N°. 10477.
Donderdag TO April.
A0. 1894
(geze <iQourant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
J
Tweede Blad.
Feuilleton.
IN BLOEI GEKNAKT.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maandenf 1.10.
Franco per post1-40-
Aftonderlyke Nommers
PRIJS DER ADVERTENTDËN':
Van 1-6 regels f 1.06. Iedere regel meer f 0.17j. Grootar»
lettors naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad
•wordt f 0.06 berekend.
Gemengd Nieuws.
Mot de thans zoo lieve lente,
waarin alles in de natuur zoo prachtig ont
luikt, doen zich ook de kraaien andermaal
geducht gelden. Op sommige grachten, met
name den Nieuwen Ryn, hebben zij zich in
de toppen der boomen reeds verbazend ge
nesteld, hier en daar zelfs tot ongeiief van
de bewoners dier straten. Het zou daarom
niet te verwonderen zijn als er weer maat
regelen genomen werden om aan hunne onge
rechtigheden een einde te maken, liefst zoo
epoedig mogelijk, opdat niet het feit
geschiede, dat men de jongen op de straat
werpt!
In de Mirakeletoeg is gister
namiddag een kind in eene kuip met kokend
water gevallen. Toen bet er uit gehaald werd,
had het reeds hevige brandwonden, zoodat
het dadelijk naar het academisch ziekenhuis
moest worden gebracht.
Hedenmorgen te zeven uren is
in de Morschstraat alhier een man van een
steiger gevallen, zoodat hy naar het acade
misch ziekenhuis moest worden gebraoht.
In het dorp Woubruggehebben
sloh twee gevallen van pokken (variololdes)
bij kinderen uit éón gezin voorgedaan.
Gisteravond te tien uren ont
stond brand in een pakhuis aan het Oostvest-
plein te Rotterdam. Daar waren opgeslagen
kruidenierswaren, chloor, bleekpoeder en andere
licht brandbare stoffen, zoodat het pakhuis
spoedig in lichterlaaie stond. Het beneden
gedeelte van dat pakhuis, niet groot van om
vang, is in gebruik bij oen kruidenier, op den
Haringvliet woonachig, terwyi het boven
gedeelte door den heer W. A. Booy, op den
hoek van den Goudschenweg en Oostvestplein
woonachtig, als sigarenmakerswerkplaats is
ingericht; kruidenierswaren, vuurmakers en
aanverwante artikelen waren in het beneden
gedeelte geborgen. Door de werking van drie
spulten gelukte het den brand in een goed
uur te blusschen. Hij bepaalde zich tot het
gedeelte, waar hy ontstond.
Te halftien gisteravond ontstond
op den Schiedam8chendyk te Rotterdam eene
hevige vechtparty, waarby een Duitscher een
anderen man met een mes in het achterhoofd
verwondde. Een talryk publiek, eerst toeschou
wer, geraakte hierdoor in opwinding en keerde
zich tegen den Duitscher, die aangegrepen,
geslagen en getrapt werd en ten laatste blyde
was te kunnen vluchten in het bierhuis van
de weduwe Gunther aan den Schiedamschen-
dyk. De verwonde en het publiek, dat eene
dreigende houding aannam, verzamelden zich
voor dat bierhuis tot de komst van twee
politie agenten, dio door een jongen op de
Leuvehaven te hulp goroepen werden. De
Duitscher werd naar het politiebureel in de
Pauwen steeg gebracht.
De Rotterdamsche rechtbank
heeft gisteren don Duitschen ingenieur Weibel
vrygesproken, die de vorige week terechtetond
wegens poging tot doodslag. Hy had nl. in
een bierhuis in de Hoofdsteeg eenige revolver
schoten gelost, waardoor de kastelein Scblicker
in het onderiyf werd getroffen, maar hy ver
klaarde slechts geschoten te hebben om de
aandacht van buiten te trekken, daar men
hem afzette en by weigering van betaling te
ïyf wilde.
De tweede nationale worstel
wedstrijd om het kampioenschap van Amster
dam, uitgeschreven door het weekblad „De
Clown", en welke wedstryd in het „Paleis
voor Yolksviyt" te Amsterdam werd gehouden,
was zeer geanimeerd, werd door een zeer
talryk publiek bygewoond en door Coenen's
orkest opgoluisterd.
In de eerste afdeeling (seniores) waren
deelnemers D. J. Van den Berg, Speyer, Joosten,
van Amsterdam, en Snoek, Van Dyk en Dicke,
van Rotterdam. De eerste prys (de sjerp,
teeken van den besten kampioen) werd be
haald door Van den Borg, de tweede prys
door Van Dyk, de derde door Dicke.
Aan den wedstryd voor juniores, die nooit
een prys in een concours gewonnen hebben,
namen 16 kloeke mannen deel. De eerste
prys (verguld zilveren medaille) werd behaald
door den 17-jarigen Pieter Bras, van Rotter
dam, de tweede (zilveren) door J. H. Velder,
van Amsterdam, en de derde (bronzeD) door
B. H. Lagrand, van Rotterdam.
Even na middernacht werden de pryzen
met eene korte toespraak door den heer
Dudok De Wit aan de overwinnaars uitgereikt.
Gisteren stond voor de 4de
kamer der Amsterdamsche rechtbank terecht
v. d. G., oud 37 jaar, vroeger als boekhouder
geömployeerd by de Vereeniging „Amsterdam".
In den loop der jaren 1892 en 1893 had
hy verschillende gelden, tot een gezamenlyk
bedrag van circa 11,000 gulden, by debiteuren
der Maatschappy geïnd, op quitanties, valsche-
ïyk door hem met de namen der directeuren,
de heeren J. Muller en V. E. Gans, onder
teekend, en deze golden ten eigen bate aan
gewend. Zucht tot speculatie was de aanlei
ding tot het mi8dryf.
Het O. M. requireerde tegen bekl. eene
gevangenisstraf van 2 jaren.
De toegevoegde verdediger, mr. Goudsmit,
pleitte verzachtende omstandigheden.
Uitspraak over 8 dagen.
Onder leiding van don luitenant
der genie Forbes, te Utrecht, is het restant
van de geladen dynamiet-patronen, welke door
de politie in de smedery van de Bergingmaat-
schappy te Maassluis in beslag werden genomen,
onschadeiyk gemaakt.
Op den spoorweg tusschen Vucht
en Bokstel is gisteren een manspersoon over
reden en onmiddeliyk gedood.
DeLente. Uit deBetuweschryft
men: De regens der laatste dagen hebben
aan de ontwikkeling van boom- en plantengroei
ongemeen veel goeds gedaan. Ouden van dagen
herinneren zich niet, dat de natuur zóó vroeg
in den lentedos prykte als dit voorjaar. Wan
neer men van de kruin van Waal- of Maasdyk
de blikken landwaarts richt, geniet men een
heeriyk panorama. Als een reusachtige mo
zaïekvloer in allerlei kleuren en tinten ontrolt
het landschap zich aan uwe voeten. Het
gelykt één grooten bouquet, waarin de warme
toon van den appelbloesem heeriyk contrasteert
met het maagdeiyke wit van de kers en het
sappige, levendige groen van kruiden en ge
wassen. Als geen nachtvorsten storend op
de vruchtzetting inwerken, belooft de kersen-
en ooftoogst een beschot, zoo overvloedig als
ooit te voren.
Een te 's-Hertogenbosch als har-
monika-speler zeer bekende figuur, „Jean",
kreeg daar gisteren twist met een sigaren
maker, welke twist zoo hoog liep, dat hy zyn
sarrende tegenparty met een mes zoodanig
verwondde, dat deze in het gasthuis moest
worden opgenomen en niet buiten gevaar is.
De politie behoefde „Jean" niet in te rekenen
hy meldde zich vrywillig aan. Arme JeanI
By het korte, doch hevige on-
weder, dat in den omtrek van Tietjerk woedde,
werd de groote watermolen van den heer J.
S. Hoekstra door het hemelvuur getroffen en
letteriyk uit elkander geslagen, zonder dat
zulks brand veroorzaakte. De slag was zóó
hevig, dat op 200 meter afstands van den
molen stukken hout in den grond waren
gedrongen. Dat een molen door den bliksem
dermate kan vernield worden, zonder eenig
spoor van vuur na te laten, is een opmerkeiyk
feit, dat zeer zeker slechts zelden zal voorkomen.
Voor de arrond.-rechtbank te
Maastricht stond Maandag terecht H. B.,
drukker aldaar, beschuldigd van omstreeks
1 Aug. 1893 te hebben gedrukt eene ver
kiezingscirculaire van strafbaren aard, waarvan
de persoon, op wiens last ze is gedrukt, noch
bekend is, noch op de eerste aanmaning na
den rechtsingang is bekend gemaakt.
De vervolging geschiedde op klachte van
den heer Eug. Regout, die, hoewel in die
circulaire niet genoemd, zich daarin toch ziet
aangeduid door de benaming „wolf in het
Wykerveld" en voorgesteld als iemand, die
„bedriegt en misleidt".
De beklaagde verklaarde niet met zekerheid
te weten, wie hem het stuk te drukken heeft
gegeven, hoewel hy in een eerste verhoor
voor den rechter-commissaris de namen van
twee personen, do heeren Thissen en Timmer
mans, heeft genoemd, die het hem zouden
kunnen overhandigd hebben.
Door hot O. M. is tegen bekl. eene boete van
f 25, subsidiair 5 dagen hechtenis, gerequireerd.
De verdediger, mr. Sassen, concludeerde tot
vryspraak, op grond dat de bedoeling om te
beleedigen niet aanwezig was en by een ver-
kiezing88tryd niet altyd do woorden gewikt en
gewogen worden. Uitspraak over 14 dagen.
Te A arl e-R ikst el (N.-Br.) viel een
8 jarige knaap, die een eksternest uit wilde
halen, van eene vry aanzienlyke hoogte uit
den boom en verwondde zich daarby zóó
hevig, dat hy binnen een paar uren een lfifc was.
Te Baelen-Wesel, op den Grand-
Central-belge, tusschen Roermond en Ant
werpen, is de spoorwegwachter J. K. door
een goederentrein overreden.
Te Noordbroek heeft Zondag-
avond, waarschyniyk uit minnenyd, een 17-
jarige boerenknecht met een dolkmes een
22 jarigen jongeling zoodanig verwond, dat hy
den volgenden dag overleed. De dader is in
hechtenis.
Door A. J. Weekhout, tuinier te
Krimpen a/d. IJsel, zyn op Maandag 16 dezer
de eerste nieuwe aardappelen van den kouden
grond aangeboden aan H. M. de Koningin-
Regentes.
G i s t e r n a m i d d a g te halftwee
geraakte te Leerdam al spelende het vierjarig
jongetje van den fabrieksarbeider Diteweg
naby de woning in eene pas gegraven sloot.
Hoewel het ongeluk spoedig opgemerkt en
het kind op het droge gebracht werd, waren
de levensgeesten toch reeds geweken.
De boschbaas van Middachten
heeft zich reeds sedert jaren tot taak gesteld
om den eersten groenen tak uit do Middach-
ter allóe aan gravin Bentinck aan te bieden.
Dit jaar kon hy dit reeds den 3den April doen,
iets wat hem gedurende 30 jaren nooit zoo
vroeg mocht ten deel vallen.
In de bosschen van het schoone
Oranjewoud (Fr.) laat zich reeds de nachte
gaal hooren.
Als eene zeldzaamheid deelt men
mede, dat op een land onder het Friesche
dorp Luxwolde door een ingezetene van dat
dorp, met name Jan Brouwer, een nest is ge
vonden met drie jonge leeuweriken.
Door het gemeentebestuur te
Hengeloo (O.) is aan de afd. van den Soc.-
Dem. Bond en aan de Soc.-Dem. Jongelings-
Vereeniging aldaar vergunning verleend tot
het houden van een optocht met ontplooide
banieren, muziek, enz. op Zondag 29 April.
Op dien datum zullen in het gebouw „Ver
lichtingsoord" verschillende personen als spre
kers optreden, en het is te verwachten dat
velen uit omliggende plaatsen (Enschedee,
Almeloo, enz.) aan de meoting zullen deel
nemen.
In den nacht van Zaterdag op
Zondag zfin een vyftal goederenwagens, die
op het stationsterrein te Heyenoord (Arnhem)
stonden, opengemaakt, waartoe van een drie
tal het Rykszegel moest verbroken worden.
Hoewel, voor zoover te constateeren viel, niet
veel vermist wordt, zyn door baldadige handen
een groot aantal colli's door messneden ver
nield. Door de politie wordt een streng onder
zoek ingesteld. AC.)
Gisteravond te ongeveer tien
uren brak er een hevige brand uit op hot
ViS8chertje te Dubbeldam in de boerenstelling,
bewoond door J. Van Krimpen. Binnen korten
tyd stond alles in lichterlaaie. Een varken en
eenige kippen* kwamen in de vlammen om.
Van den inboedel is niets gered. Naar men
zegt, is de brand ontstaan in de schuur,
tydons de afwezigheid van den bewoner.
Alles was verzekerd.
Te Krimpen a/d. Lek werd dezer
dagen door een beer uit Rotterdam aan W.
M. Den Ouden en zyne vrouw aldaar, het
zeldzame aanbod ge laan om afstand van hun
kind te doen, een allerliefst knaapje van
ongeveer l1/, jaar.
Niettegenstaande huil f 13,000 werd aan
geboden en de menscben tot de arme workende
klasse behooren, besloten zy toch het knaapje
niet af te staan.
Gistermiddag werd te Vlissingen
aangebracht de Belgische zeeloods V., die,
terwyi hy in zee van eene stoomboot was af
gehaald, met de roeiboot van den Belgischen
loodsschoener no. 7, ten gevolge van eene aan
varing met genoemden loodsschoener, zoo
ernstig gekwetst werd, dat hy per brancard
naar zyne woning moest vervoerd worden. Zyn
toestand is bedenkelyk. By de aanvaring moet,
volgens gerucht, ook een matroos verdronken
zyn (Af G.)
Wegons den lagen waterstand
op den Ryn kan de passagiersboot „de Batau-
wer", varendetusschen Arnhem en Wageningen,
aan onderscheidene veerhoofden niet meer aan
leggen en heeft dit thans o. a. te Heteren aan
eene krib plaats Op verschoidene plaatsen
schuurt de boot by 't varen reeds over het zand.
Te Avenhorn is een tiengulden-
stuk in beslag genomen, dat onecht is.
In Amerika d o e t m e n d e z a k e n
by voorkeur in 't groot. Dit heeft de bekende
Nederlandsche chocolade-firma Blooker tot
hare schade ondervonden. Zy had, zooals men
zich herinneren zal, een molen op do ware
grootte op de tentoonstelling te Chicago op
gericht en deze is, zooals haar agent nu be
richt, gestolenl Deze vernam het van een be
lastingbeambte, die kwam vragen waar de
molen was. Hy was verdwenen en dus ver
moedde hy dat hy door de firma verkocht
was, zoodat er rechten voor verschuldigd
waren. De vertegenwoordiger ontkende dit
en spoedde zich daarop naar het tentoonstel
lingsterrein, doch vond geen spoor van het
gebouw terug. Men vermoedt dat de diefstal
gepleegd is met behulp van eenigen der ten
toonstellingsbeambten.
In het dorp Quesnay-sur-Deüle
naby Rysel is Maandagavond een aanslag ge
pleegd op den vrederechter Damiens. Eene
fiesch, gevuld met jachtkruit, steentjes en
spykers, en voorzien van eene brandende lont,
was in het venster zyner woning geplaatst.
Een bediende zag gelukkig in de duisternis
de lont smeulen en haastte zich haar uit te
dooven, zoodat eene ontploffing voorkomen
werd. De dader van dezen aanslag is voorals
nog onbekend.
By Sllverbrook, een der stations
van de Pennsylvania-iyn, reden twee treinen,
een goederentrein en een personentrein, tegen
elkaar, doordat de machinist van den goede
rentrein het onveiligheids signaal niet had
gezien. In den passagierstrein bevonden zich
ongeveer honderd reizigers Hoevolen by dit
ongeval gedood en gewond werden, is nog
niet met zekerheid bekend.
Te Rome heeft de politie weer eene
goede vangst gedaan door de inhechtenis
neming van 14 anarchisten, die eene ver
gadering hielden in een koffiehuis, biykbaar
met geeno goede bedoelingen. Tot de gevatte
anarchisten behoort ook een zekere Arie, een
welbekend anarchist, die bevriend was met
den persoon, die onlangs in he htenis verd
genomen, terwyl by eene bom by zich had.
40)
Toen de vorst hem verlof gegeven had
zich te verwyderen, begaf hy zich naar zfine
kamer en schreef aan Hulda een briefje, dat
zy hem niet op het slot Hohenstein zou zien
verschynen.
Toen Hulda het scbryven ontving, dat haar
zulk eene groote teleurstelling bracht, balde zy
de vuisten. Zy wreekte zich op het onschuldige
papier en knarste woedend op de tanden.
De woorden, die zy las, waren dan ook
niet geschikt om haar te bevredigen:
„Huidal Ik heb den ganschen nacht over
het tusschen ons voorgevallene nagedacht en
ben tot het besluit gekomen, dat, al mogen
de dichters de vrouw als eene engel, door God
afgezonden, bezingen, velen van haar, naar
myn oordeel, als afgevaardigden van den
duivel diens plaats op aarde vervullen. Na
deze ontboezeming zal het u niet bevreemden,
te vernemen, dat ge my tevergeefs morgen
avond op het slot Hohenstein zult wachten.
Ludwig, graaf v. 8."
„By den Hemel 1" riep zy buiten zlchzelve
van drift, „zal hy my dan weder ontkomen,"
en zy viel weenend op eene rustbank neer.
Haar kamermeisje had het dien dag zwaar
te verantwoorden, ja, Hulda ontzag zich niet,
haar, wegens een klein verzuim, eene lichame-
ïyke tuchtiging te doen ondergaan.
De arme Lieschen onderwierp zich slaafs
aan deze behandeling. Zy was nu eenmaal
ondergeschikt en moest dus do lasten, haar
opgelegd, gewillig dragen. Daarenboven duurde
de kwade luim harer meesteres nooit lang en
zy wist dat haar de ondergane beleediging
wel weer met een mooi geschenk zou ver
goed worden.
Von Sehnwitz nam zich vast voor, Huida's
blikken te ontwyken, en toen hy eenigszins
kreupel de eetzaal binnentrad, en hy Huida's
zilveren lach hoorde, moest hy zich geweld
aandoen, om zyne inwendige aandoening niet
te laten blyken.
Hulda verstond de kunst van comedie-spelen
uitermate goed. Niemand, die haar in stralende
schoonheid aan tafel zag nederzitten, zou ver
moed hebben, dat een oogonblik te voren de
hevigste wanhoopskreten haren geprangden
boezem ontsnapt warenzy schertste en lachte,
alsof daarbinnen de volkomenste rust heerschte.
Toen het diner afgeloopen was, werd Von
Sehnwitz een brief gebracht. Hy ging haastig
naar zyne kamer en brak den brief open,
waarin het volgende te lezen stond:
„Lieveling I Een paar woorden om u te
melden, hoe het my gaat. Ik schryfu, omdat
ik begryp dat ge gaarne wilt vernemen, hoe
het vereerend bezoek van den vorst afgeloopen
is. Maar, wat ik u bidden mag: verscheur
dezen brief terstond, nadat ge hem gelezen
hebt, want ik zou niet gaarne willen, dat
iemand anders dan myn beste man dezen in
handen krygt. Ik was gisteren in myn boudoir
gezeten, toen ik paardgetrappel hoorde, en
even daarna reed de vorst het voorplein op.
Ik hoopte tevergeefs dat gy hem vergezellen
zoudt. De vorst liet zich daarop aandienen
en toen hy binnentrad, vond ik dat hy er
verhit en geagiteerd uitzag.
Natuuriyk was hy als altyd zeer voor
komend en vriendeiykhy deelde my de reden
van zyne komst mede, juist, alsof ik die niet
terstond begrepen had.
Hy verhaalde my, dat hy u tevergeefs ge
vraagd had, hem te willen vergezellen, maar
dat een soiréetje, hetwelk de vorstin geven
zou, u meer scheen aan te trekken.
„Mais, moi je remercie", zeide hy lachend
„ik geef de voorkeur aan uw gezelschap.
Chacun son choix."
Ge moet niet denken, beste man, dat ik iets
van het verhaal van den vorst geloofde. Nu,
ik ging spoedig naar mfine kamer om myn
blauw-fiuweelen kleed aan te trekken, en toen
ik terugkwam, zette ik my neder.
De vorst trad op my toe en gaf myn hoofd
en handen de gewenschte pose. Maar dit
duurde veel langer dan anders.
Ik had, vreezende iets onaangenaams van
den vorst te zullen ondervinden, Gretchen
bevel gegeven, in de kamer daarnaast te gaan.
Dit gaf my rust, maar ik besloot niet dan
in het uiterste geval haar te roepen.
Toen de vorst myns inziens veel te lang
talmde, voordat hy aan het schilderen ging,
maakte ik eene ongeduldige beweging.
Hy greep nu echter nogmaals myn arm en
overdekte myne hand met kussen; vervolgens
sloeg hy zyn arm om myn middel en drukte
my vast tegen zioh aan. Ik was buiten my-
zelve van ontstel ter. is, maar schaamde my te
veel, om Gretchm te roepen. Tevergeefs
trachtte ik my los te rukken en toen ik my
door hem ook op myn gelaat voelde kussen,
werd ik zóó wanhopig, dat ik, zonder op dat
oogenblik te weten wat ik deed, hem met
eene haarnaald in de hand stak. Kreunend
van pfin liet hy my los. Ik sDelde heen en
heb hem niet weergezien.
Ik heb diep medeiyden met de vorstin, dat
zy zulk een man haren echtgenoot noemt.
Wanneer ik zoo iets van u zou moeten hooren,
ach, ik overleefde het nietl
Ik ben druk bezig met het gereedmaken
van kleertjes voor onzen jongen. Wanneer
hy dan over een halfjaar zyne intrede doet,
dan vindt hy alles voor zich klaar. Ach, Lu,
ik droom alle nachten van iemand, die op
zyne beurt zeker vurig naar zyn vrouwtje
verlangt. Is het niet zoo? Spreek tegen nie
mand over hetgeen ik je schreef. In gedachte
veel kussen van uwe Laura 1"
Toen Von Sehnwitz dezen brief doorgelezen
had, trilde het papier hem in de handen.
Ach, wanneer zy had geweten hoe hy zyn
tyd had doorgebracht op den dag, dat zy zoo
heldhaftig voor hare eer streed!
Met een gevoel van woede dacht hy aaD
de lage behandeling van den vorst. Hy ge
voelde zyne onmacht om zich, wegens de
zyne vrouw aangedane beleediging, te wreken.
De vorst behoefde immers aan niemand
rekenschap van zyne daden te gevenIn
ongenade te vallen aan het hof zou het
eenige zyn, dat hem te wachten stond.
Hy peinsde er lang over na, wat hem te
doen stond, en het eindbesluit was, dat hy
den vorst om een onderhoud verzocht.
Toen dit hem was toegestaan en hy bevend
van drift de zitkamer van den vorst binnen
trad, wachtte deze hem, met een sarcastisch
glimlachje op het gelaat, af.
„Ga zitten, myn vriend," zeide hy„wat
hebt ge my te zeggen? Wildet ge my wellicht
vertrouweiyke mededeelingen doen aangaande
uw tèteA-tóte met freule Von Hohenstein?"
Von Sehnwitz beet zich op de lippen. Welk
recht had hy den vorst iets te verwyten;
wat zou hy kunnen zeggen? De vorst had
hem immers met die enkele woorden alle
wapens uit de hand geslagen?
Maar hy kon toch niet blyven zwygen?
„Uwe Doorluchtigheid," zeide by, „ik ont
ving zooeven een brief van myne vrouw,
waarin zy zich beklaagt over de minder aan
gename behandeling, die zy gisteren van Uwe
Doorluchtigheid ondervonden heeft."
„Ha, ha, heeft zy uit de school geklapt?"
riep de vorst, verlegen met zyne eigen hou
ding. „Is het mevrouw Von Sehnwitz bekend,
dat éón woord van my haar en haren echt
genoot zeer kan benadeelen? Die ingebrachte
klacht is niet zeer diplomatisch van haar.
En behalve dat, wilde ik u vragen of gy haar,
evenals zy u, ook bericht gezonden hebt van
uw téteA-lète mot Hulda Von Hohenstein?
Hebt gy dat gedaan?" vervolgde de vorst,
Von Sehnwitz scherp aanziende.
Deze sloeg de oogen neer.
Wordt vervolgd.)