De moorden van Whitechapel.
Een inspecteur van de afdeeling voor crimineel
onderzoek der Londensche politie, heeft een
belangrjjk rapport uitgebracht betreffende de
moorden in "Whitechapel.
Indertijd, dat zooveel vrouwen op geheim
zinnige wyze van het leven beroofd werden,
was de inspecteur in de nabyheid in dienst.
Hy besloot de zaak voor zichzelf te onder
zoeken en vond reeds spoedig een Oostersch
mes van eigenaardig maaksel.
Eenigen tyd later nam hy wegens een gering
▼ergryp een man gevangen, die verschynselen
van moordzucht vertoonde. In zyn rapport
verklaart hy, dat deze man en niemand anders
de zoo beruchte Jack the Ripper/* is.
De man werd in de gevangenis te Londen
opgesloten en later naar Dartmoor vervoerd,
waar hy volslagen krankzinnig werd. Hy praat
maar steeds over Whitechapel en de vrouwen,
die daar vermoord werden.
INGEZONDEN.
Qeachte Redacteur
In de courant van Dinsdag 18 Febr. komt
*en ingezonden schry ven voor, met het onder
schrift „Dixi", waarin de auteur zich beklaagt
van de kerkvoogden te Zoeterwoude eene
vermaning ontvangen te hebben om kerkelyken
hoofdelyken omslag te betalen.
Veroorloof my als consulent der genoemde
gemeente eenige kantteekeningen op dit
schry ven te maken. Ik zal den schry ver op
den voet volgen.
Aan het recht der kerkvoogden twyfelt hy
niet. Dat staat dan ook zoo vast als een muur.
Dat recht bezitten zy volgens reglement, aan
genomen en goedgekeurd door de gemeente
zelve. Bovendien heeft dan ook reeds in vorige
Jaren de kantonrechter te Leiden, op grond
van dit reglement, leden der gemeente, die
de betaling weigerden, tot betaling veroordeeld.
Gevraagd wordt echter of de kerkvoogden
ook moreel bevoegd zyn om hoofdelyken om
slag te heffen van die leden der Herv. Kerk,
die onder Vreewyk, enz. wonen. Wat my
aangaat, ik aarzel geen enkel oogenblik om
volmondig ja te antwoorden, en begryp niet
hoe „Dixi" zelf hieraan ook maar in de verte
twyfelon kan. De flnantiëele toestanden teZ.
brengen nu eenmaal medo dat er ter instand
houding van de kerkeiyke huishouding hoofde-
ïyke omslag geheven moet worden. De ge
meente heeft nu oenmaal geen eigen fondsen.
Nu kon men in de geldeiyke behoefte voorzien
door öf het stelsel van vry willige by dragen
te aanvaarden, öf het stelsel van omslag der
gemeente had te beslissen. Daartoe is de ge
meente wettigiyk opgeroepen. De geheele ge
meente, zooals zy bestond op het tydstip,
toen het reglement werd ontworpen. Opge
roepen zyn dus ook die leden, die toenter-
tyd woonden in de Heerenstraat, onder Vree
wyk, aan de Singels, onz. Die leden hadden dus
het recht ter vergadering te komen, mee te
beraadslagen, en naar hun inzicht vóór of
tegen te stemmen. Zyn zy niet opgekomen?
Dat is hunne zaak. Zyn zy verschenen, maar
overstemd, dan is het eene vanzelf
heid dat de minderheid zich aan de meer
derheid onderwerpt. In ieder geval, het regle
ment ligt daar, en ligt daar niet voor een
deel, door kerkvoogden willekeurig te bepalen,
maar ligt daar voor de gemeente in haar ge
heel. Nu zyn kerkvoogdon voor de stoffelyke
en niet voor de geostelyke belangen der ge
meente. Zy mogen niet vragenwie komt wel en
wie komt niet ter kerk? Zy hebben eenvoudig
rekening te houden met de gemeente zooals
zy voor hen op de leden-registers bestaat.
Immoreel zouden kerkvoogden handelen, indien
zy grenzen gingen afbakenen, den een wel
aanslaan en den ander vryiaten.
Immoreel zouden zy handelen, wanneer zy
een doel der gemeontoleden, dat niet in de
kerk komt en dus ook geen plaatsgeld be
taalt en in bet kerkezakje niet offert, ontsloeg
van de verplichting om kerkelyken omslag te
betalen, en daardoor een ander deel der leden,
dat wel ter kerk komt en plaatsgeld betaalt
en in 't kerkezakje offert, nog bovendien be
zwaarde met den omslag van het vrygelaten
deel. Ik houd my overtuigd, zóó beschouwd,
zal „Dixi" zyn twyfel van het moreelo afleg
gen. Maar kan hier ook wel van moreel of
immoreol sprake zyn? Alleen d&n zou dit het
geval kunnen wezen, wanneer kerkvoogden naar
willekeur met het reglement omsprongen, of
wanneer het uitgemaakt was dat dit reglement
in stryd was met het richtsnoer van alle
zedeiykheid: „De wet Gods". En dat is naar
myne innige overtuiging niet zoo. Immers, ook
Israöl werd van Godswege verplicht om jaar-
ïyks de tienden op te brengen tot onderhoud
van het Huis en den Dienst des Heeren.
Daarnaast wordt in den Bybel ook wel ge
sproken van het vry willigheidsbeginsel, en
ons getoond hoe in tyden van groote opge
wektheid met groote liefde mild en overvloe
dig werd gogevon, maar het opbrengen der
tienden bleef wet.
Volgens „Dixi" komen by en anderen met
hem op onaangename wyze te bemerken dat
zy iets uit te staan hebben met de kerkeiyke
gemeente te Zoeterwoude. Dat is zeker een
eeriyk getuigenis. Maar „Dixi" mag niet uit
het oog vorliezen dat het gewooniyk zoo
gaat. Er zyn maar weinig inonschen, die voor
hun pleizier betalen. Gewooniyk vindt men
het zeer onaangenaam als de beurs getrokken
moet worden. Zy slyt er ook zoo van. Maar
dat onaangename ondervindt gy ook, en
wellicht in erger mate, als de heeren der
burgerlyke gemeente te Z. u aan de finan-
tjëele kies trekken. Maar met die heeren
valt niet te gekscheren. Betalen is de bood
schap, of andere.en dan hebben zy mid
deltjes van dwang, waarvoor men toch bezwy-
ken moet. De middeltjes hebben, zy het ook
niet in zoo ruime mate, de kerkvoogden ook.
Maar die kerkeiyke heeren komen er niet
zoo spoedig toe om die middelen te gebruiken.
Zy zyn gewooniyk lankmoediger. En, myn
waarde „Dixi", is dit nu wel strikt moreel:
voorzichtig uit den weg te gaan voor iemand,
die aanstonds opstuift en zyne tanden laat
zien, maar hen te tarten, die om allerlei rede
nen niet zoo spoedig den sterken arm willen
gebruiken? Nietwaar, dat is toch minder edel I
En nu zy het u in ernst gevraagd, siert
of ontsiert u het getuigenis, zoo eeriyk afge
legd, dat gy alleen op deze onaangename wyze
bemerkt iets met de Herv. Kerk te Z. te
maken te hebben? Wist gy het heusch niet
dat gy in de Heerenstraat, ondor Vreewyk, enz.
in de gemeente Zoeterwoude woondet? Gy
wist het wel. Vrywillig zyt gy daar gaan
wonen. Niemand heeft u daartoe gedwongen.
Maar dan hadt u toch te voren dienen onder
zoek in te stellen naar al de lasten, die aan
het wonen daar ter plaatse verbonden waren,
en indien het betalen van 2 a 10 gulden
kerkelast u te zwaar was, er eenvoudig
vandaan moeten biyven. Ook u zoudt het
daarom niet gelaten hebben. Maar nu u be
sloot om daar te gaan wonen, hadt u ook
zich by die gemeente moeten aansluiten, want
by die gemeente behoort u, en niet meer by
die te Leiden.
Ja, maar „ik geniet schyn of schaduw van
de lusten!" zegt u. „Ik ga in Leiden ter kerk,
daar zend ik myne kinderen ter catechisatie,"
enz. Aangenomen dat u dat veel gemakkeiy-
ker is, of om de eene of andere reden ver-
kieslyker, dat ontslaat u toch niet van uwe
verplichting om dan ook de lasten te helpen
dragen der gemeente, waarin u woont; van
die gemeente kunt u de lusten hebben. De
kerk staat voor u open. De catechisaties
worden gehouden ook voor uwe kinderen. „Op
een uur afstands"! hoor ik u zeggen. Doch
verleden jaar heb ik in de school in de Heeren
straat gecatechiseerd, per advertentie is dat
in het „Leidsch Dagblad" bekend gemaakt!
Waar bleven de kinderen uit de Heerenstraat,
uit Vreewyk, enz.? „Doch de uren convenièer-
den niet", zegt u. Pardon 1 't was 's Woens
dags, en wel 's middags en dus in vryen tyd.
Ja, maar.Hoor eens vriend „Dixi". Alte-
maal doekjes voor het bloeden. Spykers ge
zocht op laag water. Ik voor my zend myne
kinderen naar Leiden ter school, daar heb ik
myne redenen voor. En in waarheid, het komt
niet in my op te protesteeron of zelfs maar
het onaangenaam te beschouwen dat ik ook
aan het onderwys te Leiderdorp moet betalen.
Dat spreekt, dunkt my, zóó vanzelf, dat ik
er niet eenmaal over denk. Wilde ik nu niet
betalen zonder er ook genot van te hebben,
wel, dan moet ik myne kinderen hier maar ter
school zenden. En wilt u niet aan Zoeterwoude
betalen, zonder voor uw geld waarde te ge
nieten, wel, ga dan in Z. ter kerk, enz. Hoe-
vele menschen moeten er in Leiden mee be
talen om het Gymnasium, enz. in stand te
houden, mede voor uwe kinderen, die in
Zoeterwoude wonen, hoevelen, die nooit van
het Gymnasium voor hunne kinderen gebruik
maken? Mooie grappen, als in stad of land
ieder alleen belasting wilde betalen voor die
dingen, waarvan hy profijt heeft, of kan of
wil hebben. Hoevelen moeten in Leiden mede
belasting betalen tot onderhoud van do zoo
peperdure „Gehoorzaal", ofschoon zy er geen
voet inzetten? Neenl wy moeten redelyk zyn.
Stad en land hebben hunne huishouding, en
daarin moet voorzien worden. En zoo heeft
ook de Nederl.-Herv. gemeente in Z. hare
huishouding, en daarin moet voorzien worden.
En als goede kerkleden, zult gy, waarde „Dixi",
en allen, die evenals gy denken, en die be
loofd hebt tot den bloei der Nederl.-Herv. Kerk
te zullen meewerken, over 't onaangename
moeten heenstappen. Denkt er nog eens over
na. Over uwe eenmaal afgelegde belofte, meen
ik en dan gaat gy betalen, met oen kort,
vriendeiyk excuus over het lang laten wachton,
en nog een toegiftje voor achterstallige rente.
Maar, zegt „Dixi", dan moot de kerkeiyke
grens anders gelegd worden. Daar loopt do
quaestie niet over. Die grens is eenmaal zoo
als zy is, en u woont binnen de grens van Z.
Aan die grensregeling kunnen kerkvoogden
ook bitter weinig doen. Zy zouden de quaestie
aanhangig kunnen maken, en dan hebben zy
'/6 stem in het kapittel. Laten zy dan de koe
by de horens vattenWel neen I kerk
voogden zien zeer goed in dat dit juist, met
uwe permissie, absurd zou zyn. Morgen wordt
wellicht de burgerlyke grens verlegd, dan
ontstaan buiten die gren6 weer nieuwe wy ken
op Zoeterwoud8ch kerkeiyk gebied, want er
zullen altoos menschen zyn, die liover buiten
lucht dan stadslucht inademen, en liever by
den dorps-, dan by den stadsontvanger be
talen. En zie, dan zou alweer de kerkeiyke
grens dienen verlegd te worden. Neen, waarde
„Dixi", dat is absurd 1 Daar hebt ge niet lang
over nagedacht. Dit is een „meeninkje, zoo
opgekomen in 't oogenblik, dat u het minder
aangename tikken aan uw deur van den ker-
koiyken ontvanger en deurwaarder hoordetl"
„Hier", onder Vreewyk, enz., „zyn wy van
geestelyke bemoeienis verstoken." Ei zool Hoe
komt dat? Kerkvoogden zyn andere menschen
dan de kerkeraads-leden. Heeft u zich ook
door 't indienen eener attestatie by den ker-
keraad aangemeld Of heeft u dit by vergissing
verzuimd? Bovendien is de gemeente op 't
oogenblik vacant. En wie verhindert nu om
in de vacature te voorzien? U, waarde „Dixi",
en uwe vrienden, die kerkeiyke belasting wei
geren. Om te beroepen moet men een be-
hooriyk traktement kunnen verzekeren. Om
die verzekering te doen, moeten korkvoogden
te>r de gemeente in staat gosteld worden.
En ziet, die heeren worden door u juist be-
moeilykt. Want laten de kerkvoogden u zonder
betaling vry, dan betalen anderen ook niet,
en zy zitten straks met ledigen buidel. U,
„Dixi", zyt het dan ook, die kerkvoogden
dwingt, om, na jaren geduld geoefend te
hebben, zich van den sterken arm te bedienen.
In gemoede! Tot dat uiterste liet ik het in
uwe plaats toch niet komen. Al die last aan
hen en aan u bezorgen, en waarom? Om een
bagatel van f2 f 12 's jaars.
Is u op geestelyke bemoeienis erg gesteld?
Ik kan als consulent niet doen, wat de pre
dikant van de plaats doen kan. Maar zooveel
ik kan, wil ik. Zend my uw naamkaartje
met uw adres, en binnen 6 weken klop ik
by u aan.
Met u kan ik gevoelen, dat er iets onaan
genaams in ligt. Maar hoe onaangenamer iets
is, des te sneller moeten wy het afdoen. Dan
duurt de nasmaak ook niet lang.
Leiderdorp, J. Nierstbasz,
14 Februari 1894. Consulent van Z.
De anarchistische aanslag te Parijs.
De laatste anarchistische aanslag in Frankry k
is nog onzinniger dan alle vorige. Toen twee
jaren geleden ontploffingen plaats hadden voor
het paleis Sagan, de woning van donrechter
Benoit, do kazerne Lobau en het huis van
den procureur-generaal Buloz werd vernield,
kon men nog denken aan uitbarstingen van
haat tegen de justitie. De vernieling van den
restaurant Yéry was eene wraakneming over
de arrestatie van Ravachol in dat lokaal; de
ontploffing in November 1892 in de rue des
bons Enfants was gericht tegen do directeur
der myn werk ere van Carmaux, waar maanden
lang het werk was gestaakt, en Yaillants
aanslag op de leden der Kamer kon eene
politieke aanleiding hebben.
Maar de anarchist, die zich geroepen voelde
Vaillant te wreken, koos tot zyne slachtoffers
menschen, die met Yaillants veroordeeling
niets hadden te maken. Zyne daad is de ruwste
vertolking van de anarchistische leus: dood
aan de bourgeoisieen nooit is duideiyker ge
bleken, dat het de zaak is van een ieder, het
anarchisme uit te roeien.
Zoo er voor Le Breton, of hoe de moorde
naar moge heeten, eenige verzachtende om
standigheid is aan te voeren, dan is het de
taal van vele bladen na de veroordeeling en
vooral na de executie van Vaillant. Weken
achtereen vulden zy hunne kolommen met
by zonderheden over hem en zyne uitlatingen,
als behoorde hy tot Frankryks uitstekendste
mannen, van wien het jammer zou zyn, dat
een enkel woord werd vergetenzy kweekten
voor hem een gevoel van ziekelyk medelyden
en toen zyn hoofd onder het mes der guil
lotine was gevallen, sponnen zy eene legende
om zyn beeld, alsof hy een held en een
martelaar was geweest. Vreemd is het niet,
dat onder de onrype zwakhoofden, die zich
door de leer der anarchisten lieten bekoren,
de een of ander tot do overtuiging kwam, dat
het eene groote daad zou zyn, Vaillant te
wreken en zyn onsterflyken roem te deelen.
Intusschen spreekt men te Parys nog
steeds over den jongsten aanslag in het café
„Terminus". De Fransche bladen geven nog
allerlei lezingen van de wyze, waarop de
aanslag werd gepleegd, maar in hoofdzaak
komen allo by zonderheden, welke daarover
nog gemeld worden, overeen met hetgeen
reeds over het goval is medegedeeld.
Ook in de gevangenis, waar hy door den
rechter van instructie en den prefect van
politie uépine verhoord werd, blyft de man
dezelfde onverschillige houding aannemen als
onmiddeliyk na den aanslag. Op de vragen,
welke hem gedaan werden, geeft hy steeds
dezelfde brutale antwoorden, maar toch schynt
het den rechter na veel moeite nu gelukt te
zyn ten minste de herkomst van den moorde
naar, die eerst onlangs te Parys is gekomen,
te vernemen.
Aan de juistheid van den naam Breton,
dien hy had opgegeven, werd reeds dadeiyk
getwfifeldnit Marseille werd echter een tele
gram ontvangen, dat de opgave van den gevan
gene scheen to bevestigen. Hy had nl. gezegd
uit Marseille te komenby navraag ontving
de politie van daar bericht, dat werkelyk een
anarchist van den naam Breton in 1892 in
die stad had gewoond. Deze Breton was uit
Algiers te Marseille gekomen, en was daar
kellner geworden in een koffiehuishy sprak
een weinig Engelsch en deed soms dienst als
tolk in de hotels. Wegens zyne brutaliteiten
opvliegendheid was hy spoedig weggejaagd.
Breton schynt overigens niet voor de eerste
maal in de gevangenis te zyn. Toen hy uit
het politie-bureel naar zyne cel in het „Depót"
werd gebracht, was hy volkomon kalm; hy
liep dadelyk naar den muur, waar de houten
plank, die den gevangenen als bed dient, aan
een paar haken was opgehangen, en nam de
plank van de haken. „Zyn hier geen lakens?"
vroeg hy met een accent de faubourgen
zonder het antwoord af to wachten, maakte
hy zyn bed in orde.
Schynt zyne bekendheid met de gebruiken
der gevangenis er dus op te wfizen, dat men
hier met een ouden kennis der justitie te
doen heeft, de uitslag van het antliropome
trisch onderzoek heeft dit niet bevestigd. In
de uitvoerige registers van den heer Bertil-
lon, den directeur van het anthropometrisch
bureau, werd geene enkele aan wy zing gevon
den, dat de gevangene hier reeds vroeger was
geweest. Men heeft den man toen gephoto-
grarpheerd en zfin portret zal, met zyn anthro
pometrisch signalement, naar de politie-auto-
riteiten in ue provincie worden gezonden, om
te zien of hy reeds eene veroordeeling achter
den rug heeft.
Gistermiddag heeft hy opnieuw een ver
hoor by den prefect van politie ondergaan
en toen eindeiyk eene volledige bekentenis
afgelegd. Hy heeft verklaard Emile Henry
Breton te heeten en te zfin geboren te Bar
celona, den 28sten Sept. 1872, uit Fransche
ouders. Zyne moeder moet in de omstreken
van Parys wonen in het departement Seine-
et-Oise. Breton voegde er by, dat hy 18
Januari uit Londen te Parys is gekomen.
Aan een vertegenwoordiger van de „Agence
Havas" deelde de prefect van politie het vol
gende mede:
„De anarchist had vóór het verhoor reeds
zelf zyn waren naam in het zakboekje van
een inspecteur, die hem aan het praten wist
te krygen, opgeschreven. Wy kenden hem
vanouds, maar hadden hem een tydlang uit
het oog verlorenhy is ons vóór geweest. Het
is een zeer stoutmoedig, zeer schrander man.
„Gedurende een jaar heeft hy te Londen
gewoond. Vroeger is hy bediende geweest by
een beeldhouwer te Parys en later loopjongen
by een wynkooper.
„Ik ben overtuigd dat hy den aanslag alleen
gedaan heeft; dit heeft hy my ten stelligste
verzekerd, en ik geloof bepaald dat hy op
dit punt de waarheid zegt. Eerst had hy
beweerd, dat de bom door een langen man
was geworpen; vandaag heeft hy bekend de
eenige schuldige te zyn. Toen ik hem over
Vaillant sprak, zeide hy: Dat was een kind;
men doet geen schoenspykers in een ketel
om de bourgeois in de lucht te doen vliegen
dan is er wel wat beters."
Deze verklaring, dat hy geen medeplich
tige heeft gehad, is in stryd met hetgeen
door vertrouwbare personen is verzekerd. Een
winkelier uit de rue de Rome, die deelgenomen
heeft aan de vervolging van Breton, verklaarde
dat hy op het punt was hem by den kraag
te vatten, toen hy een hevigen slag met een
stok op het hoofd kreeg. Een andere getuige,
die Breton by een been greep, toen deze met
de politie worstelde, werd eveneens van ach
teren met een zwaren stok geslagen, en was
genoodzaakt los te laten.
De justitie was reeds herhaaldelyk getroffen
door de beschaafde wyze, waarop Breton zich
wist uit te drukken, als hy eens zyn opzette-
lyke ongemanierdheid liet varen. Volgens de
„Indép. beige" moet by onderzoek in de
registers van de Sorbonne dan ook gebleken
zyn, dat Breton in 1888 het baccalaureaat is
de wis- en natuurkunde heeft gedaan. Als
byzonderheid wordt er nog bygevoegd, dat hy
vooral goed thuis was in de chemie. Denkeiyk
geldt het hier echter een anderen Breton.
De toestand der gewonden is bevredigend,
ook die van den agent van politie Poisson,
die den moordenaar arresteerde en daarby
ernstig gewond werd, zoodat alle hoop be
staat, dat zy zullen herstellen.
Dat de regeering dezen man, die het slacht
offer van zyn plicht werd, zoo waardig en
vooral zoo spoedig met het Legioen van Eer
heeft beloond, wordt eenstemmig geprezen.
Het is niet de eerste maal, dat aan Poisson
eene onderscheiding ten deel valt voor zyn
moedig gedrag. Als infanterist der marine
maakte hy den veldtocht in Tonkin mede,
waar hy, behalve de medaille, het kruis van
Kambodja ontving. In 1881 verliet hy als onder
officier den dienst; sinds 1889 maakt hy deel
uit van de keurbende der gardiens delapaix.
Ook de andere politie agenten, die by de
arrestatie van den anarchist hielpen, hebben
eene belooning en eene medaille ontvangen.
Eveneens een zekere Gustave Etienne, beambte
van de Wester spoorwegmaatschappy. Etienne
was een der eersten, die den vluchteling
achtervolgden, en heeft er by na het leven
by ingeschoten. Hy had den anarchist reeds
gegrepen, toen deze zich plotseling omkeerde
en k bout portant een schot op Etienne loste.
De kogel drong door diens jas, maar schampte
af op een metalen knoop van zyn vest; de
schok was echter zoo hevig, dat Etienne
waggelde en den moordenaar losliet, die daarop
zyne vlucht voortzette.
De Paryscho pers blyft, behoudens de or
ganen der socialisten, eenstemmig in hare
afkeuring van de misdaden, waartoe de anar
chisten hunne toevlucht nemen, ten einde
hunne ontevredenheid over de bestaande maat-
schappelyke toestanden kenbaar te maken.
Daarom vond dan ook de verklaring van den
minister van binnenlandsche zaken, Raynal,
dat de regeering steeds krachtiger tegen de
anarchistieche beweging zal optreden, alge
meen by val.
Het kan zyn, dat de mededeelingen van den
moordenaar, welke de justitie nog hoopt te
verkrygen, nog meer by zonderheden over dezen
aanslag aan het licht brengen, maar tot dus
ver is daarover nog niets naders dan het
bovenvermelde bekend.
Opent). Raadsvergadering te Alkemade
op Dinsdag 13 Februari.
De Voorzitter, de Burgemeester, opent in
tegenwoordigheid van alle leden de vergadering
en trekt No. 9 voor de stemmingslyst, waar
door volgens het reglement van orde wordt
bepaald, dat by den heer Th. Nigten de om
vragen en stemmingen voor deze vorgadering
zullen beginnen.
Daarna worden de notulen der vorige ver
gadering gelezen en met algemeene stemmen
goedgekeurd en vastgesteld.
De Voorzitter deelt mede: lo. het proces
verbaal van de op den 25sten Januari 11. door
het Dagelyksch Bestuur gehouden kasopne-
ming by den gemeente ontvanger, waaruit
blykt dat in kas was ƒ2482.80, terwyi de
boeken en registers in orde waren, waarvan
aan de Gedeputeerde Staten mededeehng is
gedaan, hetwelk voor kennisgeving wordt
aangenomen.
2o. een door Burg. en Weths. ontvangen
brief van Ged. Staten met eene missive van
Z.Ex. den Minister van Binnenlandsche Zaken
in zake verpleging van Ca. Droog, Wed. A.
Kortekaas, waaruit blykt dat zy zelve hare
verpleegkosten als krankzinnige in het ge
sticht „Coudewater" te Rosmalen moet be
talen, daar deze uit hare eigen middelen
kunnen worden bestreden.
Verder zyn aan de orde:
1. Een voorstel van Burg. en Weth. om d©
jaarwedde van eene onderwyzeres aan de
O. L. school te Rypwetering te verhoogej
tot op ƒ600; met algemeene stemmen wordt
hiertoe besloten, en het ontwerpbesluit vaot-
gesteld, hetwelk aan de goedkeuring van Ged.
Staten zal worden onderworpen.
2. De behandeling van het kohier van den
hoofdelyken omslag dienst 1894; op voorstel
van B. en Ws. wordt goedgevonden dit ia
besloten vergadering te behandelen.
Een adres van den brugophaler G. Van
Beyeren, te Oude-Wetering, om verhooging
zyner jaarwedde; het Dagelyksch Beetuttf
stelt voor deze met f 10 te verhoogen en te
brengen op f 80; de heer Oosthoek vreest dat
Van Beyeren dan zyn post niet zal behouden
en stelt voor het salaris te stellen cp ƒ50;
na eenige deliberatie wyzigt de heer Oosthoek
zyn voorstel tot ƒ40, wordende genoemde
jaarwedde met algemeene stemmen op dat
bedrag vastgesteld.
4. Een adres van de weduwe van den nacht
waker S. Van Veen om eene gratificatie; op
voorstel van B. en Ws. wordt haar na eenige
bespreking voor 1894 ƒ100 toegekend, zul
lende dit bedrag haar kwartaalsgewyze worden
uitbetaald.
5. Een adres van do v*ei. I. Van de Panne,
veldwachtereweduwe te Nieuwe-Wetering,
waaraan voor 1894 met algemeene stemmen
ƒ150 wordt toegekend.
6. Een verzoekschrift van de wed. van den
veldwachter B. Keyzer, aan wie voor 1894
eveneens met algemeene stemmen ƒ100 wordt
verleend.
7. Een adres van mej. H. Kuilman, vroed
vrouw te Abbenes, om eenig salaris voor te
Kaag onder deze gemeente verrichte diensten,
waarop afwyzend wordt beschikt, omdat de
behoeftige ingezetenen dezer gemeente steeds
gratis verloskundige hulp kunnen verkrygen
als zy dit verzoeken.
8. Reclame van C. Van der Knyff te Nieuwe-
Wetering, tegen zynen aanslag in den hoofde
lyken omslag ad 1; met algemeene stemmen
wordt besloten zynen aanslag dienst 1898 te
handhaven, daar er geene vryheid bestaat
hem hiervan te ontheffen.
Namens B. en Ws. brengt do Voorzitter
ter tafel een ontwerp besluit tot het do3n
van Onvoorziene Uitgaven dienst 1893 ad
44.80 als bydrage in de kosten van do
vryw. oefeningen in den wapenhandel, het
welk met algemeene stemmen wordt vast
gesteld.
Eveneens wordt vastgesteld een ontwerp
besluit tot het doen van onvoorziene uitgaven
dienst 1894 ad 25, voor het schoonhouden
der geweren, gebruikt by de vryw. oefeningen
in den wapenhandel, en ƒ350, wegens toege
kende gratificatiën aan do nachtwakers-
weduwe F. Van Veen f 100, on van de veld
wachters I. Van de PaDne en B. Keyzer
ƒ250, samen 350.
Daarna wordt algemeen goedgevonden den
nachtwaker A. Oosterbroek over 1894 eene
gratificatie te verleenen, welke nader zal
worden bepaald.
Hierna wordt de openbare vergadering voor
eenigen tyd geschorst ter behandeling van
het kohier van den Hoofdelyken Omslag dienst
1894. Na heropening der openbare vergadering
wordt dit in zyn geheel vastgesteld tot een
bedrag van f 2560.50, zullende dit ter goed
keuring aan de Gedeputeerde Staten worden
opgezonden.
Burg. en Weths. geven vervolgens den Raad
in overweging den Gedeputeerden Staten voor
te stellen de jaarwedde van den gemeente
ontvanger, met ingang van 1 Jan. 1894, te
verhoogen met ten minste 25, waartoe met
algemeene stemmen wordt bosloten.
Nadat nog aan den heer De Ridder, ambte
naar ter secretarie, 15 werd toegekend wegens
vergoeding voor overzetgelden, en op 's Voor
zitters vraag geen der leden meer het woord
verlangde, werd de vergadering door den Voor
zitter gesloten.
BUITENLAND.
Frankrfik.
De Fransche regeering heeft nu ook in
lichtingen ontvangen over de tweede botsing
in Sierra-Leona, waarvan men tot nog toe
alleen van Engelsche zyde gehoord had.
Volgens deze inlichtingen komt de verant-
woordelykheid voor deze bloedige botsing
geheel neer op de Eogelschen, wier troepen
het Fransche gebied hebben betreden op een
punt, waar de grens volkomen afgebakend is.
Zy hebben een dorp op Fransch gebied aan
gevallen; ter verdediging van dit dorp zyn do
Fransche soldaten toen toegesneld en hebben
de aanvallers verdreven.
De Senaat heeft gisteren het wetsvoor
stel tot het verleenen van schadevergoeding
aan onschuldig veroordeelden by eerste lezing
aangenomen.
O ui tóohland.
Keizer Wilhelm heeft zich by het feestmaal,
dat de Pruisische minister-president, graaf Zu
Eulenburg, gisteren aan parlementsleden gaffc-