Ik 10538. feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Leiden, 30 Jnni. Feuilleton. De Misdaad in de Rne Lafltte. Maandag 2 Juli. A°. 1894. LEIDSCH PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maandenf 1.10. Franco per post 1.40. Afzonderlijke Nommers 0.05. PRIJS DER ADVERTENTIÈN Van 1-6 rogels f 1.05. Iedere regel moor f 0.17J. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor hot incasseeren bulten de stad wordt f 0.05 berekend. Eerste Blad. '8 Ryks Ethnographisch Museum te Leiden heeft van den heer S. W. Tromp, resident van Borneo's Westerafdeeling, de navolgende 253 voorworpen, voornamelijk uit die resi dentie herkomstig, ten geschenke ontvangen. Geïnventariseerd als serie 959. 7 hoeden, 16 hoofddeksels, 1 onafgewerkte hoed, 8 spijsdeksels, 56 manden, 1 tabaksdoos, 7 sirihdoozen, 1 waaier, 5 zeeften, 7 sirih- tascbjes, 17 mutsen, 1 mat, 3 rjjstwannen, 2 broeken, 12 sarongs, 8 bandjes, 2 buik banden, 6 gordels, 1 buis, 1 doek, 3 feest- kleeden, 1 opperkleed, 6 hoofdbanden, 4 hals banden, 2 paar oorringen, 1 paar oorknoppen, 2 paar oorhangers, 2 tijgertanden, 5 lijf sieraden, 1 schaambedekking, 1 paar enkel- ringen, 1 sjaal, 1 hoofdsieraad, 2 paar arm banden, 1 paar muilen, 1 paar kousen, 4 sabels, 7 maskers, 2 houten beelden, 2 ko kertjes, 1 mondtrom, 1 kam, 1 wrijfsteen, 1 sambalwrijver, 1 rystmolen, 1 rijstpelmolen, 1 weeftoestel, 1 spin to es tel, 1 stel weefgereed- schap, 1 mes, 1 bamboestok, 1 stel muziek instrumenten, 8 modellen van vaartuigen, 1 muizenval, 14 vischtuigen en 5 vischfuiken. Een gedeelte der hier genoemde voorwerpen is geschonken door de heeren J. P. J. Barth, S. H. Schaank, J. A. Enthoven, E. L. M. Kühr, "W. P. Van Berkel Bik, W. A. Van Velthuysen, M. C. Schadee, P. S. J. Eman, controleurs bij het binnenlandsch bestuur in Nederlandsch- Indië, en door den kapitein der Chineezen te Pontianak, Lim Jen Long. Aan de schenkers is de dank der regeering betuigd. Door Gedeputeerde Staten dezer provincie is bepaald dat de afzonderlijke jachten op waterwild voor dit jaar zullen worden geopend den lsten Augustus a. s., en dat mitsdien van dat tijdstip af de uitoefening der jachtbedrijven, vermeld in art. 15 litt. d, f en h, der wet op de jacht en visscherij, is geoorloofd. Tevens wordt herinnerd aan de bepaling van art. 1 van het reglement op de uitoefening der jacht en visschery in deze provincie, krachtens welke die jachten niet anders mogen plaats hebben dan op het water, langs de stranden, oevers van meren, plassen, rivieren en op moerassige landen. Tot voorzitter van den Knotter- of Kleinen Cronesteinschen polder te Zoeterwoude is be noemd de heer J. De Wit, aldaar, in de plaats van den heer mr. E. De Vries, te Leiden, die wegens zijne benoeming tot dykgraaf van het hoogheemraadschap Rijnland, die betrekking niet meer mocht waarnemen. De heer D. G. Knijnenburg, onderwijzer aan de openbare lagere school te Sassenheim, is benoemd aan eene Roomsch Katholieke school te Alkmaar eo heeft de benoeming aangenomen. In de Donderdag-avond gehouden verga dering van leden der Coöper. Broodbakkerij „De Hoop", te 's Gravenhage, werd verslag uitge bracht over het afgeloopen halfjaar. In de Broodafdeeling is f25,881.27s winst gemaakt, een mooi cijfer met het oog op de wissel vallige meelprijzen. Ook de Kruideniersafdee- ling leverde sedert haar kort bestaan (van Febr. 11.) goede resultaten op, zoodat te voor zien is dat een goed dividend zal kunnen worden uitgekeerd. De Vereeniging telt 4722 leden. Alvorens over te gaan tot voorziening in de bestuursvacaturen, ontstaan door het be danken van den heer Breugom De Haas, lichtte de voorzitter toe de reden, welke den heer De Haas genoodzaakt had ontslag te nemen. De heer De Haas had zitting als secretaris van de Commissie voor de Kruide- niersafdeeling. Hy moest zich in die functie in betrekking stellen met kruideniers te dier stede. Twee hunner hebben zich met eene klacht tot den minister van waterstaat, handel en nijverheid gewend, als zou de heer De Haas, die werkzaam is by den telegraafdienst, misbruik kunnen maken van handelstele grammen. De voorzitter verzekerde de vergadering dat de heer De Haas nog nooit zyn ambtseed had gebroken. De klacht aan den minister werd door dezen in handen gesteld van den directeur-generaal van de posterijen en telegraphie, den heer Ha- velaar, die het in het belang van den tele graafdienst achtte als de heer Do Haas ont slag nam, want men moest het vertrouwen in de telegraphie niet verzwakken. Het bestuur van „De Hoop" heeft zich daarom gewend tot den heer Havelaar, met verzoek verandering in dit besluit te brengen, in dien zin, dat de heer De Haas alleen ver plicht zou worden als secretaris van de Krui- deniers-afdeeling te bedanken, doch als be stuurslid zou mogen aanblijven. Het antwoord hierop luidde echter ook ongunstig. De heer De Haas bedankte voor de waar- deerende woorden van den president en trachtte aan te toonen, het slachtoffer te zijn van den naijver en de wraakzucht van die twee krui deniers, die zich in aanvankelijk door hen gekoesterde verwachtingen het leveren van kruidenierswaren zagen teleurgesteld. Door een der aanwezigen werd voorgesteld eene motie te richten tot den minister, diep leedwezen uitdrukkende over het besluit van den minister, en de houding van de kruide niers-reclamanten af te keuren. Met het oog op het persoonlijk belang van den heer De Haas werd deze motie echter ingetrokken. De heer Heldt, lid der Tweede Kamer, vond het voor het oogenblik goed dat de motie was ingetrokken, doch raadde het bestuur aan tegen September aan de Tweede Kamer een adres te zenden, waarin het zijn beklag doet en deze zaak aan de Volksvertegenwoordiging blootlegt. De vergadering stemde hiermede ten volle in. Gekozen werd in plaats van den heer De Haas met 103 van de 197 uitgebrachte stem men de heer Woensdregt. HH. DD. HH. de Groothertog en Groot hertogin Max van Baden worden 15 Juli in het „Oranje-Hotel" te Scheveningen verwacht. Door de zorgen van den Franschen gezant te 's-Gravenhage, den heer Louis Legrand, zal, vanwege de Fransche Kolonie in Neder land, een prachtige krans van gele immor tellen, morgen, Zondag, worden neergelegd op de lijkkist van wijlen president Carnot. De kosten daarvoor zijn gedekt door eene in schrijving onder de in Nederland verblijf houdende Fransche onderdanen. Wy ontvangen van het hoofdbestuur van het „Bijbelgenootschap" titel en proefblad van de jongste uitgave van het genootschap, zijnde een Evangelie van Johannes in blinden- schriftwaarover ons het volgende wordt medegedeeld Het Brailleschrift (uitgevonden door don Fran8chman Louis Braille), waarin dit „Evan gelie van Johannes" is gedrukt, bestaat uit letters, door punten gevormd, die in het papier ingedrukt en door de blinden met de vingers gelezen worden. De e met klemtoonteeken (e) wordt voorgesteld door de volgende groe peering Allo andere letters, de leestee- kens, cijfers en muzieknoten, worden gevormd door 1 tot 5 punten van het zestal weg te laten. Dit schrift beeft meer en meer andere blind inschriften verdrongen, wijl het veel ge makkelijker - vaak binnen eenige dagen aangeleerd en ook door de blinden zeiven ge schreven (geprikt) kan worden, zoodat zy met elkander, en hunne ziende verwanten met hen kunnen correspondeeren. De bekende Braille-bibliotheek te 's-Graven hage (directeur de heer G. J. Kolff, Soenda- straat 34) telt reeds een duizendtal deelen, die de blinden tegen geringe vergoeding in bruikleen kunnen ontvangen. Het Nederlandsch Bijbelgenootschap nu heeft de gelegenheid geopend een Evangelie in blin denschrift in eigendom te verkrijgenhet werd daartoe in staat gestold door de firma Joh. Enschedé en Zonen, te Haarlem, die het boek drukte op eene wijze, welke alle aandacht en bewondering verdient. Immers, werl tot hier tcc het Braillo öf sL-hu op éér.e zijoe van het papier gedrukt, öf aan de twee zijden, maar zóó, dat de regels van do voorzijde tus schen die van de keerzijde geplaatst worden na langdurige proefnemingen, waarbij tallooze bezwaren moesten overwonnen worden, is genoemde firma er in geslaagd eene druk- methode te vinden, waarbij de regels der voor en keerzijde van het papier in elkander vallen. Zoodoende wordt veel minder papier vereischt, hetgeen prijs en omvang der boeken aanmerkelijk doet verminderen. De druk mag, zoowel op zichzelf als in vergelijking met hetgeen elders is geleverd, bijzonder duidelijk heeten, en het papier heeft de anders kwalijk te vereenigen, maar hier onor.tbeeilyke eigen schappen van hardheid en taaiheid. Door dit alles is een resultaat verkregen, dat naar het oordeel van deskundigen alles in de schaduw stelt, wat in het buitenland ten deze werd bereikt. Hulde verdient de volharding en de genia liteit, door de firma Enschedé bij de voor bereiding en uitvoering van dit werk aan den dag gelegd, en gaarne wekken wij allen, die daartoe kunnen medewerken, op, de versprei ding te bevorderen eener uitgave, die der vaderlandsche nijverheid tot groote eer strekt en aan de blinden een rijken zegen voor hart en verstand brengen kan. Dit Evangelie is in heel linnen band voor f 3 te bekomen aan het magazijn van het Nederlandsch Bijbelgenootschap, Heerengracht 366, te Amsterdam, waar tevens aan onver - mogenden de weg wordt gewezen om het boek tegen verminderden prijs of kosteloos te ont vangen. Bij elk exemplaar wordt eene zeer doelmatige handleiding tot het aanleeren van het Braille schrift gevoogd, daartoe kosteloos verstrekt door het instituut tot onderwijs van blinden in de Yossiusstraat, te Amsterdam. Het zoo onverwacht bericht, dat de invoer van hoornvee en van varkens in Duitschland met 1 Juli a. s. wordt gesloten, verwekt in Friesland onder de veehandelaars veel sensatie. Zy, die groote inkoopen hebben gedaan, haastten zich, om ze nog vóór 1 Juli in te voeren, want anders zouden ze veel schade lijden, dewijl na de sluiting zeker eene belangrijke daling zal volgen. Het is tot nog toe een raadsel, wat de regeering van Duitschland aanleiding kan gegeven hebben tot het verbod van invoer, omdat niet alleen in Friesland, maar voor zoover bekend ook in de andere provinciën de veestapel gezond is. H. M. de Koningin-Regentes zal by de begrafenis van wyien president Carnot ver tegenwoordigd worden door onzen gezant te Parijs, jhr. Do Stuers, aan wien is toegevoegd de heer Laman Trip, kolonel-commandant van hot regiment grenadiers en jagers. De minister van marine heeft: lo. den kapitein ter zee M. J. C. Lucardie, geplaatst in de directie der marine te Willemsoord, en belast met de betrekking van hoofd van het vak van uitrusting by 's Ryks werf aldaar, met 1 Aug. a. s. eervol van die betrekking ontheven, op non activiteit gestold en vervangen door den kapitein tor zee H. Schotborgh; 2o. de adelborsten 1ste kl. P. J. Lucardie en J. R Van der Mandele met 6 Juli a. s. geplaatst in de rol van Hr. Ms. wachtschip te Amsterdam. Uit Batavia seint men aan de „N. R. C.": „De oxpeditie naar Lombok is vertrokken. In deskundige kringen verwacht men een korten, levendigen tegenstand". Door den minister van waterstaat, handel en nyverheid zyn de voorzitters der Kamers van koophandel en fabrieken te Amsterdam en te Rotterdam, de hoofdinspecteur van den Rykswaterstaat en de inspecteur van den Ryks- waterstaat in de lste inspectie, aangewezen om de Nederlandsche Regeering te vertegen woordigen by het in Juli a. s. te 's Gravenhage te houden Vide Internationale Congros voor binnenscheepvaart. In de gisteren gehouden zitting van den Utrechtschen gemeenteraad werd de verorde ning op de invordering van het schoolgeld met eenige wQziging aangenomen. In zake de salarissen van onderwyzers werd besloten, de verhoogingen met f 50 per jaar te geven totdat de onderwyzers eene jaarwedde van f 700, de hoofdoDderwyzers f 900 hebben; dan geschieden de verhoo- gingen met f 25 per jaar tot het maximum bereikt is. Naar het „H. Dagbl." verneemt, is de instructie van 1842 voor de ambtenaren van de Algemeene Rekenkamer mét ingang van gisteren in dier voege gewyzigd, dat do werk- tyd van de ambtenaren in plaats van 9'/a uren des voormiddags tot 3'/a uren des namiddags, is bepaald op 91/* uren tot 4 uren. Gisteren herdacht mr. S. M. S. Modder man, burgemeester van Groningen, den dag, waarop hy voor 50 jaar promoveerde. Van vele zyden ontving hy biyken van belang stelling. Namens den raad van toezicht en disci pline van de rechtbank sprak mr. Haakma den jubilaris, deken der orde van advocaten, toe. De balie bood hem eene ets van Dake aan, voorstellende de „staalmeesters" van Rembrandt. Jozef Israëls, die met zyn zoon Isaac eene reis door Spanje heeft gemaakt, is te 's Gravenhage teruggekeerd. Het „U. D." meldt dat te Utrecht. 35 jaar oud, overleden is de beeldhouwer J. De Jong. De minister van binnenlandsche zaken brengt in de „Staatscourant" van 30 Juni het volgende ter algemeene kennic: By besluit van Gedeputeerde Staten van Gelderland van 26 Juni 1894, is verklaard dat L. J. Tabbers, ontslagen hoofd der open bare lagere school te Gent, de bevoegdheid tot het geven van lager onderwys heeft ver loren. Jhr. mr. P. H. Gevers Deynoot, referen daris, tydelyk belast met het beheer van hot Kabinet der Koningin, heeft zich naar Zürich begeven. Baron Guillaume, tot dusver gezantschaps- raad by de Belgische legatie te 's-Gravenhage, heeft de residentie verlaten om zich naar Athene te begeven, ter vervulling van" zyn post als minister-resident van België. By testamentaire beschikking is door mevrouw Thomas-Scheltus en den heer C. Scheltus, beiden voor drie weken te Amersfoort overleden, o. a. geschonkenAan de gere formeerde kerk B het door hen bewoonde huis, pakhuis en andere woningen; aan de gereformeerde kerk A f 22,000, die op het Grootboek moet geplaatst worden en gebruikt voor den dienst des Woords; voor een gere formeerd weeshuis eene som van ongeveer ƒ200,000, en voor eene inrichting tot opneming van dude dames van gereformeerde beiydenis, een heerenhuis en het noodige kapitaal tok ondorhoud. Het stoomschip „Werkendam", van Rotterdam naar Nieuw-York, passeerde 28 Juni Lizard; de „Deucalion" arriveerde 29 Juni van Amsterdam te Batavia; de „Gelder land", van Rotterdam naar Java, is 29 Juni Kaap Carvoeiro gepasseerdde „Kanzier", van Hamburg en Amsterdam naar Oost-Afrika, arriveerde 28 Juni te Lissabon; de „Koningin Emma", van Amsterdam naar Batavia, ver trok 29 Juni van Suez; de „Prinses Marie", van Batavia naar Amsterdam, vertrok 29 Juni van Padang; de „Rotterdam" vertrok 28 Juni van Nieuw-York naar Rotterdam. 23) „Nu ja, maar toenwaagde hy tot zyne verdedigiDg in het midden te brengen. .Toen", viel Jacques hem in de rede, .toen, evenais nu, hadt ge belangrijke sommen met het spel verloren. Ge hadt dus geld noodig en evenals nu hebt ge dat weten machtig te worden.ditmaal is de misdaad echter zoo ontzettend veel grooter, daar ze met den moord op uw vader gepaard ging." „En dus beschuldigt ge my nog bovendien mijn vader gedood te hebben?.Dat is eene laagheid 1" „De laagheid zou nog veel grooter zijn als gi) toeliet, dat men my beschuldigde, gevan- gennam, veroordeelde, terwijl ge weet, dat ik onschuldig ben." „Maar alles bewijst toch uwe schuld 1" „Alles bewijst het, wel mogelijk, maar in werkelijkheidde dief, de moordenaar zyt gij „Zwijg, gu zljt krankzinnig: om uzelven vry te pleiten, durft gi) zulk eene taal te voeren, g(J ztJt een ellendeling, ge zijt gek." ,Ik ben noch het een, noch het ander en dat ik zulk eene taal voer, is, omdat wü hier alleen zijn, omdat niemand ons hooren kan. In tegenwoordigheid van anderen zal ik zwijgen, en ziehier wat daarvan het gevolg zal zfln. Ik ben onschuldig, maar zal veroor deeld worden; volkomen recht, want alles bswjjst mijne schuld. Maar mijne veroordeeling sleept de grootste ellende voor de mijnen n zich: mjjne moeder is ziek, blind en het is slechts met onafgebroken zorgen, dat wi haar in het leven kunnen houden. Wanneer ik er niet meer zal z()n, zullen die zorgci haar ontbreken en zal mijne moeder sterven, en mijne zuster broodeloos, zonder steun zfln terwijl ik onschuldig in de gevangenis smacht of wellicht naar de galeien word gezonden. En niettegenstaande dit alles ben ik vast besloten, niets tot mijne verdediging aan te voeren en uw naam niet te noemen; ben ik besloten, alles te verdragen, uit herinnering aan de goedheid van uw vader, en om de droefheid van de familie van mijn weldoener niet door schande te vergrooten. Thans is het aan u, om uwe gedragslijn te bepalen. Ik zal zwijgen, maar mijn stilzwijgen zal eervol, het uwe daarentegen eene misdaad zjjn 1" „Genoeg, mijnheer, mijn geduld is ten einde, ik kan u niet langer aanhooren. Wat gij zegt, is schandelijk." „Nog schandelijker zou het zyn, zoo gij m(j, terwfll gi) weet dat ik onschuldig ben, nog langer van deze misdaden liet beschul digen en toeliet dat men mij veroordeelde," „Dat gaat de justitie aan: wat kan ik daaraan doen?" „Wat gil daaraan doen kunt? Wat een man van eer zou doen 1 Moet i k u dat zeg gen? Als gy niet wilt, dat de waardige naam van uw vader in rechtzaken gemoeid wordt, als ge niet wilt dat een onschuldige voor uwe misdaden boet, welnu, wees dan moedig, neem dit wapen, en Jacques Varlay nam uit het wapenrek, dat aan den muur hing, oon pistool, spande den liaan, reikte het Maurice toe en sprak op plechtigen toon „Maurice Bertin, het oogenblik is gekomen om u zijner waardig te toonen. Gedenk uw vader en sterf!" „Gi) zi)t gek I" stamelde Maurice, de revolver afwerende. Op hetzelfde oogenblik weerklonk een kreet achter de zware portière, die den toegang tot het kleine salon afsloot. Jeanne was dddr; achter die portière ver borgen, had ze alles, wat daar voorviel, bij gewoond. Jacques Varlay wierp het wapen, dat Maurice geweigerd had, op eene tafel, vloog op Jeanne toe en ving haar in zijne armen op, juist toen zi) bewusteloos neerstortte. Maurice, overweldigd door hetgeen Jacques hem had gezegd, door de aanbieding van het wapen, dat aan alles een eind had moeten maken, bleef onbeweeglijk en liet gelaten toe, dat Jacques zjjne zuster in z(Jno armen nam en haar op den naastbijzjjnden fauteuil nederlegde. Toen wendde hy zich tot Maurice en sprak, op de bewustelooze wijzende: „Het is voor haar, verstaat ge, voor haar alleen, dat ik dit alles doe!" En als kon Jeanne niet zien wat by deed, nam b(j Maurice bjj de hand en geleidde hem naar de tafel, waarop hij het wapen had neergeworpen. Ziedaar I" sprak hij, op het pistool wij zende, „als in u nog een weinigje eergevoel huist „NooitI" riep Maurice, „nooit! Ik ben on schuldig." Als door een olectrischen -scl: getroffen, sprong Jacquos Varlay op en i één woord zijne verachting, zijn afgrijzen u.- drukkende, uitte hij slechts dit eene woord „Lafaard 11" Teen echter, door eene onwillekeurigo be weging, viel zijn oog op het I()k van z(Jn geliefden meester; al zijne woede, al z(jn haal was eensklaps verdwenen, en op kalmer, ernstigen toon vervolgde hy „Hot is wel, van uit den hooge zal un vader op ons neerzien. Ik zal intusschon don bijnaam, dien hy my gegeven heeft, in eere houden en weten, wat my te doen staat." En de deur, door welke de agenten ver trokken waren, openrukkende, riep hy met luide stem: „Myne heeren! Doet uw plicht. Ik ben do dief, ik ben de moordenaar van den heer Bertin 1" XIV. Arme moeder. Nauwelyks had Jacques deze woorden go- uit, of in het naastgolegon vertrek weer klonk de kreet: „Jacques 1 Myn kind! Jacques, waar zyt ge?" Eene oude, blinde vrouw had den toegang tot het vertek weten te vinden, waar Jacques, haar lieveling, zich bevond. De gryze haren, ternauwernood verborgen onder een zwarten sluier, de handen saam- gevouwen, de oogen, waaruit het licht voor altyd verdwenen was, wydgeopend, do lede maten half verlamd, strompelde de arme moeder op haren zoon toe, die haar mot den roep„Moeder! Lieve moeder!" in do :men viel. Een meisje van ongeveer zestienjarigen leeftyd volgde haar op den voet en trachtte haar met zachte woorden terug te houden. Zy luisterde evenwel i iet, maar zich ge heel aan hare moederlyke liefde overgevenle, drukte zu haren liaveling aan do borst en bedekte zyn gelaat met vurigo kussen. „Mqn kind, myn Jacq iesMen zal u niet van uwe moeder wegvoeren 1 Zeg, men zal u toch niet in de gevangenis werpen?" En met verheffing van stem voortgaande: „En waarom my myn kind te ontnemen? Waarom? Kan Jacquea misdreven hebben? Kan hy aan eenige misdaad schuldig wezen? Schuldig, hy? Zoo iemand schuldig is, zoek dan elders, en laat my myn kind; kom, Jacque3, kom, Zezette, kom! Laat ons dit huis verlaten 1" Dit droevige schouwspel maakte op allo aanwezigen den diepsten indruk; niemand bewoog zich, niemand vermocht een woord te uiten, allen waren tot tranen toe geroerd. Jacquos Yarlay hield zyne blinde moeder en het blonde hoofd zyner zuster aan zyne borst gedrukt; zyn blik zocht dien van Mau rice Bertin. Die blik scheen te vragen„Zult go nu cindeiyk spreken, of zult ge deze ongelukkigen aan schande en wanhoop ten prooi geven?" {Wordt vorvnlod.) DAGBLAD.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1894 | | pagina 1