De minister van financiën maakt be
kend dat hy van den heer T. P. Hessels,
deken en pastoor te Hulst, ontvangen heeft
120?, wegens verschuldigd successierecht.
Hot „U. D." verneemt dat de raad van
bestuur van „Tivoli" te Utrecht een gewich-
tigen stap heeft gedaan tot behoud van het
stodelyk muziekcorps. Zonder wfiziging der
overeenkomst waarborgt het bestuur, in plaats
van 18,000, de vasto som van 16,000,
waardoor nu zullen geleverd worden 155 uit-
vooringon.
De by do Prov. Staten van Friesland van
Ged. Staton ingekomen voordracht ter be
noeming van een griffier der Staton, is samen
gesteld uit de beeren mrs. C. B. Menalda,
commies chef van de 2de afdeeling ter prov.
griffie van Frksland; H. P. Bordenis van
Berlekom, commies-chef ter prov. griffie van
Zuid Holland; A. J. Van Slooten, commies
rodacteur ter secretarie van de gemeente
Haarlem.
De minister van waterstaat, heeft af
wijzend beschikt op het adres van do Haag-
sche Veroeniging voor handel en nijverheid,
verzoekende gelijkstelling voor de heffing van
het (stads jbriefport van Den Haag met zijne
achtsto wijk (Scheveningen).
Hot stoomschip „Didam" vertrok 15 Nov.
van Rotterdam naar Nieuw-York met 61 pas
sagiers derde klasse.
Bij koninklijk besluit is aan P. S. But enz,
burgemeester dor gom. Oost- en "West Souburg,
toestemming verleend om tot 1 Nov. 1894
te Middelburg te wonen.
J. C. Pilaar, directeur van het Rijbstelegraaf-
kantoor te Middelburg, met ingang van 1
Doc. a. 8. in gelijke betrekking benoemd te
Maastricht.
Do kapitein H. C. Van den Broek, van het
5de reg. inf., op zijne aanvrage, op pensioen
gesteld on het bedrag van hot pensioen be
paald op ƒ1539 'sjaars.
lo. Aan den reserve officier van gezondheid
2de kl. dr. A. J. Van Walsem, van het per
soneel van don geneeskundigen dienst dor
landmacht, gerekend van 23 October jl., een
eervol ontslag verleend uit zijne betrokking
van reserve-officier van gezondheid bij do
landmacht; en zijn: 2o. bij het personeel van
den geneesk dienst der landmacht, voor den
tijd van vijf jaren, benoemd tot reserve-officier
van goz. 2de kl., de burgergeneeskundjgen
(artsen) dr. J. K. H. Brumund, R. M. Van
Steenbergen en dr. Van Walsem voornoemd,
allen eervol ontslagen officieren van gez. 2do
kl. van hot leger hier to lande.
Do hi or F. W. Reise, voorzitter van de
Veroeniging „Koninklijke 2de sectio Metalen
Kruis", te Rotterdam, benoemd tot ridder in
de orde van Oranje-Nassau (met den laurier
krans).
Opnieuw benoemd: met 16 Nov., tot school
opziener in hot arrond. Heerenveen, H. De
Jong, aldaar; met 1 Dec., tot schoolopziener
in hot arrond. Os, mr. F. A. Hengst, te
'8-Hertogenbosch.
Aan E. F. Schoppenhauer, gewezen brieven
gaarder, een jaarlijksch pensioen toegekend van
ƒ132.
Ho Chrysanthemum-tentoonstelling
van de afd. Leiden en Omstreken der Nederland-
sche Maatschappij voor Tuinbouw en Plant
kunde in de Buiten-sociëteit „Amicitia" alhier.
Terwijl buiten do menschen reeds in hun
winterkostuum over straat loopen, terwijl in
do laatste dagon sommige slooten reeds mot
eene ijskorst lagen overdekt en een scherpe
noordenwind door de kale, bladorlooze takken
van hot goboomto floot is er daar binnen
in de ruime zaal van „Amicitia" een bloemen-
foest, in den bosten on schoonsten zin des
woords.
Wat oen bloomonschatl Wy aarzelen niet
den aanblik der zaal by het binnentreden een
zeldzaam heerlijken, een betooverenden to
noemen.
Deze tentoonstelling word hedennamiddag
te óón uur, terwijl buiten de herfstzon helder
scheen, alsof zij zich in 't feest verheugde, go-
opend in tegenwoordigheid van de inzenders,
het bestuur en do loden der AJdoeling met
hunne dames, commissarissen van „Amicitia"
en verdere genoodigdon.
Genoemde inzenders zyn twaalf in getal;
ze oxposoeren niet om deze of gene bekroning
te behalen, immers er was reeds vooruit be
sloten dat die niet zouden worden toogekend
maar om te doen zien wat eeno collectieve
inzending ook hier vermag.
De opening goschiodde mot eene korte toe
spraak van den voorzitter der Leidsche af-
deoling, den heor A. D. D. Schretlen, die op
de betookenis dezer expositie wees, want er
bleek uit wat er door de leden by onderlinge
samenwerking was tot stand te brengeneene
samenwerking, welke niet genoog te loven
en to prfjzen was on waarvan de vruchten
niet zullen uitbiyven. Spr. bracht hun dan
ook den hartelykston dank, alsmede aan het
bestuur van „Amicitia," dat zoo welwillend
was geweest het gebouw voor het doel be
schikbaar to stollen. Verder zeide hy tevens
dank aan hen, die do opening met hunne
tegenwoordigheid hadden vereerd en daardoor
een gewaardeerd wordend blyk van hunne be
langstelling hadden gegeven.
Do namen der exposanten zyn niet op
hunne inzendingen vermeld, terwyl deze
bu/endien niet by, maar door elkander zyn
gerangschikt. Persoonlyke voorkeur kan er
dus niet bestaan.
Het aanta! ingezonden namen bedraagt
ruin? 900 en neemt eene oppervlakte in van
111 viork. meters.
Dank zy die medewerking, mag de expo
sitie volkomen geslaagd heeten.
Eene bloemententoonstelling in November!
Tien, twintig jaar geleden zou het eono on-
waarschyniykheid genoemd, zou het oeno on
mogelijkheid geweest zyn.
In November, in een tyd. dat reeds &enige
weken geleden de laatste bloemen hunne zomer
knoppen ontplooiden en dat het nog eenige
wekon moet duren, vóórdat de azalea's en
camelia's hunne kleurryke bloemenpracht
woder tentoonspreiden.
Veel, zeer voel is er, dat de Chrysanthemum-
exposities der laatste jaren zoo eenig doet zyn.
Waarlyk, wèl mag do Chrysanthemum het
troetelkind van Flora worden genoemd, dio
na al haren anderen kinderen de winterkloeren
te hebben aangetrokken, om ze den winterslaap
in te doen gaan deze hare liovelingsplant
nog eens op het schoonst en heerlijkst tooit.
Een troetelkind van Flora, is de Chrysan
themum in de laatste jaren niet minder do
lieveling ook van het publiek geworden. En
vraagt men naar de reden van die bekoring,
welke van haar uitgaat?
Wy zoeken die niet, zooals enkelen schynen
te doen, in de populariteit, welke de plant
in Japan geniet, waar zij de nationale bloem
by uitnemendheid is, maar wel in de inder
daad ontzagwekkende verscheidenheid in kleur
en vorm en grootte van bloem on vooral ook
in het tydstip van haren rjjken bloei, als
alles om haar heen even arm blad- en bloem-
loos is.
Langen tyd heeft de Chrysanthemum-cul
tuur ten onzent gesluimerd, totdat zy door
de activiteit van Engelschen, Belgen enDuit-
schers om ons hoen werd wakker geroepen.
En eenmaal gewekt, ontwikkelde zy spoedig
een krachtig leven. De vaderlandsche trots
werd er mee gemoeid en waar die zyn ge
wicht in de schaal legt, hebben onze Neder-
landscbe bloemkweekers en de Leidsche niet
hot minst ten allen tyde getoond, dat zy
voor geene buitenlanders uit den weg behoeven
te gaan.
De eerste tentoonstelling op grootere schaal
werd gehouden. Dat was to Amsterdam, in
de Novetnbermaand van bet jaar 1890. Het
was eene revue van de voortbrengselen der
vaderlandsche Chrysanthomura-kweekkunst
het was een wedstryd voor do kweekers
tevens. En zie, wat onder de vakmannen al
geen geheim meer was, drong thans tot het
groote publiek door: die kweekers hadden
wonderen verricht.
Velen onzer stadgenooten zullen zich nog
wel herinneren do tontoonstelling, welke op
dit gebied enkele jaren geleden ook werd
gehouden in de kleinere zaal van het „Loge-"
gebouw, aan de Steonschuur, die, op welke
bescheiden schaal ze door slechts óén kweeker
was ingericht, toch de bijzondere aandacht
trok en eveneens medewerkte om aan deze
bloem meerdere bekendheid te schenken.
En sinds was Leiden het aan zyue reputatie
en zyn roem verplicht, dien wedstryd te her
nieuwen en eene eigen, grootscbere tentoon
stelling te orgamseeren. Niemand, die het
harteiyker dan wy, kan toejuichen dat het
daartoe dan oindeiyk is gekomen, na de, we
gens fioantiöele bezwaren, mislukte poging
van verleden jaar om er eene in de Stadszaal
te doen plaats hebben.
Ons bezoek kon hedenmiddag slechts
vluchtig zyn, maar was voldoende om ons
een indruk te geven van het genot, dat den
beminnaar van de schoone kinderen der
natuur ook nog de drie volgende dagen
wacht. Men verbaast zich, hoe met éóne soort
bloemen een zoo smaakvol, zoo ryk gescha
keerd geheel is te verkrygen. Dit vindt zjjne
oorzaak in den schat en pracht van kleuren
en vormen, waarin de chrysanthemum onder
kundige kweekershanden zich ontwikkelt. Hier
vindt men do planten in vollen groei, daar de
afgesneden bloemen en tal van bloemwerken,
die het bewys leveren hoe de kunstvaardige
hand van den „binder" of de „bindster" met deze
bloemsoort smaakvolle stukken weet te schik
ken, die, los van vorm, fraai van kleur, het
oog aangenaam aandoen.
Natuuriyk mocht het beeld van de hooge
Beschermvrouwo der Maatschappy, onze
Koningin Regentes, er niet ontbreken. Het
prykt or dan ook te midden van de ryke
bloemenpracht en van de palmen, welke er
hier en daar smaakvol zyn gerangschikt.
Geiyk men weet, kunnen de planten wor
den gekocht en is er aan de tentoonstelling
tevens eene verloting vorbonden, waarvoor
zooveel waarde aan bloemen wordt aange
kocht als er waarde aan loten zal zyn van
de hand gedaan. Van winst is dus in dit
opzicht goen sprake.
Wy kunnen met volle overtuiging de bloe
menliefhebbers tot een bezoek aansporen.
Velen, zeer velen zullen dan in den aan
blik van dien bloemenschat genieten; de
minnaars van Chrysanten zullen zich ver
lustigen; do onverschilligen zullen zich be-
koeren: een ieder zal do hoogste voldoening
gevoelen van een bezoek.
Want nogmaals, in do bontste mengeling
en toch in de rykste harmonie is de natuur,
geholpen door des kweekers kunst, er aan
het tooveren geweest. Hot vlekkeloos wit
naast het geel, dat or in al zyne schakeeringen
tot het oranje is vertegenwoordigd, het zachte
rose naast het gloeiend purper geene enkele
tint, of ons oog wordt er door geboeid.
Gemengd Nieuws.
Den Nieuwen R(jn by de Karne-
melksbrug langs gaande, kan men daar ont
dekken dat er, wat de wyze van élaleeren
by den heer W. F. Van derReyden, confiseur-
cuisinier, betreft, oene aanmerkeiyke ver
fraaiing heeft plaats gehad. Er is thans oene
geheel nieuwe en nette inrichting aangebracht
var. schitterend koper, weerkaatsend glaswerk,
kristal, enz., des avonds ook met. heldere
gasverlichting, waardoor alles een veel notter,
een nog smaakvoller voorkomen dan het vroe
ger had, heeft verkregen Het pleit voor de
goede zorgen voor de zaak, welke met den
tyd moet medeg-aan.
In de bdnüdon-voorkamer van
een perceel aan de Waardgracht alhier, door
De R. bewoond, ontstond gisteravond by
negenen een binnenbrand, terwijl in dat ver
trek twee kinderen te bed lagen. Een buurman
G. maakte zich verdienstoiyk door de kinderen
aan het gevaar te ontrukken en de vlam in
haren verderen voortgang te stuiten. Het
beddegoed wierp hij in de gracht.
Volgens eene in dit blad voor
komende aankondiging worden de leden der
Sassenheimsche IJsclub tegen Zaterdag-avond
opgeroepen voor de volgens liet Reglement
voorgeschreven jaarlijksche vergadering.
Van de ingekomen stukken zal ook in be
handeling komen een voorloopig Reglement
der Zuid Hollandsche IJsvoreeniging te's Gra-
venhage en tevens de vraag in stemming
worden gebracht of de IJsclub zal toetreden
tot het lidmaatschap van dien bond.
Door het bestuur der Sassenheimsche IJs
club zyn zeer onlangs de noodige stappen
gedaan tot het verkrygen van rechtspersoon-
ïykheid.
De leden worden er op attent gomaaktdat
de achterstaande advertentie de eenige op
roeping ter vergadering is, die, zooals bekend,
vroeger werd gedaan door persoonlyke oproe
pingsbriefjes.
Mogen eene talryke opkomst blyk geven
van de groote belangstelling in deze zoo
nuttige zaak.
Men meldt ons uit Zoetermeer,
dd. 16 November:
Dat de jachtopzieners te Zoetermeer en
omstreken niet ïydende aan „nona" zyn, is
gebleken, daar weder op den llden Nov. jl. door
den brigadier-ryksveldwachter P. Baggerman
twee stroopers bekeurd zyn wegens jagen met
twee geweren en zonder vergunning, te weten
A. K., te Zoetermeer, en P. E., te Zegwaard;
terwyi daags te voren proces verbaal is opge
maakt door denzelfden beambte tegen
gebroeders Jc. en C. S., te Zegwaard, wegens
jagen met bastaard-hazenwindhonden zonder
akte en zonder vergunning. Alzoo, jachtlief
hebbers van het ingezonden stuk in dit blad
van 16 November, toont gy nu allen ook
geen „nona" te hebben met het uitbetalen
van oeriyk beloofde en verdiende gratificatiën.
Dus ook wakker 1
Voor de loting, welke op 11 Nov.
11. in de gemeende Voorschoten heeft plaats
gehad, met het oog op de paai denkeuring, in
1894 te houden, waren 69 paarden ingeschreven.
Het waren allen trekpaarden, aangezien in
dio gemeente geene rypaarden aanwezig zyn.
De vorige week was aan mr. Van
Styrum, door de rechtbank te Haarlem een
uitstel van 8 dagen verleend tot toelichting
van het verzet, door hem aangetoekend tegen
de faillietverklaring van H. Bundenborg, te
Hillegom. Gisteren wenschte hy geene conclusie
van eisch te doen, doch te worden toegelaten
tot het doen van eene incidenteele conclusie.
Do rechtbank weigerde ditmr. A. Kist,
procureur van den officier, verzocht daarop
dat van de weigering zou worden acte genomen
in het vonnis op de uitgebrachte dagvaarding.
De rechtbank doet later uitspraak.
Te Scheveningen zyn dooreen
consortorium van bouwers gronden aangekocht
aan de Haringkade aldaar om daarop flinke
huizen te bouwen, die ƒ1000 a ƒ1200 huur
zullen doen, alsmede ruim 30,000 meter grond
van de erven "Waterreus Lz., aldaar, waarop
burgerwoningen zullen worden gebouwd, aan
welke tuintjes zullen worden verbonden. In
dit plan zyn 4 straten geprojecteerd. Deze
plannen moeten reeds door B. en W. zyn
goedgekeDrd en de teekening is diensvolgens
aan dat college ingediend. Zoodra deze is
goedgekeurd, zal onmiddellyk met den bouw
worden begonnen.
Een buitenkansje. De gehuwde
inwonende kantoorlooper van eono Haagsche
bankinstelling heeft dezer dagen op een Ant-
werpschlot don prys van 150,000 fr. gewonnen.
Op de veiling-Van Reenen en
Brugman te Amsterdam werd gisteren een
eetservies van Saksisch porselein van jhr. Van
Reenen (220 stuks) verkocht voor 4600; een
Haagsch eetservies (100 stuks) voor ƒ2600;
een thee- en koffieservies (Oud Saksisch)
voor ƒ1360.
Uit Rotterdam meldt men aan
de „N. R. C." dat de eigenaars van de bekende
magazynon „Au Printemps", te Parys, getracht
hebben het gebouw te koopon, aldaar bekend
onder den naam van Plan C., en daarvoor 9
ton bodon. Aangezien echter de verschillende
huurders der winkels hoog in hunne eischen
tot schadevergoeding waren, heeft de maat
schappy anderhalf millioen moeten vragen.
De onderhandelingen zyn daardoor afgebroken.
Omtrent de ontploffing van de
kruitfabriek te Muiden wordt nader gemeld
dat 25 meter van het korrelhuis de directeur
en de werklieden vonden de stukken glas,
steen en yzer en wat dichterby het verminkte
lyk van den oppassenden werkman Dirk
Kapelle. Naast hem, het hoofd geleund op
de borst van zyn dooden kameraad, lag
Koster. Nog ademde hy zacht, doch ook hy
was binnen een paar minuten een lyk.
Eene sombere ruïne vormde den achtergrond
van dit treurig tooneel. Het korrelhuis en
het 8orteerhuis waren ten deele in puin ge
slagen. De daken waren er af geworpen,
evenals de ijzeren wanden, en in de zware
muren gaapten grillige scheuren. De vloeren
hingen, zwaar gebogen, op de versplinterde
balken. Waar het kruit had gelegen, waren
de planken vorkoold en ingedeukt. Eene hoe
veelheid van 75 kilo in 't geheel had de ramp
veroorzaakt.
Toen den directeur naar de vermoedeiyke
oorzaak gevraagd werd, antwoordde hy
„Ik gaf heel wat geld als ik haar wist.
Wy konden ons dan hoeden voor een volgen
den keer. Maar bijna nooit ontdekt men de
oorzaak by eone kruitontploffing. Ook nu weer
zyn de beide werklieden, die er waren, omge
komen. Toen du sorteerder in het zeef huis
den slag hoorde, vluchtte hy onmiddellyk en
eene minuut later lagen beide gebouwen in
puin. De overledenen waren uiterst vertrouwde
arbeiders, stille, voorzichtige menschenanders
had ik hun nooit dat gevaarlyk work opge
dragen. Ik ben er dan ook van overtuigd,
dat het niet door hunne onvoorzichtigheid is
gekomen. Helaas, beiden waren gehuwd. De
een laat eene vrouw met vier, de ander met
acht kinderen na."
Om tot de fabriek te worden toegelaten,
inoet men zich laten overzetten op eeno pont.
Toen we aankwamen, en den werkman, die
ons aan den anderen kant bracht, vroegen naar
het gebeurde, antwoordde hy heel kalm: „Ik
ben juist gevlucht uit het sorteerhuis. Ik
hoorde het gebouw naast me springen, en toen
ik even buiten de deur was, vloog ook dat
huis uit elkaar. Gelukkig ging ik achterom en
de dikke muur heeft me gered. Ik heb alleen
een steen tegen myn gezicht gekregen."
„Ben je niet geschrikt?"
„Daar moet je in eene kruitfabriek op voor
bereid zyn."
Doodgeschoten. Gisteravond,
by aankomst te Rozendaal te 7.42 van den
trein van Breda, kwam men tot de ontdekking,
dat zich een reiziger der lste klasse door een
pistoolschot van het leven had beroofd. Het
wapen, waarvan hy zich bediend had, lag met
nog eenige kogels geladen naast hem. Naar
men vermoedt, is de ongelukkige uit Antwerpen
afkomstig.
Nader meldt men nog, dat op het ljjk nog
26,000 franken zyn gevonden, benevens eene
plaatskaart lste klasse van Breda naar Brussel.
De politie had juist kennis gekregen van het
signalement van den vermoedelykon dief, die
de Bank te Antwerpen voor fr. 50,000 had
bestolen. Het gerucht loopt, dat de dood van
dozen reiziger hiermede in verband moet staan.
Onder de gemeente Oudenbosch
en Hoeven zyn gisternacht de boerenhof
steden van G. De Pyper en J. Koevoets gohoel
afgebrand Niets is gered. Vee, inboedel, oogst
en landbouwgereedschappen werden eene prooi
der vlammen. De Pyper en zyue vrouw hebben
ernstige brandwonden bekomen en konden
zich ternauwernoodjedden. Alles was zeer laag
verzekerd.
De aanslag te Parys. Do „Inde
pendence beige" deelt nog eenige byzonder-
heden mede over den zonderlingen aanslag,
waarvan de Servische minister Georgewitch
byna het slachtoffer was gewo den.
De man, die den aanslag pleegde, is een
jeugdig werkman van 19 jaren. Nadat hy den
minister, toen deze het restaurant-Du val verliet,
met zyn mes een steek in de z(jde had toege
bracht, zette hy het op een loopen, niet om te
ontvluchten, maar om zich des te eerder in
handen der politie te stellen.
By het onderzoek bleek terstond, dat men te
doen heeft met iemand, wiens geestvermogens
te wonschen over laten. De man verklaarde dat
hy den minister niet kende. Indien hy den heer
Georgewitch niet had gezien, zou hy een ander
in zyne plaats hebben getroffen. Zyne aandacht
was gevestigd op den minister, omdat deze er
zoo voornaam uitzag en de kenteekenen droeg
dat hy officier was van het Legioen van Eer.
Voorts verklaarde hy niet te behooren tot de
revolutionnairen noch tot eenige andere politieke
party. Zyn eenige doel was een moord te
begaan, wien hy ook zou treffen.
De ex-koning van Servië, Milan, die, naar
men weet, te Parys woont, brachtden minister
een bezoek, ten einde zyne belangstelling te
toonen.
Naar hetgeen daarentegen de „Figaro" mede
deelt zou de moordaanslag echter ook al een
anarchistische aanslag zyn.
Dit blykt althans uit een in genoemd blad
opgenomen brief, welken de moordenaar kort
vóór het plegen van de daad aan den socia-
listischen advocaat Faure geschreven heeft,
en waarin hy hem zyn voornemen mededeelt.
De schoenmaker schryft, dat hij door gebrek
tot het uiterste gedreven isdat anderen in
zyn geval van honger zouden sterven of zelf
moord begaan, maar dat een anarchist als hy
geen lafaard mag wezen, en hy daarom be
sloten heeft zich op de maatschappy te wre
ken zoo goed hy kan, nu hy niet de midde
len heeft een grooten slag te slaan, zooals
„le sublime compagnon Ravachol". Gaarne
zou hy een magistraatspersoon tot zyn slacht
offer gekozen hebben, byv. een „Quesnay de
vilain repaire", maar hy kent diens adres
niet, en trouwens de eerste de beste bourgeois
is evenmin onschuldig. Ten slotte verzoekt
hy den advocaat, hem te komen verdedigen
tegen de rechters, en hy eindigt met den
kreet: Leve de anarchie 1
De toestand van den heer Georgewitch is
ten gevolge van eene inwendige bloeduitstor
ting ernstiger dan men eerst vermoedde; de
geneesheeren vreezen voor het leven van den
minister.
De heer Georgewitch was voorheen gezant
van Servië te Parys, maar zou weldra naar
Bucharest vertrekken, waar hy als Servië's
vertegenwoordiger zou optreden. Als gezant
ie Parys wordt de heer Georgewitch opge
volgd door den heer Frasanowitch, die nog
niet is aangekomen. Vandaar dat de aftrodende
gezant nog te Parijs vertoefde.
Eene verongelukte Noordpool
expeditie. In Juni 1892 zeilde de „Ripple",
met twee Zweedsche natuuronderzoekers, de
heeren Bjorling en Kalvennius, en drie zee
lieden aan boord, van St.-Johns op Newfound
land uit en zette koers naar de Poolstreken;
het doel van den tocht was Groenland en
Straat Davis. Het laatst hoorde men van de
expeditie op het einde van den zomer van
hetzelfde jaar; zy bevond zich toen in de
nabyheid van de Deensche nederzettingen op
de westkust van Groenland. Sedert hoorde
men niets meer van haar, totdat men nu
eindelijk nagenoeg de zekerheid heeft gekregen,
dat de gobeile expeditie omgekomen is.
Dit bericht is aangebracht door kapitein
Mackay, van den walvischvaarder „Aurora",
welke Maandagavond te Dundee is binnen-
geloopen. De kapiteiu rapporteort. dat hy by
het visschen in de Baffin's Baai het wrak
van de „Ripple" gevonden heeft. In de nabij
heid op het eiland Carey werden twee stoen-
hoopen bespeurd; onder één daarvan lag het
lyk van een man, waarschynlyk van een dor
Zweedsche geleerdenonder den anderen
vond men een aantal verzegelde documenten,
van adressen voorzien. Er was ook ©en open
brief b\j, geschreven door den heer Bjorling.
Deze verhaalt daarin dat do „Ripple" in het
laatst van Augustus strandde; de reizigers
namen toen hun toevlucht tot de boot en zetten
koers naar Smith's Sond. Zy waren echter
genoodzaakt naar Carey eiland terug te koeren,
dat zy omstreeks einde September bereikten.
Zy bleven daar tot 10 October en vertrokken
toen weer met hunne boot om te trachten
Ellesmere-land te bereiken. De brief werd
onmiddellyk vóór hun vertrek geschreven;
Bjorling voegde er nog by, dat hun proviand
slechts 20 dagen kon duren, en dat een der
manschappen stervende was.
Kapitein Mackay is van meening, dat de
kleiüe boot der reizigers onmogeiyk tegen
het ys bestand is geweest en dat zy allen
omgekomen zyn.
INGEZONDE IN.
Manheer de Redacteur l
Naar aanleiding van de motievon, in het
„Leidsch Dagblad" van Maandag 13 Nov. aan
gevoerd door den secretaris G. Henri Sythoff
en gericht aan de leden der IJsclub, waarom
hy niet aan myn verzoek tot rectificatie zal
voldoen, acht ik my geroepen nog eene, maar
evenals de heer Sythoff ook voor het laatst,
op die zaak terug te komen.
Uit het eerste door hem ter zyner verde
diging aangevoerde blykt duidelyk, dat er
niet éóne maand, maar minstens drie maan
den, ja zelfs reeds twee jaren te voren over
andere voorwaarden gesproken is. Dat de
meening van den heer Caron destyds was,
dat die vergoeding wel achterwege kon bly-
ven, daardoor was nog niet beslist dat ook
ik er voorgoed van af zag, te meer, daar de
winst van het geleverde hout door rentever
lies verloren ging.
Hieruit blykt dus duidelijk dat persoonlyke
gesprekken en meeningen zeer uiteenloopen
en daarom waren de huurders de heeren
Yan de Velde en Sythoff (als het meest daarby
belang hebbende) verplicht geweest vóór het
eindigen van het vorige contract, zynde 1 Maart
1893, voor vernieuwing in overleg te treden
met don verhuurder.
Hiermede is dus voor ieder, die eenig ge
zond begrip van zaken heeft, uitgemaakt aan
wien de schuld daarvan is te wyten, zoodat
ik er niet aan denk iets terug te nemen van
hetgeen ik te voren aan don secretaris heb
geschreven, die dan ook, indien hy aanspraak
wil maken op fatsoenlyk man te zyn, was
verplicht geweest binnen een paar dagen aan
my te antwoorden op myn schryven van den
30sten October 11. of hy al of niet aan myn
verzoek wenschte te voldoen.
Wat het tweede gedeelte betreft, „een ge
bruik maken van dio gelegenheid om oen
eigenaardig licht op de zaak te werpen", dat
is één van de vele onjuiste uitdrukkingen,
die in het verslag voorkomen en die ik toen
nog niet verder noemen wilde. Doch ik verzoek
den heer Sythoff my te bewyzen, dat ik
gezegd zou hebben dat de heer Corns.
Dieben minder dan ƒ350 huur wilde geven.
In het openbaar over meerdere byzonderheden
uit te weiden acht ik minder geschikt, als
zynde voor het publiek van te weinig belang,
doch goef den heer Sythoff wel in overweging
voortaan in openbare vergaderingen wat spaar
zamer gebruik te maken van persooniyk ge
voerde gesprekken, alleen met het doel de
personen in quaestie te discrediteeren.
Volgens den heer Sythoff zou ik dreigen
met verder schry ven en publiceeren en om nu
vclgens hem niet uit den fatsoenlyken toon te
vallen, zal lk het hierby laten, my latende wel
gevallen dat myn ingezonden stuk in de „Leid
sche Courant" van 8 Nov. en „Zuid Hollander"
van 9 Nov. maar gedeeltelyk in het „Leidsch
Dagblad" is overgenomen, alsmede dat myne
advertentie aan de leden van de Leidsche
IJsclub eerst een dag later is geplaatst.
Waarlyk, als men zoo een en ander nagaat,
wie mag dan aanspraak maken op neutraal
te zyn?
Met bovenstaande te plaatsen in het „Leidsch
Dagblad" van hedenavond, zult U ten zeerste
verplichten
UEd. Dw. Dienaar,
J. J. yan hoeken.
oegstgfest, 16 November 1893.