Gemengd Nieuws. B\j een bewoner van een perceel m de Ververstraat N°. 14 B., alhier, is neder- gevallen eene duif, gemerkt K. D. 1893 213, op een ring aan den linkerpoot; op den rochtervleugel gestempeld „Crook-Kirkham" en op den linkervleugel met het nommer 94. Het voorloopig verslag omtrent de verwachtingon van den te veld staanden oogat in de gemeente Haarlemmermeer in 1894 luidt aldus: Rogge, zeer goed; gorst en tarwe, goed; haver, zeer goed; erwten, goed; boonen, zeer goed; vlas, koolzaad, kanariezaad, karwei, mosterd, blauwmaanzaad, beetwortelen, wor telen, vruchtboomen on houtgewas, alles goed vee, gezond, goed in prijs; weiland, hooiland en klaverland, goed. In het algemeen is de verwachting gunstig. Do inschrijvingen voordeaan staande roei- en zeilwedstrijden van „Hol- landia", te Oudshoorn, op 30 Juni en 1 Juli, bestaan voor het roeien uit 20 en voor het zeilen uit 24 vaartuigen. Ten overstaan van notaris Heenk, van Leimuiden, zijn den 27sten Juni, door het bostuur 7an den Oudendykschen polder, te Y/oubrugge, voor éón gowas, publiek verhuurd ongeveer 7 hectaren tuin of bouw land in den drooggemaakten Pias-polder aldaar, aan P. Van Bergen, landbouwer te Alfen, in 8 perceelen gecombineerd, voor 600. Het aldaar nog wassende koolzaad, eveneens circa 7 hectaren, is opgehouden. De handwerken van de handwerk thool te Benthuizen hebben bjj openbare verkooping opgebracht de som van f 18.96. Het gerechtshof te 's-Gravenhage bevestigde gisteren het vrijsprekend vonnis van de rechtbank te Rotterdam in de zaak van de vrouw van verdachte zeden aldaar, die te rechtstond wegens mishandeling, den dood ton gevolge gehad hebbende. Naar aanleiding van een vroeger bericht betreffende het bouwen van een nieuw station te Woerdon, wordt van zeer bevoegde xijde medegedeeld dat by de Maatschappy tot Exploitatie van ^Staatsspoorwegen nog geene plannen aanhangig zyn tot uitbreiding van bet daar bestaande station. Voor het kantongerecht te Schie dam is do geruchtmakende zaak behandeld contra den heer G. Dirkzwager Mz., directeur van de Bergingsmaatschappy, wegons het zonder vergunning in de werkplaats der MU. voorhanden hebben van tonnen met ontplof fingsmiddelen. Tal van getuigen werden ge hoord. Het O. M. constateerde dat bekl. zich had schuldig gemaakt aan overtreding van het kon. besluit van 15 Oct. 1885 en wees met nadruk op de ontzettende gevolgen, welke eene ontplof fing van zoo'n voorraad voor de gemeente Maas sluis had kunnen hebben Het achtte daarom oone geldboete gcene voldoende straf en eischte eene maand hechtenis. Do beklaagde verzocht hem niet voor zyn leven ongelukkig te maken door hem in do gevangenis te zetten. Tegen jhr. A. A. Martini Buys, die in dienst dor Maatschappy do gevaarlyke stof had laten vervoeren en opslaan, zonder vergunning van de bevoegde autoriteit, werden geëischt 3 hechtonissm, elk van 10 dagen. Met do behandeling van dezaak- Tuynenburg heeft de Amsterdamscho justitie zich belast. Eenige dagen geleden althans zyn de diensten van den inspecteur rechercheur Batelt ingeroepen ter opsporing van den voort- vluchtigen oud politie commissaris. Deze onder zoekt nu vooral, op welke data Tuynenburg fondsen ter markt heeft gebracht, op welke data hy te Amsterdam, op welke te Utrecht sn op welke elders is geweest. Het onder zoek heeft tot heden geleid tot hot vermoe den, dat Tuynenburg in Februari jl. voor het eorst tot verkoop van effecten uit de brand kast van den Politiebond is overgegaan. Tuyonburg schynt reeds acht dagen geleden te Monte Carlo gezien te zyn, de plaats waar zoowel hy als zyne reisgezellin vroeger reeds waren geweest. Tuynenburg heeft dus al den tyd gehad om van Monto-Carlo naar eene meer veilige wykplaats te vertrekken. Men meldt uit Brielle aan de „N. R. 0.": Begunstigd door het prachtigste zomerweer, had gisteren op de Maas een zeil- en roeiwedstryd plaats van het corps torpedisten. De pryzen werden na afloop met eene ge paste toespraak door don commandant, luit.- kolonel Van don Oudendyk Pieterse, aan de sergeant-schippers ten bate van henzelven en hunne manschappen uitgereikt. De muziek van het corps zette luister by aan deze nut tige en aangoname oefeningen, welke door verscheidene genoodigden, vooral dames, wer den bygewoond. Do officier van justitie te G r o - ningen waarschuwt tegen de praktyken van zekeren persoon, zich onderteekenende met den naam A. J. Van Schuur, die, zich uit gevende voor penningmeester van de niet bestaande afdeeling Helder van de Prins- Hendrik stichting ten behoeve van oude zee lieden, gedrukte quitantiën aanbiedt en daarop jaariyksche bydragen invordert ten behoeve van genoemde stichting; deze persoon is naar de beschryving tusschen 40 en 50 jaar. Werkstaking in Amerika. Ten govolge van de gisteren vermelde werkstaking staat het beheer op elf spoorwegen van en naar Chicago stil. De beweging strekt zich uit naar andere plaatsen. Het verkeer op den Westelyken Zuid-Pacific-spoorweg staat in Californiê stil, ten gevolge van de weigering der Maatschappy om treinen te laten ryden als haar niet wordt toegestaan Rillmanwagens te gebruiken. Verdere werkstakingen zyn te wachten. De vereeniging van spoorwegarbei ders heeft aan de beambten op den Atchison- spoorweg bevolen, het werk te staken. De .Times" verneemt uit Britsch- Indië goed nieuws van de proefnemingen van dr. Haffkinne met het inënten tegen cholera. In drie gezinnen werd een gedeelte ingeënt, terwyi het andere oningeënt bleef. In alle drie gezinnen deed de cholera hare ver- schyniag en tastte een oningeënte aan, de ingeönten bleven vry. Ingeënt waren onder scheidenlijk 4 van de 6, 5 van de 11, en 6 van de 9 leden van het gezin. De pest te Hongkong b1y ft nog steeds ernstig, maar toch begint de epidemie reeds te verminderen. Blykens een gisteren vandaar te Londen ontvangen telegram, over leden den 27sten Juni 25 personen aan de ziekte. Het getal der dagelyksche sterfge vallen is dus reeds tot meer dan de helft verminderd. Te Bowling Green, in Kentucky, is alweer de lynchwet toegepast. EeD blanke, die zich vergreep aan do vrouw van een zyner ondergeschikten, werd door eene volksmenigte gevat en op staanden voet opgehangen. De bladen te Nieuw-York dringen er meer en meer op aaD, dat de regeering met kracht optrede om dergelyke executiën in de westelyke staten te verhinderen, maar tot dusver zyn deze pogingen zonder gevolg gebleven. Volgens het bulletin van het „Kais. Gesundheitsamt" van 27 dezer zyn er in Duitschland in den loop der jongstverloopen week geene nieuwe gevallen van cholera meer voorgekomen. Hetzelfde bulletin deelt mede dat blykens by het „Gesundheitsamt" ingekomen ambts bericht van 16 jl. tusschen 6 en 16 dezer in het departemeot Finistère in Frankryk zich geene nieuwe gevallen van cholera hebben vertoond. INGEZONDEN. Mijnheer de Redacteur I Van myn vriend Muller Massis ontving ik dit schoone vers voor myn weekblaadje „Pniël." Het nummer voor dezen Zaterdag is echter juist afgedrukt. En 't gedicht is te actueel om eene week te biyven liggen. Mag ik het U voor 't Dagblad van hedenavond toezenden Ik ben er zeker van dat al uwe lezers het met genot zullen leeren kennen, onder den nog zoo levendigen indruk van den laaghar- tigen moord op President Carnot, die aller hart bewogen heeft. Uw Dw. Dnr., J. H. Gunning JHz. Bede In dezen Jn«aincr(|jd, Bewaar, o Godl bewaar de volken In dezen jammortydl Het anarchisme siypt de dolken, Daar 't, als een adder, byt. Gy laat het toewy, blinde menschen, Wy weten niet: Waarom? Spreek tot de bloemen, die verflensen, Heerl uit Uw heiligdom 1 „Verneórt, verneórt u voor d'Almachtenl „De donder van deez' dag „Verkondigt Hèm aan do geslachten, „Van wie geen oog Hem zag, „Als "Wreker van de goddelooshoid, „Als Vader van het Recht, „Die een onmenscheiyke boosheid „Door menschen openlegt." Want allen hebben U verlaten, O God, vol majesteit I Het vloekgescbreeuw op onze straten Tergt Uwo heiligheid. De volkren zyn verdwaasd, verloren In zelfzucht, geldbejag, Achl ieder wil zichzelv' behooren En spot met Uw gezag 1 De waanzin heeft ons overrompeld; De zondelust, geknakt. De Booze ons in zyn vloed gedompeld, Waarin de menschheid zakt, Om altyd dieper neer te zinken. Tot Gy haar op doet staan 1 Heerl doe één Ster van hope blinken, Al blinkt geen zon, noch maan. Heerl Troost de Weduw, diep verslagen By 't ïyk haars Echtgenoots. Doe licht uit al dit donker dagen, Uit dezen nacht des Doods I Ach! wy verdienen Uw gerichtenl Dat onze traan in bloed Verkeert by zóóveel treurgezichten, Als daagiyks 't oog ontmoet. Geen God Imaar d&n ook duivlenkreten En duivlendaden.Heer! Geen Godmaar dèn ook - geen [geweten, Berouw noch schaamte meerl Achl minder dan tot Dier vervallen, Dat slechts uit honger moordt, Draagt nü de menschheid een met allen, Het merk des Satans voort. Erbarming, God! Wy smoeken, smeeken Heerl by Uw Vadernaam! O wil. door Uwen Zoon, verbreken Èn Zonde èn Helle saam! Wees onze Koning, Wien te buigen Onze eerkroon eeuwig zyt Verlosser, van Wiens gunst te juichen Uw kind zich in verbiy'! Y. D. Muller Massis. Maatregelen tegen anarchisten. Na den aanslag op Crispi en den moord van Carnot is in de pers het denkbleeld van eene internationale overeenkomst tot bestry- ding van het anarchisme druk besproken, maar het initiatief daartoe is tot dusver door geene enkele regeering genomen. Dadeiyk na de aanslagen te Barcelona had de Spaansche regeering tot de Europeesche kabinetten een voorstel in dien geest gedaan, dat echter tot geen bepaald resultaat heeft geleid en later niet vernieuwd is. Van Duitscho zyde is, zoo wordt uit Beriyn gemeld, het initiatief tot zulk eene internationale overeenkomst niet te verwachten, maar toch zou de Duitsche regeering wel geneigd zyn in te gaan op practische voorstellen, waarvan werkelyk eenig succes te verwachten is. Volgens eenige der Berlynsche bladen zou de Italiaanscbe regeering wel voornemens zyn het initiatief te nemen, ten einde een gemeen- schappelyk optreden der Europeesche staten tegen de anarchisten to verkrygen. Dit bericht is onjuist. Van bevoegde zyde wordt medegedeeld, dat het eenige wat te dezen opzichte gedaan kan worden, hierin bestaat, dat de hoofden der politie in de ver schillende landen elkaar zooveel mogeiyk steun verleenen. Alleen eene dergelyke inter nationale bestryding van het anarchisme zou mogeiyk wezen, zonder dat daarvoor tractaten gesloten behoeven te worden. Moord te Marollcput. Het Gerechtshof te 's-Gravenhage behan delde gisteren het hooger beroep van Machiel Lampier, 34 jaren, koewachter te Groede, tegen het vonnis van de rechtbank te Middel burg, waarby hy tot levenslange gevangenis straf is veroordeeld wegens moord op zyne echtgenoote, zyne schoonmoeder en zyne schoonzuster in het gehucht Marolleput onder de gemeente Oostburg in den nacht van 30 op 31 Augustus 11. Een vry talryk publiek vulde de rechtszaal. De raadsheer-rapporteur mr. Van Manen bracht een uitvoerig verslag uit omtrent deze zaak, die in hoofdzaak be kend is en hierop neerkomt, dat bekl., na reeds vroeger van zyn voornemen te hebben doen blyken om de drie vrouwen te dooden, in den bewusten avond van de hofstede te Groede, waar hy als koewachter in dienst was, zich naar zyne woning heeft begeven, medenemende een egtand, welken hy te voren had gereed gezet, en dat hy daarna met dien egtand en met een mes aan de vrouwen verwondingen heeft toegebracht, welke als het ware onmiddeliyk den dood hebben ten gevolge gehad; dat bekl. aanvankelyk ont kende, doch later bekonde de misdaad ge pleegd te hebben; en dat de deskundigen, na een ingesteld onderzoek, verklaarden dat bekl.'s toestand van dien aard was, dat hy zich vol komen rekenschap kon geven van wat ny deed en alzoo als toerekenbaar voor zyne daden moest worden beschouwd. Op de door den president van het Hof tot hem gerichte vraag verklaarde bekl. by zyne erkentenis te blyven. Op enkele andere vra gen, nl. of hy iets tot verdediging had te zeggen en of het appèl door zyn raadsman op zyn (bekl.'s) verzoek was ingesteld, wist hy aanvankelyk blykbaar niet te antwoorden. Gevraagd naar de redenen voor het plegen van de misdaad, gaf by op dat hy dit deed om te kunnen trouwen met Lóonie Notelaar (de vrouw met wie hy omgang had) en om geld in handen te krygen, ten einde met Léonie naar Amerika te gaan. Voorts be weerde hy dat genoemde Léonie hem tot den moord had aangezet, waarop de president hem deed opmerken, dat die vrouw dit als getuige heeft tegengesproken. Op de vraag of hy berouw van zyne daad had, was zyn antwoord: „Jawel, maar wat kon ik er aan doen, wat helpt me dat?" Voorts verklaarde hy dat het hem hetzelfde was of hy óóne vrouw dan wel alle drie het leven benam. Mr. H. Smissaert, als verdediger aan bekl. toegevoegd, betoogde in hoofdzaak, dat het oordeel omtrent bekl.'s geestestoestand, door de deskundigen uitgesproken, berust op te weinig gegevens. Pleiter schetste het leven van bekl. en zyne omgeving van zyne jeugd af aan om te doen zien dat hy door ieder, die hem kende, voor abnormaal werd gehouden. Hy miste reeds vroeg eene zorgende moeder. Zyn vader hertrouwde met eene vrouw, die hem by buren uitbesteedde. Op school reeds was hy minder ontwikkeld dan andere jon gens van zyn leeftyd, en dit is later zoo gebleven. Voorts wees pl. er op, dat bekl ook blyken gaf van y delheid, hetgeen niet door de geneesheeren, die hem onderzochten, scheen te zyn opgemerkt. Hoe dom het echter van bekl. was om zich tegenover de genees heeren zoo verstandig mogelyk voor te doen, kwam geen oogenblik in hem op. De zucht om naar Amerika te gaan, was by bekl. een idée-fixe geworden en de voor hem nieuwe gewaarwordingen van liefde, welke hy eerst gekend heeft sedert hy omgang had met Léonie, konden hem niet weerhouden er was noodzakelykheid voor hem om het feit te plegen. Op grond van een en ander vroeg pleiter dat het hof de behandeling der zaak zou schorsen en een nader onderzoek naar bekl.'s geestestoestand zou instellen. Het Openbaar Ministerie, waargenomen door procureur-generaal mr. Byleveld, begon met te schetsen de gruweiyke en beestachtige wyze, waarop de moord is gepleegd, waaruit blykt dat de daad van bekl. niet was eene opwelling van het oogenblik of het gevolg van toomlooze drift. Hier werd gehandeld na een vooraf beraamd plan, na overleg en be rekening. Voorts was er eene volledige be kentenis tot in atle by zonderheden, terwyi in de stukken wordt gevonden al wat gebeurd is en wat aan de misdaad voorafging. Dit alles, meende Z.E.G.A., zou het Hof niet leiden tot den twyfel, die by den verdediger is op gekomen. De procureur-generaal bracht hulde aan de pogingen en aan den yver, door den verdediger in deze zaak betoond, maar het was z. i. ten eenenmale onmogelyk om met diens stelsel mede te gaan. Na de lezing van het belangryk rapport van de deskundigen was spreker vol lof voor de nauwkeurige wyze, waarop het onderzoek heeft plaats ge had. Ook in het rapport werden personen genoemd, die bekl. van zyne jeugd af aan heb ben gekend. In de omstandigheden, waardoor de verdediger de abnormaliteit van beklaagde trachtte te bewyzen, kon mr. Byleveld die bewyzen volstrekt niet zien. Hebzucht en lust om eene vrouw de zyno te noemen, die de zyne niet was, waren de drijfveeren voorden moord. Noodzakelykheid om misdaad te plegen was er niet, alleen noodzakelykheid om zyn doel te bereiken. Het O. M. meende dus dat er volstrekt geene aanleiding bestond tot het in stellen van een nader onderzoek en vorderde bevestiging van het vonnis. Uitspraak 11 Juli. KOLONIËN. BATAVIA, 25-29 Mei. Omtrent de Lombok-expeditie meldt de „Java-bode" dat het de bedoeling moet zyn 3 bataljons infanterie, 2 batteryen, 1 escadron cavalerie en genietroepen te zenden, te zamen dus omstreeks 3000 man. De expeditie zou tusschen 20 Juni en 1 Juli vertrekken. Eerst zal natuuriyk een ultimatum worden gesteld. Het Nederlandsche oorlogsschip, dat vol gens een telegram van gisteren Anjer pas seerde, is de pantserkorvet „Sumatra", die voor de wateren van Lombok bestemd is, wanneer daarheen eene expeditie gaat, en beginnen zal met het den Radja te stellen ultimatum over te brengen. Geen onzer oorlogs schepen in den archipel heeft verder-dragend geschut dan dit. Een vreeselyk ongeluk had op Kalianjer, te Soerabaia, ten huize van den heer Rosenquist plaats. Het neefje van den heer R., de 14 jarige M., had de gewoonte een hert, op 't erf van genoemden heer, nogal eens dikwyls te plagen in weerwil van de vermaningen van zyn oom om zulks na te laten. Gistermiddag, zegt de „Loc." van 23 dezer, herhaalde het neefje zyn spelletje, het hert werd toen kwaad en achtervolgde hot dien tengevolge beangst geworden jongmensch en bracht hem met zyn gewei zulke gevoelige porren in de linkerzydo toe, dat de jongen bewusteloos ineenzakte. De dadelyk geroepen geneesheer constateerde, dat de steken by'na door #n door woron gewaagt. Te 2 uren n.m. stierf het arme ventje onder do afschuwelijkste pijnen. Volgens het „Soer. Hbld." zal de heer Burnaby Lautier, resident van Soerakarta, in den loop van Juni 's lands dienst verlaten. Den 24sten Mei werd uit Kotta Radja aan de „Sum. Ct." geseind: Den 21sten dezer hebben onze troepen Misdjid Biloel ingenomen. Aan onze zijde zjjn slechts vier gewonden; de vorliezon van den vijand zjjn veel grooter, doch niet op te geven. Den volgenden dag werden de onzen fel beschoten, maar de vijand liet het daarbij. De luitenant Liefrinck en negen minderen werden gewond, een fuselier en een dwang arbeider gedood. Gisteren werd het vuur hervat en drong de vijand onstuimig op, doch zonder tactisch succes. Wij bekwamen echter aan dooden: een sergeant en twee dwangarbeiders; aan gewonden vijf mindere militairen. Heden zal men den vijand trachten om te trekken. Volgens de .Sum. Ct." is de zending van den assistent-resident van Painan, den heer Neumann, die de opdracht had ontvangen om het onafhankelijke landschap Soengei- Koenit bfl ons gebied in te lijven, mislukt. De heer Neumann vertrok van Solok met den heer Van Schmidt, assistent-residentaldaar, naar Moeara-Laboe, doch na tien dagen aldaar te hebben vertoefd, keerden zg onverrichter- zake terug. Door den goaverDear-genortkl v»n Nod.-Indii irjn de volgendo beschikkingen genomen: Civiel Oepartemont. Verleend: Een Jaar verlof naar Europa, wogene langdurigen dienst, aan don coutrolenr leto kl. bij hot Bionen]. Bestuur op de bezittingen buiten Java eu Madeira, W. J. F. Vermeulen. Ontslagen: Uit 's lauds dienst, do gewezen klerk bg bet Vendnkantoor te Batavia, J C. Van Leeuwen. Benoemd: Tot predikant bg de Protestantsche gemeente te 8oerabaia, de ambtODaar op on-activiteit de. H. J. Offerhans, laatst die betrekking bekleed hebbende. Ontslagen: Op verzook eervol uit 's lands dienst, met ingang van 6 Juli 1894, de directeur van Binnenl. Bestunr A. C. Uljee, onder dankbetuiging voor de langdurige en trouwe diensten, door hem aan den lande bewezen eervol uit zijne betrekking wegens ziekte de 8de commies bij het departement van Financiën J. Potter van Loon. Benoemd. Tot directeur van Binnenl. Bestuur, met inj-aDgvan 5 Juli 1894, do resident der Padangsche Bovenlanden (Sumatra's Westkust) G. A. Soherer; tot gouverneur van Sumatra's Westkust, met ingang van 5 Jam 1894, do resident van Sumatra's Oost kust W. J. M. Mich eisen. Bij het departement van BinDonlandsoh Beetuur: Bonoemd: T t 2den commies de 8de commies G. A. N. Soholtema; tot 3den commies de klerk W. Droop. Bg den Waterstaat en 'e lands Burgerlijke Oponbare Werken. Benoemd: Tot opzichter leto kl. de opz chters der 2de kl. G. J. Beaupain od J. A. Lapré; tot opzichters 2de kl., dc opzichters 3de kl. Tb. C. H. J. Vogelenzang en J. W. Coorengel; tot opzichter 8de kl. do tijdelijke opzichter H. L. Van Spall. Gesteld; Voor den tgd van zee maanden of zooveel korter als zal blijken voldoende te zgn ter beschikking van den voorzitter van den landraad te Pontlanak (Weetorafdeeling van Borneo), om te worden belast met griffierswerkzaamheden bij die roohtbank. de ambtenaar ter besohikking van den buitengewoon voorzitter van don landraad te Bangkalan (Madura) E. E. Kailola. Bepaald: Dat geplaatst blijft in de ree. Oostkust van Sumatra, de benoemde controleur lste kl. E. J. Westenberg. Geplaatst: In de res. WesterafdeeliDg van Borneo, de bij zijn kader teruggevoerde oontroleur 2de kl., A. J. De Mandt. Dopartement van Oorlog. Ontslagen: Op ver zoek, eervol uit Hr. Ma. militairen dienst, wegens volbrachten diensttijd, met behoud v?n reobt op pensioen, de kapt. der inf. P. F. W. Van der Paardt. Eervol ontheven: Van do detaoheering bij den topograpbisoben dienst en geplaatst bij bet 16de bat. de lste luit. bg het subsistentenkader te Padang G. H. Brack. Bevorderd: Bij het wapen der infanterietot luitenant-kolonel, do majoor B. Heeree; tot majoor de kapitein J. F. F. Van Bloemen Waanders; tot kapitein de lsto luitenante A. F. Roquó (met verlof in Nederland) F. W. G. O. L. Stenp, B. J. Eekhout, H. O. W. L. Kramer (gedetacheerd bij do koloniale reserve in Nederla'-d), G Doerrleben, 11. J. Tjasjons Keiaer, V. O. W. Le Clorq de Courcollee (met verlof in Nederland) F. E. SpiTlot. W. J. Ieing, W. O. Kimmijser (met verlof in Nederland), G. J. Albertz, I F. L. C. Lach de Berc (mot- \erlof in Nederland), K. M. Leendertz en A. MontagDe; tot laten luit. de 2de luitenants J. W. Abeleven, C. J. Aeselberge, H. Ermerins, A. W. E. Wogtruian, 8. Van Hul- stijn, V. J. Van Mario, B. De Brurjn, T. J. Voltman en P. Kok, met bepaling dat de kapiteins F. W. G. G. L. Steup, K. M. Leendertz en F. E. Spirlet in hua nieuwen rang de eerste in do betrekking van adjudmt in bot commanderaent dor Zuider en Oos'erafdeeling van Borneo, de tweede in do be trekking van adjudant van den militairen comman dant van Sumatra's Oostkust en laatstgenoemde bij den Topographiechen dienst geplaatst en A la eoite van hun wapen gevoerd blgven. Overgeplaatst. Bij den generalen staf de kapitein der inBrnterie F. E. Spirlet, cbef der 2de afdeclingsbrigade van den Topographisohon dienst ter Samatra's westkust; bij de 18do compagnio vestingartillerie te Batavia, de kapiteiu bg de lste compagnie (lste veldbatterrj) aldaar H. W. J. Stroband; bg de 21ste compagnie (4de veld- batterg) te Baöjoe Biroe, de kapt. bg de 16de com pagnie (6de compagnie vestingartillerie) te Willem I W. L. Zonoevijlle. Geplaatst: Bg aankomst bg de 16de compagnie (5de compagnio vestingartillerie) to Willem I de 2do luit. bestemd voor don Jienet h. t. 1. R. De Greve. Ingetrokken: Do overplaatsing bg de 21ste compagnie (4de veldbattery) to Banjoe Biroe en overgeplaatst bg de lste compagnie (lste voldbatterg) te Batavia, de lste luit. A. Van der Plank. Verleend: Eene maand verlof naar Soerabaia wegens familie-aangelegeubeden, aan den 2den luit, dor art. P. M Via. Verlengd: Met eene maand het verlef wegens ziekte naar Soekaboemie, verleend aan den lsten luit. der inf. P. Van der Molen. Geplaatst: Bij aankomst bg het 2do en 17de bat., de kapiteins C. J. Van Griethugzen en W. N. Wintershoven, boiden van verlof terugverwacht; bg het lOdo bat. de 2do luit., bestemd voor den dienet hier te lande J. Swartjes; bg de troepenmaoht te Atjeh, ter nadere indeeling, de lste luit. te Pajacombe O. Schanzleh, by bet lste depot-bat. de lste lnit. bij do troepenmacht in Atjeh F. Schutt; bij de troepenmacht in Atjeh ter nadere indeeling, de 2de luit. bg het 9de bat. K. F. E. Gerth van Wgok bg bet 9de bat. de 2do luit. bg het 10de bat. J. D. H. Beokering; btj de troepenmacht in Atjeh ter nadere indeeling, de kapitein te Batavia F. J. Barthelemy; bg bet ■ubaiBtentenk .dor te Batavia, de lste lnit. bg het lbte depot-bat. J. La Gordt Dillió. Overgeplaatst: Bij den topograpbisohen dienst en ingedeeld bg de 4de opnemingsbrigadc te Padang, de lste luit. bg de garnizoens-compagnio van Bonkoelen A. A. A. Gaijmane; bg het sub- eiBtentonkader te Padang ter detacheering bg de 4de opnemingsbrigade van den topograpbisoben dienst de lste luit. bij het 9de bat. W. P. Broekman; ntJ liet K»ri»l«ocr.aV»a.l®.lJö«* 0«UV.,.u XfonoHo p Tt Timor, de let© en 2do luitenants brj hot '6do bat. W. F. Dinger en J. M. Van den E^de, naar Soirabaia als commandant van het subsist on ten- kader de kapitein by het strafdetachement te Ng&wie O. A. Van der Bel. Ingetrokken: De overplaatsing bg het gais nizoensbalaljon vao Celebes, Menado en Timor, van den lsten lnit. J. F. L. Keesier. Bonoemd. Tot adjudant bg bet 4de dopot» bataljon te Padang, de lsto luit. E. Don Dooren de Jong. Geplaatst: Bij aankomöt bg het rochterhalf 4de bat. de kapitein W. P. Wetselaar, yan verlof nit Nederland terugverwacht; bij hot 2de bat. do 2de luit. P. Van Bognen, bestemd voor den dienst hier te lande. Bevorderd: Bg bet wapen der artillerie tot kapitein do lste luitenants M. H. Vis, G. C. E. Van Dalen (gedetacheerd in Nederland), J. W. Hissink, L. De Vries, O. NijeDhuis, en G. J. E. Nauta; tot lsten lnit. de 2de luitenants A. Van den Boven- kamp, A. Becking, J. F. C. Deibert en T. F. M. Bncber, met bepaling, dat de kapitein C. Ngenhnis ook in zijn nieuwen rang ale constrao'eur bg den artillerie-constr actie winkel te Soerabaia zal blijven gehandhaafd en bg zijn kador gevoord A la suite; tot magazijnmeester 2de ki. (lste luit.) do magazgn- meester 3de kl. (2de lnit.) W. A. C. Van den Eeckhout. Horsteld: Bg het wapen der genio boven de formatie in activiteit, de kapitein op non-activiteit W. A. J. T. Zelle. Departement van Marino. Verloend: Een jaar verlof naar Europa, wegens langdurigen dienet, met ingang van 4 Juni 1894, aan den eersten loods bg bot loodswezen te Tandjong Priok (Batavia) A. J. Kerdel. Ontslagen: Wegens introkking van zfln ambt eervol daaruit de oommiee bg bet havendepartement te Makasaer A. Bax. Gereilde perceelen. Gehouden verkooping in het Stationskoffie huis „Zomerzorg" onder Oegstgeest, op Vrydag 29 Juni 1894, ten overstaan van J.F. Meiners, notaris te Leiden. De Zoutziederij genaamd „het Anker," met woonhuis, arbeiderswoningen, erven en tuin grond onder Oegstgeest, samen groot 31 aren, 10 centiaren, gecombineerd gekocht door den heer P. J. Christiaanse c. s. voor /"6930. Uit Frankrijk. Zooals wy reeds meldden, is Jean Casimi Périer tot president der Fransche republiek gekozen. In hem is Carnot een waardige opvolger gegeven. Eeriykheid, openhartigheid en scherp verstand, gepaard met fijne omgangsvormen en eene zelfstandigheid, die het gevaarlyk was te tarten, zegt de „Köln. Ztg.", waron eigenschappen, die zynen ambtgenooten juist niet aangenaam konden zyn zoolang in het Parlement en de regeering de panamisten den boventoon voerden. In verschillende openbare betrekkingen had Périer zich reeds onderscheiden en hy was minister geweest; maar eerst by de ontmas kering van het boulangisme werden aller oogen op hem gevestigd. Hy was toen vice- president der Kamer en wanneer hy de ver gadering leidde, waa het een kwade dag voor de Boulangisten. Met onwrikbare koelbloe digheid hield by hen binnen de perken

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1894 | | pagina 2