De minister van financiën maakt be kend dat hy van den heer T. P. Hessels, deken en pastoor te Hulst, ontvangen heeft 120?, wegens verschuldigd successierecht. Hot „U. D." verneemt dat de raad van bestuur van „Tivoli" te Utrecht een gewich- tigen stap heeft gedaan tot behoud van het stodelyk muziekcorps. Zonder wfiziging der overeenkomst waarborgt het bestuur, in plaats van 18,000, de vasto som van 16,000, waardoor nu zullen geleverd worden 155 uit- vooringon. De by do Prov. Staten van Friesland van Ged. Staton ingekomen voordracht ter be noeming van een griffier der Staton, is samen gesteld uit de beeren mrs. C. B. Menalda, commies chef van de 2de afdeeling ter prov. griffie van Frksland; H. P. Bordenis van Berlekom, commies-chef ter prov. griffie van Zuid Holland; A. J. Van Slooten, commies rodacteur ter secretarie van de gemeente Haarlem. De minister van waterstaat, heeft af wijzend beschikt op het adres van do Haag- sche Veroeniging voor handel en nijverheid, verzoekende gelijkstelling voor de heffing van het (stads jbriefport van Den Haag met zijne achtsto wijk (Scheveningen). Hot stoomschip „Didam" vertrok 15 Nov. van Rotterdam naar Nieuw-York met 61 pas sagiers derde klasse. Bij koninklijk besluit is aan P. S. But enz, burgemeester dor gom. Oost- en "West Souburg, toestemming verleend om tot 1 Nov. 1894 te Middelburg te wonen. J. C. Pilaar, directeur van het Rijbstelegraaf- kantoor te Middelburg, met ingang van 1 Doc. a. 8. in gelijke betrekking benoemd te Maastricht. Do kapitein H. C. Van den Broek, van het 5de reg. inf., op zijne aanvrage, op pensioen gesteld on het bedrag van hot pensioen be paald op ƒ1539 'sjaars. lo. Aan den reserve officier van gezondheid 2de kl. dr. A. J. Van Walsem, van het per soneel van don geneeskundigen dienst dor landmacht, gerekend van 23 October jl., een eervol ontslag verleend uit zijne betrokking van reserve-officier van gezondheid bij do landmacht; en zijn: 2o. bij het personeel van den geneesk dienst der landmacht, voor den tijd van vijf jaren, benoemd tot reserve-officier van goz. 2de kl., de burgergeneeskundjgen (artsen) dr. J. K. H. Brumund, R. M. Van Steenbergen en dr. Van Walsem voornoemd, allen eervol ontslagen officieren van gez. 2do kl. van hot leger hier to lande. Do hi or F. W. Reise, voorzitter van de Veroeniging „Koninklijke 2de sectio Metalen Kruis", te Rotterdam, benoemd tot ridder in de orde van Oranje-Nassau (met den laurier krans). Opnieuw benoemd: met 16 Nov., tot school opziener in hot arrond. Heerenveen, H. De Jong, aldaar; met 1 Dec., tot schoolopziener in hot arrond. Os, mr. F. A. Hengst, te '8-Hertogenbosch. Aan E. F. Schoppenhauer, gewezen brieven gaarder, een jaarlijksch pensioen toegekend van ƒ132. Ho Chrysanthemum-tentoonstelling van de afd. Leiden en Omstreken der Nederland- sche Maatschappij voor Tuinbouw en Plant kunde in de Buiten-sociëteit „Amicitia" alhier. Terwijl buiten do menschen reeds in hun winterkostuum over straat loopen, terwijl in do laatste dagon sommige slooten reeds mot eene ijskorst lagen overdekt en een scherpe noordenwind door de kale, bladorlooze takken van hot goboomto floot is er daar binnen in de ruime zaal van „Amicitia" een bloemen- foest, in den bosten on schoonsten zin des woords. Wat oen bloomonschatl Wy aarzelen niet den aanblik der zaal by het binnentreden een zeldzaam heerlijken, een betooverenden to noemen. Deze tentoonstelling word hedennamiddag te óón uur, terwijl buiten de herfstzon helder scheen, alsof zij zich in 't feest verheugde, go- opend in tegenwoordigheid van de inzenders, het bestuur en do loden der AJdoeling met hunne dames, commissarissen van „Amicitia" en verdere genoodigdon. Genoemde inzenders zyn twaalf in getal; ze oxposoeren niet om deze of gene bekroning te behalen, immers er was reeds vooruit be sloten dat die niet zouden worden toogekend maar om te doen zien wat eeno collectieve inzending ook hier vermag. De opening goschiodde mot eene korte toe spraak van den voorzitter der Leidsche af- deoling, den heor A. D. D. Schretlen, die op de betookenis dezer expositie wees, want er bleek uit wat er door de leden by onderlinge samenwerking was tot stand te brengeneene samenwerking, welke niet genoog te loven en to prfjzen was on waarvan de vruchten niet zullen uitbiyven. Spr. bracht hun dan ook den hartelykston dank, alsmede aan het bestuur van „Amicitia," dat zoo welwillend was geweest het gebouw voor het doel be schikbaar to stollen. Verder zeide hy tevens dank aan hen, die do opening met hunne tegenwoordigheid hadden vereerd en daardoor een gewaardeerd wordend blyk van hunne be langstelling hadden gegeven. Do namen der exposanten zyn niet op hunne inzendingen vermeld, terwyl deze bu/endien niet by, maar door elkander zyn gerangschikt. Persoonlyke voorkeur kan er dus niet bestaan. Het aanta! ingezonden namen bedraagt ruin? 900 en neemt eene oppervlakte in van 111 viork. meters. Dank zy die medewerking, mag de expo sitie volkomen geslaagd heeten. Eene bloemententoonstelling in November! Tien, twintig jaar geleden zou het eono on- waarschyniykheid genoemd, zou het oeno on mogelijkheid geweest zyn. In November, in een tyd. dat reeds &enige weken geleden de laatste bloemen hunne zomer knoppen ontplooiden en dat het nog eenige wekon moet duren, vóórdat de azalea's en camelia's hunne kleurryke bloemenpracht woder tentoonspreiden. Veel, zeer voel is er, dat de Chrysanthemum- exposities der laatste jaren zoo eenig doet zyn. Waarlyk, wèl mag do Chrysanthemum het troetelkind van Flora worden genoemd, dio na al haren anderen kinderen de winterkloeren te hebben aangetrokken, om ze den winterslaap in te doen gaan deze hare liovelingsplant nog eens op het schoonst en heerlijkst tooit. Een troetelkind van Flora, is de Chrysan themum in de laatste jaren niet minder do lieveling ook van het publiek geworden. En vraagt men naar de reden van die bekoring, welke van haar uitgaat? Wy zoeken die niet, zooals enkelen schynen te doen, in de populariteit, welke de plant in Japan geniet, waar zij de nationale bloem by uitnemendheid is, maar wel in de inder daad ontzagwekkende verscheidenheid in kleur en vorm en grootte van bloem on vooral ook in het tydstip van haren rjjken bloei, als alles om haar heen even arm blad- en bloem- loos is. Langen tyd heeft de Chrysanthemum-cul tuur ten onzent gesluimerd, totdat zy door de activiteit van Engelschen, Belgen enDuit- schers om ons hoen werd wakker geroepen. En eenmaal gewekt, ontwikkelde zy spoedig een krachtig leven. De vaderlandsche trots werd er mee gemoeid en waar die zyn ge wicht in de schaal legt, hebben onze Neder- landscbe bloemkweekers en de Leidsche niet hot minst ten allen tyde getoond, dat zy voor geene buitenlanders uit den weg behoeven te gaan. De eerste tentoonstelling op grootere schaal werd gehouden. Dat was to Amsterdam, in de Novetnbermaand van bet jaar 1890. Het was eene revue van de voortbrengselen der vaderlandsche Chrysanthomura-kweekkunst het was een wedstryd voor do kweekers tevens. En zie, wat onder de vakmannen al geen geheim meer was, drong thans tot het groote publiek door: die kweekers hadden wonderen verricht. Velen onzer stadgenooten zullen zich nog wel herinneren do tontoonstelling, welke op dit gebied enkele jaren geleden ook werd gehouden in de kleinere zaal van het „Loge-" gebouw, aan de Steonschuur, die, op welke bescheiden schaal ze door slechts óén kweeker was ingericht, toch de bijzondere aandacht trok en eveneens medewerkte om aan deze bloem meerdere bekendheid te schenken. En sinds was Leiden het aan zyue reputatie en zyn roem verplicht, dien wedstryd te her nieuwen en eene eigen, grootscbere tentoon stelling te orgamseeren. Niemand, die het harteiyker dan wy, kan toejuichen dat het daartoe dan oindeiyk is gekomen, na de, we gens fioantiöele bezwaren, mislukte poging van verleden jaar om er eene in de Stadszaal te doen plaats hebben. Ons bezoek kon hedenmiddag slechts vluchtig zyn, maar was voldoende om ons een indruk te geven van het genot, dat den beminnaar van de schoone kinderen der natuur ook nog de drie volgende dagen wacht. Men verbaast zich, hoe met éóne soort bloemen een zoo smaakvol, zoo ryk gescha keerd geheel is te verkrygen. Dit vindt zjjne oorzaak in den schat en pracht van kleuren en vormen, waarin de chrysanthemum onder kundige kweekershanden zich ontwikkelt. Hier vindt men do planten in vollen groei, daar de afgesneden bloemen en tal van bloemwerken, die het bewys leveren hoe de kunstvaardige hand van den „binder" of de „bindster" met deze bloemsoort smaakvolle stukken weet te schik ken, die, los van vorm, fraai van kleur, het oog aangenaam aandoen. Natuuriyk mocht het beeld van de hooge Beschermvrouwo der Maatschappy, onze Koningin Regentes, er niet ontbreken. Het prykt or dan ook te midden van de ryke bloemenpracht en van de palmen, welke er hier en daar smaakvol zyn gerangschikt. Geiyk men weet, kunnen de planten wor den gekocht en is er aan de tentoonstelling tevens eene verloting vorbonden, waarvoor zooveel waarde aan bloemen wordt aange kocht als er waarde aan loten zal zyn van de hand gedaan. Van winst is dus in dit opzicht goen sprake. Wy kunnen met volle overtuiging de bloe menliefhebbers tot een bezoek aansporen. Velen, zeer velen zullen dan in den aan blik van dien bloemenschat genieten; de minnaars van Chrysanten zullen zich ver lustigen; do onverschilligen zullen zich be- koeren: een ieder zal do hoogste voldoening gevoelen van een bezoek. Want nogmaals, in do bontste mengeling en toch in de rykste harmonie is de natuur, geholpen door des kweekers kunst, er aan het tooveren geweest. Hot vlekkeloos wit naast het geel, dat or in al zyne schakeeringen tot het oranje is vertegenwoordigd, het zachte rose naast het gloeiend purper geene enkele tint, of ons oog wordt er door geboeid. Gemengd Nieuws. Den Nieuwen R(jn by de Karne- melksbrug langs gaande, kan men daar ont dekken dat er, wat de wyze van élaleeren by den heer W. F. Van derReyden, confiseur- cuisinier, betreft, oene aanmerkeiyke ver fraaiing heeft plaats gehad. Er is thans oene geheel nieuwe en nette inrichting aangebracht var. schitterend koper, weerkaatsend glaswerk, kristal, enz., des avonds ook met. heldere gasverlichting, waardoor alles een veel notter, een nog smaakvoller voorkomen dan het vroe ger had, heeft verkregen Het pleit voor de goede zorgen voor de zaak, welke met den tyd moet medeg-aan. In de bdnüdon-voorkamer van een perceel aan de Waardgracht alhier, door De R. bewoond, ontstond gisteravond by negenen een binnenbrand, terwijl in dat ver trek twee kinderen te bed lagen. Een buurman G. maakte zich verdienstoiyk door de kinderen aan het gevaar te ontrukken en de vlam in haren verderen voortgang te stuiten. Het beddegoed wierp hij in de gracht. Volgens eene in dit blad voor komende aankondiging worden de leden der Sassenheimsche IJsclub tegen Zaterdag-avond opgeroepen voor de volgens liet Reglement voorgeschreven jaarlijksche vergadering. Van de ingekomen stukken zal ook in be handeling komen een voorloopig Reglement der Zuid Hollandsche IJsvoreeniging te's Gra- venhage en tevens de vraag in stemming worden gebracht of de IJsclub zal toetreden tot het lidmaatschap van dien bond. Door het bestuur der Sassenheimsche IJs club zyn zeer onlangs de noodige stappen gedaan tot het verkrygen van rechtspersoon- ïykheid. De leden worden er op attent gomaaktdat de achterstaande advertentie de eenige op roeping ter vergadering is, die, zooals bekend, vroeger werd gedaan door persoonlyke oproe pingsbriefjes. Mogen eene talryke opkomst blyk geven van de groote belangstelling in deze zoo nuttige zaak. Men meldt ons uit Zoetermeer, dd. 16 November: Dat de jachtopzieners te Zoetermeer en omstreken niet ïydende aan „nona" zyn, is gebleken, daar weder op den llden Nov. jl. door den brigadier-ryksveldwachter P. Baggerman twee stroopers bekeurd zyn wegens jagen met twee geweren en zonder vergunning, te weten A. K., te Zoetermeer, en P. E., te Zegwaard; terwyi daags te voren proces verbaal is opge maakt door denzelfden beambte tegen gebroeders Jc. en C. S., te Zegwaard, wegens jagen met bastaard-hazenwindhonden zonder akte en zonder vergunning. Alzoo, jachtlief hebbers van het ingezonden stuk in dit blad van 16 November, toont gy nu allen ook geen „nona" te hebben met het uitbetalen van oeriyk beloofde en verdiende gratificatiën. Dus ook wakker 1 Voor de loting, welke op 11 Nov. 11. in de gemeende Voorschoten heeft plaats gehad, met het oog op de paai denkeuring, in 1894 te houden, waren 69 paarden ingeschreven. Het waren allen trekpaarden, aangezien in dio gemeente geene rypaarden aanwezig zyn. De vorige week was aan mr. Van Styrum, door de rechtbank te Haarlem een uitstel van 8 dagen verleend tot toelichting van het verzet, door hem aangetoekend tegen de faillietverklaring van H. Bundenborg, te Hillegom. Gisteren wenschte hy geene conclusie van eisch te doen, doch te worden toegelaten tot het doen van eene incidenteele conclusie. Do rechtbank weigerde ditmr. A. Kist, procureur van den officier, verzocht daarop dat van de weigering zou worden acte genomen in het vonnis op de uitgebrachte dagvaarding. De rechtbank doet later uitspraak. Te Scheveningen zyn dooreen consortorium van bouwers gronden aangekocht aan de Haringkade aldaar om daarop flinke huizen te bouwen, die ƒ1000 a ƒ1200 huur zullen doen, alsmede ruim 30,000 meter grond van de erven "Waterreus Lz., aldaar, waarop burgerwoningen zullen worden gebouwd, aan welke tuintjes zullen worden verbonden. In dit plan zyn 4 straten geprojecteerd. Deze plannen moeten reeds door B. en W. zyn goedgekeDrd en de teekening is diensvolgens aan dat college ingediend. Zoodra deze is goedgekeurd, zal onmiddellyk met den bouw worden begonnen. Een buitenkansje. De gehuwde inwonende kantoorlooper van eono Haagsche bankinstelling heeft dezer dagen op een Ant- werpschlot don prys van 150,000 fr. gewonnen. Op de veiling-Van Reenen en Brugman te Amsterdam werd gisteren een eetservies van Saksisch porselein van jhr. Van Reenen (220 stuks) verkocht voor 4600; een Haagsch eetservies (100 stuks) voor ƒ2600; een thee- en koffieservies (Oud Saksisch) voor ƒ1360. Uit Rotterdam meldt men aan de „N. R. C." dat de eigenaars van de bekende magazynon „Au Printemps", te Parys, getracht hebben het gebouw te koopon, aldaar bekend onder den naam van Plan C., en daarvoor 9 ton bodon. Aangezien echter de verschillende huurders der winkels hoog in hunne eischen tot schadevergoeding waren, heeft de maat schappy anderhalf millioen moeten vragen. De onderhandelingen zyn daardoor afgebroken. Omtrent de ontploffing van de kruitfabriek te Muiden wordt nader gemeld dat 25 meter van het korrelhuis de directeur en de werklieden vonden de stukken glas, steen en yzer en wat dichterby het verminkte lyk van den oppassenden werkman Dirk Kapelle. Naast hem, het hoofd geleund op de borst van zyn dooden kameraad, lag Koster. Nog ademde hy zacht, doch ook hy was binnen een paar minuten een lyk. Eene sombere ruïne vormde den achtergrond van dit treurig tooneel. Het korrelhuis en het 8orteerhuis waren ten deele in puin ge slagen. De daken waren er af geworpen, evenals de ijzeren wanden, en in de zware muren gaapten grillige scheuren. De vloeren hingen, zwaar gebogen, op de versplinterde balken. Waar het kruit had gelegen, waren de planken vorkoold en ingedeukt. Eene hoe veelheid van 75 kilo in 't geheel had de ramp veroorzaakt. Toen den directeur naar de vermoedeiyke oorzaak gevraagd werd, antwoordde hy „Ik gaf heel wat geld als ik haar wist. Wy konden ons dan hoeden voor een volgen den keer. Maar bijna nooit ontdekt men de oorzaak by eone kruitontploffing. Ook nu weer zyn de beide werklieden, die er waren, omge komen. Toen du sorteerder in het zeef huis den slag hoorde, vluchtte hy onmiddellyk en eene minuut later lagen beide gebouwen in puin. De overledenen waren uiterst vertrouwde arbeiders, stille, voorzichtige menschenanders had ik hun nooit dat gevaarlyk work opge dragen. Ik ben er dan ook van overtuigd, dat het niet door hunne onvoorzichtigheid is gekomen. Helaas, beiden waren gehuwd. De een laat eene vrouw met vier, de ander met acht kinderen na." Om tot de fabriek te worden toegelaten, inoet men zich laten overzetten op eeno pont. Toen we aankwamen, en den werkman, die ons aan den anderen kant bracht, vroegen naar het gebeurde, antwoordde hy heel kalm: „Ik ben juist gevlucht uit het sorteerhuis. Ik hoorde het gebouw naast me springen, en toen ik even buiten de deur was, vloog ook dat huis uit elkaar. Gelukkig ging ik achterom en de dikke muur heeft me gered. Ik heb alleen een steen tegen myn gezicht gekregen." „Ben je niet geschrikt?" „Daar moet je in eene kruitfabriek op voor bereid zyn." Doodgeschoten. Gisteravond, by aankomst te Rozendaal te 7.42 van den trein van Breda, kwam men tot de ontdekking, dat zich een reiziger der lste klasse door een pistoolschot van het leven had beroofd. Het wapen, waarvan hy zich bediend had, lag met nog eenige kogels geladen naast hem. Naar men vermoedt, is de ongelukkige uit Antwerpen afkomstig. Nader meldt men nog, dat op het ljjk nog 26,000 franken zyn gevonden, benevens eene plaatskaart lste klasse van Breda naar Brussel. De politie had juist kennis gekregen van het signalement van den vermoedelykon dief, die de Bank te Antwerpen voor fr. 50,000 had bestolen. Het gerucht loopt, dat de dood van dozen reiziger hiermede in verband moet staan. Onder de gemeente Oudenbosch en Hoeven zyn gisternacht de boerenhof steden van G. De Pyper en J. Koevoets gohoel afgebrand Niets is gered. Vee, inboedel, oogst en landbouwgereedschappen werden eene prooi der vlammen. De Pyper en zyue vrouw hebben ernstige brandwonden bekomen en konden zich ternauwernoodjedden. Alles was zeer laag verzekerd. De aanslag te Parys. Do „Inde pendence beige" deelt nog eenige byzonder- heden mede over den zonderlingen aanslag, waarvan de Servische minister Georgewitch byna het slachtoffer was gewo den. De man, die den aanslag pleegde, is een jeugdig werkman van 19 jaren. Nadat hy den minister, toen deze het restaurant-Du val verliet, met zyn mes een steek in de z(jde had toege bracht, zette hy het op een loopen, niet om te ontvluchten, maar om zich des te eerder in handen der politie te stellen. By het onderzoek bleek terstond, dat men te doen heeft met iemand, wiens geestvermogens te wonschen over laten. De man verklaarde dat hy den minister niet kende. Indien hy den heer Georgewitch niet had gezien, zou hy een ander in zyne plaats hebben getroffen. Zyne aandacht was gevestigd op den minister, omdat deze er zoo voornaam uitzag en de kenteekenen droeg dat hy officier was van het Legioen van Eer. Voorts verklaarde hy niet te behooren tot de revolutionnairen noch tot eenige andere politieke party. Zyn eenige doel was een moord te begaan, wien hy ook zou treffen. De ex-koning van Servië, Milan, die, naar men weet, te Parys woont, brachtden minister een bezoek, ten einde zyne belangstelling te toonen. Naar hetgeen daarentegen de „Figaro" mede deelt zou de moordaanslag echter ook al een anarchistische aanslag zyn. Dit blykt althans uit een in genoemd blad opgenomen brief, welken de moordenaar kort vóór het plegen van de daad aan den socia- listischen advocaat Faure geschreven heeft, en waarin hy hem zyn voornemen mededeelt. De schoenmaker schryft, dat hij door gebrek tot het uiterste gedreven isdat anderen in zyn geval van honger zouden sterven of zelf moord begaan, maar dat een anarchist als hy geen lafaard mag wezen, en hy daarom be sloten heeft zich op de maatschappy te wre ken zoo goed hy kan, nu hy niet de midde len heeft een grooten slag te slaan, zooals „le sublime compagnon Ravachol". Gaarne zou hy een magistraatspersoon tot zyn slacht offer gekozen hebben, byv. een „Quesnay de vilain repaire", maar hy kent diens adres niet, en trouwens de eerste de beste bourgeois is evenmin onschuldig. Ten slotte verzoekt hy den advocaat, hem te komen verdedigen tegen de rechters, en hy eindigt met den kreet: Leve de anarchie 1 De toestand van den heer Georgewitch is ten gevolge van eene inwendige bloeduitstor ting ernstiger dan men eerst vermoedde; de geneesheeren vreezen voor het leven van den minister. De heer Georgewitch was voorheen gezant van Servië te Parys, maar zou weldra naar Bucharest vertrekken, waar hy als Servië's vertegenwoordiger zou optreden. Als gezant ie Parys wordt de heer Georgewitch opge volgd door den heer Frasanowitch, die nog niet is aangekomen. Vandaar dat de aftrodende gezant nog te Parijs vertoefde. Eene verongelukte Noordpool expeditie. In Juni 1892 zeilde de „Ripple", met twee Zweedsche natuuronderzoekers, de heeren Bjorling en Kalvennius, en drie zee lieden aan boord, van St.-Johns op Newfound land uit en zette koers naar de Poolstreken; het doel van den tocht was Groenland en Straat Davis. Het laatst hoorde men van de expeditie op het einde van den zomer van hetzelfde jaar; zy bevond zich toen in de nabyheid van de Deensche nederzettingen op de westkust van Groenland. Sedert hoorde men niets meer van haar, totdat men nu eindelijk nagenoeg de zekerheid heeft gekregen, dat de gobeile expeditie omgekomen is. Dit bericht is aangebracht door kapitein Mackay, van den walvischvaarder „Aurora", welke Maandagavond te Dundee is binnen- geloopen. De kapiteiu rapporteort. dat hy by het visschen in de Baffin's Baai het wrak van de „Ripple" gevonden heeft. In de nabij heid op het eiland Carey werden twee stoen- hoopen bespeurd; onder één daarvan lag het lyk van een man, waarschynlyk van een dor Zweedsche geleerdenonder den anderen vond men een aantal verzegelde documenten, van adressen voorzien. Er was ook ©en open brief b\j, geschreven door den heer Bjorling. Deze verhaalt daarin dat do „Ripple" in het laatst van Augustus strandde; de reizigers namen toen hun toevlucht tot de boot en zetten koers naar Smith's Sond. Zy waren echter genoodzaakt naar Carey eiland terug te koeren, dat zy omstreeks einde September bereikten. Zy bleven daar tot 10 October en vertrokken toen weer met hunne boot om te trachten Ellesmere-land te bereiken. De brief werd onmiddellyk vóór hun vertrek geschreven; Bjorling voegde er nog by, dat hun proviand slechts 20 dagen kon duren, en dat een der manschappen stervende was. Kapitein Mackay is van meening, dat de kleiüe boot der reizigers onmogeiyk tegen het ys bestand is geweest en dat zy allen omgekomen zyn. INGEZONDE IN. Manheer de Redacteur l Naar aanleiding van de motievon, in het „Leidsch Dagblad" van Maandag 13 Nov. aan gevoerd door den secretaris G. Henri Sythoff en gericht aan de leden der IJsclub, waarom hy niet aan myn verzoek tot rectificatie zal voldoen, acht ik my geroepen nog eene, maar evenals de heer Sythoff ook voor het laatst, op die zaak terug te komen. Uit het eerste door hem ter zyner verde diging aangevoerde blykt duidelyk, dat er niet éóne maand, maar minstens drie maan den, ja zelfs reeds twee jaren te voren over andere voorwaarden gesproken is. Dat de meening van den heer Caron destyds was, dat die vergoeding wel achterwege kon bly- ven, daardoor was nog niet beslist dat ook ik er voorgoed van af zag, te meer, daar de winst van het geleverde hout door rentever lies verloren ging. Hieruit blykt dus duidelijk dat persoonlyke gesprekken en meeningen zeer uiteenloopen en daarom waren de huurders de heeren Yan de Velde en Sythoff (als het meest daarby belang hebbende) verplicht geweest vóór het eindigen van het vorige contract, zynde 1 Maart 1893, voor vernieuwing in overleg te treden met don verhuurder. Hiermede is dus voor ieder, die eenig ge zond begrip van zaken heeft, uitgemaakt aan wien de schuld daarvan is te wyten, zoodat ik er niet aan denk iets terug te nemen van hetgeen ik te voren aan don secretaris heb geschreven, die dan ook, indien hy aanspraak wil maken op fatsoenlyk man te zyn, was verplicht geweest binnen een paar dagen aan my te antwoorden op myn schryven van den 30sten October 11. of hy al of niet aan myn verzoek wenschte te voldoen. Wat het tweede gedeelte betreft, „een ge bruik maken van dio gelegenheid om oen eigenaardig licht op de zaak te werpen", dat is één van de vele onjuiste uitdrukkingen, die in het verslag voorkomen en die ik toen nog niet verder noemen wilde. Doch ik verzoek den heer Sythoff my te bewyzen, dat ik gezegd zou hebben dat de heer Corns. Dieben minder dan ƒ350 huur wilde geven. In het openbaar over meerdere byzonderheden uit te weiden acht ik minder geschikt, als zynde voor het publiek van te weinig belang, doch goef den heer Sythoff wel in overweging voortaan in openbare vergaderingen wat spaar zamer gebruik te maken van persooniyk ge voerde gesprekken, alleen met het doel de personen in quaestie te discrediteeren. Volgens den heer Sythoff zou ik dreigen met verder schry ven en publiceeren en om nu vclgens hem niet uit den fatsoenlyken toon te vallen, zal lk het hierby laten, my latende wel gevallen dat myn ingezonden stuk in de „Leid sche Courant" van 8 Nov. en „Zuid Hollander" van 9 Nov. maar gedeeltelyk in het „Leidsch Dagblad" is overgenomen, alsmede dat myne advertentie aan de leden van de Leidsche IJsclub eerst een dag later is geplaatst. Waarlyk, als men zoo een en ander nagaat, wie mag dan aanspraak maken op neutraal te zyn? Met bovenstaande te plaatsen in het „Leidsch Dagblad" van hedenavond, zult U ten zeerste verplichten UEd. Dw. Dienaar, J. J. yan hoeken. oegstgfest, 16 November 1893.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1893 | | pagina 2