Nff. 10595.
A0. 1894.
feze (Courant wordt cthgelijks, met uitzondering
van §pn- en feestdagen, uitgegeven.
Dit iiommer bestaat uit TWEE
Bladen.
leiden, 5 September.
De jaarmarkt te Leerdam.
Donderdag 6 September
DAG-BLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 8 maanden, i
Franco per post
Afzonderlijke Nommers 1
f 1.10.
1.40.
0.05.
PRIJS DER ADVERTENTEËTT:
6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.171.
Van 1
letters naar plaatsruimte,
wordt f 0.05 berekend.
Grootore
Voor het incasseeren buiten de stad
Eerste Blad.
Het vierde en laatste concert van het
f gemeentelijk muziekcorps van Haarlem heeft
gisteravond in den tuin van „Zomerzorg"
plaats gehad. Aanvankelijk werd het, naar
omstandigheden, door goed weer begunstigd,
I zoodat de eerste afdeeling zonder stoornis
[uitstekend van stapel liep, uitstekend ook
I om de wijze, waarop het corps de verschillende
[nommers ten gehoore bracht.
Het glanspunt van dezen avond, het muziek
werk, dat ditmaal zeker door allen met de
meeste belangstelling werd te gemoet gezien,
was de voordracht van den directeur zeiven,
den heer Kriens, koninklijk Saksisch kamer-
musicus, toen deze onze landgenoot nog in
het buitenland vertoefdo.
De concert fantasie voor clarinet op motieven
[uit Bellini's „Puritani" werd door hem ver-
I tolkt zoodanig, dat wij niet anders dan woor-
I den van lof aan zijn spel kunnen schenken.
Een prachtig geluid, zooals wjj nog zelden
hoorden, weet h(j aan zijn instrument te ont
lokken en te doen samengaan met eene be
schaafde, gevoelvolle voordracht, zoodat b\j
een meesleepend geheel weet te vormen, een
indruk teweegbrengt op den hoorder, die met
ingehouden adem door hem geboeid wordt.
Daarbij heerschte er in den tuin en in de
natuur zulk eene volmaakte, doodsche stilte,
dat er van het kostelijke niets verloren ging.
Het daverend en herhaald applaus, dat er op
volgde, vormde daardoor eene des tegrootere
tegenstelling.
Maar daarop waren voor do volgende nom
mers de omstandigheden minder gunstig. Eene
hevige stortbui ontlastte zich en deed de in
den tuin zittende leden met hunne dames
naar de veranda of de zaal vluchten. Ook
nadat het weer droog was geworden, bleef
de lusthof eenzaam en verlaten, want toen
was het, nadat nog een mar3ch was ten beste
gegeven, met het laatste concert gedaan.
Men is dezen zomer niet gelukkig geweest.
Met verschillende moeilijkheden heeft men te
kampen gebad. "Wjj hopen echter dat èn de
heer Couvóe èn de hoer Kriens zich niet zullen
laten afschrikken en daarin geene aanleiding
zullen vindon om de reeds 56 jaren bestaan
hebbende Zomerzorg concerten, waarvoor eerst
vrees bestond, nu werkelijk tot de geschie
denis te doen gaan behooren.
Gedurende de groote manoeuvres van het
4de regiment infanterie, van 10—15 September
a. s. in de omstreken van Katwyk te houden,
zullen, naar van vertrouwde zyde wordt mode-
gedeeld, op het torras van het Groot-Badhotel
te Katwyk aan Zee, waar de officieren hun
hoofdkwartier opslaan, twee avond-concerten
gegeven worden door de stafmnziek van ge
noemd regiment.
Is het Septemberweer ons gunstig, voor
zeker is het alsdan te verwachten dat vele
Leidenaars van deze gelegenheid gebruik zullen
maken om het „Vierde" nog eens te hooren,
te meer, daar de toegang gratis is en na afloop
de tram hen in staat stelt nog tydig terug
te keeren.
By de Ger. gem. te Voorschoten is tot
predikant beroepen de heer F. "W. Sluyter,
te Heeg.
Voor de hoofdakte iq. te Zwolle geslaagd
de heer E. J. Keizer, van Alfen aan den Ryn.
Uit Noordwyk-Binnen meldt men dat
de komst van het nieuwe hoofd der Roomsch-
Katholieke school, den heer Bertels, uit Am
sterdam, nog tot 1 October is uitgesteld.
De minister van binnenlandsche zaken
heeft het volgende bepaald:
Met wyziging der ministeriëele beschikking
van 3 Febr. 1888, voor zoover daarby de ge
meente Stompwyk is aangewezen als onder
kiesdistrict Loosduinen voor de verkiezing van
leden der Tweede Kamer, wordt die gemeente
gesplitst in de volgende onderkiesdistricten van
dat hoofdkiesdistrict:
lste onderkiesdistrict Stompwyk, bevattende
de buurtschappen Leidschendam, Westvliet,
Veenweg en Wilsveon;
2de onderkiesdistrict Stompwyk, bevattende
het overig deel der gemeente Stompwyk, ten
oosten eener lyn, getrokken uit den Oost vliet
langs de scheiding van den Starrevaartpolder
en den Lagedamhouderpolder, kruisende den
Stompwykschen weg by Stompwykerhoek, en
van daar langs den Langtocht in den Grooten
Drooggemaakten Polder tot aan de grens van
Zoetormeer. Sts.Ort
Naar men weet, is de heer Op de Laak,
lid der Prov. Staten van Zuid-Holland en hoofd
der R.-K. Parochiale school te Noordwyk, die
ten gevolge van eene aanklacht, door de ouders
van eene zyner vrouwelyke leerlingen tegen
hem ingediend, was gearresteerd, op 24 Aug.
11. weer in vryheid gesteld.
Intusschen, zoo deelt het weekblad „De
Katholieke School", waarvan de heer Op de
Laak een der redacteuren is, mede, had het
Parochiaal Kerkbestuur hem reeds als hoofd
der school ontslagen en een ander, den heer
Bertels, in zyne plaats benoemd. Maandag 27
Aug. legde men te Noordwyk echter een
verzoekschrift ter teekening, om den hoer
Op de Laak in zyne betrekking te herstellen
en dit telde binnen de 24 uren reeds 125
handteekeningen van de notabelste Katholieke
ingezetenen.
De naam van den heer Op de Laak ver
dween echter van het hoofd van het genoemde
weekblad, zoodra zyne inhechtenisneming
bekend werd en ook boven het nummer van
Donderdag 30 Augustus kwam die nog niet
weer voor naast dien der beide andere redac
teuren, do heeren A. Van de Griendt, te Rot
terdam, en J. W. Schülinck, te Doesburg. De
uitgevers van het blad, de heeren Van Mastrigt
Sc Verhoeven, te Arnhem, verklaren, hoewel
noode, daartoe niet te mogen besluiten vóór
de zaak, waar het om gaat, tot volkomen
helderheid is gebracht.
„Geen zweem van verdenking zeggen
zy mag overbleven; de hoer Op de Laak
moet geheel in eer en ambt hersteld zyn;
uitgemaakt moet wezen, dat by als onschuldig
en niet alleen wegens gebrek aan bewys is
ontslagen, eer „De Katholieke School" weer
zyn naam voeren mag. Dit was hot stand
punt van één redactie-lid en de uitgevers:
dat de eisch, welken zy in het belang der
waardigheid van ons blad en van geheel het
katholieke onderwys meenden te moeten
stellen. Ingevolgo den uitdrukkeiyken wil
echter van onzen redacteur, den heer v. d.
Griendt, zy hier verklaard, dat deze houding
zyne instemming niet heeft en hy, geheel
overtuigd zyndo van de onschuld des heeren
Op de Laak, reods heden diens naam als
redactie lid weder aan het hoofd van het blad
wenschte geplaatst te zien."
Het onderwerp, waaraan de gisteren te
's-Gravenhage gehouden gemeenteraadszitting
haar voornaamste belang zou ontleenen, kwam
niet in behandeling; er was namelyk een
verzoek ingekomen van den heer Snouck
Hurgronje, schoolopziener, om zyn voorstel
betreffende het ontslag van den onderwyzer
D. Boor nog niet aan de orde te stellen, en
dat wel naar aanleiding van een by hem in
gekomen schryven van den belanghebbende
om te dezer zake nog eenige bespreking te
mogen houden.
Voor zoover de tyd thans niet ingenomen
was door verscheidene stemmingen, noodig
voor de vernieuwde samenstelling van de vaste
raadscommissiön (die allen onveranderd bleven),
verdiepte men zich nog een poosje in histo-
rischo herinneringen, naar aanleiding van de
voordracht tot het geven van namen aan
straten in de richting van de Bezuidenhoutsche,
Benoordenhoutsche en "Wassenaarsche wegen.
Naar aanleiding van eene opmerking, dienaan
gaande gemaakt door den waarnemenden
voorzitter, baron Du Tour van Bellinchave,
werd op voorstel van den heer Polak Daniëls
de bekende Laan-van-Nieuw-Oosteinde verdoopt
in Laan-van Nieuw Oost-Indiën (of Oostinje),
naar den naam van eene herberg, die daar in
de vorige eeuw gestaan heeft. By do behan
deling van do volgende straatnamen maakte
de heer Vaillaot bezwaar tegen de dubbele
namen, die zoo vaak in den volksmond ver
basterd worden en daardoor niet alleen het
doel voorbystreven, waarmede men ze gekozen
heeft, maar bovendien door gelykluidondheid
met andere nog verwarring kunnen stichten.
De waarnemende voorzitter zeide echter,
dat het Burg. en Weths. minder te doen was
geweest om voor de bevolking gemakkeiyk
te onthouden straatnamen te kiezen, dan wel
om eene poging aan te wenden dankbare hulde
te brongen aan de nagedachtenis van hoogst
verdiensteiyke mannen, aan wie Nederland
groote verplichtingen heeft.
Deze opvatting werd door den Raad beaamd,
en zoo zullen zich voortaan om de oude „Laan
van Nieuw Oost-Indiön" groepeeren de straten,
vernoemd naar Gerard Reynst, Joan Maat-
suyker, Ryklof van Goens, Jan van Nassau,
Nassau Zuilenstein, Nassau Ouwerkerk, Nassau
Dillenburg en Nassau Oudyk. De laatste dezer
straten (tusschen de Naaldwyksche en de
Wateringsche), heeft meer eene geographische
beteekenis en zal Honsholredykstraat heeten.
Gisteravond was in de Doopsgezinde
kerk te Haarlem eene talryke schare belang
stellenden aanwezig, ton einde daar te hooren
eene rede van dr. H. G. Hagen, predikant te
Leiden, welke werd uitgesproken naar aan
leiding van de twee-en-veertigste algemeene
vergadering der Evangelische Maatschappy.
Deze rede werd afgewisseld door een koor
van leerlingen der Doopsgezinde school.
Daarna vereeDigden zich de leden, afgevaar
digden en belangstellenden in Scholten's fami
liehotel by den Hout, waar eenige gezellige
oogenblikken werden doorgebracht.
Heden om tien uren had de vergadering
zelve plaats onder presidium van den heer
P. H. Testas, te Oosterbeek.
Ten behoeve van het Koninklijke Pen
ningkabinet te 's-Gravenhage zyn volgons de
„Sts.-Ct." ten geschenke ontvangen: van den
heer Moleschott, consul te Rome, eene bronzen
medaille op het in 't voorjaar gehouden medisch
congres, en van den heer dr. Yan Uye Pieterse,
kanselier van het Nederlandsch gezantschap
en consul te Konstantinopel, eene belangrijke
verzameling zilveren Turksche, Perzische en
Armenische munten, benevens eene kleine
collectie Romeinsche en Byzantynsche munten.
De heer Mart. Nyhoff is bezig met het
samenstellen van een overzicht van onze
literatuur, hoofdzakeiyk van den lateren tyd.
De afdeeling „Taal- en Letterkunde" zal het
eerst verschijnen.
In de zitting van den Rotterdamschen
gemeenteraad van gistermiddag werd het
gunstig resultaat medegedeeld van de in
schrijving der 3 pcts.-ieening, groot 1 millioen.
Tot verschillende koersen was ingeschreven
voor de som van f 6,334,000.
De koers der gunning is bepaald op
98»Viooo Pct-
Ingediend werd de gemeente-begrooting
1895, sluitende met f 6,198,034.82'/i-
Aan mr. J. B. Peyrot werd op zyn verzoek
eervol ontslag verleend als leeraar aan de
H. B.-School.
Te Bussum heerschte gistermiddag eene
buitengewone drukte, 't Was bekend ge
worden dat de Koninginnen op een rijtoer
door de Brinklaan zouden komen en nu was
alles terstond in de weer voor eene geïmpro
viseerde ontvangst.
Op de Brink hadden de leden van het
fanfarecorps „Harmonie" in allerijl de muziek
tent bezet, zoodat de Koninginnen met het
„Wien Neerlandsch bloed" werden verwelkomd.
Ook de schoolkinderen waren overhaast in
hunne Zondagsche pakjes gestoken en werden
en haie opgesteld.
Slechts enkele seconden werd halt gehou
den, van welke gelegenheid de echtgenoote
van Bussums burgemeester gebruik maakte
tot het aanbieden van een bouquet. Blijk
baar waren de Vorstinnen zeer verrast over
deze spontane hulde en met welgevallen
namen zy de blijken van sympathie in
ontvangst.
Koningin Wilhelmina, die zelve mende,
zag er allerliefst uit.
Te Leeuwarden is zeer plotseling over
leden do heer De Vries, ingenieur van den
provincialen waterstaat
Door de arr.-rechtbank te Almeloo is, ter
vervulling van eene vacature van rechter in
dat college, opgemaakt de navolgende alpha-
betische l(jst van aanbevelingmr. J. H. Van
Bel, substituut griffier by de arr.-rechtbank ta
Maastricht; mr. R. P. Cleveringa, kanton
rechter te Enschedee, en mr. T. S. Tromp,
substituut-griffier by de arr.-rechtbank ta
Leeuwarden. (Sts.-Ct).
De minister van marine heeft de deta
cheering van den ingenieur 2de kl. jhr. H.
Rappard, aan boord van Hr. Ms. pantserdek-
schip „Koningin Wilhelmina der Nederlanden",
met 6 dezer ingetrokken en hem met dien
datum weder geplaatst by 'e Ryks werf to
Amsterdam.
By koninkiyk besluit van 30 Augustus
is de heer J. L. Springer (niet I. B. Springer,
zooals eerst was gemeld), architect te Am
sterdam, benoemd tot ridder in de orde van
Oranje-Nassau (Herplaatsing wegens mis
stelling in de Staatscourant)
Ingevolge koninklyke machtiging ls de
heer W. F. Schimmel erkend en toegelaten
als consulair agent van de Voreenigde Staten
te Makassar.
Door de Algemeene Rekenkamor is in
haro vergadering van 3 dezer tot tweeden
klerk benoemd de heer J. Ten Cate. (Sts.-Ct.)
Naar het ,H. D." verneemt, heeft de
heer mr. W. Jager Gerlings aan de Koningin
eervol ontslag aangevraagd als majoor com
mandant der dd. schuttery te Haarlem.
De heer Godfrey Bland, lBte secretaris
van de Engelsche legatie by het Nederlandscho
Hof, is in het Hötel den Ouden Doelen te
's-GraveDhage aangekomen.
Tot gemeente ontvanger te Zutfen is
benoemd jhr. H. A. Coenen.
De benoemde bekwam 9 stemmen, terwyi
8 stemmen waren uitgebracht op den heer
mr. M. Colthoff.
Tot gemeente ontvanger tc Sluis is bol
noemd de heer A. J. Borghstyn, gemoeutc
secretaris.
Uit Werkendam meldt men dat in da
afgeloopen week een verzoekschrift met ruim
200 handteekeningen, van hoofden van ge
zinnen, aan H. M. de Koningin-Regentes ia
gericht om den secretaris, den hoor J. C.
Pieck, tot burgemeester te benoemen.
Het stoomschip „Soembing", van Rotter
dam naar Java, vertrok 4 Sept van South
ampton; de „Werkendam", van Nieuw-York
naar Rotterdam, passeerde 4 Sept Dover.
By koninkiyk besluit is ingetrokken het
kon. besluit van 19 Mo! 1877, waarby aan
J. H. Schreurs, gewezen griffier by het kanton
gerecht te Roermond, tot wederopzeggens toe
de bevoegdheden zyn toegekend, aan griffiers
by kantongerechten toekomende, krachtens
art. 182 Wetboek van Koophandel en krach
tens do wet van 22 Pluviöso Vilde jaar en
daarmede in verband staande verordeningen.
Benoemd tot substituut grifflor by de arr.-
rechtbank te Roermond, mr. R. C. G. M.
baron De Bieberstein Rogalla Zawadsky, thans
griffier by het kantongerecht te Eindhoven;
tot ambtenaar van het openbaar ministerie
by de kantongerechten in het an. Groningen,
F1 euilleton.
10)
Verschil van meening in het politieke en
waarschijnlijk ook wel het te ruim gebruik
makeD van de ververschingen, die in do
onderscheidene herbergen aangeboden werden,
was oorzaak van den twist geweest. Daar
echter de Regeering de noodige maatregelen
ter handhaving der goede orde genomen had,
werd de rust spoedig hersteld, en de dag ging
nu verder zonder eenige opschudding voorby.
Des avonds bevond ik my met een myner
bekenden, met wien ik dien dag eenigen
handel gedreven had, in eene herberg naby
I do Schoonderwoertsche poort. Wy zaten onder
eene flesch en spraken te zamen over de
j markt van den afgeloopen dag. Aan eene
f tafel aan het andere eind van het vertrek zat
een vry groot gezelschap, gedeeltelyk vreem
delingen, waaronder de paardenkooper Roelf
rf Zeegers, en gedeeltelyk ingezetenen der stad.
I Onder deze laatsten bevond zich Bleeker.
Misschien had zyn vriend, die volgens ge-
I woonte zyn intrek weder by hem genomen
I had, hem overgehaald mede naar de herberg
te gaan, of misschien was zyn zwaarmoedig
I hoofd door de bewegingen van dezen dag en
I door een ruimer dronk dan gewooniyk wat
I lichter geworden althans, men zag den
vromen man andermaal in de zoozeer door
I b(om Terfo6id9 herberg. Hun gesprek liep over
Btaatszaken - trouwens, dit is tegenwoordig
overal aan do orde van den dag en over
de gevolgen, die het verhinderon van de reis
der Prinses naar Holland waarschyniyk na
zich zou eleepen. Bleeker voerde volgens ge
woonte het hoogste woord on bracht zyne
gewone verwenschingen en vervloekingen over
de patriotten uit. Ofschoon er onder zyne
toehoorders ongetwyfeld eenigen waren, wien
deze ontboezemingen zeer rauw in de ooren
klonken en die deze op eene andere plaats
niet zeer geduldig aangehoord zouden hebben,
waagden zy het echter niet, daar zy met de
gevoelens van Leerdams Ingezetenen vrywel
bekend wareD, er thans veel tegen in te
brengen. Zeegers alleen veroorloofde zich nu
en dan enkele aanmerkingen en liet zich ein-
deiyk, toen Bleeker nog steeds op denzelfden
toon bleef voortvaren en ieder, die zich ver
stoutte de bandelwyze der patriotsgezinde
party te verdedigen, voor een monsch zonder
godsdienst en geweten uitmaakte, eenige
scherpe uitdrukkingen ontvallen, die, ofschoon
de zin daarvan voor het overige gezolachap
min of meer duister bleef, op den persoon,
tegen wien zy gericht waren, echter zulk een
indruk schenen te hebben gemaakt, dat hy
in eene hevige gramschap geraakte. Er ont
stond tusschen de beide vrienden eene ge
weldige woordenwisseling, die ongetwyfeld
zeer ernstige gevolgen zou gehad hebben,
indien niet de overige daar tegenwoordige
personen zich als scheidslieden tusschen de
twistenden opgeworpen en hen, hoewel niet
zonder veel moeite, tot bedaren gebracht
hadden. De twee vrienden, dus weder ver
zoend, reikten elkander de hand en spoelden
met eene hartige teug de herinnering aan
hun twist weg. Het kwam my, die dit gan-
sche tooneel inet eenige belangstelling had
gadegeslagen, voor, dat de vorzoening van de
zyde van Zeegers waariyk oprecht en welge
meend was. Hy ging voort met op een vroo-
ïyken en luidruchtigen toon te spreken en te
lachen alsof er niets gebeurd waszyn gelaat
was weder opgehelderd en geene sporen van
haat of gramschap waren daarop zichtbaar.
Met Bleeker was het geheel anders gesteld;
by, die te voren y verig deelgenomen had aan
het gesprek, liet zich nu het verdere gedeelte
van den avond byna in hot geheel niet meer
hooren. Met de oogen op den grond gevestigd
en een eindweegs van de tafel verwyderd,
rondom welke de overigen zaten, scheen hy
zich minder met het omringende gezelschap
dan met zyne eigen denkbeelden bezig te
houden. Van tyd tot tyd echter vestigde hy
zyne blikken op Zeegers, met zulk eene uit
drukking van woede en haat, gelyk ik my
althans verbeeldde, dat my telkens eene hui
vering overviel, als ik de tygerachtige kwaad
aardigheid opmerkte, die uit zyne oogen
straalde. Het was duideiyk dat er iets zeer
belangrijks in zyn binnenste omging; ik be
speurde dikwerf eene krampachtige beweging
op zyn gelaat; ja, zyn geheele lichaam scheen
soms door zulk eene hevige siddering aange
tast te worden, dat hy voor een oogenblik
geheel bulten zichzelven geraakte. Dan schoof
hy zyn stoel met drift achterwaarts en greep
naar het naast hem staande glas, dat hy dan
met eene enkele teug ledigde, als zocht hy op
deze wyze de ontroering, die hem zoo geheel
overmeesterde, te verdooven. Het is my onbe
wust, of zyne zonderlinge bewegingen door
iemand buiten my opgemerkt werdenwant
ik weet zelf niet van waar het kwam, doch
telkens gevoelde ik my onwillekeurig ge
drongen myne oogen op hem te vestigen, en
welk een afkeer ik ook gevoelde van de ruwe
en losbandige manieren van Zeegers, die in
zyne dronkenschap de schandelykste taal deed
hooren, kwam zyn karakter my echter in
dit oogenblik duizendmaal verkloslyker voor dan
dat van zyn vromen en nauwgezetten vriend.
Reeds had de klok, welke aan den wand
van het vertrek hing, waar wy zaten, halfóén
geslagen, toen het gezelschap, waarby Zeegers
en Bleeker behoorden, opstond, ten einde zich
naar huis te begeven. Wat de reden was,
waarom de beide laatsten nog een oogenblik
bleven vertoeven, nadat de overigen reeds
vertrokken waren, weet ik niet bepaald. Dit
was echter wezenlyk het geval, en toen zy
zich nu insgelyks verwyderden, bespeurde ik
dat Zeegers niet weinig beschonken was, zoo
dat by slechts met wankelenden tred kon
voortgaan. Ook Bleeker had meer dan ge
wooniyk gedronken en scheen insgelyks min
of meer door den drank bevangen. Daar ik
nog eenige zaken te bepraten had met myn
vriend, die reeds den volgenden dag de stad
weder verlaten zou, en onze flesch bovendien
nog niet geledigd was, stopten wy nog eene
versche pyp en vervolgden ons gesprek. Ruim
een halfuur zal er verloopen zyn sedert het
geheele overige gezelschap de herberg verlaten
had, toen wy opeens eene buitengewone be
weging op straat meenden te vernemen. Dit
bevreemdde ons to meer, dewyi het reods
laat in dan nacht was en wy sinds goruimen
tyd niet het minste gerucht meer bespeurd
hadden. Juist was de kastelein van plan zich
naar buiten te begeven, ten einde naar do
oorzaak van dit ontydig rumoer onderzoek to
gaan doen, toen een zyner buren, een stoe
lenmaker, de kamer binnencnelt en zr.et een
verwilderd gelaat ons toeroept: „O Godl
Moord! Moord! Bleeker heeft zyn vriend, don
paardenkooper, doodgeslagen!"
Op dit ontzettend bericht stonden wy, gelyk
gy u verbeelden kunt, als door den donder
getroffen, en het kwam ons aanvankeiyk ge
heel ongelooflyk voor. Hoe! do man, die zoo-
even kalm en vreedzaam het huis verlaten
had, zou op eenmaal tot zulk eeno woede
vervallen zyn, dat hy zyn metgezel, zyn
vriend zelfs, wreedaardig oir het leven zou
gebracht hebben? De twist, ö.ie reedz
eenige uren geleden tusschen do beide vrien
den ontstaan, doch terstond weder bygelegd
was, moest dan opnieuw met zulk eene hevig
heid losgebroken zyn, dat alleen het bloed
van een hunner in staat was geweest de
woedende drift tot bedaren te brengen! Deze
denkbeelden kwamen natuurlyk by ons op
en deden ons het gehoorde in den beginne
geheel onmogelyk toeschynen.
fWirclt vervolgd.)