Dr. LAHGEN'S MISUSER ter standplaats Groningen, jhr. mr. J. J. A. Quintus, thans in het arr. Dordrecht, ter standplaats Dordrecht; tot id. in het arrond. Dordrecht, ter standplaats Dordrecht, mr. W. H. Hoyer, adv. en proc. te Dordrecht, tevens "werkzaam by den off. van justitie by de arr.- rechtbank aldaar; tot griffier bh het kanton gerecht te Maastricht, mr. J. A. Middelhoff, thans griffier bh hot kantongerecht te Vechel; tot notaris binnen het arr. Zwolle, ter stand plaats do gemeente Zwolle, I. J. H. De Bruyn, thans notaris te Oldemarkt. Met ingang van 6 dezer aan jhr. S. M. Van Reigersberg Versluys, op zyn verzoek, eervol ontslag verleend als burgemeester van Kloetinge. Met ingang van 6 dezer aan dr. J. J. Couvée, op zijn verzoek", eervol ontslag verleend als leeraar aan de Ryks- hoogere burgerschool te Middelburg. Op pensioen gesteld de kapiteins by het 8ste reg. inf. H. D. A. Götz (op zijne aan vrage) en A. W. Van Roggen, en het pensioen voor beiden bepaald op f 1560 'sjaars. Benoemd, by het personeel van den gen. dienst der landmacht, tot paardenarts 2de kl., 'de paardenarts 8de kl. J. Van Dorssen, van dat personeel, gedetacheerd by het leger in Nod.-Indié. Overgeplaatst by het regiment grenadiers en jagers, de lste luit. A. J. Groustra, adj. by het lste, W. S. N. Van Bockom Maas, adj. by het 5de, en L. J. H. Habbema, adj. by het 86te reg. inf., benevens de lste luit. K. A. Enklaar, van het 4de, en J. Burger, van het 7do reg. inf. CSemeenferaad van Bodegrave. Vergadering van 4 September. Voorzitter: de heer R. L. Martens. Tegenwoordig do heerendr. W. H. Kapteyn, "W. P. Brunt, D. Mours, H. Rollman, A. Moons, D. Van Donk, F. Boer, P. Van Dam Kz., A. Okkerse en W. Van der Giesen. Afwezig de heer G. De Kruyf. De notulen der vorigo vergadering wordon na voorlezing onveranderd gearresteerd. Alvorens tot de behandeling der gewone onderworpen over te gaan, herinnert de Voor zitter aan 't feit, dat het heden juist 33 jaren geleden is, dat de heer dr. W. H. Kapteyn zitting nam als Raadslid. De Voorzitter wenscht don heer Kapteyn hiermede geluk en spreekt den wonsch uit, dat het hem nog lang go geven mag zyn, in 't belang der gemeento werkzaam te wezen. Dr. Kapteyn dankt den Voorzitter voor de gesproken woorden en zynen mede-Raadsleden voor hunne felicitatiën. "Wordt mededeeling gedaan vaneen scbry- von van den direc'eur der gemeente-gasfabriek, waarby deze zyn dank betuigt voor de toe- gostane traktomonts-verhooglug; missive van de Ged. Staton, waarby goedgekeurd wordt teruggezonden de gemoente-rekeningover 1893. Voor konnisgoving aangenomen. Komt ter tafel de begrooting der gemeente- lyke inkomsten en uitgaven over 1895 met bybohoorondo memorie van toelichting. Be sloten wordt do behandeling dezer begrooting uit te stellen tot oene volgende vergadering en haar inmiddels te stellen in handen eener commissie van onderzoek, waartoe worden aangewezen do heeren dr. Kapteyn, Van der Giesen en Van Dam. Tot lid der gas-commissie wordt herkozen de heer P. Van Dam Kz., met 9 stemmen. De heer Rollman verkroog 1 stem. Do Voorzitter deelt moe dat Ged. Staten, 'naar aanleiding van hot in de vorige ver gadering genomen besluit omtrent de heffing van schoolgeld op school C aanmerking heb ben gemaakt op de thans nog in werking zynde verordening op het heffen van school- golden, dio niet moer in overeenstemming is mot art. 46 der lager onderwys-wet. B. en Ws., die zich hiermede volkomen kunnen vereonigen, stellen mitsdion aan den Raad voor do bedoelde verordening in dier voege te wyzigen, dat minvermogenden op de scholen A en B de helft van het volle schoolgeld moeten betalen en op school C V* gedeelte daarvan. Na eenige bespreking wordt dienovereen komstig besloten. 'Op verzoek van den gemeenteontvanger Wordt goedgevonden dions borgtocht ad f 2900, bestaande thans in eene inschryving op het Grootboek, op te heffen, en in de plaats daar van zyn huis en erf als waarborg voor zyn richtig beheer hypothecair te verbindon. Besloten wordt nog enkole slooten aan de zuidzyde van bet dorp te onderwerpen aan het toezicht van B. en Ws. en deze alzoo op to nemen ondor art. 82 der Algemeene Politie verordening. Wordt vastgesteld eon Raadsbesluit model B tot wyziging van enkele posten dor begroo ting, dienst 1S94. Naar aanleiding van oene mededeeling van don gemeente opzichter, dat aan de kap van den toren eenige noodzakuiy'ko horstellingen zullen moeten geschiedon, waarvan do kosten zullen bedragen ƒ70, wordt besloten dit werk aan den aannemer dor gomeentewerken op te dragen. In vorband met de thans in onderzoek zynde begrooting voor het volgende jaar, wyst de heer Rollman op don slechten toestand van het uurwerk in don toren, torwyl de heer Van Dam hot wenscbelyk acht, dat aan de zuidzyde van hot dorp eene brandspuit worde geplaatst, met het oog op het zeer dikwyis voorkomende geval, dat een schip in de brug zoodanig beklemd is, dat het noch voor noch achteruit kan, en het alsdan niet 1 mogeiyk is aan dozen kant van het dorp tydig hulp by brand te verleenen. De Voorzitter zegt een en ander in over weging te zullen nemen. By de gebruikelyke rondvraag zegt de heer Boer dat het hem is gebleken, dat met eene kleine moeite de ingang van de Nieuwstraat, alsmede het overpad naar den Ryn, zouden kunnen worden verlicht en wel door ver plaatsing der lantaarn, thans staande vóór het huis van den heer Van Ramshorst. Ook de heer Van der Giesen zou dit zeer wen schelyk achten. De Voorzitter zal by het college van B. en Ws. deze verplaatsing ter sprake brengen. Niets meer te behandelen zynde, wordt de vergadering gesloten. LOMBOK. De Gouverneur-Generaal van Nedorlandsch- Indiö bericht per telegraaf aan de Regeering het volgende: „Ik acht na overleg met den commandant der zeemacht, den legercommandant en den Raad van Indlë, versterking van marine en de zending van mariniers onnoodig, doch waar deer de zending van een detachement koloniale reserve en 500 man suppletie-troepen. Troepen thans alle op Lombok, het materieel gedeeltelijk, rest volgt spoedig." De Staatscourant van heden bericht: Ten vervolge op de lyst der op Lombok gesneuvelde en vermiste militairen wordt medegedeeld, dat, blykens nader bericht van den gouverneur-generaal van Noderlandsch- Indië, op Lombok nog zyn gesneuveld: van het 7de bataijon infanterie: H. J. F. Jacobs, sergeant, en R. Nagelmakers, fuselier. Tevens worden de volgende namen van gesneuvelden en vermisten herplaatst wegens misstelling: Gesneuveld. H. W. Biekart, sergeant; J. A. Engberts, fuselier; J. Van Thiel, fuselier; J. E. C. W. Bruchhan8, fusolier; IJ. Van der Woude, fuselier. Vermist L. J. J. Van Lith, sergeant; W. F. Buchter, kanonnier; H. H. H. Loontjens, hospitaal- bediende. Verder meldt het officiëele blad: Van een ingezetene van Nederland, dio onbekend wil biyven, is by het departement van koloniën, ten behoeve van de militairen op Lombok of de dadr gewonden, ontvangen eene som van f 1000. Dit bedrag wordt, overeen komstig de bedoeling van den gever, ter be schikking gesteld van het centraal-comitu van „Hot Roode Kruis", te Batavia. Door den minister van koloniën zyn aan de Commissarissen der Koningin in de provin ciën oen groot getal aanplakbiljetton voor de koloniale werving gezonden, met verzoek de noodige maatregelen te nemen, om ze aanstonds over hunne provincie te verspreiden en doeltreffend te doen aanplakken. Te Breda zal op initiatief van de aldaar wonende actieve en gepensionneerde oppor- officieren, waarby zich aangesloten hebben do chefs van corpsen in dienstvakken en de bur gemeester, Donderdag-middag in de groote zaal van „Concordia" eene Lombok-huldebetuiging plaats hebben, ter eere van de daar gevallenen. Als spreker zal optreden do gepensionnoerdo generaal van het O.-I. L. Raedt van Olderi barnevelt. De toegang is vry voor ieder. De 56 jarige Harmen Byl, te 't Meer, by Heerenveen, die van 1873 tot 1884 by hot leger in Oost-Indiö diende en als zooJanig gedecoreerd werd, heeft zich tot het Lombok comité te Tiel gewend, houdende mededeeling, dat hy zich voor eene expeditie naar Lombok disponibel stelt. De krasse man is nog vol vuur. Aan het gisteren medegedeeldo telegram, kapt. Lindgreons hachelyko positie meldende, voegt do „N. R. C." de volgende woorden too: „Met diep leedwezen zal bovenstaand bo richt alom in het land worden vernomen. Do eisch, door den verraderlyken vorst van Lom bok gedaan, als voorwaarde voor do uitleve ring der gevangenen, zal natuuriyk niet wordon ingewilligd. Na al wat or gebeurd is, ten slotte ons door hem de wet te laten stellen en dan zyn gezag nog te handhaven, daaraan valt zeker niet te denken. De vrees ryst echter vanzelf, dat by de te verwachten wei gering, om op de voorwaarden van den vorst in te gaan, kapitein Lindgreen en zyne man nen de slachtoffers van de wraak derBaliürs zullen worden. Intusschen blyft de hoop be staan, dat de Baliórs, beducht voor de straf, die op zulk eene daad ongetwyfeld zou volgen, van doze wraakoefening zullen worden terug gehouden. Dat die hoop vervuld moge worden, is een wensch, die zeker uit ieders vader landlievend en menschlievend gemoed naar boven welt." Hst „Hbl." merkt het volgende op: Nu de poging der Sasakkers om kapt. Lindgreon, die met zyn detachement te Tjakra-Negara door de Baliörs was ingesloten, te ontzetten, is mislukt, zullen de operation van den opper bevelhebber er wellicht door worden bemoei- lykt. De vyand zal de gevangenen als gyze- laars beschouwen, en uit het aanbod om hen in vryheid te stellen, mits vrede wordt ge sloten en onze troepen Lombok verlaten, biykt dat men van de vangst alle mogelyke voordeel wil trekken. Natuuriyk kunnen ook volgens het „Hbl." die voorwaarden niet worden aangenomen. De verraderlyke aanval, die aan zoovelen het leven kostte, moet voorbeeldig worden ge straft. Slechts door volledige onderwerping kan aan den stryd een einde komen. De opperbevelhebber zal intusschen er zeker bedacht op zyn kapt. Lindgreen en de overige gevangenen, waaronder ook vermisten van andere detachementen kunnen zyn, te redden. Ongetwyfeld hebben ook de onzen krygsgevangenen gemaakt, waaronder wel aaözieniyke Baliörs zullen zijn, op wier uit wisseling de vyand prys zal stellen. Bovendien zal de vorst van Lombok wel inzien, dat de tuchtiging des te gestrenger zal zyn, wanneer de gevangenen worden ge deerd. Dit i6 wel de voornaamste reden, waarom men zich over het lot der gevangenen niet al te ongerust behoort te maken. Zoo althans oordeelen personen, die jang in Indischen dienst zyn geweest. In een brief, geschreven op de reede van Lombok, welke aan do „Midd. Ct." werd af gestaan, wordt do aandacht gevestigd op het verschil in uiterlyk aanzien van de Balineesche en de Sasaksche kampongs. De kampongs der Balineezen zyn allen met muren omringd, waarin hier en daar eene smalle houten deur met Hindoescbe inscripties. De woningen der Sasaks zyn geheel onbeschut. Van een uitstapje, dat hy met nog eenige anderen den 20sten Juli maakte naar Mataram, maakt de schryver als volgt gewag: „Des morgens te zes uren gingen we naar den wal en marcheerden van Amponan naar Mataram. Door eene poort kwamen we die plaats binnen. Aan weerszijden van deze poort stond een oud, verroest kanon uit den tyd van de Oost Indische Compagnie. Wy zagen er bouwwerken, die de moeite waard waren om te bezien, verscheidene Hindoesche tempels, gemaakt van eene soort van rooden baksteen, waarvan byna elke steen bewerkt was met figuurtjes en drakenkoppen; de gevels waren voorzien van eene menigte beeldjes. Ook op de deuren waren figuren en draken gesneden. „Het paleis van den vorst was omringd door zware muren van ongoveer 8 M. hoogte, dio voorzien waren van poorten. Daarvoor zaten eene menigte Balineezen. gewapend met krissen en randjoengs (klewangs) die ons met brutale en sinistre blikken aanzagen. Om aan het andere oind van Mataram te komen, moesten we ongeveer twintig minuten loopen, waarna we weer aan eene poort kwamen. Daar was het eene drukte van be lang, veroorzaakt door studeerende tamboers, hoornblazers, muziek, enz. Hier lag nl. het kamp van een stuk of vior bataljons. Yroolyk woei er het rood, wit en blauw. De infanterie was er aan 't exerceerenmen hield er recruten- en compagnieschool. 'tWas beslist frappant te zien, hoe uitstekend, hoe ordeiyk dat alles ging. Handgrepen en manoeuvres, die ieder militair in vervoering moeten brengen. „Mataram zfin we doorgeloopen, zelfs nog voorby Tjakra Negara, het tegenwoordig ver- biyf van den radja. Ook do generaal-opper bevelhebber en de resident hielden daar ver- biyf. Daar is een zeer groot kampement. Overal waren infanterie en artillerie aan 't exerceeren. Er werd gewone garnizoensdienst gehouden. Op verscheidene plaatsen langs den weg van Mataram naar Tjakra Negara stonden Hindoe tompels. Laatstgenoemde plaats zyn wy nog oen eindweegs voorbygetrokken. Zy ligt tegen do helling van 't gebergte en heeft een groot aantal torrassen. Van uit de hoogte hadden we oen schilderachtig gezicht op den omtrek en op het kamp." Blykons heden door het „Hbl." en de „Tel." ontvangen particuliere berichten is het negende bataljon met eene sectie berg-artillerie naar Kola opgerukt, ten zuidwesten van Mataram, met bevol deze stad te bombardeeron. De granaten van do oorlogsschepen vernielen thans het paleis to Mataram, hetwelk de oorlogsschepen in last hebben plat te schieten. Generaal Vetter heeft meer oorlogsschepen aangevraagd voor de blokkade. Gemengd Nieuws. By de commissie der 3-October- Vereeniging hebben zich ruim 2700 mannen doen inscbryven voor tabak en bier, en ongeveer 2800'vrouwen voor brood en haring. Te Alfon is het eerstegevalvan mond- en klauwzeer geconstateerd en wel onder hot vee van den landbouwer Oostdam. L. H., van Zoetormeer, bracht hedenochtend een koebeest naar Leiden. Toen hy dit dier kwyt was, reed hy met zyne brik, waarvoor een joDgo hit liep, naar zyn dorp terug. Op den Vrouwenweg, onder Zoetor- woude, schrikte het trekdier van eene roei boot en deed de brik met een hevigon stoot togen een boom botsen, waardoor het voertuig zeor beschadigd werd en H. met het hoofd en bewusteloos onder de brik kwam te liggen. N., in do nabyheid aan 't hooien, schoot toe en pakte het paardje, terwyl met vereende krachten H. tot bewüstzjjn en de boel wat in orde gebracht werd, zoodat H. met gewond hoofd zyn tocht langzaam kon voortzetten. Aan den Zoeterwoudschen Singel heeft men zich hedennacht andermaal toegang tot eene woning verschaft door opschuiving van een raam. Als reeds meermalen is ge schied, stelde men zich tevreden met het zich toeêigenen van spys en drank. In eeno andere woning kon men, hoowel men er pogingen toe moet hebben gedaan, niet doordringen; daar waren de pennen op de ramen. In de Zandvoortsche duinen zyn Zaterdag door één jager niet minder dan 72 patryzen geschoten. Door de arrond. rechtbank te Groningen is de zaak van dr. L. B&hler, be roepen predikant te Schiermonnikoog, gequali- ficeerd als smaad tegen ds. Van Gheel Gilde- meester, te 's-Hage, en naar de openbare zitting der rechtbank verwezen. Voor een paar dagen werd gemeld dat door Spaansche voekooplieden in Fries land in de vorige week meer dan 70 kalfkoeien waren opgekocht tegen goede pryzen, en in eene gemeente, grenzende aan die, waarin het mond- en klauwzeer heerschte en nog heerscht. Het scheen dus, dat die kooplieden woinig vrees in die ziekte zagen; de boeren hebben nu echter bericht ontvangen dat de koopers, om de genoemde ziekte, bezwaar maken de gekochte dieren in ontvangst te nemen. Voor de boeren is dit eene groote teleurstelling, te meer, daar de koop gesloten werd, toen reeds bekend was, dat de ziekte in Friesland heerschte. Tusschen IJselmonde en Rotter dam (Beurs) is een jongetje van 9 jaren, W. v. d. W., onder een goederentrein geraakt, ten gevolge waarvan het kind binnen weinige minuten den geest gaf. Uit het onderzoek, door de justitie te Bezel gehouden, in zake den vermoedelyken doodslag op W. T., aldaar, is door de genees- heeren verklaard dat de man overleden is aan hersensontsteking. Er bleek niet dat de ziekte een gevolg was of kon zyn van eene mishandeling. Het dochtertje van M. De Groot, te Burgerveen, gem. Haarlemmermeer, oud 11 jaren, dat Zondag-middag ongesteld is ge worden, is Dinsdagmorgen te halfvyf aan cho lera overleden. Aziatische cholera is geconstateerd by eene dienstbode in de Kalverstraat, te Arasterdam. De lyderes is naar het Wilhelmina-gasthuis overgebracht. Gisteren heeft zich te Amsterdam een nienw cholera geval voorgedaan. De het laatst door Aziatische cholera aan getaste vrouw, in pand No. 3 aan de Pau- wensteeg te Rotterdam woonachtig, is aan die ziekte overleden. Van de 6 gevallen aan cholera, die daar van het ontstaan der ziekte op 27 Juli af voor kwamen, hadden 4 oen doodelyken afloop, terwyl de overige 2 lyaers herstelden. Lydors aan cholera bevinden zich thans niet meer te Rotterdam. Te Maastricht is sedert do vorige opgave één ïyder aan cholera overleden. Nieuwe ge vallen kwamen niet voor. Te Bürgerln, in do nabyheid van Masburg (Hessen), is de cholera uitgebroken, zonder dat de geneesheeren dit plotseling optreden der ziekte kunnen verklaren. Tot dusver zyn daar 12 personen door de ziekte aangetast, van wie 8 zyn overleden. Do cholera te Luik vermindert nog niet. Volgens den berichtgever van het „Journal de Bruxelles" aldaar, zyn in den nacht van Zaterdag op Zondag, van 9 tot 6 uren, tien nieuwe gevallen voorgekomen, waaronder vier in twee of drie uren tyds met den dood ein digden. Te Tilleur waren in den nacht van Vrydag op Zaterdag ettelyke personen begraven en lagen er Zondag nog twintig ziek, ver- scheidenen hopoloos. Te Jemeppe, Seraing en St.-Nicolaas zyn ook weer tal van gevallen voorgekomen en verscheidene personen schie- lyk gestorven. In hot district Oppeln (Silezië) worden wegens toenemend gevaar van cholera allo aflaatfeesten en bodevaarten verboden. Op de kermis to Kerrapt, in België, heeft een grysaard van 86 jaren, Ant. Scheve- nels, oudste inwoner der gemeente Curingen, den lsten prys van mastklimmen behaald. De mast, op welken hy zonder moeite tot aan het toppunt klauterde, had eene lengte van 16 meters. In deze maand zullen twee eclipsen plaats hebben en wel op 15 dezer eene maan- eclips, die van des morgens 2 uren tot halfzes zal zichtbaar zyn. De schaduw zal slechts een vyfde der maanscbyf bedekken en dus betrekkeiyk flauw zichtbaar zyn. De tweede verduistering is eene totale zon eclips, welke zal gezien kunnen worden in het zuiden van Azië, Afrika on Australië. By militaire oefeningen te Felen dorf, in Oostenryk, is een luchtballon plotse ling losgeraakt en met een luitenant, die zich in het schuitje bevond, in het luchtruim ver dwenen. De toestand is te hachelyker, daar noch ballast, noch een anker in het schuitje waren. Men heeft nog niets van het lot van den luchtscbipbroukeling vernomen. Het ultra socialistische Saint- Ouen heeft eens weer een voorboeld gegeven aan de woestaards. Er zou eene kiesverga- dering worden gehouden tot het stellen van candidaten voor eene gedeeltelyke vernieuwing van den gemeenteraad. Nauwelyks was de ver gadering geopend, of een der kiezers kraamde vuile praatjes uit ten aanhoore van vrouwen want te Saint Ouen gaan de vrouwen naar de kiesvergaderingen, daar zy het werk aan de mannen alléén niet toevertrouwen. De man van do vuile praatjes werd de deur uitgezet. Tot zoover ging h6t goed. Maar nu kwam een pos8ibilist, Lefèvre, vertellen dat de regeering de hand heeft gehad in het samenstellen der lyst van do socialistische candidaten, die tegen de candidaten der possibilistische party zyn over gesteld. De candidaat Lémond klom nu op de tri bune, om Lefovre te verdringen. Beiden raakten handgemeen en beiden rolden op den grond. Dat was het sein voor de anderen om niet met de armen over elkander te bly ven staan. Een ieder uit het kamp schaarde zich aan de zyde zyner party, en zoo kreeg men een groot vechtterrein te aanschouwen. Dat was het eenige work, het vechten, dat men te zien en ook te hooren heeft ge- kregon. De candidaten moeten nog gekozen worden. Daar kon de vergadering natuuriyk niet aan denken. Vermeld zy nog dat een der Blanquisten zeide: „Ik heb in de zakken van dat possi bilistische canaillepak een pistool gevoeld 1" En onder de possibilisten riep er één ten antwoord„Dio schooiers van Blanquisten hebben messen in de mouwen verborgen I RECIA9IE9. a 25 Cents per rogel. By de Kindervoeding heeft men het meeste succes met in bussen van 1/i Kilo inhoud a 90 Cis. en Kilo a 25 Cts. 4772 10 Chemisch zuiver en kfemvrij, uit de Nederlandsche Albumlncfabriek, Lelden. Talschc obllgatlën. Men schryft uit Utrecht aan het „Hbl.": Heette het eerst, dat er vermoeden bestond, dat er van twee leoningen van de gemeente De Bilt (U.) valsche obligation in omloop waren, thans is gebleken, dat de stukken van oen en dezelfde leening tweemaal zyn vorvalscht. Deze leening bedroeg f 45,000 ad 31/, pCt. Zyn nu alle obligation daarvan uitgegeven, dan is er voor f 90,000 valsch in omloop, niet alleen to Utrecht, maar ook elders, o. a. te Amsterdam. De eerste soort valsch9 stukken zyn voor zien van de gestempelde naamteekeningen van burgemeester en secretaris, de 2de soort van de geschreven handteekeningen van beiden, waarvan die des burgemeesters nagemaakt en dus vervalscht moet zyn. De echte obliga- tiën vermelden in rugzfjde: betaalbaar ten kantore van de firma Blydenstein Zn., te Utrecht, en ten kantore van den gemeente ontvanger van De Bilt, terwijl de valsche alleen vermelden: betaalbaar ten kantore van den gemeente-ontvanger te De Bilt. De gemeente-ontvanger heeft de stukken steeds beleend, nooit verkocht. Door aantee- kening daarvan te houden wist hij steeds waar ze zich bevonden, en zorgde dan voor betaling der coupons. "Wyl volg9ns usance zoo beleende stukken maar zelden door hor- beleening in omloop komen, had de verval- sching nog lang bedekt kunnen blijven, zoo niet de kassier M., te Utrecht, die 4 stukken in beleening had, wegens tydelyk kas-tekort deze aangeboden had aan de firma Blyden stein en Zn., die do echte obligation heeft uitgegovon. Gedurig koos Uo ontvtingnr andere, kantoren voor zyne operaties, om niet, door te dikwyis aan één kantoor te verschynen, eonig vermoeden op te wekken; somwylen liet hy het ook door goede vrienden doen, die zich nu nog te verantwoorden zullen heb ben, of zy daarin handelden met wetenschap en dus medeplichtig waren. Haast elk kantoor te Utrecht moet in 't bezit zyn van obligatiën, waarvan die van den een verschillen van die eens anderen. De bosclibrand In de Ter. Stalen. Te Nieuw-York zyn nadere byzonderheden ontvangen betreffende den hevigen boschbrand, die in den Staat Minnesota is uitgebroken. De stad Hinckley is geheel vernield. De inwoners vluchtten naar het open veld, maar toch verloren velen het leven. Een trein, die zich in de nabyheid van Hinck ley bevond, kon niet verder, daar de vlammen den weg versperden. De reizigers zochten zoo goed mogelyk een heenkomen. De meesten verscholen zich in een moeras. Velen evenwel waren niet zoo gelukkig, dat zy het moeras konden bereiken. Naar men zegt, kwamen 50 passagiers om. Missioncreek, een stadje in de nabyheid van Hinckley, werd ook geheel vernield. Ook daar verloren vele inwoners het leven. Boven- dion brandden nog vyf andere plaatsen geheel af. De inwoners van Hinckley werden reeds Zaterdag ochtend verwittigd van het dreigende gevaar door den hovigen rook, die door den wind over de stad werd gedreven. Men be proefde toon onmiddeliyk het vuur te bedwin gen, maar alle pogingen, welke daartoe werden aangewend, bleven vruchteloos. „Binnen een paar uren" zegt de „Herald" was de stad niet meer dan één oven". De treinen, welke uit Hinckley vertrokken, werden letteriyk bestormd door de inwoners, die zich nog wilden redden. Zy, die in de treinen geen plaats konden vinden, haastten zich in wagens, te paard of te voel het epen veld te bereiken. In een bosch vond men meer dan 100 verkoolde ïyken. Een aantal personen had zich verscholen in een vyver by de stad, en anderen sprongen in do rivier, waarin velen verdronken. Do dagbladen schatten het door de bosch- branden in Minnesota, Michigan en Wisconsin veroorzaakt verlies op 12 millioen dollars, ongerekend het verlies der bosschen zeiven. Het aantal dooden wordt door sommigen op 400, door anderen op 1000 aangegeven, want het is nog onmogelyk iets met juistheid te bepalen. Volgens do „Tribune" zijn een twintig tal steden verwoest; slechts enkele huizen bleven gespaard. To Hinckley alleen vond men 90 lyken, waarvan vele geheel verkoold. Gister namiddag werden zy ter aarde besteld. Aldus luidden de eerste berichten. Blykens de nadere byzonderheden, is ramp nog ernstiger geweest, dan aanvankeiyk werd gemeld.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1894 | | pagina 2