van Juni verdween het paar en
niemand wist wat er van het dienstmeisje
geworden was, totdat men nu onlangs in een
bosch by Tharandt een geraamte vond, dat
aan verschillende kenteekenen herkend werd
als het overschot van Ida Knappe. Het was
duidelyk te zien, dat haar de schedel was in
geslagen. Men kreeg dadelyk vermoeden dat
de bakker zich de bezittingen van het meisje
had toegeëigend en daarna zyne „bruid" in het
bosch had vermoord. De bakker werd overal
gezocht en eindelyk in een dorp naby Freiberg
opgespoord. Hy bleek een oud bekende van
de justitie te zyn, een zekere metselaar
Krezschmar, die reeds lang gehuwd is; na
zyne arrestatie trachtte hy vergeefs te ont
vluchten. Eenige voorwerpen, welke aan het
vermoorde dienstmeisje hebben toebehoord,
werden in zyne woning gevonden.
Ook in Canada hobben over eene
groote uitgestrektheid boschbranden gewoed
De geheele streek langs Rainy-River, aan het
noordeiyk gedeelte van Minnesota gronzende,
is verwoest. De settlers zyn allen zonder dak,
en velen hebben by de ramp het leven verloren.
In de staten Minnesota en Wisconsin woedt
de brand nog op enkele plaatsen voort. De
stad Bromwell, in Minnesota, is, op het school
gebouw na, geheel in do asch gelegd. In
eene steengroeve naby Sandstone vond men
de lyken van 18 personen, die daar eene
schuilplaats hadden gezocht tegen het vuur.
Uit allo doelen der Staten wórden bydra-
gen gezonden voor de noodlijdenden. De heer
Hill, president van den Great Northern Rail
road, zond 5000 dollars en schonk bovendien
5000 acres land, waar huizen zullen gebouwd
worden voor de slachtoffers, die door den
brand van alles beroofd zyn.
Nader meldt men aan hot „Vad.",
dat het de luit. ter zee Pompe van Meerder-
voort was, wiens trommelvliezen sprongen by
het ongeluk op de „Guinea". De milicien L.
Lap werd aan het gezicht verwond en naar
het ziekenhuis overgebracht.
In de vorige week kwam, zooals
gemeld is, ds. H., uit Dronryp, op eene nood
lottige wyze om het leven. De omstandigheden,
onder welke het lyk in het vaarwater tusschen
Menaldum en Leeuwarden werd gevonden,
gaven grond van waarschyniykheid aan het
vermoeden, dat hier minder aan een ongeluk
dan aan opzet was te denken.
In de „Leeuw. Courant" werd bericht, dat
volgens gerucht de dood van den ongelukkige
met een onzedeiyken levenswandel in verband
zou staan. In het jongste nummer der „L. C."
wordt nu de waarheid dezer geruchten door
den kerkeraad van Dronryp pertinent tegen
gesproken en eene zeer gunstige verklaring
afgelegd van den levenswandel van den over
ledene. De geruchten, die ten onware omtrent
hem waren verspreid, moeten hem zoo zwaar
hebben gedrukt, dat hy tot de noodlottige
daad is overgegaan.
In de buurt Tan St.-Cerques, in
Zwitserland, by de Fransche grens, beerscht
groote ontsteltenis. Tweo leeuwen, een tyger
en drie luipaarden zyn uit eene reizende mena
gerie ontsnapt en in do bergen gevlucht.
Eiken nacht worden schapen en andere dieren
vermist. Eene klopjacht zal worden gehouden
om het land van de wilde dieren te bevrijden.
hebben opgemeikt, zich bewegende langs de
Vlietlaan in de richting van h6t spoorweg
station naar het dorp, of wel op het terrein
van de zoogenaamde „Spiegel."
Voorts wordt evenzeer dringend om mede-
deeling verzocht, voor hot geval iemand op
dien avond tegon den voorgeschreven tyd of
wellicht vroeger één of meer militairen mocht
hebben waargenomen, zich ophoudende in de
Veerlaan te Bussum, ter hoogte van het yzeren
hek, dienende tot afscheiding van dien weg
en het terrein van den heer Minnigh.
De moord te Bussum.
In zake den onlangs gepleegden moord te
Bussum heeft de officier van justitie te Am
sterdam opnieuw eene oproeping gedaan, met
dringend verzoek om inlichtingen aan allen,
die op den avond der misdaad (Zondag 19
Augustus jl.) ongeveer halfnegen of daarna,
het dochtertje met de dienstbode hetzy
alleen, vergezeld, voorafgegaan of gevolgd door
één of meer militairen te Bussum mochten
Familie-berichten uit verschillende bladen.
Gehuwd: L V*n der Snoek en M. C. A. Yan
den Ende, Den Haag. A. Spoor en B. L. L. Krull,
Hamburg. O. Martens en M. Minderop, Botter
dam. H. A. J. J. Meneen en M. C. E. Scheepens,
Wilnifl. A. J. Backer en A. G. Van Dnrj en.
Kampen. O. Grollcman en C. Post, Den Haag.
Bevallen: Mevr. Bolandua DrognatLandré,
d., Voorburg. E. W. EzermanVan Het», z.,
Botterdam. M. E. Van der Veen—Walther, z.,
Bueaum. M. E. KronenbergLammerte van
Bueren, d., Zaandam. M. B. GabrijWölchen,
d., Gouda.
Overleden: Ph. Qualm, m., 60 j., Pcrnie.
H. J. Van den Bueache, m., Wageningen. Wed.
A. Muilwijk—Den Braankor, 67 j., Oud-Alblae. J.
Hoytema, m., 39 j., Antwerpen. P. Dekker, m.,
28 J., Opperdoes. G. Van Niones—Dikker, 61 j.,
Noordscharwoudo. D. O. Zijlatra, m., 66 j., Har-
lingeD. E. N. Boonacker, d., 7 j., Ofcerleek.
BUITENLAND.
Duitschland.
De rede, door keizer Wilhelm by de feesten
te Koningsbergen gehouden, is vooral van
gewicht, omdat het protest des keizere tegen
de houding der agrariërs, geheel aan zyn eigen
initiatief is te danken. Men beweert zelfs dat
de keizer eigenhandig de namen van de leiders
der agrariërs, graaf Mirbach, prins Kanitz en
anderen, geschrapt heeft van de lyst van hen,
die by het feestmaal waren genoodigd.
De „Kreuz-ZeituDg" is natuuriyk allesbe
halve ingenomen met de rede des keizers.
Het hoofdorgaan der agrariërs maakt de op
merking, dat keizer Wilhelm de wijziging,
welke Duitschlands handelspolitiek gedurende
de laatste jaren heeft ondergaan, steeds als
zyn eigen werk beschouwt.
„Derhalve" zegt het blad „is het zeer
verklaarbaar, dat de keizer hen byzonder
eert, die deze handelspolitiek steunen, terwyi
hy daarentegen zyne afkeuring betuigt over
de houding van hen, die zyno plannen be-
stryden. Niettemin zullen de conservatieven,
ondanks deze teleurstelling, geen wrok koes
teren jegens den keizer."
De liberale bladen bespreken natuuriyk
ook '8 keizers rede. Hun oordeel komt in het
algemeen hierop neer, dat de keizer geen
recht heeft om zyne onderdanen, hetzy dezen
tot den adel of tot de niet-adellyken behooren,
het recht te ontzeggen om zich te verzetten
tegen de voorstellen, welke de regeering in
dient. De Pruisische adel kan zokor niot tot
voorbeeld gesteld worden, maar toch acht men
het zeer heilzaam, dat den adel eens duidelijk
worde gemaakt, dat nu een einde komt aan
de toongevende positie, welke de adel voor
heen in Pruisen heeft ingenomen.
Ten opzichte van de maatregelen tot be
strijding van het socialisme, welke door den
keizer werden aangekondigd, wijzen de libe
rale bladen er op, dat de intrekking der
bekende socialisten wet in de eerste plaats ge
schied is op verlangen van keizer Wilhelm II.
Derhalve wordt de vraag geopperd, of de
socialisten zich, na de intrekking dezer wet,
minder goed hebben gedragen dan de agrariërs,
die er nu met eene berisping afkomen.
Se slotsom, waartoe de bladen komen bfj
de beoordeeling van 's keizers rede, is, dat
deze moet beschouwd worden als een open
lijk bewijs van vertrouwen, door den keizer
afgelegd ten opzichte van de staatkunde,
welke kanselier Caprivi tot dusver heeft ge,
voigd.
Mexico.
Se regeering zal besluiten openbaar maken
betreffende de Openbare Schuld. Het eerste
kondigt de conversie aan der subsidiebonds
on het overige gedeelte der vlottende schuld,
het tweede creéert eene in zilver aflosbare
6 pCts. binnenlandsche schuld. Om de boven
gemelde conversie te kunnen uitvoeren wordt
officieel verklaard, dat hot eenige doel is maat
regelen te treffen om de talrijke fondsen van
dien aard te consolideeren; om deze, welke
tegenwoordig geen markt hebben en om ze
kere uitstaande verbintenissen te delgen, is
het bij de conversie alleen te doen; niet om
geld te verschaffen.
Bulgarije.
Se meer dan vrijmoedige wijze, waarop
Stambuloff zich in een onderhoud met den
correspondent der .Frankf. Ztg." over vorst
Ferdinand heeft uitgelaten, heeft hem eene
gerechtelijke vervolging wegens beleediging
op den hals gehaald. Se ex-premier werd
Woensdag door den rechter van instructie ver
hoord, maar tegen borgstelling van 36,000
franken voorloopig in vrijheid gesteld. Toen
hij het paleis van justitie verliet, wierp da
menigte met steenen naar hem, onder het
geschreeuw: ,Weg met StambuloffI" Ken
man sloeg hem met een stok op den arm.
Stambuloff heeft het voorgevallene dadelijk
aan den vorst geseind.
Be gerechtelijke vervolging tegen dezen
gewezen minister heeft, uit den aard der
zaak, vooral te Weenen de aandacht getrokken.
Het den arm in een doek, zittende in zijn
leuningstoel, ontving hjj den volgenden dag
terstond den correspondent der ,Neue Freie
Presse," wien hij zijne verontwaardiging be
tuigde over de bejegening, welke hem te
beurt was gevallen. Natuurlijk verklaarde
Stambuloff ook nu weer, dat alleB de schuld