N°. 10517.
Donderdag 7 Juni.
A0. 1894.
feze jouraat wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Dit nommer bestaat uit TWEE
Bladen.
Leiden, 6 Juni.
Feuilleton.
DE LAATSTE TOCHT.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maanden.
Franco per post
Afzonderlijke Nommers
f 1.10.
1-40.
0.05.
PRIJS DER AD VERTENTTËN
Van 1-6 regels f 1.05. Iedere regel moer f 0.171. Grootere
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad
wordt f 0.05 berekend.
Eerste Blad
Officieel© Konnisgevingen.
Bargemeeeter en Wethouders van Leiden breDgen
bij deze ter algemcone kennis dat de gelegenheid tot
het doon inschrijven van leerlingon voor de
Hoogero Burgerschool voor Jongens
is opengesteld eiken Dinsdag ln do maand Joni, des
voormiddags van 10 tot 12 aren, en dat de A d m i s s i o-
examens znllen plaats hebben op Dinsdag,
Donderdag, Vrijdag en Zaterdag 10, 12,
13 en 14 J n 1 i a. s., aanvangende des morgens te 9
uren, beide in hot schoolgebouw aan do Pieters-
kerkgraoht.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leiden, F. WAS, Burgemeester.
6 Juni 1894. E. EIST, Seoretaris.
De Gemeente-Commissie van het Neder-
duitsch-Hervormd Kerkgenootschap te Leiden,
wenscht een hoofdeiyken omslag in te voeren
en noodigt daarom de leden, op in eene cir
culaire aangewezen plaatsen, datums en uren,
uit persooniyk hunne goedkeuring te komen
hechten aan de verandering van Art. 22,
2de alinea a van het Reglement op het be
heer der kerkeiyke fondsen en goederen van
het Nederduitsch-Hervormd Kerkgenootschap
to Leiden, welke alinea sub. a thans zal
luiden aldus:
„Het zoo noodig invoeren van een kerke-
lyken hoofdeiyken omslag volgens een speciaal
daartoe door de Gemeente-Commissie te maken
Plaatselijk Reglement, dat, ter verkrijging van
rechtsgeldigheid, de goedkeuring van het
College van Notabelen behoeft".
Om van hunne al- of niet-goedkeuring te
doen blijken, gaat by de circulaire een stembiljet.
Zy, die er mede instemmen, hebben dit in
te vullen met het woord „ja" en dit persoon
iyk in te leveren.
Hoewel de Gemeente Commissie, zegt zy,
volgens het bestaand Reglement bevoegd is,
onder goedkeuring van Notabelen een hoofde-
ïykon omslag te heffen, wenscht zy dit onder
worp nader te regelen en de beginselen, die
by die heffing zullen worden gevolgd, meer
te ontwikkelen dan zulks in het bestaand
Reglement het geval is, om al welkeredenen
zij meent bovenstaande wyziging van het
Reglement te moeten voorstellen.
Met het oog op de kosten, verbonden aan
het in voldoenden staat onderhouden der
kerken, bestemd voor den openbaren eere-
dienst, hot pensionneeren op zeventigjarigen
leeftyd van het personeel, in dienst der Ge
meente Commissie, en het op zeer matige wyze
suppleeren van de traktementen der predi
kanten der Gemeente, is het noodzakeiyk
gebleken, een kerkelyken hoofdelijken omslag
in te vooren, hoogstens tot een bedrag van
ƒ8000, welke omslag derhalve in het geheel
niet drukkend zal zijn.
- In het „Hotel Verhaaflf" alhier is gister
avond van Den Haag, waar hy eenige dagen
dacht door te brengen, aangekomen de heer
Jas. S. Ewings en familie, gezant van de
Vereenigde Staten te Brussel.
Zyne Excellentie bezocht verschillende be
zienswaardigheden en vertrok heden naar
Haarlem en Amsterdam.
De uitslag van het vergeiykend examen
tot toelating aan de opleidingsschool voor
machinist der marine te Hellevoetsluis is, dat
o. a. geslaagd is H. Borgerding, van Leiden.
Aan het ministerie van justitie is aan
besteed: de levering van 48,376 KG. gort,
79,950 KG. groene erwten en 30,400 KG.
boonen, voor de voeding der bevolking in ge
vangenissen, in de Ryksopvoedingsgestichten
en de Rykswerkinrichtingen te Hoorn en naby
Leidon, en van 440 HL. gort, 325 HL. groene
erwten, 1500 HL. bak-rogge, 275 HL. oude
witte Zeeuwsche tarwe en 200 HL. roode
tarwe, voor de Rykswerkinrichtingen Veen-
huizen, gedurende het 2de halfjaar 1894, in
23 perceelen.
Minste inschryvers waren o. a.voor de
levering voor de Rykswerkinrichtingen Veen-
huizen voor oude witte Zeeuwsche tarwe, de
heer H. H. Van Waveren, te Hillegom, voor
5.78 per HL.; voor 2800 KG. gort voor de
Rykswerkinrichting naby Leiden de heer J.
G. Boekwyt, te Leiden, voor 7.89 per KG.en
1200 KG. groene erwten, dezelfde, voor 11.95
de 100 KG.
De onderhoudsplichtigen van den West-
eindschen weg te Zoeterwoude hebben zich tot
burgemeester en wethouders gericht met het
verzoek den Westeindschen weg in onderhoud
by de gemeente over te nemen, met de vraag,
zoo het verzoek in gunstige overweging werd
genomen, onder welke voorwaarden.
De heer N. Warmolts, candidaat tot den
H. D. te 's-Gravenland, heeft voor de beroeping
naar Benthuizen bedankt.
Voor eene herbaalde oproeping van eene
onderwyzeres aan de openbare lagere school
te Benthuizen heeft zich slechts ééne sollici
tante aangemeld.
De heer W. C. T. Hoyer, volontair ter
secretarie der gemeente Noordwyk, is benoemd
tot ambtenaar ter secretarie der gemeente
Voorhout.
De drie perceelen grasgewas van den
Oudendykschen Polder te Woubrugge, die by
de publieke verhuring in April 11. niet wor
den verpacht, zyn 5 dezer, by inschryving
voor het seizoen 1894, van de hand gedaan
voor ƒ10 gecombineerd.
Te Hillegom is een algemeen geacht
ingezetene overleden, nl. de heer H. Nieuwen-
huis, die gedurende 34 jaar de betrekking
van gemeente-secretaris vervulde en de vraag
baak en raadsman der ingezetenen was. De
overledene was tevens secretaris-penning
meester van vier polders, president kerkvoogd,
secretaris der spaarkas, enz.
In de jongste zitting van don Raad te
Schiedam was o. m. ook ingekomen de goed
keuring van Ged. Staten op het raadsbesluit
van eene rechtsvordering tegen den ontslagen
gemeente ontvanger W. Beffers.
De te Arnhem overleden sedert 1892
gepensionneerde kapitein ter zee G. J. Buyskes
had eene eervolle loopbaan by de koninklyko
marine achter zich. Den lsten Oct. 1855 als
adelborst 3de kl. by de zeemacht in dienst
getreden, werden hem in zyne verschillende
rangen van officier en hoofdofficier der
marine hy werd ln 1883 tot overste en in
1888 tot kapitein ter zeo bevorderd ge
wichtige commandementen toevertrouwd. O. a.
was Buyskes 1ste officier aan boord van het
stoomschip de „Watergeus," en commandant
van het stoomschip „Bandjermassing," de
stoomkanonneerboot „Gier;" het wachtschip
te Amsterdam (in 1881,; den bodem „Suriname"
en van de ramschepen „Buffel" en „Schor
pioen."
In 1882 voerde hy het bevel over de zee
macht in de kolonie Suriname.
Tydens zyne plaatsing by de zeemacht in
Oost lndiö werd hem in 1873 de tevredenheid
van den gouverneur-generaal kenbaar gemaakt
over zyn verdiensteiyk gedrag by gelegenheid
van den brand van het Fort Tatas te Bandjer
massing.
In 1874 nam Buyskes als luitenant ter zee
lste klasse deel aan de expeditie tegen Atjeh
en viel hem de ridderorde 4de kl. der Willems
orde ten deel ter zake zich in den oorlog tegen
dat Ryk te hebben onderscheiden.
De overledene was lid van de Staatscom
missie voor de verbetering van den Waterweg
langs Rotterdam naar zee.
Te Utrecht kwamen 17 onderofficieren
der onderscheidene corpsen van de landmacht,
uit de verschillende garnizoenen des lands,
byeen, tot bespreking van hetgeen van de zyde
dor onderofficieren zou kunnen worden gedaan
om te verkrygen, dat by overiyden van den
gehuwden vrywillig dienenden militair, be
noden den rang van officier, diens weduwe
en kinderen niet geheel onverzorgd achter-
biyven.
Het initiatief tot deze byeenkomst ging uit
van een drietal onderofficieren van het lste regi
ment vesting-artillerie to Zwolle, die zich in
Maart jl. per circulaire tot' hunne kameraden
wendden, waarin zy hun doel uiteenzetten en
bewfizon van instemming daarmede vroegen.
Zy ontvingen daarop ongeveer tweeduizend
handtookeningen, en als gevolg daarvan noo-
digden zy van ieder corps en garnizoen een
onderofficier tot eene byeenkomst uit. Hoewol
de byeengekomen onderofficieren het met elk
ander geheel eens waren omtrent de zaak
zelve, „dat de weduwen en nagelaten kinderen
van de militairen beneden den rang van officier
ook met den besten wil en met groote opoffe
ringen hunnerzyds onvoldoende verzorgd bly-
ven, als niet het Ryk zich hunner aantrekt",
waren toch ruim vier uren noodig om over
eenstemming te verkrygen betrexkelyk den
weg, dien men te bewandelen had om tot
het doel te kunnen geraken.
Het resultaat was, dat men besloot om oen
door het drietal te Zwolle ontworpen adres,
dat in den loop der discussies eenige wyzi-
gingen bad ondergaan, in te dienen aan Zyne
Excellentie don minister van oorlog.
Het is te hopen, dat dit optreden er toe
moge leiden om de oogen te openen van de
regeering des lands voor den werkeiyk treu-
rigen toestand, waarin weduwen en weezen
van een zoo groot aantal ryks-ambtenaren (als
zoodanig zyn toch ook de onderofficieren te
beschouwen) by overiyden van den kostwin
ner achterbiyven, als dit plaats vindt niet in
den stryd of in en door gevorderde of bevo
len dienstverrichtingen of aan de onmiddel-
lyke gevolgen daarvan binnen een jaar -
waarvan dan ongetwyfeld het gevolg zal zyn,
dat daarin zooveel mogelyk verbetering wordt
gebracht. {U. D.)
De Vereeniging van gepensionneerde
onder-officieren en minderen van het Neder-
landsche leger (onderstand aan militairen, ge-
pensionneerd vóór de wet van 1877, en hunne
weduwen) zal hare vyftiende jaariykscho alge-
meene vergadering houden te Amsterdam, op
Maandag 18 Juni.
Onder de punten van behandeling komt voor
een voorstel van het hoofdbestuur, om wegens
het toenemend aantal weduwen dezen te ver
doelen in twee categorieën, nl.
a. Zy, die reeds gehuwd waren, tydens
hare echtgenooten zich in actieven dienst be
vonden
b. zy, die gehuwd zyn, nadat hare echt
genooten den militairen dienst mot pensioen
verlieten.
Uit de rekening en verantwoording over het
boekjaar 1 Maart 1893 28 Februari 1894
biykt, dat de ontvangsten hebben bedragen
ƒ18,118.165, terwyi de uitgaven beliepen
ƒ16,990.97. Het batig saldo bedraagt alzoo
ƒ1127.195.
Verder bezit de Vereeniging een spaarbank
boekje tot een bedrag van 400; een deposito-
bewfis van ƒ1061.50 en 22 bewyzen van
verleend renteloos voorschot tot een bedrag
van 938.50, te zamen 2000.
De commissie, door het hoofdbestuur
van het Nederlandsch Onderwyzersgenootschap
benoemd, ten einde de wenschen en denk
beelden van het genootschap te formuloeren
ten aanzien van eene noodzakelijke her
ziening der wet op het lager onderwys,
heeft een gedeelte van haar rapport gereed,
dat voorloopig onderzocht en overwogen en
op de algemeene vergadering te Deventer be
sproken kan worden. Dit gedeelte handelt
over de indeeling der onderwyzers, de bepaling
van het aantal, de benoeming, de bezoldiging
en bevordering, het ontslag, de tydelyke
waarneming, pensioenen en wachtgolden, de
verbodsbepalingen der artikelen 35 en 36 der
wet en eenige overgangsbepalingen ten op
zichte van sommige dezer onderwerpen.
Voor eonige dagen doelde het „Vad."
mede, dat door dr. F. Van Gheel Gildemeester
eene aanklacht was ingediend tegen de heeren
dr. Bahler, te Groningen, en Van Deth, te
Amsterdam. Thans meldt hetzelfde blad dat in
verband daarmede het classicaal bestuur van
Den Haag aan eene commissie uit zyn midden
heeft opgedragen een ernstig onderzoek in te
stellen naar de gegrondheid van geruchten,
die sinds eenigen tyd in omloop zyn omtrent
bovengenoemden Haagschen predikant.
Aangaande deze zaak meldt het „Nbld. v.
h. Noorden", dat dr. Louis A. B&hler voor
zyn geschryf over dr. Van Gheel Gildemeester
ter verantwoording is geroepen voor het clas
sicaal kerkbestuur van Groningen. Dr. Bahl«r
h id ter publieke vergelyking van do vertrouw
baarheid der heeren v. Gh. G. en v. Deth op
zedelyk gebied gewezen op het besproken
leven van dr. v. Gh. G. tegenover het onbe
sproken leven van den heer v. Deth.
Op den heer Bahler is het zachtste kerke-
lyke tuchtmiddel, de berisping, toegepast,
welke door den heer B. niet aanvaard werd.
Van eene strafrechter!yke vervolging, door
dr. Van Gheel Gildemeester tegen dr. Louis
A. Bahler ingesteld, is dezen laatsten, naar
het blad verneemt, niets bekend.
Uit het in het „Tydschrift voor Genees
kunde" opgenomen programma van de vyf-
en-veertigste algemeene vergadering der Maat-
schappy voor Geneeskunde, op 1, 2 en 3 Juli
te Amsterdam te houden, blykt, dat het
congres aanvangt met eene reünie, Zondag
avond in „Artis"' te houdett. Dan zal oen
concert (aangeboden door de afdeeling Amster
dam) gegeven worden door de kapel der
grenadiers, terwyl de avond besloten wordt
met eeno gezellige samenkomst in „Doctrina".
Maandag-morgen 9 uren vangt de algemeene
vergadering aan in eene der zalen van „Artis".
Des middags om één uur: wetenscbappeiyke
demonstraties in het Binnen-Gasthuis; om half-
drie boottocht (aangeboden door de afdeeling
Zaanland), naar Wormerveer en terug;'s mid
dags gemeenschappelyke maaltyd in het „Tol
huis", daarna concert en des avonds reünie
in N. I. A.
Dinsdagmorgen wordt de algemeene vergade
ring in „Artis" voortgezet. Des middags bezoek
aan brandweer en gemeenteiyk slachthui» of,
voor hen, die zich daartoe niet geroepen ge
voelen, rytoer door de omstreken van Amster
dam. Om halfzeven diner in „Artis" o#i des
avonds feest in den „Parktuin".
By koninkiyk besluit van 26 Mei jl,
(opgenomen in do Staatscourant van 6 dezer)
is op de gemeenschappelyke voordracht van
de ministers van koloniën en marine bepaald,
dat het eereteeken voor belangryke krygs-
bedryven, ingesteld by koninkiyk boaluit van
19 Febr. 1869, wordt toegekend aan hen, die
hebben deelgenomen aan de krygsverrichtingen
op en naby de Tamiang-rivier in de residentie
Oostkust van Sumatra, looponde van 21 Jan.
tot 11 Nov. 1893.
De hun deswege uit te reiken gesp draagt
het opschrift „Tamiang 1893".
Hot stoomschip „Jason" arriveerde 5
Juni van Java via Singapore te Amster
dam; de „Obdam," van Nieuw York naar Rot
terdam, passeerde 5 Juni Lizard; de „Prins
Fredorik Hendrik" vertrok 4 Juni van Para
maribo naar Amsterdam; de „Veendam," van
Nieuw-York naar Rotterdam, passeerde 5 Juni
Bevezier; de „Werkendam" arriveordo 4 Juni
van Rotterdam te Nieuw-York; de „Drento,"
van Rotterdam naar Batavia, arriveerde 4 Juni
te Atjeh; de „Glaucus," van Amsterdnm on
Liverpool naar Java, arriveerde 4 Juni te
Singapore; de „Conrad," van Amsterdam naar
Batavia, vertrok 5 Juni van Southampton;
de „Kaiser," van Hamburg en Amsterdam
Daar Oost-Afrika, vertrok 4 Jüni van Zanzibar;
do „Prins Hendrik", varf Amsterdam naar
Batavia, arriveerde 5 Juni te Port-Said.
2» April 1G76.
DOOR
JAN HOGENKAMP.
Slot.)
Toch maakte Duquesne met zyn middeltocht
gebruik van deze omstandigheid, want hy
trok met acht schepen langs De Ruyters
voorhoede en havende haar verschrikkeiyk.
Gillis Schey'sschip „de Spiegel" verliest groote
steng en fokkera, zoodat by met sloepen in
de linie geboegseerd moet worden, om lator
met de „Damiate", welke reddeloos geschoten
werd, naar Sirago«so met eeno Spaansche
galei gesleept te worden. Jan Noirot wordt
levensgevaariyk gekwetst en sterft na den
slag. De meeste schepen werden door den
vyand deerlyk geteisterd, o. a. „do Leeuwen,"
onder Graaf Van Stirum, waarby De Ruyter
alles moest inspannen om hem te beschermen.
By 't begin van het gevecht had de Spaan
sche vice-admiraal zyn vuur op deFranschen
geopend, doch op zulk een afstand, dat het
zonder uitwerking bleef. Hyzelf comman
deerde een schip van 70 stukkoD, drch bleef
geheel buiten gevecht, en dit werkte terug
op zyne onderbevelhebbers.
Door sommigen wordt dit gedrag toege
schreven aan gebrek aan kruit, door anderen
aan gemis aan moed, maar in hoofdzaak was
het de gewone laf- en traagheid der Span
jaarden. Callenburgh werd er door veront
waardigd en verzocht den Spanjaard wat nader
te komen, doch dit geschiedde eerst laat in
den avond en toen waren het nog enkele
bevelhebbers, Vlamingen of Duinkerkers van
geboorte, die Callenburgh flink ter zyde stonden.
Den geheelen nacht door bleef de vereenigde
vloot dryvende, doch waar mon rekende op
eene hervatting van het gevecht, bleek het
alras dat dit niet gebeuren kon. De Franschen
waren zoo ver verwyderd, dat zy uit de toppen
der masten nog gezien konden worden, koers
zettende naar de kust van Calabriö en de
Straat van Messina.
23 April verliet onze vloot de plaats des
gevechts en trok naar Syracuse.
Aan wie nu de overwinning?
De Ruyter schryft, en zyne waarheidsliefde
is boven twyfel, „dat een ieder van hen (de
Franschen, n. 1. de 8 schepen van Du Quesne)
de wyk nam, en zy omtrent zeven uren des
avonds door de geheele vyandelyke vloot ge
volgd werden, keerende ons de spiegels van
hunne schepen toe, welke wy in den mane-
8chyn, al schietende, tot omtrent acht uren
hebben vervolgd."
Volgens andero verklaringen had het Neder-
landsche geschut duchtig huisgehouden onder
de officieren en bemanning der schepen en
is het door de Franschen opgegeven getal
van 200 dooden geheel en al onwaar.
De toestand van onzen Vlootvoogd, aan-
vankeiyk hoop govende op een herstel, werd
echter minder. Wel leed hy zware pynen,
doch de koorts bleef weg, zoodat hy zich nog
met de zaken der vloot kon bemoeien, en
allerlei bepalingen kon maken in het belang
der bemanning en der schepen. Vooral ver
langde hy dat voor de gewonde matrozen
goed gezorgd zou worden en men hen alle
hulp moest bieden.
Moormalen ontglipte hem eene klacht, dat
hy hulpeloos nederlag, terwyl 's Lands dienst
zooveel van hem vorderde.
Sprak men hem over zyne vrouw en kin
deren, dan was het kalme en kloeke antwoord
„Ik bon hier op den post, waar God my ge
roepen heeft, en wil Hy my uit dit leven
roepen, ik ben gereed en bereidMyoe geliefde
vrouw en dierbare kinderen zouden my met
hunne droefheid nog bezwaren. Zy zouden
my nu niet zien dan met bittere tranen; ik
hoop hen te vinden in de eeuwige vreugde."
De ziokte nam echter een keer. Aan de
goode verwachtingen omtrent beterschap werd
den 26aten April een einde gemaakt. Des
avonds werd hy door eene heftige koorts
aangetast, en deze koorts, die hem niet meer
verliet, maar telkens heviger en heviger werd,
sloopte zyne krachten snel. Den 28aten vooral
was de toestand vreeselyk. Mot onverbiddelyke
kracht werkte do koorts en tusschen 9 en
10 uren, 's avonds op den 29sten April, gaf
do uitmuntende en edele zeeheld, na langer
dan een etmaal met den dood geworsteld to
hebben, zacht den geest.
Tot traöon geroerd stonden om zyn sterf
bed de meeste kapiteins en officieren, weo-
nende over dezen grooten soldaat en goeden
patriot.
Aldus stierf Michiel Adrlaansz. De Ruyter,
luitenant-admiraal-generaal van Holland en
West-Friesland, in don ouderdom van 69 jaren,
1 maand on 5 dagen.
„Het lichaam werd gebalsemd, om naar
het vaderland vervoerd te kunnen worden,
maar hot leeuwenhart van De Ruyter wenschte
men te Syracuse te begraven. Men bracht
het den eersten Mei naar eene kleine ver
hevenheid, aan den ingang der baal, en begroef
het aldaar."
Daar ligt het nu eenzaam, aan alle zyden
omgeven en by hoog water geheel overdekt
door het element, waarop de beroemde admi
raai zoo lang met eere den bovelhebbersstaf
zwaaide.
Word het bericht van De Ruyters dood
mot groote ontsteltenis ontvangen, niet minder
was de verslagenheid, die zyn afsterven op
do vloot verwekte, want iedereen, van den
hoogsten rang tot den laagsten matroos, ge
voelde hoeveel aan den grooten vlootvoogd
verloren werd. Dit verlies was te grootor,
omdat wy stonden tegenover de macht der
Franschen, die alles aanwendden ons te ver
nietigen, terwyl wy geeno hulp ontvingen
van de Spanjaarden, die wy eigeniyk kwamen
helpen.
Toch gaven wy den moed niet opl
Hoe hachelijk de omstandigheden waren,
des te vuriger was het verlangen den be
minden vlootvoogd te wreken. De vice-admiraal
De Haen nam het bevel op zich on nu stevende
de Spaan8ch-Nederlandsche vloot naar Palermo,
waar zy 14 Mei aankwam. Ook De Haen
ondervindt nu, tot zyne bittere spyt, dat de
Spanjaarden nog niets vlugger zyn geworden.
Hy schryft aan de Staten, dat „hare vloten
nooit in zulk een verderfeiyk uiterste en ge
vaar zyn geweest als tegenwoordig, dewyi
men van de zyde van Spanje voetje voor
voetje gaat, waarmode niet alleen voel tyd
verbruikt, maar ook somwyion|eene goede ge
legenheid verzuimd wordt."
30 Mei komt het bericht, dat de Fransche
vloot van de bergen gezien kan worden. Het
besluit wordt nu genomen de schepen aan
den mond dor baai te brengen, omdat ter
rechter- en linkerzyde battery en lay en, die
de schepen konden beschermen. Doch deze
maatregel was den onzen zeer noodlottig l
De Ruyter had reeds vroeger gewezen op
het verkeerde, doch men meende thans beter
to handelen en daarom werd den markies
De Vayona en Diego d'Ybarra do uitnoodigmg
gezonden mede in de baai post to vatten.
Doch alweder was het mis! De Haen werd
verzocht met zyne toebereidselen te willen
wachten totdat de Fransche vloot in 't gezicht
kwam, want meri wilde Palermo, waar vele
aanhangers van Frankryk woonden, niet in
beweging brengen. De Haen stoorde er zich
echter niet aan, gaf bevel dat zyn besluit
onmiddellyk uitgevoerd moest worden en waar-
ïyk, door enkele Spaansche oorlogsschepen
en al do galeien werd het bevel opgevolgd.
Wy willen het nu volgeüde niet breedvoerig
bespreken. Den 2den Juni, 's morgens zes
uren, had hot trefTen plaats, waarvan de onge
lukkige uitslag deze was, dat do Spaansch-
Nederland8che vloot werd verslagen.
En onder welke omstandigheden I
Do Jonge zegt; „De damp, welke uit da