f 1.10. 1.40. 0.05. (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Eon- en feestdagen, uitgegeven. Leiden, 19 Juli. Feuilleton. De Misdaad in de Rue Lafitte. N°. 10554. Vrijdag SO Juli. A°r 1894 LEIDSCH DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leidon por 3 maandenI_ i Franco per post - -a i Lil' - Afzonderlijke Nommcrs a 1 PRIJS DER AD VERTEN TIËN Van 1 6 regels f 1.05. Iedere regel meer 0.17*. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad wordt 0.05 berekend. Officieel© KennisffOTingen. Burgemeester en Wethouders van Leiden; Gezien hot adres van het BESTUUR DER SOCIËTEIT MINERYAhoudende verzoek om vergunning tot hot plaatsen en in working stellen Van een 18-paardekracbtB-gasmotor, ten behoeve Van de ©leotriache verliohting en ventilatie van bet gebouw der Sociëteit, in het percc-ol Vrouwostceg 13 Gelet op de artt. 6 en 7 der Wet van 2 Juni 1876 (Staatsblad No. 95); Geven by deze kennis aan het publiek dat ge noemd verzoek met de bijlagen op de Secretario dezer gemeente ter visie gelegd isalsmede dat op Woensdag 1 Aug. a. e., 's voormiddags te elf uren, Dp het Raadhuis, gelegenheid zal worden gegeven om bezwaren tegen dat verzoek in te brengen. Burgomeester en Wethouders voornoemd, Leiden, F. WAS, Burgemeester. 18 Juli 1894. E. KIST, Secretaris. Burgemeester en Wotboudora van Leiden Gezien art. 8, 1ste alinea, der wet van den 2den Juni 1875 (Staatablad No. 95), tot regeling van het toezicht bij het oprichten van inriohtingeD, welke gevaar, schade of hinder kunnon veroorzaken; Brongen by deze ter algemeen© konnis dat door hen op heden vergunning is verleend aan het Bestuur der Naamloozo Vennootsohap de Leidsche Dokenfabriok en rechtverkrijgenden tot het plaatsen van oen nieuwen Btoomkotolop hot torroin van de fabriek aan de Hoerengracht No. 85. Burgemeester en Wethouders voornoemd, Leiden, F. WAS, Burgemeester. IC Juli 1894. E. KIST, Secretaris. Directe Belastingen. Be Burgemeester van Leiden brengt ter algemeeno kennis, dat aan den Ontvanger der Directe Belastingon is tor hand gosteld Lot primitief kohier van wijk V van don dienst 1894/95, cu executoir verklaard den 16don Juli jl., en herinnert voorts den belang hebbenden aan hunne verplichting om den aanslag op den by de Wet bopaalden voet te voldoen. De Burgomeester voornoemd, F. WAS. Leiden, 18 Juli 1894. Tot onderwijzer aan de Christelijke school aan do Middelstegracht alhier is benoomd de heer W. Van Klaveren, te Utrecht. Als rechtspersoon is erkend (met gewij zigde statuten) de „Leidsche Schouwburg- vereeniging", te Leiden. Er bestaat gelegenheid tot verzending der correspondentie naar Nieuw-York, door middel van het stoomschip „Rotterdam", van Rotterdam vertrekkende. Ten postkantore al hier moeten de brieven, enz. uiterlijk Zaterdag morgen om 9.50 bezorgd zijn. De wijze van verzending behoort duidelijk Op het adres vermeld to worden. Burgemeester en Wethouders van Oeg9t- geest hebben, na gehouden openbare aanbe steding, besloten de in ons vorig nummer genoemde uit te voeren werken in die ge meente te gunnen aan de heeren A. F. De Rooy en J. Kortekaas, aldaar, zijnde de minste inschrijvers voor de som vaa 5785. De tweede zitting der Commissie van Onderzoek voor de rustende schutterij te Woubrugge, ten behoeve der schutterplichtigen van dit jaar en de ingelijfden van vroegere jaren, zal in het Gemeentehuis aldaar gehou den worden op Dinsdag 24 Juli, 's voormid dags te 10 uren. Tot dijkgraaf van den Haarlemmermeer polder is benoemd met tien van de twaalf 8temmen de tegenwoordige secretaris mr. G. C. Everwijri Lange. Bij het te Arnhem gehouden examen voor apothekers bediende zijn geslaagd de dames L. C. Van Gulden, geb. te Aarlander- veen; E. J. E. Tweedy, geb. te 's Graven- hage, en R. De Groot, geb. te Rotterdam. Gedurende den tijd, dat baron Du Tour van Bellinchave belast blijft met het burge meestersambt te 's-Gravenhage, wordt de betrekking van wethouder van openbare werken waargenomen door dr. Mouton, wet houder van onderwijs. De gezondheidstoestand van den burge meester is aanmerkelijk verbeterd. De gouverneur van Suriname, jhr. Van Asch van Wijck, thans in Zwitserland ver toevende, wordt den laatsten dezer maand hier te lande terugverwacht en zal waar schijnlijk den 6den en 13den Augustus zijne audiëntién aan het departement van koloniën hervatten Jhr. Van Asch van Wijck verlaat vermoedelijk den 28ston Augustus hot land, om naar Suriname terug te keeren. In het laatst van deze of het begin der volgende week zal mgr. Lorenzelli, pauselijk internuntius te 's-Gravenhage, eene reis naar Italië ondernemen. Het is zeer waarschijnlijk dat de eerst onlangs opgetreden secretaris der legatie, de heer Scapinelli, reeds in het najaar naar eene standplaats in eene zachtere luchtstreek zal worden verplaatst, daar sedert zijne aankomst in ons land gebleken is dat zijn gezondheids toestand kliraaatverwisseling noodig zal maken. Jhr. mr. H. Van Weede, gezantschaps raad van Nederland te Parijs, is in de resi dentie aangekomen. Ook jhr. mr. Von Pestel, buitengewoon gezant en gevolmachtigd mi nister by het hof van Zweden en Noorwegen, brongt zijn verlof te 's Gravenhage door. Het gerechtshof te 's-Gravenhage heeft gisteren eene plechtige openbare zitting ge houden tot installatie van den nieuwbenoemden raadsheer in dat college mr. A. Van Laer. De zitting werd bijgewoond door enkele leden van den Hoogen Raad en de rechtbank, den griffier bij den Hoogen Raad en leden van het parket en de griffie der rechtbank, zoomede door alle leden van de balie en vele dames. Door de Kamer van Koophandel te Delft is adhaesie betuigd aan het adres, door de Nederlandsche Kolonie te Hamburg aan de Tweede Kamer gericht, waarin wordt ge wezen op de wenschelykheid om bij eene aanstaande vacature tot consul-generaal te Hamburg een geboren Nederlander te be noemen. De oud minister van koloniën, baron Van Dedem, heeft zich naar Mariënbad begeven. De heer Seyffardt, laatstelijk minister van oorlog, is uit het buitenland teruggekeerd. Bü koninklijk besluit van 2 Juli jl., op genomon in de „Staatscourant" van 19 dezer, is bepaald dat voor het dempen van slooten, inet verbetering van bestaande en aanleg van nieuwe verkeerswegen in het westelijk gedeelte der gemeente 's-Gravenhage, ten algemeenen nutte, in het publiek belang en ten name van die gemeente zullen onteigend worden eenige perceelen, aangeduid in het plan en de kaar ten, welke op de secretarie dier gemeente ter inzage van een ieder hebben gelegen en ver meld zijn op den staat, bi) dit besluit gevoegd. Aan het departement van buitenlandsche zaken bestaat gelegenheid tot plaatsing van een tweeden klerk op eene jaarwedde van ƒ400. Nederlanders, die op 1 Januari 1894 den leef tijd van 18 jaren hebben bereikt en voor eene benoeming in aanmerking wenschen te komen, wordt verzocht zich vóór of op 1 Aug. a. s. bij gezegeld verzoekschrift te wenden tot den minister van voornoemd departement. Tijd en plaats, waar het onderzoek naar de gevorderde bekwaamheden der adspiranten zal worden gevonden, zal hun later worden mede gedeeld. Men zie verder de „Staatscourant" van 19 dezer. Merkwaardig, zegt de „N. R. Ct.", is het, hoeveel on dit's gedurende den korten tijd, dat het tegenwoordige ministerie aan het bewind is, door sommige bladen worden verspreid. Nu eens heette het, dat aan eeno nieuwe onteigeningswet gewerkt werd, dan weer dat een wetsontwerp op de lijkverbranding werd ontworpen, vervolgens weer dat de vermogens- en bedrijfsbelasting tot eeno algemeene inkom stenbelasting zoude worden omgewerkt. Het laatste nieuwtje, dat thans in sommige bladen wordt aangetroffen, is dat het ministerie het niet eens zou zijn over het invoeren van een nieuw systeem geweer bij het leger en dat de minister van oorlog er eeno portefeuille- quaostie van zou maken. Van dit jongste bericht is evenmin iets waar, als van alle vorige. De Bond der Nederlandsche Vereenigingen Creditroform beeft eene vergadering gehouden in eene der bovenzalen van hotel „Krasna- polsky", te Amsterdam. Uit het verslag van den secretaris, don he6r Eelco M. Vis, bleek dat de Bond op liet oogenblik 20 Vereenigingen telt met 4 filialen, terwijl hfj op circa 1100 plaatsen direct of indirect correspondenten heeft; het totaal ledenaantal klom van 652 in 1892 tot 734 in 1893. De totaal verstrekte schriftelijke informaties klommen van 7179 in 1892 tot 14,279 in 1893 en wijst 1894, voor zoovor te oordeolen is, op een belangrijk hooger cijfer. De afdoeling man ln gen leverde uit stekende resultaten: in 1892 bedroeg het aantal 652 tegen 1552 in 1893; van het bruto-bedrag, in 1892 52,971.69, werd 19,300.90 geregeld, dus circa 36 pet., terwijl in 1893 van bet bruto-bedrag ƒ93,812 72 ƒ39,282.53, dus circa 42 pet., in orde kwam. Drie vertrouwelijke mededeelingen zagen het licht en het is den secretaris gebleken dat deze gaarne door de leden ontvangen worden. Het aantal legitimatiekaarten waarop aan de houders mondeling kosteloos informatie wordt verstrekt op alle plaatsen, waar do Vereeniging gevestigd is steeg van 223 in 1892 tot 457 in 1893. Examens der Ned. Toonkunstenaars- vereeniging Gisteren zijn van de vier candi- datcn geslaagd: voor piano (lager onderwijs) de dames C. E. S. Renier, te Rotterdam, en J. M. E. Van Seters, te Velp, bij Arnhem. Aan het ministerie van waterstaat, handel en nijverheid werd gisteren aanbesteed het voltooien en tot 1 Juli 1896 op diepte houden van het grootscheep vaar water in en vóór den mond van den Rotterdamschen water weg aan den Hoek van Holland, behoorende tot de werken van den waterweg langs Rotter dam naar zee. Minste inschrijvers waren de heeren A. Volker Lzn., te Sliedrecht, en P. A. Bos, to Gorkum, voor ƒ305,000. Men schrift aan het „Utr. Dbl.":Inhet adres, waarin de klerken bij posterijen en telegraphic van lotsverbetering gewagen, wordt gezegd, dat hun door de reorganisatie van 1891 alle uitzicht op bevordering ontnomen en de weg afgesneden is om door het doen van examen een hoogeren rang te bereiken. Tot toelichting dient dat by die reorganisatie door overgangsbepalingen aan het personeel in de lagere rangen gelegenheid gegeven was om aan examens voor hoogeren rang deel te nemen. Uit den aard der zaak nemen echter alle overgangsmaatregelen eenmaal een einde, en zj, die öf aan deze examens geen deel hebben genomen of wel daarbij niet geslaagd zijn, öf later tot klerk zijn aangestold, hebben geweten dat de hoogere langen niet meer voor hen bereikbaar waren. Daarvan eene grief te maken aan de administratie, is onbillijk. De aangevoerde grief betreft waarschijnlijk hoofdzakelijk den dienst dor telegraphie. De examens voor hoogere rangen by dezen tak van dienst hebben opgehouden en in de toe komst houdt de telegraphie ook op een afzon derlijk dienstvak te zijn. Het personeel in de rangen van commies der telegraphie is thans nog voldoendekomt er later gebrek aan per soneel, dan zal er door het uitschrijven van een surnumerairs examen gelegenheid worden gegeven om commies bi) de po3teryen en telegraphie te worden, maar op geeno andere wijze dan langs den weg van onbezoldigd surnumerair zal men meer tot dien rang kunnen komen en ook zullen er geene com miezen meer voor de afzonderlijke diensten (posterijen of telegraphie) worden aangesteld. Een bijvoegsel der Staatscourant van 19 dozer bevat een staat van nalatenschappen, berustende bjj de weeskamers te Batavia, Semarang, Soerabaia en Padang, waarvan de saldo's, als de som van 250 niet te boven gaande, door de daarop rechthebbenden ook kunnon worden opgevraagd en ontvangen in Nederland bij het ministerie van koloniën. De uitkeering van eene nalatenschap in Neder land zal niet eerder geschieden dan nadat van het Indisch bestuur bericht zal zijn ontvangen, dat zich nader geene schuldeischers by de weeskamer hebben aangemeld en het minis terie van koloniën tot betaling van het saldo kan overgaan. Met overgroot© meerderheid zjjn gisteren door de Synode der Ned.-Herv. Kerk herbe noemd als president en vice president de heeren M. A. Perk en dr. G. J. Yan der Flier, en ia benoemd tot secundus van den laatsten de heer M. E. Van der Meulen. Op voorstel van den president is besloten, de voorstellen, die na 7 Aug. worden inge zonden door hen, die geon lid d6r Synode zijn, niet in behandeling te nemen. Aan den ring Harlingen is verlenging too gestaan van dispensatie van art. 23 regl. op de vac., voor de gemeente Midlura. Evenzoo aan den ring Wolvega voor de gemeente Makkinga; aan den ring Ylissingen voor de gemeenten Zoutelande en Biggekerk, en aan den ring Zuidhorn voor de gemeeDte Saaksum. Al deze verzoeken worden toe gestaan voor den tijd van éón jaar ©c onder de bekende voorwaarden. De heer F. W. Stutterheim, predikant te Ginneken, herdenkt den 15den Augustus a. s. zijne 25-jarigo evangelie bediening. In verband met het bezoek der Koningin nen aan Zeeland mag zeker wel eens do aandacht gevestigd worden op een gids voor reizigers van het eiland Walcheren. Het boekske, in de Fransche taal gesteld, is uitgegeven by P. G. De Vey Mestdagh et fils te Ylissingen en bevat een aantal aardige illustraties van kijkjes te Middelburg, Ylis- singen, Domburg en Veere. De tekst is geleverd door een comité tot bevordering van het vreemdelingenverkeer, waarvan lid zijn de heeren T. L. Van Wagten- donk, voorz., en H. J. G. Hartman, secr., te Middelburg, en J. L. Grüber, voorz., en Y7. G. Beker, secr., te Vlissingen. De Koningin der Nederlanden en de Koningin-Regentes zijn gisternamiddag van München met een extra-trein over Frankfort en Keulen naar Baarn vertrokken. By den Rotterdamschen gemeenteraad ie door B. en Ws. het prae-advies ingedienu op de voorstellen van het raadslid dr. W P, Van Staveren tot verhooging van Bchoolgeld. Dat prae advies luidt beslist afwijzend. Onder overlegging der adviezen van do comm. voor het openbaar onderwijs, de school opzieners en do commissie van toezicht oj. het middelbaar en lager onderwijs, wijzen B. en Ws. er op, dat het ln de eerste plaats door den voorstellor ingenomen standpunt, dat nl. de voorgedragen verhoogingon ten gevolge zouden hebben vermeerdering van inkomsten (van d6 gemeente, onjuist is, daar verbooging van schoolgeld onvermijdelijk ver schuiving, nl. het opzoeken van goedkooperc scholen zou ten gevolge hebben. Ten tweede wenschte de voorsteller door zijne voorstellen de schoolgelden meer in overeenstemming te brengen met de wet- Mackay, doch daar de verordeningen hiermede reeds in overeenstemming zjjn gebracht, ver valt ook dit argument. Aanvankelijk hadden B. en Ws. nog aan de commissie voor onderwijs in overweging gegeven het denkbeeld van den heor Van Staveren op enkele scholen toe te passen, doch de commissie ontraadt ook dit besluit. Prof. dr. Tj. Halbortsma i3 plotseling te Antwerpen op 65 jarigon leeftijd overleden. De heer Halbertsma was sinds 10 Sept. 1877 hoogleeraar in de Grieksehe taal en letterkunde aan de Groningsche hoogeachool. 55) Eon kreet van medoiyden verhief zich in do zaal, -welke door den verdediger met een blik van erkentelijkheid word begroet; van dien kreet verwachtte hy voel goeds. Toen de beschuldigde, door twee gendarmen geleid, hem voorbijging, om zich naar de bank te begeven, stond hy van zijne plaats op, greep hem by beide handen en sprak hem met warmte toe: „Moed, mijn vriend 1" Tot eenig antwoord wierp Jacques hem een droevig glimlachenden blik toe. Onder de diepste stilte werd vervolgens do akte van beschuldiging voorgelezen; in hoofdzaak bevatte deze slechts de bijzonder heden, onzen lezers reeds voldoende bekend. Daarop volgde het belangrijke getuigen verhoor. Alle porsonen, die wij in dit drama eene rol hebben zien vervullen, werden ge hoord, deze meer regelmatig, gene meer als do bijzaken betreffende. Do bedienden van het kantoor, die het eerBt verhoord wordeD, hadden niets dan lof voor het gedrag van hun collega. Deze hoorde steeds met gelatenheid hunne verklaringen aan en dankte hen "kraatig met eon hoofdknik. Aan ieder stelde de president, na het af leggen zijner verklaring, de vraag: „Gelooft gy Jacques Varlay schuldig?" waarop het antwoord éénparig luidde: „Noen! Jacques Varlay kan niet schuldig zijn." Daarop nam de oudste bediende van het kantoor het woord. „Ik ken," sprak by met ernst en nadruk, „den heer Jacques Varlay van af het oogen blik, dat hy in de zaak in betrekking is ge komen, en kan dus over hem oordeelen. Varlay heeft meer dan honderdmaal betere gelegenheden gehad om te stelen dan nu; waarom zou hy die hebben laten voorbygaan, om nu, terwyi hy wiet, dat er een waker en een hond aanwezig wareD, zyn slag te slaan; dat is niet aan te nemen; op grond dus van deze gegevons, le Jacquos Varlay in myn oog onschuldig aan de misdaad, die hem wordt ten laste gelegd, en"„De beschuldigde heeft een advocaat," viel de president hem in de rede, „het is niet noodig, u als zyn verdediger op te werpen." Andró Naugy stond met een driftig ge baar op. „De getuige spreekt slechts zyne overtui ging uit," riep hy; „ik verzoek, dat hy niet gostuit worde." „Ik heb hier verder niets aan toe te voegen," sprak de oude klork, „alles vat zich in drie woorden te zamen: Varlay is onschuldig 11" Een luide kreet van algemeene instemming weerklonk door de zaalblykbaar was het gehoele publiek van hetzelfde gevoelen. Ais met één slag gevoelde de advocaat, dat hy het publiek voor de zaak gewonnen had, de rest was hem onverschillig; hy meende reeds zeker te zijn van de overwinning. Ongetwijfeld zou het hem nog beelwat moeite kostonde uitkomBt zou er echter te schitterender om zyn. De volgende getuige was moeder Raymond, de portierster van hot huis, waarin de familie Varlay kamers bewoonde. De goode oude vrouw had zich voor deze gelegenheid met byzondere zorg gekleed en maakte dus eene in haar oog althans ge wichtige verscbyning. „Op welk uur," vroeg haar de president, „is de heor Varlay op den avond van het feest, ten huize van zyn patroon, thuis ge komen 1" „Even na middernacht, mijnheer de presi dent, maar het zal nog geen één uur geweest zyndat verzeker ik u." „zyt ge daar zoo zeker van?" „Zoo zeker, als ik hier voor u sta, mynheer de president. Mynheer Varlay heeft tweemaal gebeld en in myn eersten slaap is het vol doende ééns te schellen, om my te wokken, zoodat ik zeker ben, dat het tusschen 12 en 1 uur moet goweest zyn." „De heer Varlay kwam dan wel laat thuis 1" „Hy, laat thuiskomen? Geen enkel jong- men8ch in geheel Parys is zoo geregeld als hy. Nooit komt hy laat thuiB. lederen avond is hy by zyne arme, ongelukkige moeder, om haar to verzorgen. O! mynheer de president, iedere huiseigenaar zou zich gelukkig rekenen, zulke huurders te hebben. U weet dat de portiers zelden veel goeds spreken van hunne huurders, maar dit kan ik u verklaren en heb ik dan ook zooeven gezworen, dat ik biy was, den heer Varlay tot huurder te hebben." En gelukkig, dat ze tegenover iedereen haren huurder kou rechtvaardigon, begaf ze zich, na zich op een wonk van den president teruggetrokken te hebben, naar den gevangene en voegde hem toe: „Nu, mynheer Jacques, ge zult spoedig tot ons terugkeeren en ge zuil niet tweemaal behoeven te schellen, hoorl" En zich ten volle harer waardigheid be wust, verliet de oude vrouw de zaal. Daarop word als getuige opgeroepen do markies Gaston De Montgorbois. Op het hooren van dien naam, richtte Jacques Varlay zich op en wierp in angstige spanning een blik naar de deur. Ook .het publiek geraakte ln eene zekoro opgewondenheid; men was nieuwsgierig den man te zien, die door geheel Parys als een toonbeeld van élégance bekend was. De markies trad binnen, oene akolige bleek heid had zich over zyn gelaat verspreid en slechts met moeito kon hy de zenuwachtige trilling bedwingen, die hem had bevangen. Hy gevoelde dat aller oogen op hem ge vestigd waren en het er dus op aankwam, zich zoo kordsat mogeiyk te houden; hy trachtte zelfs te glimlachen, hoowel die lach niets meor dan een akelige gryns was. Om zich eeDo zekere houding te geven en tyd te winnenzyne kalmte, die hem op dit oogenblik geheel verlaten had, weder meester te worden, begon hy langzaam zyne hand schoenen uit te trekken. Daarna zwoer hy, dat hy de waarheid, de geheels waarheid en niets dan de waarheid zou zeggen. Zijne verklaring was noch in het voor- noch in het nadeel van Jacques Varlay en toch was ze in elk opzicht verpletterend. Hy was, zeide hy, nog to kort met den beschuldigde bekend, om zich een juist oor deel omtrent hem te kunnen aanmatigen. „Alleen weet ik", vervolgde hy, „dat de heer Bertin hom de grootste achting toe droeg en de heer Bertin was niet licht vaardig in het schonken van genegenheid; by bestudeerde zyne lieden en oordeelde met gestrengheid." „Acht gy Jacques Varlay in staat tot de misdaad, waarvan hy beschuldigd wordt?" vroeg de president. De markies draaldo met het antwoord. Wat vermocht hy in te brengen togen hem en was hy er wol zeker van, dat de plaats, waarop de jongo kassier zich bevond, werd ingeno men door den waren schuldige? Inmiddels kon hy niet langer zwygen, maar moest antwoorden. „Mynheer de president", sprak hy, „dat is eene zeer ernstige vraag, waarop ieder, die ten volle het gewicht zyner woorden beseft, zal aarzelen te antwoorden. Wanneer ik slechts aan myn gevoel gehoor geef, dan geloof ik dat Jacques Varlay niet schuldig is, maar, ongelukkig voor hem, verryet voor myn geest het beeld van myn vermoorden aanstaanden schoonvader." „Wat is dan uw oordeel omtrent deze misdaad?" (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1894 | | pagina 1