Nff. 10595. A0. 1894. feze (Courant wordt cthgelijks, met uitzondering van §pn- en feestdagen, uitgegeven. Dit iiommer bestaat uit TWEE Bladen. leiden, 5 September. De jaarmarkt te Leerdam. Donderdag 6 September DAG-BLAD. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 8 maanden, i Franco per post Afzonderlijke Nommers 1 f 1.10. 1.40. 0.05. PRIJS DER ADVERTENTEËTT: 6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.171. Van 1 letters naar plaatsruimte, wordt f 0.05 berekend. Grootore Voor het incasseeren buiten de stad Eerste Blad. Het vierde en laatste concert van het f gemeentelijk muziekcorps van Haarlem heeft gisteravond in den tuin van „Zomerzorg" plaats gehad. Aanvankelijk werd het, naar omstandigheden, door goed weer begunstigd, I zoodat de eerste afdeeling zonder stoornis [uitstekend van stapel liep, uitstekend ook I om de wijze, waarop het corps de verschillende [nommers ten gehoore bracht. Het glanspunt van dezen avond, het muziek werk, dat ditmaal zeker door allen met de meeste belangstelling werd te gemoet gezien, was de voordracht van den directeur zeiven, den heer Kriens, koninklijk Saksisch kamer- musicus, toen deze onze landgenoot nog in het buitenland vertoefdo. De concert fantasie voor clarinet op motieven [uit Bellini's „Puritani" werd door hem ver- I tolkt zoodanig, dat wij niet anders dan woor- I den van lof aan zijn spel kunnen schenken. Een prachtig geluid, zooals wjj nog zelden hoorden, weet h(j aan zijn instrument te ont lokken en te doen samengaan met eene be schaafde, gevoelvolle voordracht, zoodat b\j een meesleepend geheel weet te vormen, een indruk teweegbrengt op den hoorder, die met ingehouden adem door hem geboeid wordt. Daarbij heerschte er in den tuin en in de natuur zulk eene volmaakte, doodsche stilte, dat er van het kostelijke niets verloren ging. Het daverend en herhaald applaus, dat er op volgde, vormde daardoor eene des tegrootere tegenstelling. Maar daarop waren voor do volgende nom mers de omstandigheden minder gunstig. Eene hevige stortbui ontlastte zich en deed de in den tuin zittende leden met hunne dames naar de veranda of de zaal vluchten. Ook nadat het weer droog was geworden, bleef de lusthof eenzaam en verlaten, want toen was het, nadat nog een mar3ch was ten beste gegeven, met het laatste concert gedaan. Men is dezen zomer niet gelukkig geweest. Met verschillende moeilijkheden heeft men te kampen gebad. "Wjj hopen echter dat èn de heer Couvóe èn de hoer Kriens zich niet zullen laten afschrikken en daarin geene aanleiding zullen vindon om de reeds 56 jaren bestaan hebbende Zomerzorg concerten, waarvoor eerst vrees bestond, nu werkelijk tot de geschie denis te doen gaan behooren. Gedurende de groote manoeuvres van het 4de regiment infanterie, van 10—15 September a. s. in de omstreken van Katwyk te houden, zullen, naar van vertrouwde zyde wordt mode- gedeeld, op het torras van het Groot-Badhotel te Katwyk aan Zee, waar de officieren hun hoofdkwartier opslaan, twee avond-concerten gegeven worden door de stafmnziek van ge noemd regiment. Is het Septemberweer ons gunstig, voor zeker is het alsdan te verwachten dat vele Leidenaars van deze gelegenheid gebruik zullen maken om het „Vierde" nog eens te hooren, te meer, daar de toegang gratis is en na afloop de tram hen in staat stelt nog tydig terug te keeren. By de Ger. gem. te Voorschoten is tot predikant beroepen de heer F. "W. Sluyter, te Heeg. Voor de hoofdakte iq. te Zwolle geslaagd de heer E. J. Keizer, van Alfen aan den Ryn. Uit Noordwyk-Binnen meldt men dat de komst van het nieuwe hoofd der Roomsch- Katholieke school, den heer Bertels, uit Am sterdam, nog tot 1 October is uitgesteld. De minister van binnenlandsche zaken heeft het volgende bepaald: Met wyziging der ministeriëele beschikking van 3 Febr. 1888, voor zoover daarby de ge meente Stompwyk is aangewezen als onder kiesdistrict Loosduinen voor de verkiezing van leden der Tweede Kamer, wordt die gemeente gesplitst in de volgende onderkiesdistricten van dat hoofdkiesdistrict: lste onderkiesdistrict Stompwyk, bevattende de buurtschappen Leidschendam, Westvliet, Veenweg en Wilsveon; 2de onderkiesdistrict Stompwyk, bevattende het overig deel der gemeente Stompwyk, ten oosten eener lyn, getrokken uit den Oost vliet langs de scheiding van den Starrevaartpolder en den Lagedamhouderpolder, kruisende den Stompwykschen weg by Stompwykerhoek, en van daar langs den Langtocht in den Grooten Drooggemaakten Polder tot aan de grens van Zoetormeer. Sts.Ort Naar men weet, is de heer Op de Laak, lid der Prov. Staten van Zuid-Holland en hoofd der R.-K. Parochiale school te Noordwyk, die ten gevolge van eene aanklacht, door de ouders van eene zyner vrouwelyke leerlingen tegen hem ingediend, was gearresteerd, op 24 Aug. 11. weer in vryheid gesteld. Intusschen, zoo deelt het weekblad „De Katholieke School", waarvan de heer Op de Laak een der redacteuren is, mede, had het Parochiaal Kerkbestuur hem reeds als hoofd der school ontslagen en een ander, den heer Bertels, in zyne plaats benoemd. Maandag 27 Aug. legde men te Noordwyk echter een verzoekschrift ter teekening, om den hoer Op de Laak in zyne betrekking te herstellen en dit telde binnen de 24 uren reeds 125 handteekeningen van de notabelste Katholieke ingezetenen. De naam van den heer Op de Laak ver dween echter van het hoofd van het genoemde weekblad, zoodra zyne inhechtenisneming bekend werd en ook boven het nummer van Donderdag 30 Augustus kwam die nog niet weer voor naast dien der beide andere redac teuren, do heeren A. Van de Griendt, te Rot terdam, en J. W. Schülinck, te Doesburg. De uitgevers van het blad, de heeren Van Mastrigt Sc Verhoeven, te Arnhem, verklaren, hoewel noode, daartoe niet te mogen besluiten vóór de zaak, waar het om gaat, tot volkomen helderheid is gebracht. „Geen zweem van verdenking zeggen zy mag overbleven; de hoer Op de Laak moet geheel in eer en ambt hersteld zyn; uitgemaakt moet wezen, dat by als onschuldig en niet alleen wegens gebrek aan bewys is ontslagen, eer „De Katholieke School" weer zyn naam voeren mag. Dit was hot stand punt van één redactie-lid en de uitgevers: dat de eisch, welken zy in het belang der waardigheid van ons blad en van geheel het katholieke onderwys meenden te moeten stellen. Ingevolgo den uitdrukkeiyken wil echter van onzen redacteur, den heer v. d. Griendt, zy hier verklaard, dat deze houding zyne instemming niet heeft en hy, geheel overtuigd zyndo van de onschuld des heeren Op de Laak, reods heden diens naam als redactie lid weder aan het hoofd van het blad wenschte geplaatst te zien." Het onderwerp, waaraan de gisteren te 's-Gravenhage gehouden gemeenteraadszitting haar voornaamste belang zou ontleenen, kwam niet in behandeling; er was namelyk een verzoek ingekomen van den heer Snouck Hurgronje, schoolopziener, om zyn voorstel betreffende het ontslag van den onderwyzer D. Boor nog niet aan de orde te stellen, en dat wel naar aanleiding van een by hem in gekomen schryven van den belanghebbende om te dezer zake nog eenige bespreking te mogen houden. Voor zoover de tyd thans niet ingenomen was door verscheidene stemmingen, noodig voor de vernieuwde samenstelling van de vaste raadscommissiön (die allen onveranderd bleven), verdiepte men zich nog een poosje in histo- rischo herinneringen, naar aanleiding van de voordracht tot het geven van namen aan straten in de richting van de Bezuidenhoutsche, Benoordenhoutsche en "Wassenaarsche wegen. Naar aanleiding van eene opmerking, dienaan gaande gemaakt door den waarnemenden voorzitter, baron Du Tour van Bellinchave, werd op voorstel van den heer Polak Daniëls de bekende Laan-van-Nieuw-Oosteinde verdoopt in Laan-van Nieuw Oost-Indiën (of Oostinje), naar den naam van eene herberg, die daar in de vorige eeuw gestaan heeft. By do behan deling van do volgende straatnamen maakte de heer Vaillaot bezwaar tegen de dubbele namen, die zoo vaak in den volksmond ver basterd worden en daardoor niet alleen het doel voorbystreven, waarmede men ze gekozen heeft, maar bovendien door gelykluidondheid met andere nog verwarring kunnen stichten. De waarnemende voorzitter zeide echter, dat het Burg. en Weths. minder te doen was geweest om voor de bevolking gemakkeiyk te onthouden straatnamen te kiezen, dan wel om eene poging aan te wenden dankbare hulde te brongen aan de nagedachtenis van hoogst verdiensteiyke mannen, aan wie Nederland groote verplichtingen heeft. Deze opvatting werd door den Raad beaamd, en zoo zullen zich voortaan om de oude „Laan van Nieuw Oost-Indiön" groepeeren de straten, vernoemd naar Gerard Reynst, Joan Maat- suyker, Ryklof van Goens, Jan van Nassau, Nassau Zuilenstein, Nassau Ouwerkerk, Nassau Dillenburg en Nassau Oudyk. De laatste dezer straten (tusschen de Naaldwyksche en de Wateringsche), heeft meer eene geographische beteekenis en zal Honsholredykstraat heeten. Gisteravond was in de Doopsgezinde kerk te Haarlem eene talryke schare belang stellenden aanwezig, ton einde daar te hooren eene rede van dr. H. G. Hagen, predikant te Leiden, welke werd uitgesproken naar aan leiding van de twee-en-veertigste algemeene vergadering der Evangelische Maatschappy. Deze rede werd afgewisseld door een koor van leerlingen der Doopsgezinde school. Daarna vereeDigden zich de leden, afgevaar digden en belangstellenden in Scholten's fami liehotel by den Hout, waar eenige gezellige oogenblikken werden doorgebracht. Heden om tien uren had de vergadering zelve plaats onder presidium van den heer P. H. Testas, te Oosterbeek. Ten behoeve van het Koninklijke Pen ningkabinet te 's-Gravenhage zyn volgons de „Sts.-Ct." ten geschenke ontvangen: van den heer Moleschott, consul te Rome, eene bronzen medaille op het in 't voorjaar gehouden medisch congres, en van den heer dr. Yan Uye Pieterse, kanselier van het Nederlandsch gezantschap en consul te Konstantinopel, eene belangrijke verzameling zilveren Turksche, Perzische en Armenische munten, benevens eene kleine collectie Romeinsche en Byzantynsche munten. De heer Mart. Nyhoff is bezig met het samenstellen van een overzicht van onze literatuur, hoofdzakeiyk van den lateren tyd. De afdeeling „Taal- en Letterkunde" zal het eerst verschijnen. In de zitting van den Rotterdamschen gemeenteraad van gistermiddag werd het gunstig resultaat medegedeeld van de in schrijving der 3 pcts.-ieening, groot 1 millioen. Tot verschillende koersen was ingeschreven voor de som van f 6,334,000. De koers der gunning is bepaald op 98»Viooo Pct- Ingediend werd de gemeente-begrooting 1895, sluitende met f 6,198,034.82'/i- Aan mr. J. B. Peyrot werd op zyn verzoek eervol ontslag verleend als leeraar aan de H. B.-School. Te Bussum heerschte gistermiddag eene buitengewone drukte, 't Was bekend ge worden dat de Koninginnen op een rijtoer door de Brinklaan zouden komen en nu was alles terstond in de weer voor eene geïmpro viseerde ontvangst. Op de Brink hadden de leden van het fanfarecorps „Harmonie" in allerijl de muziek tent bezet, zoodat de Koninginnen met het „Wien Neerlandsch bloed" werden verwelkomd. Ook de schoolkinderen waren overhaast in hunne Zondagsche pakjes gestoken en werden en haie opgesteld. Slechts enkele seconden werd halt gehou den, van welke gelegenheid de echtgenoote van Bussums burgemeester gebruik maakte tot het aanbieden van een bouquet. Blijk baar waren de Vorstinnen zeer verrast over deze spontane hulde en met welgevallen namen zy de blijken van sympathie in ontvangst. Koningin Wilhelmina, die zelve mende, zag er allerliefst uit. Te Leeuwarden is zeer plotseling over leden do heer De Vries, ingenieur van den provincialen waterstaat Door de arr.-rechtbank te Almeloo is, ter vervulling van eene vacature van rechter in dat college, opgemaakt de navolgende alpha- betische l(jst van aanbevelingmr. J. H. Van Bel, substituut griffier by de arr.-rechtbank ta Maastricht; mr. R. P. Cleveringa, kanton rechter te Enschedee, en mr. T. S. Tromp, substituut-griffier by de arr.-rechtbank ta Leeuwarden. (Sts.-Ct). De minister van marine heeft de deta cheering van den ingenieur 2de kl. jhr. H. Rappard, aan boord van Hr. Ms. pantserdek- schip „Koningin Wilhelmina der Nederlanden", met 6 dezer ingetrokken en hem met dien datum weder geplaatst by 'e Ryks werf to Amsterdam. By koninkiyk besluit van 30 Augustus is de heer J. L. Springer (niet I. B. Springer, zooals eerst was gemeld), architect te Am sterdam, benoemd tot ridder in de orde van Oranje-Nassau (Herplaatsing wegens mis stelling in de Staatscourant) Ingevolge koninklyke machtiging ls de heer W. F. Schimmel erkend en toegelaten als consulair agent van de Voreenigde Staten te Makassar. Door de Algemeene Rekenkamor is in haro vergadering van 3 dezer tot tweeden klerk benoemd de heer J. Ten Cate. (Sts.-Ct.) Naar het ,H. D." verneemt, heeft de heer mr. W. Jager Gerlings aan de Koningin eervol ontslag aangevraagd als majoor com mandant der dd. schuttery te Haarlem. De heer Godfrey Bland, lBte secretaris van de Engelsche legatie by het Nederlandscho Hof, is in het Hötel den Ouden Doelen te 's-GraveDhage aangekomen. Tot gemeente ontvanger te Zutfen is benoemd jhr. H. A. Coenen. De benoemde bekwam 9 stemmen, terwyi 8 stemmen waren uitgebracht op den heer mr. M. Colthoff. Tot gemeente ontvanger tc Sluis is bol noemd de heer A. J. Borghstyn, gemoeutc secretaris. Uit Werkendam meldt men dat in da afgeloopen week een verzoekschrift met ruim 200 handteekeningen, van hoofden van ge zinnen, aan H. M. de Koningin-Regentes ia gericht om den secretaris, den hoor J. C. Pieck, tot burgemeester te benoemen. Het stoomschip „Soembing", van Rotter dam naar Java, vertrok 4 Sept van South ampton; de „Werkendam", van Nieuw-York naar Rotterdam, passeerde 4 Sept Dover. By koninkiyk besluit is ingetrokken het kon. besluit van 19 Mo! 1877, waarby aan J. H. Schreurs, gewezen griffier by het kanton gerecht te Roermond, tot wederopzeggens toe de bevoegdheden zyn toegekend, aan griffiers by kantongerechten toekomende, krachtens art. 182 Wetboek van Koophandel en krach tens do wet van 22 Pluviöso Vilde jaar en daarmede in verband staande verordeningen. Benoemd tot substituut grifflor by de arr.- rechtbank te Roermond, mr. R. C. G. M. baron De Bieberstein Rogalla Zawadsky, thans griffier by het kantongerecht te Eindhoven; tot ambtenaar van het openbaar ministerie by de kantongerechten in het an. Groningen, F1 euilleton. 10) Verschil van meening in het politieke en waarschijnlijk ook wel het te ruim gebruik makeD van de ververschingen, die in do onderscheidene herbergen aangeboden werden, was oorzaak van den twist geweest. Daar echter de Regeering de noodige maatregelen ter handhaving der goede orde genomen had, werd de rust spoedig hersteld, en de dag ging nu verder zonder eenige opschudding voorby. Des avonds bevond ik my met een myner bekenden, met wien ik dien dag eenigen handel gedreven had, in eene herberg naby I do Schoonderwoertsche poort. Wy zaten onder eene flesch en spraken te zamen over de j markt van den afgeloopen dag. Aan eene f tafel aan het andere eind van het vertrek zat een vry groot gezelschap, gedeeltelyk vreem delingen, waaronder de paardenkooper Roelf rf Zeegers, en gedeeltelyk ingezetenen der stad. I Onder deze laatsten bevond zich Bleeker. Misschien had zyn vriend, die volgens ge- I woonte zyn intrek weder by hem genomen I had, hem overgehaald mede naar de herberg te gaan, of misschien was zyn zwaarmoedig I hoofd door de bewegingen van dezen dag en I door een ruimer dronk dan gewooniyk wat I lichter geworden althans, men zag den vromen man andermaal in de zoozeer door I b(om Terfo6id9 herberg. Hun gesprek liep over Btaatszaken - trouwens, dit is tegenwoordig overal aan do orde van den dag en over de gevolgen, die het verhinderon van de reis der Prinses naar Holland waarschyniyk na zich zou eleepen. Bleeker voerde volgens ge woonte het hoogste woord on bracht zyne gewone verwenschingen en vervloekingen over de patriotten uit. Ofschoon er onder zyne toehoorders ongetwyfeld eenigen waren, wien deze ontboezemingen zeer rauw in de ooren klonken en die deze op eene andere plaats niet zeer geduldig aangehoord zouden hebben, waagden zy het echter niet, daar zy met de gevoelens van Leerdams Ingezetenen vrywel bekend wareD, er thans veel tegen in te brengen. Zeegers alleen veroorloofde zich nu en dan enkele aanmerkingen en liet zich ein- deiyk, toen Bleeker nog steeds op denzelfden toon bleef voortvaren en ieder, die zich ver stoutte de bandelwyze der patriotsgezinde party te verdedigen, voor een monsch zonder godsdienst en geweten uitmaakte, eenige scherpe uitdrukkingen ontvallen, die, ofschoon de zin daarvan voor het overige gezolachap min of meer duister bleef, op den persoon, tegen wien zy gericht waren, echter zulk een indruk schenen te hebben gemaakt, dat hy in eene hevige gramschap geraakte. Er ont stond tusschen de beide vrienden eene ge weldige woordenwisseling, die ongetwyfeld zeer ernstige gevolgen zou gehad hebben, indien niet de overige daar tegenwoordige personen zich als scheidslieden tusschen de twistenden opgeworpen en hen, hoewel niet zonder veel moeite, tot bedaren gebracht hadden. De twee vrienden, dus weder ver zoend, reikten elkander de hand en spoelden met eene hartige teug de herinnering aan hun twist weg. Het kwam my, die dit gan- sche tooneel inet eenige belangstelling had gadegeslagen, voor, dat de vorzoening van de zyde van Zeegers waariyk oprecht en welge meend was. Hy ging voort met op een vroo- ïyken en luidruchtigen toon te spreken en te lachen alsof er niets gebeurd waszyn gelaat was weder opgehelderd en geene sporen van haat of gramschap waren daarop zichtbaar. Met Bleeker was het geheel anders gesteld; by, die te voren y verig deelgenomen had aan het gesprek, liet zich nu het verdere gedeelte van den avond byna in hot geheel niet meer hooren. Met de oogen op den grond gevestigd en een eindweegs van de tafel verwyderd, rondom welke de overigen zaten, scheen hy zich minder met het omringende gezelschap dan met zyne eigen denkbeelden bezig te houden. Van tyd tot tyd echter vestigde hy zyne blikken op Zeegers, met zulk eene uit drukking van woede en haat, gelyk ik my althans verbeeldde, dat my telkens eene hui vering overviel, als ik de tygerachtige kwaad aardigheid opmerkte, die uit zyne oogen straalde. Het was duideiyk dat er iets zeer belangrijks in zyn binnenste omging; ik be speurde dikwerf eene krampachtige beweging op zyn gelaat; ja, zyn geheele lichaam scheen soms door zulk eene hevige siddering aange tast te worden, dat hy voor een oogenblik geheel bulten zichzelven geraakte. Dan schoof hy zyn stoel met drift achterwaarts en greep naar het naast hem staande glas, dat hy dan met eene enkele teug ledigde, als zocht hy op deze wyze de ontroering, die hem zoo geheel overmeesterde, te verdooven. Het is my onbe wust, of zyne zonderlinge bewegingen door iemand buiten my opgemerkt werdenwant ik weet zelf niet van waar het kwam, doch telkens gevoelde ik my onwillekeurig ge drongen myne oogen op hem te vestigen, en welk een afkeer ik ook gevoelde van de ruwe en losbandige manieren van Zeegers, die in zyne dronkenschap de schandelykste taal deed hooren, kwam zyn karakter my echter in dit oogenblik duizendmaal verkloslyker voor dan dat van zyn vromen en nauwgezetten vriend. Reeds had de klok, welke aan den wand van het vertrek hing, waar wy zaten, halfóén geslagen, toen het gezelschap, waarby Zeegers en Bleeker behoorden, opstond, ten einde zich naar huis te begeven. Wat de reden was, waarom de beide laatsten nog een oogenblik bleven vertoeven, nadat de overigen reeds vertrokken waren, weet ik niet bepaald. Dit was echter wezenlyk het geval, en toen zy zich nu insgelyks verwyderden, bespeurde ik dat Zeegers niet weinig beschonken was, zoo dat by slechts met wankelenden tred kon voortgaan. Ook Bleeker had meer dan ge wooniyk gedronken en scheen insgelyks min of meer door den drank bevangen. Daar ik nog eenige zaken te bepraten had met myn vriend, die reeds den volgenden dag de stad weder verlaten zou, en onze flesch bovendien nog niet geledigd was, stopten wy nog eene versche pyp en vervolgden ons gesprek. Ruim een halfuur zal er verloopen zyn sedert het geheele overige gezelschap de herberg verlaten had, toen wy opeens eene buitengewone be weging op straat meenden te vernemen. Dit bevreemdde ons to meer, dewyi het reods laat in dan nacht was en wy sinds goruimen tyd niet het minste gerucht meer bespeurd hadden. Juist was de kastelein van plan zich naar buiten te begeven, ten einde naar do oorzaak van dit ontydig rumoer onderzoek to gaan doen, toen een zyner buren, een stoe lenmaker, de kamer binnencnelt en zr.et een verwilderd gelaat ons toeroept: „O Godl Moord! Moord! Bleeker heeft zyn vriend, don paardenkooper, doodgeslagen!" Op dit ontzettend bericht stonden wy, gelyk gy u verbeelden kunt, als door den donder getroffen, en het kwam ons aanvankeiyk ge heel ongelooflyk voor. Hoe! do man, die zoo- even kalm en vreedzaam het huis verlaten had, zou op eenmaal tot zulk eeno woede vervallen zyn, dat hy zyn metgezel, zyn vriend zelfs, wreedaardig oir het leven zou gebracht hebben? De twist, ö.ie reedz eenige uren geleden tusschen do beide vrien den ontstaan, doch terstond weder bygelegd was, moest dan opnieuw met zulk eene hevig heid losgebroken zyn, dat alleen het bloed van een hunner in staat was geweest de woedende drift tot bedaren te brengen! Deze denkbeelden kwamen natuurlyk by ons op en deden ons het gehoorde in den beginne geheel onmogelyk toeschynen. fWirclt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1894 | | pagina 1