N°. 104:9. Dinsdag SO Februari. A". 1894. <§eze Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (§pn- en feestdagen, uitgegeven. Leiden, 19 Februari. LEIDSCH DAGBLAD. PRIJS DEZER COUBANT: Voor Leiden per 8 maanden.1.10. Franco per post 1.40. Afzonderlijke Nommers0.05. PRIJS DEB ADVEB'i'EN TIEN Van 1—'6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17 J. Grooter» letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren bulten de stad wordt f 0.06 berekend. WEEZEiN VERPLEGING. ii. Daar zullen er tot u komen, zeggend dat ondank 's werelds loon is. Dat zyn zy, die goed gedaan hebben niet uit aandrang des harten, maar met hoop op belooning in den vorm van strijkages en dankbaarheids-vleiereien. Maar besteed gy de schatten van uw lief derijk hart aan dezen kleinen, schreienden stum per en wy zeggen u, dat gij in 't geluk zult groeiende zijn. Als gij hem aanziet, zal hij u herinneren aan eene goede daad uws levens. Als bij later een edel en schoon mensch in de maatschappij zal zijn geworden, zult gLj fier het hootd omhoog kunnen houden en het recht hebben, anderen te vermanen tot het goede, wat velen nu niet hebben; als uw echtgenoot thuiskomt, zult gij hem niet over de kleine beslommeringen, over de brutale meid, de onhandige naaister, behoeven lastig te vallen; maar met schitterende oogen en hooggekleurde wangen zult gy hem kunnen verhalen van 't nieuwe, dat gij gelezen hebt in dien goddelyken, nooit uitgeputten roman van de ontbloeiende kinderziel. En als ge later op uw sterfbed zult liggen, als allen u ontvallen mochten zijn, zal er één aan uwe sponde staan, die, nietgeldhunkerend als 't verre nichtje of 't genotzieko neefje krokodillen tranen schreit, zal er één z\jn, niet als de betaalde menschen; die één zal uwe oogen dichtdrukken en hij zal schreien warme, echte tranen van smart en dankbaar heid het kind, mevrouw, dat gij goed hebt opgevoed, uw geestelijke zoon of dochter. Misschien er zijn naturen, die verdorven worden geboren is al uwe moeite aan een slechtaard besteed; het kan zijn dat gij op een rotsgrond gezaaid hebt. Maar dan toch hebt gij veel gewonnen, veel verwonnen u zelvegoed doende hebt gij uw eigen hart geadeld en wie zal er klagen over 't niet-bereikte doel als het streven schoon en grootsch en indruk wekkend was. Het is uw plicht, gij kinderloozen, iets te geven van 't vele, dat u geschonken werd het is uw voordeel, uw kapitaal nog anders te beleggen dan in puike landerijen en solide panden alleenhet is uw recht, op deze wereld zooveel mogelijk liefde te geven, omdat gij 't recht hebt trut6ch te willen zijn op uw goed en rijk hart I En nu tot u, met eigen kinderen gezegenden 1 's Avonds gaat ge stillekens naar de slaap kamer uwer kleinen. Gy dekt het blootge woelde knietje toe, gij kust de hoofdjes uwer moegespeelde hartepanden; en als gy samen van de kamer gaat, kust gij ook elkaar en spreekt hoopvol over de toekomst uwer lievelingen. Wy, menscben, zijn sterfiyk; de cholera, de typhus, de influenza nemen niet alleen de ouden van dagen weg. De bacteriologie heeft ons geleerd hoe web ig er noodig is om den gezondsten mensch in de Kracht zyns levens te dooden. Indien het worde verhoed by u de ziekte binnensloop, indien een bacil zich verstoutte in uw drinkwater of in de damp kringslucht om u heen zyn stamboom te beginnen, wat zou er van uw stamboom te rechtkomen? Wanneer straks uwe kinderen, onwetend nog van den zwaren slag, die hen getroffen heeft, achter uwe lgkbaar moesten gaan en achterbleven als iveezen, wat zou er van hen worden? Gy beiden kondet hen, toen gy leefdet, wèl verzorgen; gg, «ynhoer, waart een krachtig, jong man, met lust en liefde werkend voor de uwen; en uwe vrouw paste op de kleintjes, zoodat er zoowaar iets bespaard is geworden, dat da ziekte en begrafenis echter zeer ver kleind hebben. Kapitaal hebt gg niet kunnen verwerven en voor eene levensverzekering waart ge wat te jong of te slordig, of wat te zuinig often minste gg hadt 6ene reden gevonden om u noch uwe vrouw te verzekeren. De kinderen blyven arm achter en bloed verwanten, geneigd of geschikt tot hulpe, hadt ge weinig. Waar moeten ze heen - die arme lieve kleinen, zoo gewond aan moeders lief koozingen, zoo beschermd door vaders werk zaamheid Waar ze heengaan? 's Zondags hebt ge wel eens eeDe lange reeks kinderen voorby uw raam zien wandelen; ze waren allen in hetzelfde pakje gekleed, liepen als soldaatjes achter elkaar onder het toezicht van een gesalarieerde, onder toezii ht van een persoon, die er voor „betaald" werd kinderen op te voeden; kinderen opvoeden, dat eene roeping is en geen beroep kan zyn. Werkeiyk deed de betaalde zyn best; als gepens.onneerd sergeant of officier, als ex- huishoudsier van den dominee, hadden ze er zelfs eenigen slag van met een troep individuen' „om te springen". De kleinen waren wel wat bleek, maar helder waren ze. Ze woonden allen te zamen in een groot huis, een oud klooster of zoo iets. Erg kil, erg solide, maar ruim. Er was ook eene speelplaats en zoowaar daar stond zelfs een boom op. Een echte lindeboom, die zomers wel tweehonderd blado ren droeg, de uitspruitsels niet medegerekend. Er was een man, dien ze „vader" noemden, en eene vrouw die ze „moeder" heetten. Met zyn drie-, vier-, vyf-, elfhonderden hadden ze één vader en ééne moeder. Ze werden, als ze den leeftyd hadden, op geleid tot handwerkslieden en dienstboden. Uw blond meisje, mevrouw, zal eene zeer geschikte dienstbode worden haar aanleg voor de muziek behoeft ze niet te ontwikkelen en uw jongen, die zoo aardig teekent, wordt timmerman. En uw oudste do ooiykerd met het vlugge hoofd, wordtook timmerman. WaDt de keuze van vakken is boperkt, want voor studie heeft het „huis" geen geld, want voor het opmerken der neiging is geen tyd. Gy wordt wat ernstig, nu er zoo tot uge sproken wordt; gij schrikt by de gedachte uw kind onder die kinderen te zienfoei als de weesvader of weesmoeder eens slechte of zwakke of luie menschen waren! Mijn kind zouWaarom uwe kinderen zoo goed niet als die kinderen daar? Zy hebben allen dezelfde misdaad gedaan, ze zyn ouderloos en arm 1 Toch is er een middel om uw kind aan dat lot te onttrekken en uw kind niet alleen, maar al die bloedlooze bleekneusjes onder militair toezicht, onder „tucht" daarginds. Trekt u een dier kinderen aan nu, ter wyi gy 't zelve nog doen kunt, laat het zyn als één der uwen en doe het nooit gevoelen gy, mevrouw, met uw hart kunt dat dat het „een vreempie" is. Leer uw kindereu met het aangonomen kind omgaan als een broertje of zusje, door de onbewustheid ge schonken. Besteed uwe beste zorgen aan de kleine zooveel als aan uw eigen bloed; en uw eigen bloed, uwe oigon kinderen zullen u er later om kussen en liefhebben. Want het goede draagt zyne vruchten. Zie, dan moogt gg ook hopen dat uwe kinderen, mocht gy ze ontvallen, een nieuw tehuis zullen vinden, waar een andere vader, eene andere moeder ze zullen opvoeden met al de kennis, al hot geduld, al de liefdedie er noodig is, om een jungen kinderzielebloesem tot eene heerlyke, vruchtdragende plant te kweeken Er is in dit opzicht zooveel te doen; er kan met weinig stoffelyke opoffering zooveel gegeven worden. De schatkamer van het hart is onuitputteiyk en hoe meer we er uit nemen, hoe grooter de rykdom wordt. Practici zullen nu met eene zee van bezwaren komen; de kinderen zullen niet allen een even goed huis treffen. En Jan zal by rgkere lieden komen dan zgn broer Piet, zoodat er onder de kinderen afgunst gezaaid wordt. Gelooft men dat Jan niet tevreden zal zyn als men hem wyst, waar Jan en Piet vroeger samen heen zouden gegaan zyn? Is er boven dien niet een andere rykdom dan de stoffe ïyke? Kan het kind in een burgergezin niet even goed opgevoed worden als by eene rykero familie indien de wil, indien de liefde er is? Is men gelukkiger met wildbraad dan met rundvleesch, als hot laatste in vrede wordt genoten? En buitendien, is deze ongelykheid niet beter dan de scbynbare gelykheid van de „uniform"? Opvoeding in het gezin dat is voor ons het ideaal van weezenverpleging. En dat in Nederland dat ideaal te verwezenlijken is, ten minste zeer naby te komen, gelooven wy vast, kennend den grooten liefdadigheidszin, met de wetenschap van den „zin" om „daden" uit „liefde" te bewyzen, die het Nedeilandsche volk zoo dikwerf getoond heeft te bezitten. Op Neerboach ia het „mijnheer" eo „mevrouw." Naar wy vernemen zullen Dinsdag avond in „Pniél" allerlei voorwerpen uit het Museum van Utrecht worden vertoond. Zeker zullen gaarne velen door eigen aanschouwing den toestand der heidenwereld leeren kennen. Voor het examen in de nuttige hand werken is geslaagd mej. A. M. L. Dolleman van der Veen, uit Leiden, en voor fraaie handwerken mej. K. Van Delft, te Hazers- woude, leerlinge van mej. Sparnaay, leerares aan de Kweekschool te Leiden. Gisteren, Zondag, woei van de booten en van het stationsgebouw der Leidsche Stoombootmaatschappy „De Volharding" de Nederlandsche driekleur en wel speciaal ter eere van de twee jubilarissen, die de vorige week den dag mochten herdenken, waarop zg 25 jaren by die Maatschappy in dienst waren. Het waren kapitein P. Bisschop van de „Vol harding 8" en J. F. Wassenaar, chef-machinist. Door het bestuur aan het station genoodigd, werd hun by monde van den voorzitter met een krachtig woord geluk gewenscht met dit voorrecht en de hoop uitgesproken dat zy beiden nog vele jaren hunne krachten tot den bloei der Maatschappy zouden kunnen blyven besteden. Als eene gedachtenis aan hun feest werd hun een geschenk aangeboden, dat, hoewel het hun op het voortsnellen van den tyd zal blyven wyzen, toch een aangenaam bewys zal zyn, dat hunne goede diensten op prys wor den gesteld. De heer A. W. Voors, cand. tot den H. Dienst alhier, is beroepen by de Ned.-Herv. gemeente te Terhorne. De indeeling van de manschappen der nationale militie, lichting 1894, uit de gemeente Li8se, zal plaats hebben te Leiden op Maandag, 5 Maart a. s., des voormiddags te 9 uren. Men schrijft ons uit Alfen aandenRyn: Dat aan de gasfabriek alhier geeno goede zorg wordt besteed, bewijst alweder het officiéele Raadsverslag van 14 dezer. In dien Raad is de fabriek ernstig ter sprake gebracht, vooral met het oog op het onvoldoende gehalte van het gaslicht in de laatste maanden. De heer De Jong besprak den ruïneuzen invloed, dien de lekkende gasbuizen op de beplanting van den stationsweg hebben uitgeoefend, en vroeg of de directie der fabriek die schade niet moest vergoeden. De Voorzitter zeide dat zeer zeker het doen opruimen der bedoelde gasleiding in het algemeen belang ernstige overweging verdient. Het gevolg zal dus wezen dat alle gaslan taarns spoedig tot het verledene zullen behoo- ren, zoo niet aanstonds meer en voldoende licht wordt verstrekt, waarop al zoo dikwyls en met recht by de directie is aangedrongen. Dat de directie zich niet te laat beklage! De Vereeniging „De Werkman", te Wad dingsveen, hield eene algemeene vergadering. De ontvangsten bleken te bedragen f 814.27 en de uitgaven f 682.09, zoodat een batig saldo overbleef van f 132 18. Daar in de kas de som van f 1831.87 aanwezig was, bedraagt het ge heele saldo van het elfde boekjaar f 1964.06. Het ledental klom van 126 tot 134, er werden 20 leden by geschreven tegen 12, die afgeschre ven zyn. In de gemeente Waddingsveen circuleert een adres aan den Raad, om te verzoeken, dat aan het gebedel van personen uit den vreemde voorgoed een einde wordt gemaakt. De heer Fouinior, onderwyzer aan de Open bare School B. te Waddingsveen, staat No. 1 op de voordracht als zoodanig te Watergraafsmeer. Do heer Heilbron, geneesheer te Waddings veen, heeft, na circa drio maanden aldaar geprak- tizeerd te hebben, de plaats verlaten. Tot de laatstelyk gedecoreerden met het Legioen van Eer behoort ook onze landgenoot do heer W. Verschuur, de bekende schryvor van het werk „Nos Antipodes". Wederom is een gepensionneerd opper- officier van het leger overleden. Na een lang durig ïyden ontsliep Zaterdag te 's-Graven- hage de gep. luit. gen. F. J. Pieiffer, laatstelyk inspecteur van het wapen der infanterie en vóór het vervullen van die hooge betrekking in het leger o. a. chef van het bureau perso- neele en militaire zaken aan het departement van oorlog, kolonel commandant van het 5de reg. infanterie, generaal-majoor commandant der 2de divisie en daarna inspecteur van zyn wapen, in welke functie hem de rang van luitenant-generaal werd toegekend. Sedert 1891 was generaal Pfeiffer gepen sionneerd, ingevolge zyne aanvrage. De overledene stond bekend als een militair van buitengewone bekwaamheid en kennis, en die, als chef van de infanterie, dat wapen tot een hoogen trap van volkomenheid ge bracht heeft. De begrafenis zal a. s. Dinsdag plaats hebben. Jhr. mr. Van Citters, gozantschaps secretaris te Berlyn, is van verlof naar zijne standplaats teruggokeerd Naar de „N. Bred. Ct." uit goede bron vernam, heeft de Koningin-Regentes op een der laatste diners ten hove haar voornemen medegedeeld, om iu den a. s. zomer eenige steden in Noord Brabant, Limburg en Zeeland te bezoeken. De minister van marine heeft den luit. t/z. 2de kl. F. H. De Koek van Leeuwen, uit Oost Indiö in Nederland teruggekeerd, op non activiteit gesteld. De directeur generaal der posteryen en telegraphie maakt bekend dat de direction der navolgende kantoren vacant zijntelegraaf kantoor Schiedam, jaarwedde f 2300; post en telegraafkantoren: Driebergen, jaarwedde f 1600 en vrye woning; Dongen, f 1600 en id Harderwyk, f 2100 en id.; Vreeswyk, f 1500 en id. Sollicltatiën moeten uiterlyk 6 Maart a. s. zyn ingekomen. Het stoomschip „Bundesrath," van Oost- Afrika naar Rotterdam en Hamburg, passeerde 16 Februari Ouessant; de „Menelaus," van Amsterdam naar Java, arriveerde 16 Februari te Liverpool; de „Merapi," van Java naar Rotterdam, is 16 Februari Kaap Carvoeiro gepasseerd; de „Prometheus," van Amster dam naar Batavia, passeerde 16 Februari Perim; de „Zaandam," van Amsterdam naar Nieuw-York, is 16 Febr. Scilly gepasseerd. By koninkiyk besluit is aan den heer H. J. Augu8tyn, met ingang van 22 Maart a. s., op zyn verzoek, eervol ontslag verleend als burgemeester van Zoetermeer. Benoemd tot burgemeesters van: Tegelen, K. Th. L. De Ryk; Cbaam, A. Bastiaansen; Duivendyke, T. Gast; Prinsenhage, A. Schrau- wen; Uitgeest, A. Van Nienes, tovens secre taris Twisk, H. Vyn, tevens secretarisRenen, jhr. G. J. A. Schimmelpenninck; Peursum en Schelluinen, H. H. D. Van Slype, tevens secretaris. Aan den luit. ter zee 2do kl. H. J. Knott- nerus vergunning verleend tot het waarnomen eener particuliere betrekking buiten het zee wezen, voor den tyd van één jaar, ingaande 1 April a. s., onder stilstand van non-activiteits- traktement en zonder opklimming inderang- ïyst. Met ingang van 1 Maart a. s.lo. de kapitein ter zee L. M. L. De Haan, op zyn verzoek, op pensioen gesteld, onder toekenning van een ponsioen van f 2100 'sjaars, en eene verhooging, ingevolge artikel 1, c, der wet van 1 April 1875. van 1125 'sjaars; 2o. bevorderd: tot kapitein ter zee, de kapitein - luit. ter zee Z. J. Cambier; tot kapitein luit. ter zee, de luit. ter zee lste kl L. C. Koster; tot luit. ter zee lste kl, de luit. ter zee 2de kl. J. F. B. Van Dyk, en tot luit. ter zee 2de kl., de adelborst lste kl. B. Schreuders. De tyd van duur der detacheering by de landmacht in West-Indië van den eersten luit.-kwartierm. J. Brunt, van het personeel der mil. adm. van hot leger hier te lande, aanvankeiyk vastgesteld op driejaren, verlengd met één jaar. Met ingang van 1 April a. s. benoemd tot opzichters lste kl. voor het stoomwezen, de opzichters der 2de kl. voor het stoomwezen J. L. Goudswaard en C. De Vries. K i e 8 w o t. De volgeDdo amendementen zyn opnieuw by de Tweede Kamer ingediend I. Door don heer Van der Feltz, om aan art. 4 het volgende lid toe te voegen „Beweegbare en verplaatsbare woningen, schepen van 25 ton inhoud en daarboven uitgezonderd, worden niet als woningen aan gemerkt. Verwisseling van woning ten ge volge van eigendomsovergang of het geheel of ten deele te-niet-gaan van een gebouwd eigendom, of wegens verplaatsing in 's lands dienst, wordt niet als verandering van woning aangemerkt." Biykens de toelichting acht de voorsteller het criterium van eene zekere vastheid van woonplaats en van woning, thans door de Regeering gesteld, niet voldoende omschreven. De beweeg- en verplaatsbare woningen, als wagens, kleine schepen en andere, kunnen niet als kenmerk van vast verblyf worden aangemerkt, behalve wat betreft de nyvere 8chippersbevolking, die in den regel uit eigen middelen in haar onderhoud voorziet. Ander deels wensebt de voorsteller eene uitzondering gemaakt te zien voor die verandering van woning, die niet voortspruit uit vrywillige handeling der betrokken personen, maar die een gevolg is van verplaatsing in 's lands oienst of wegens andere gebeurlijkheden, die van den wil des bewoners onafhankelijk zyn. II. Door de heeren M. Mackay on Yan Alphen a. om artikel 3 te lezbn: „Deze wet houdt voor konteeken van ge schiktheid en voor kenteeken van maat- schappeiyken welstand het als hoofd van een huisgezin voorzien in eigen onderhoud en in dat van het huisgezin. „Met hoofd van een huisgezin wordt ge- lykgesteld hy, die, geen lid van een huisgezin zynde, afzonderlyk woont of by andoren in woont, en een vertrek, voorzien van eene stookplaats of verwarmd door middel van hittegeleider, in privaat gebruik heeft;" b. om art. 4 te doen luiden: „Zy acht het bezit van de ken teekenen aanwezig by het hoofd van een buisgezin en by den daarmede gelijkgestelde, die, in het laatstverloopen dienstjaar niet aangeslagen geweest zynde in eenige Ryks-dlrecte be lasting, gedurende het laatstverloopen bur- gerlyk jaar in eene zelfde woning is gehuisvest geweest of hoogstens eenmaal van woning is veranderd in het laatstverloopen burgeriyk jaar zalf, evenmin als zyne vrouw of minderjarige kinderen, onderstand heeft genoten van eene instelling van weldadigheid of van een ge meentebestuur; in de drie laatstverloopen burgeriyke jaren zelf, evenmin als zyne vrouw of minderjarige kinderen, onherroepeiyk is veroordeeld wegens bedelary of landloopery, of niet, in die jaren, zelf, krachtens vonnis, verblyf heeft gehouden in eene Rykswerkinrichting zyne over het laatstverloopen dienstjaar verschuldigde aanslagen in de Ryks directe belastingen in dat dienstjaar in hoofdsom er: opcenten heeft voldaan. Yalsche Bankbiljetten. In de akte, waarby de rechtbank recht singang verleend heeft in de zaak der n en thans in hechtenis zynde verdachten, komen -h namen der beschuldigden in onderstaande volgorde voor: lo. Jean E. Krausse; 2o. Susanna Toubaerts, gescheiden huisvrouw van Do Jourdeuil, 3o. R. R. Thumm 4o. Joseph Frey5o. F. Van Liemtj 6o. B. Sinnige; lo. L. Rerupt; 8o. Th. Arntz on 9o. A. Keeze. Deze volgorde houdt verband met de zwaarte der verdenking, zoodat als hoofdschuldige Krausse en als de minst ernstig verdachte Keeze voorkomt. Aan Krausse wordt ten laste gelegd de ver vaardiging van het valsche bankpapier tot een bedrag van ƒ250,000 a ƒ300,000, in den loop van 1893 en 1894 in zyne werkplaats, Heeren- markt No. 14, te Amsterdam, waarby hy ii bygestaan geworden door de beklaagden Thumm, Frey, Van Liomt en Sinnige. Boven dien wordt hem ten laste gelegd, dat hy van dit valsche geld heeft uitgegeventen ver dachten huize van Nelly De Roos, Achter burgwal 327, één biljet van ƒ300; in het verdachte huis van A. Bouwhuis, Zieseniskade 13a, één biljet van ƒ100; in hot verdachte huis van Lafleur, Spuistraat 281, twee biljet ten van 100, en in het verdachte huis van Dieudonnó, Rokin 65-67, twee biljetten van ƒ100. Aan do tweede beklaagde, Susanna Tou baerts, wordt ten laste gelegd, dat zy Krausse heeft ter hand gesteld ƒ4000 tot inrichting der werkplaats op de Heerenmarkt 14, wetende dat die gelden bestemd waren voor het ver vaardigen van valsch bankpapier en dat zy do valsche biljetten in een zwarten koffer in ontvangst heeft genomen en in hare woning heeft opgeborgen en daarna dien koffer heime- ïyk naar Utrecht heeft doen vervoeren. De derde beklaagde, R. R. Thumm, wordt beschuldigd, dat hy, wetende voor welk doel zy dienen moesten, uit Duitschland heeft doen komen verschillende zaken, benoodigd voor de vervaardiging der valsche biljetten, en dat hy aan de vervaardiging der biljetten is mede werkzaam geweest. De vierde beklaagde, Joseph Frey, wordt beschuldigd by de vervaydiging behulpzaam te zyn geweest en biljetten in zyn bezit te hebben gehad, met het kenneiyk doel, om ze uit te geven, en een som gelds aan Krausse te hebben verstrekt voor de vervaardiging. De vyfJe beklaagde F. Van Liemt wordt beschuldigd aan Krausse voor de vervaar diging der biljetten f 1600 verstrekt te hebben, by de vervaardiging behulpzaam te zyn ge weest en drie biljetten van ƒ100 te hebben uitgegeven by de genoemde N. De Roos en Lafleur. De zesde beschuldigde, B. Sinnige, heeft voigens de akte, aan de vervaardiging van de biljetten medegewerkt en verder uitgegeven drie biljetten van 100 (op het Rukiti in hot bordeel van Diendonné) en een van 100 aan den Duitscher Jordan, en heeft nog meer bil jetten in omloop gebracht, o. a. by mad. Bordeaux, op het Rokin. Den zevenden beklaagde, L. Rempt, wordt ten laste gelegd, dat hy door tua.schenkomst van Van Linmt van Th. Arntz in ontvangst heeft genomen een pak bankbiljetten groot ƒ3000, waarvan hy heeft uiigegeven twee bankbiljetten van 300 te Leiden en oen van ƒ100 te 's Gravenhage. De achtste beklaagde, Th. Arntz, wordt beschuldigd van Van Liemt valsche biljetten ontvangen te hebben om die te verspreiden. Den negenden beklaagde, A. Keeze, wordt ten laste gelegd dat hy van Krausse biljetten ontvangen heeft en daarvan twee vari 100 uitgegeven heeft, o. a. by den manufacturier L. A. Beausar, Oude Hoogstraat No. 1.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1894 | | pagina 1