No. 10410
Maandag 29 Januari.
A0. 1894.
feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Bit uoiumer bestaat uit DRIE
Bladen.
Leiden, 27 Januari.
Feuilleton.
Be Geschiedenis van het Renpaard
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maandenf 1.10.
Franco por post1-40.
ifzonderlyke Nommers0.05.
~P~R T.TR DER ADVERTENTÖSN:
Van 1 6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17J. Grootere
lettors naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad
wordt f 0.05 berekend.
Derde Blad.
Praatjes over Kunst.
Vlokken.
XX.
1624 - 27/1 - 1894.
Het pa*t niet nu te juichen by Jozef
Israöls' 7Ubte geboortefeest. Iedere vreugde
kreet, thans wanklank biyvend, worde ver
stomd.
Hot nameloos, mateloos leed dat dezen
meester in eigen kring zoo diep schokte, het
ino^e weerklank vinden in ons gemoed, maar
zwygen is dan toch hier wel het meest-
welsprekend teeken van sympathie. Want
al staat het te bezien, of binnen een niet al
te lange spanne tyds, de veerkracht die dezeu
jeugdig-gryzen maéstro Dog nooit verliet,
opnieuw in zyn werken zal opluiken; aau
on8 biyve voorloopig alleieerst de taak op
gelegd een stilzwijgen te bewaren, dat har
monisch strookend met de gewilde kalme
berusting van den zwaarbeproefoen lyder,
gepaard ga aan de stille innige waardeering
voor hetgeen deze artist in nog-kort vooruy-
gegane tyden, zoo rykiiandig aan ons allen
vermocht te gevea.
,Do heer Veth staat te hoog om hem van
jalousie de metier to verdenken, maar, al wil
m^n gaarne toegeven wat hy zegt, zou het
toch aan zyne woorden veel meer kracht bij
zetten, wanneer hy, alvorens dat oordeel te
schryven, het werk van den heer Sailuis had
gtzien en niet had toegegeven aan don indruk,
dien ook op hem de opgeschroefde roclame
had gemaakt", aldus ue „Arnhemsche Courant"
(26 Januari).
Nu heeft de Redactie van de „Arnh. Ct."
blyk vaar geen kennis genomen van het in da
„Haarlemscbe Courant", voorkomend bericht
omtrent Samuel Sarluis, dat in nog sterker
bewoordingen dezeu jongen man tot een onzer
grootste artisten, door alle eeuwen heen,
proclameert. M*n oordeole zeli 1
„In éen woord: de natuur heeft Samuel
Sari ui 8 begifiigd met hare heeriyicste gave,
die van het genie. Meen mot dat ik overdryf;
iedereen kan zelf in net huis zijns vaders, in
de Wllhelminastraat aan het Bezuidenhout te
'a Cravenhage, den knaap aan het werk zien
in het atelier, dat zyn ouders hem achter
liunno woning hebben gebouwd. Er staat daar
op oen schildersezel oen vrouwenportret, dat
in teekening en kleur niet onderdoet voor de
portretten van de grootste meesters. Een
kuustkenner, die gisteren het atelier bezocht,
kocht het terstond aan. Hy vreesde alleen, dat
zyn overige schilderyen er te veel door in de
schaduw zouden komen te staan, ofschoon ze
ramen dragen die klinken in do kunstwereld.
Do jooge vrouw, aan wier gt-laat het zachte
coloriet der wangen bekoring bijzet, draagt
een Rubenslioed met rooöen rand op het
blondo haar, dat neergolft op het bruinroode
gewaad met geel keursjyf.
Beeltenis, kleur, oétails, alles verraadt een
meesterhand. In een anderen hoek staat een
groot paneel, een bisschopskroning, waarvan
tint, uitvoering en conceptie doen denken aan
een der beroemste oudste meesters. Tegen
den middenwand is de schets ontworpen van
een man, een jonge vrouw omvattende: stand,
gewaad, uitdrukking zyn nu reeds op het
lang nog niet afgewerkte doek zeldzaam
schoon te bewonderen. Aan het groote mid
denvak hangt eeD doek van 8 meter by 5
misschien, met levensgroote figuren, het beeld
weergevende van den intocht van een vorst
in een Italiaansche stad in de middeleeuwen.
Het doek i6 in de groüdverf. De omtrekken
zyn gereed, van enkele hoofdfiguren zyn
reeds de gezichten klaar; ieder die binnen
treedt staat verstomd over zulk een ontworp
en zulk een ordonnantie. En dat alles, en het
vele meer dat in de salons zyner ouders te
zien i als eerste proeven van pastel- en
watervtrfteekeningen, getuigt van zulk een
scheppende kracht, zulk een zeldzame energie,
als slechts aan weinige stervelingen is toebe
deeld. Diezelfde knaap heeft gisteren of eer
gisteren voor het eerst van zyn leven in klei
geboetseerd een oud man, die hopelooze po
gingen doet om tegen een boom op te klim
men. Hy is nog ternauwernood begonnen
en reeds frappeert de wanhopige uitdrukking
op het gelaat van den man. En deze knaap,
die nu dageiyks kunstenaars en kunstken-
nors verstomd doet staan, by was twee of
drie jaar geleden bestemd om bankier te
worden. „Vador, laat my schilder worden,"
zeide hy in den trein uit Dultschland komend
„ik deug niet voor bankier." Zyn vader raad
pleegde een schilder, bracht hem naar de
Teekenacademie, waar hy om zyn vaaroigheid
werd opgemerkt, maar toen hy aan het schil
deren moest, gevoelde hy dat zyne richting
niet strookte met die zyner leeraren en hy
ging in zijn eigen atelier aan het doen."
Mijn welgemeenden raad voeg ik hiorby om
lezers, die wellicht doeken van Rubens, Cor-
reggio, Rembrandt, Titiaan, of Rafaöl in hun
bezit mochten hebben, deze ten spoedigste in
te ruilen v^or één der schilderstukken van
den heer Sarluis.
Doch eeriykheidshaive schaar ik my ook
een weinig aan de zyde van de „Arnhemsehe
Ct." en hoop, na een bezoek? op het atelier
van dezen artist, mijn bevindingen hier nader
mee te deelen; ten minste,als ik toe
gelaten word.
De „Nieuwe Rott Ct." van heden bevat het
volgend bericht: „Niet minder dan 84 Hol-
laodach© schilders hebben werken ingezonden
voor de JubileumstentoonsteUIng in Maart
1894 te Weenen.
De meest bekende onzer schilders zyn onder
uataantal vertegenwoordigd. Toorop, Verster,
Veth, De Bock, Onnes ontbreken echter."
Begin Februari zullen een aantal van
Jan Teorop's werken in de Kunstzaal van het
Stedelyk Museum alhier tentoongesteld worden.
De Kunstbeschouwingen te dezer stede
zullen ook dit jaar worden gehouden. De
belangstelling van het Leidsche kunstminnend
publiek mag hier wel even worden genoemd
engeroemd.
De beeldhouwer Odé heeft zich bereid ver
klaard in de Kunst zaal van ons Stedelyk
Museum een uitgebreide verzameling van zyn
werken tydelyk ter bezichtiging af te staan.
De wanden van de Kunstzaal Hartevelt
zullen behangen, de lambrizeerlng er van
geschilderd worden. C. V.
Hedenmorgen te balfelf werd op de be
graafplaats aan de Groen esteeg alhier ter
aarde besteld het stoffelyk overschot van mr.
W. Riddor Van Rappard, staatsraad in buiten
gewonen dienst, oud-lid van den Raad van
Nederl.-Indiö, Ridder in de orde van den
Nederland6chen Leeuw.
In allen eenvoud had die plechtigheid plaats.
De familieleden volgden do met bloemkraus
versierde ïykbaar en bewezen met ongedekten
hoofde de laatste eer aan den overledene,
toen de lykkist in de groeve werd neergelaten.
Er werd aan het graf niet gesproken.
De Leidsche afdeeling der Hollandsche
Maatschappy van Fraaie Kunsten en Weten-
scnappen zal Woensdag 31 Januari eene
vergadering houden als blykt uit de aan
kondiging in ons blad van heden.
De voorzitter, prof. Ten Brink, zal ditmaal
voor de leden eene voordracht houden over
Emile Augier en zyne biyspelen. Hy zal het
beroemde biyspolLo Gendre de M.
P o i r i e r uitvoerig analisoeren en in het
licht stellen hoe deze comódie de
moeurs eene der volkomenste kun.-t-
werken is, dte ooit in het T h A t r e
Francais zyn vertoond.
Naar wy vernemen, zal de spreker na de
pauze een woord van herinneriug en waar
deeriug wyden aan den onlangs overleden
dichter Frans Haverschmidt. Het is to voor
zien, dat ditmaal de leuen en hunne dames
niet zullen schitteron door hunne afwozigheid.
In de Leidsche Studenten Deoatingclub
zyn de volgende stollingen verdeoigd:
„De Nieuwe Gids heeft zyn roeping als tyd-
schrift van redactie vervuld."
„De Nieuwe Gids vervult zyn roeping als
praesteerond tyaschnft op veelszins bedenke-
lyko wyze."
„Het is wenscheiyk dat de Nieuwe Gids
ophoude te verschynen en dat geen nieuw
tijdschrift van geiyken aard of strekking
worde opgericht."
Benoemd is tot leeraar in het Engelsch
aan bet Instituut-Beresteyn te Voorschoten
de heer Fortanier uit Lemen.
De conservatieve kiesvereeniging „Vader
land en Koning", te 'a-Giavenhage, heeft
caudid^at gesteld voor de t.weo open plaatsen
in oen Haagscben gemeenteraad do heeren
J. Krap, civiol ingenieur on jhr. mr. J. Bcolaerts
vau Blokland, schoolopziener in het arrondis
sement Leiden.
Volgens het „Vaderland" ia er aan hot
departement van koloniöa hoegenaamd niets
van bekend, dat de heer Van Asch van Wyck
ontslag zou hebben gevraagd als gouverneur
van Suriname.
Een der eerbiedwaardigste ingezetenen
van Amersfoort, vermoedeiyk de oudste in
leeftyd, de heer B. E. Horschei, is Donderdag
avond in den ouderdom van ruim 92 jaar
aldaar overleden, na een kortstondige onge
steldheid van slechts enkele dagen, zonder
dat hem een der gebreken de6 ouderdoms
aankleefde.
De overledene bekleedde gedurende tal van
jaren de betrekkingen van president der Kamer
van Koophandel en Fabrieken, van lid van
den Gemeenteraad en van onderscheidene
burgeriyke en kerkeiyke commission, waarin
belangryke diensten door hem bewezen werden.
Naar de „N. R. Ct." verneemt, is de
beslissing van den minister van binnenlandsche
zaken gevraagd in de roeds jaren oude
quaestie, of de Weesinrichting te Neerbosch
al dan niet moet worden beschouwd al6 een
gesticht van weldadigheid in den zin van
art. 421 van het Burgoriyk Wetboek, lui
dende: „Minderjarigen, die in eenig gestioht
van weldadigheid zyn opgenomen, verbiyven,
zoolang zy zich daarin bevinden of daartoe
behooren, onder de voogdy van de regenten
van dat gesticht."
Mocht het antwoord van den minister be
vestigend zijn, dan zou de inschryving voor
de nationale militie van al de in do inrichting
opgenomen wee sjongens, als staande onder
de voogdy van de bestuurders der inrichting,
op grond van art. 16, sub 1, der Militiewet
moeten geschieden te Neerbosch (Nymegen),
dus ook van die jongens, over wie door den
kantonrechter voogden waren benoemd.
Tot nog toe werden aldaar alleen ingeschreven
do jongens, in wier voogdy Diet was voorzien
(art. 16 sub 3); do andere jongens in de woon
plaats van den voogd (art. 16 sub 1).
De minister van mariue heeft den luit.-
ter-zee lste kl. F. C. V. Zwaanshals, dienende
aan boord van Hr. Ms. fregat „Atjeh", in
stedo van 1 Febr. a. s., mpt 7 Febr. d. a. v.
op non activiteit gesteld en vervangen door
den luit.-ter-zee lste kl. A. A. Flaes.
De gewone audiëntie van den minister
van justitie zal op Dinsdag 30 dezer niet plaats
hebben.
Het stoomschip „Kaiser", van Hamburg
en Amsterdam naar Oost Afrika, is 25 Jan.
Suez gepasseerd; de „Prins Hendrik", van
Amsterdam naar Batavia, vertrok 25 Jan. van
Genua; do „Bemarang", van Java naar Rot
terdam, vertrok 26 Jan. van Suez; de „An-
chises", van Amsterdam, arriveerde 26 Jan.
te Batavia; de „Hector" vertrok 25 Jan. van
Batavia naar Amsterdam; do „Rotterdam",
van Rotterdam naar Nieuw-York, passeerde
26 Jan. Lizard.
Gemengd Nieuws.
Het volgende ongeluk heeft
dezo week te Zoeterwoude plaats gehad. Een
zoontje van den landbouwer J. Meurs, 13
jaren oud, is, toen hy met eene lantaarn naar
zekere plaats ging, door welko oorzaak weet
men niet, met zyne oDderkleeren in brand
geraakt. Zyn lichaam is daardoor op verschil
lende plaatsen met brandwonden overdekt.
Zyn toestand is thans naar omstandigheden
vry bevredigend.
Hedennacht zyn by Th. Vieveen
te Veur negen jonge kippen en by zyn naast
hem wonenden broer J. V. twee van de drie
kippen ontvreemd. De kippendieven beginnen
er hun handwerk dus weer uit te oefenen,
den eersten maal reeds zoo brutaal mogelyk.
Een gerucht zegt, dat de coöpe-
ratieve winkelvereeniging te 's-Gravenhage
haar debiet in 1898 zag toenemen met meer
dan een halve ton. Het ledental steeg tol
4226 en is dus in 1893 met 865 leden vooruit
gegaan. Ook de kleedermakery van de afdeeling
„Zee en landmacht" ging sterk vooruit.
Het bericht uit Scheveningen
als zouden aan den heer Van den Bergh
toebehoorende gronden aldaar aan een con
sortium verkocht zyn, is, naar wy nader
onderricht worden, geheel ongegrond. NR. C).
Twee Amsterdam ach e j ongens
zyn de wyde wereld in gegaan, maar hunne
ouders, logementhouders te Amsterdam ver
langen de opsporing hunner zonen, de één
18 jaren; de ander 15 jaren. Zy hebben in
den morgen van 22 Jan. jl. de ouderlyke
woning verlaten, waarachyniyk met het voor
nemen, naar Engeland of Noord-Amerika te
gaan.
Aan de aannemers van den stads
schouwburg te Amsterdam hebben de be
stuurders der drie schilders vereenigingen aldaar
een schryven gericht, waarin wordt ver
zocht nu het décoratie8childeren aan eene
firma uit Brussel gegund is „met het oog
op de te Amsterdam bestaande werkloosheid,
het verdere schilderwerk aan den stadsschouw
burg aan eene aldaar bestaande firma te
gunnen, daar het toch in vele gevallen ge
bleken is, dat de Nederlandsche werkman,
wat kunde betreft, niet by die van het buiten
land ten achterstaat."
Te Amsterdam kreeg eene vrouw,
bij de tyding dat zy aan het Binnen Gasthuis
moest komen, omdat haar man stervende
was, op straat een toeval, zakte ineen en
bleef op de plaats dood.
In de sigarenfabriek van dea
heer Jacob P. Wolf op do Leidschegracht te
Amsterdam, zoo meldt „De Echo," hebben
Woensdag al de sigarenmakers het werk ge
staakt. Zy eiachten meer loon en minder strenge
oontrOle op het aantal sigaren, welke uit eene
bepaalde hoeveelheid tabak moesten worden
gemaakt en nog veel meer.
De heer Wolf willigde al hunne eischon in,
behalve die eene omtrent de contrOle, en daar
de sigarenmakers daar niet mede tevreden
waren, duurt de werkstaking steeds voort.
De patroon verklaarde beslist, in dat opzioht
in het geheel niet te zullen toegeven.
Zaak-De Jong Naar hot „Han-
del8bl" verneemt zal de veel besproken Hen
drik De Jong, binnenkort terechtstaan wegens
oplichting, gepleegd ten nadoele van de ver
dwenen Maria Schmltz en hare zuster.
„SILVER BLAZE".
A. CONAN DOYLE.
2)
John Straker, die getrouwd is, bewoonde
eene kleine villa, ongeveer 200 meter
van de stallen verwijderd. Hij neett geene
kinderen, houdt ééne vrouweiyke bediende,
en is vry welgesteld. De omstreek is er zeer
eenzaam, doch ongeveer een halve myl noord
waarts ligt eene kleine groep villa's, gebouwd
door een ondernomer uit Tavistock voor
zieken en anderen, die de zuivere lucht van
Dartmoor willen gemeten. Tavistock zelf is
twee myien ten westen daarvan gelegen, en
midden in de heide, ook op ongeveer twee
myien afstanda, bevinden zich de grootere
renstallen van Mapleton, die aan Lord Back
water toobehooren en bestuurd worden door
Silas Brown. Naar alle richtingen is de heide
eon volslagen wildernis, slechta door eemge
rondzwervende zigeuners bewoond. Aldus was
de algemoene stand van zaken op verleden
Maandag-avond, toen het voorval plaats greep.
Nadat op dien avond de paarden als ge
wooalyk hunne oefenmg on voedsel gehad
hadden, worden de stallen te 9 uren gesloten.
Twüo van de knechten begaven zich naar
flo woning van den trainer, alwaar zy in de
l jaken hun avondmaal gebruikten, terwyl
dorde, Ned Hunter, op wacht bleef. Eenige
iu nuten na negenen bracht ue o.enstbode,
Edith Baxter, bot avondmaal voor bom Daar
de stallenhet bestoud uit oen schotel sohapeu-
vleescn met kerrie. Zy bracht geun drank
mede, daar er een waterton in de stallen is,
en het eene vaste wet was, dat de knecht
op wacht nooit iets anders drinkt.
De meid droeg eeo lantaren, daar het zeer
donker was en het pad dwars door de heide liep.
Edith Baxter was nog ongeveer dortig metor
van de stallen verwyderd, toen een man uit
het douker te voorschyn kwam en haar toe
riep stil te biyv^n staan. Toen hy in den
lichtkring trad, die door de lantaren werd
uitgestraald, zag zy dat het iemand was als
neer gekleed in een grys wollen pak met een
lakenscho pet. Hy dioag slobkousen on had
een zwaren stok met knop in de hand. cLet
mebst was zy echter getroffen djor de buiten
gewone bleekne.d vau zyn gelaat en zijne
zenuwachtige houding. Zyn leeftyd zou, naar
nare meeniog, eer boven dan onder de
dertig zyn.
„Kunt ge my zoggen waar ik my bevind?"
vro6g ny. ,Ik üad er my reeds op voorbereid
den nacht op de heide door te brengen, toen
ik het licht van uwe lantaren zag."
„Gy zyt dicht by do renstallen van King's
Pyi-.mi," zeide zy.
.Zoo, waariyfcl Welk een gelukkig toevall"
riep hy uit. „Ik vermoed dat een stalknecht
daar eiken nacht 3lleen slaapt. Wellicht is
het zyn avondmaal dat ge hem daar brengt.
Nu, ik wöet haast wel zéker dat go niet te
trotsch zyt om geld voor eene nieuwe japon
te verdienen, wel?"
Hy nam een opgo-ouwon stuk wil papier
uit z(jn vestzak. „Zorg, dat de knecht dit
van avond nog krygt, en ge zult de mooiste
jtpon van my hebben, die er voor geld te
knopen is."
Zy was verschrikt door den ernst van zyne
houding, en liep hem voorby naar het venster,
waardoor zy gewoon was de maaltyden over
te reiken. Het was reeds open, en Hunter
zat binnen aan de kleine tafel. Zy was
juist begonnen hem het gebeurde te ver
tellen, toen de vreemdeling Daderbykwam.
„Goeden avond", zeide hy, door het ven
eter kijkend. „Ik zou u wel even willen
sproken." De meld heeft er eea eed op ge
daan, dat zij, terwyl hy sprak, een punt van
li t papier uit zyne dichtgeknepen hand zag
te voorschyn komen.
„Wat hebt ge hier te maken?" vroeg
de knecht.
„Iots dat u wel eens geld in uw zak zou
kunnen bezorgen", zeide hy.
„Gy hebt twee paarden voor den Wessex-
Cap Silver Blaze en Bayard. Zeg nay
hunne werkelyke kansen en go zult er wel
by varen. Is het waar dat Bayard van den
h-indicapper honderd meter op de vyf myien
vóórgekregen beeft op het andere paard, en
dat do stal nu al zya geld op hom ge
zet heeft?"
„Zoo, ben je oen van die vervloekte book
makers!" riep de stalknecht uit. „Ik zal je
eens laten zien hoe we met dat volk in Kings
Pyland omgaan."
Hy sprong op en liep den stal door om den
hond los te maken. De meid snelde terug
naar het huis, doch omkykend zag zy nog,
dat de vreemdeling zich door het venster
boog. Een oogenblik later echter, toen Hunter
met don hood naar buiten kwam, was hy
verdwenen en ofschoon hy het geheele ge
bouw omliep, was er geen spoor meer van
hem te ontdekken.
„Een oogenblik", vroeg ik. „Liet de stal-
koocht, toen hy met den hoDd naar buiten
stormde, de deur achter zich openstaan?"
„Uitstekend, Watson, uitstekend!" mom
pelde royn metgezel. „De belangrykheid van
dat punt trof ook ray zoozeer, dat ik gis
teren een telegram naar Dortmoor zond expres-
seiyk om die zaak op te helderen. Do knecht
sloot de deur voor hy heenging. Het venster,
om ook dit niet te vergoten, was te klein dan dat
een volwassen raonsch er door zou hebben
kunnen kruipen.
Hunter wachtte totdat zyne beide makkers
waren teruggekeerd en zond toen een bood
schap naar don trainer om het gebeurde te
meldeD. Strabor was by ontvangst van bet
bericht zeer ongerust goweost, hoewel hy de
waro beteekeni8 or van niöt schynt te hebben
ingezien. Het liet echter een onbestemd gevoel
van anpst by hem achter, en Mrs. Straker te
één uur des nachts wakker geworden, vond
hem bezig met zich te kleeden. In antwoord
op hare vragen zeide hy, dat by niet slapen
kon wegens zyn angst om bot paard, en naar
de stallen wilde gaan om te zien of alios
daar in orde was. Zy smeekto bem dringend
om toch thuis to blyven, daar zy den regen
tegen de ruiten kon hooren kletteren, maar
in weerwil van hare dringonde boden trok hy
zyne lange regenjas aan en verliet het huls.
Mis. Straker word 's morgens te 7 uren
wakker en zag, dat haar man nog niet was
teruggekeerd. Zy kleedde zich haastig, riep do
dienstbode en begaf zich naar de stallen.
De deur stond open; daarbinnen, ineeu-
gezonken op oen stoel, zat Hunter in een
toestand van geheele verdoovingde stal van
den favoriet was ledig, en van zyn trainor
zag men geen spoor.
Do twee knechten, die op den stroozolder
boven de tuigkamer sliepen, waren spoedig
gewekt. Zy hadden gedurende den nacht
niets gehoord, want het zyn beiden vaste
slapers. Hunter was klaarbiykelyk onder den
invloed van een sterk slaapmiddel, en, daar
or geen teoken van leven uit hom tekrygen
was, liet men hem uitslapen, terwyl de beide
mannen en de beide vrouwen naar buiten
snelden om do afwezigen te zoeken. Zy koester
den nog steeds de hoop, dat de trainer om de
een of andere reden het paard mede naar buiten
genomen bad voor eene vroege morgenoefening,
maar, na den heuvel by het huis beklommen
te hebben, van waar de heide over een grooten
afstand kon worden overzien, koDden zy niet
alleen geen spoor van den vermisten favoriet
bespeuren, doch bemerkten iets, dat hen met
een voorgevoel vervulde als bevonden zy zich
in de nabyheid van een vreeseiyk drama.
{Werdt t