N#. 10335.
]>£a.aiicl£ig 30 October.
A0. 1893.
geze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Dit nommer bestaat uit DRIE
Bladen.
j 'KiteTiklT
LE1PSCHE HOFJEsT"
Leiden, 28 October.
Feuilleton.
NONDUM.
IEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden per 3 maanden.
■Franco per post
Afzonderlijke Nommers
f 1.10.
1-40.
0.05.
PRIJS DER ADVERTENTIES:
Van 1 6 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17J. Grootore
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad
wordt f 0.05 berekend.
Tweede Blad.
Aan de Abonné's daarop, wordt by dit
nommer verzonden No. 6 van Kikeriki.
Gelyk in menige andere stad ontbrak het
ook in Leiden reeds vroeg niet aan zooge
naamde hofjes. Zy werden ook wel „vergade
ringen" genoemd en bestonden uit etteiyke
huisjes, die deels voor mannon en vrouwen,
deels voor mannen of vrouwen of maagden
alleen waren bestemd, die wel arm, maar
ter goeder naam en faam bekend stonden.
Zy allen genoten het vry gebruik van deze
huisjes en kregen bovendien het noodige tot
hun onderhoud, voor zooverre zy daarin zeiven
niet konden voorzien, terwyi zy veelal in den
slachttyd een voet rundvleosch en op de groote
feestdagen eenig geld of ook wel eenige ver
snapering ontvingen.
In de huisjes, door echtparen bewoond, kon
by het afstorven van den man de vrouw
niet langer dan zes weken er verblijven en
moest zy de goederen, die haar man had
nagelaten, mot de opzieners of meestors van
die gestichten deelen. Zyzelvo werd dan
veelal hetzy in het gasthuis of in eenig
ander hofje onderhouden.
Het oudste van deze zoogenaamde hofjes
lag aan het einde van de Cellebroedersgracht
onder het bon van Zuid-Rapenburg en werd
„Jeruzalem" genoomd. De stichter er van was
Wouter Cooman IJsbrandsz. Hoogstwaar-
schyniyk gaf by aan zyne fundatie den naam
van Jeruzalem ter herinnering aan zyn bezoek
aan het Heilige Land, toen hy zich tydeiyk
i in die stad ophield. Hy stierf, vóór de huisjes
gebouwd waren, in 1467 te Leiden. By deze
huisjes, waarin 13 eerbare oude mannen
zouden wonen, stichtte hy eene kapol, do
kruiskapel geheeten, waarin eene plaats was,
die het heilige graf verbeeldde. Ook had hier
een ezel zyne stalling. Deze werd op Palm
zondag door do oude mannen, die in die
huisjes womden, langs de straten geleid,
waarvoor zo allo jaar een paar nieuwe schoenen
kregon. Hy werd voorafgegaan door de zoo
genaamde Jeruzalemsche hoeren, poorters
dezer stede, die het heilige graf als pelgrims
j bezocht hadden, zoolang zyzelven nog in
leven waren. Deze kapol werd in de 17de
eeuw door de Engolsche gemeente alhier in
gebruik genomen.
Genoemde Wouter Cooman IJsbrandsz.
Bchynt eön ryk man geweest to zyn, althans
hy bepaalde ook in zyn testamont, dat, zoo
de huisjes mochten vervallen, de oude mannon,
die er dan woonden, in staat zoudon gestold
worden zich eene plaats te koopen als provo-
nier in oen of ander gasthuis.
Het oersto hofje, voor arme mannon on
vrouwen bestemd, was dat, hetwelk op den
noord hoek van do Papengracht endoVoldors-
gracht was gelegen en „Sion" heette. Het werd
gesticht door jonkheer Hugo Yan Zwieten
en zyne huisvrouw Luitgert Yan Boshuizen
ten jare 1480 en werd eerst in 1505 door
Gijsbert Corstenz. en daarna in 1508 door Jan
Lourens, beiden bakkers te dezer stede, en
eindelyk in 1634 door Luca6 Jansz. Yan
Wassenaar begiftigd. Deze laatste bedacht
ook bovendien in zyn testament de hofjes
Jeruzalem, Emmaus, Tryn Jacob Huigens,
Joostonpoortje, Stevenspoortje, St.-Jans-hofje
en St.-Anna-hofje elk met 600 gulden, het St.-
Barbara-hofje met 1000 gulden en het hofje
van Jan Dulater met 800 gulden. Door al
deze schenkingen kregen de armen het in
die hofjes hoe langer hoe beter.
Het eerste hofje, alleen voor vrouwen of
maagden bestemd, lag tusschen de Celle-
broeders- en de St.-Pieters-Achtergracht en
heette Joostenpoortje. Dit en ai de andere
hofjes werden gesticht „tor eere Gods, Maria,
zyne gebenedyde moeder ende de twaalf apos
telen". Zy, die in die hofjes woonden, moesten
bidden voor de zaligheid der zielen van hen,
die uit liefde tot de armon deze huisjes ge
sticht en hun ter bewoning gegeven hadden.
In den schenkingsbrief van het hofje
„Bethaniè" of „Emmaus" aan de noordwestzyde
van dat van Jeruzalem gelegen, bepaalde
de geefster, Yrouwe Agatha Van Alkemade,
weduwe van wyien den heer Van Kuilenburg, in
zyn loven ridder, dat in deze huizen of kamers
alleen zullen ontvangen worden oude eerbare
mannen of vrouwen, geene bedelaars, kreupelen
of blinden, dronkaards noch twistzoekers noch
gebrekkigen, noch die met kinderen of schul
den belast zyn, noch die by de huizen om
brood gaan.
Het getal hofjes, dat reeds vóór de 17de
eeuw binnen Leiden niet onaanzieniyk was,
werd door de weldadigheid van ryke inge
zetenen, die den armen een goed hart toe
droegen, nog vermeerderd.
De eerste, die in de 17de eeuw alhier een
hofje stichtte, was Jan Dulator, een Vlaming
van geboorte, maar die in Leiden totgrooten
rykdom was gekomen. Hy had by zyn uiter
sten wil tot zyne universeele erfgenamen
gemaakt oude, arme personen, binnen Leiden
woonachtig en lidmaten van de Horvormde
kerk. Zyne executeurs hebben goedgevonden
omtrent de Haarlemmerpoort een ledig erf
te koopen en daarop negen huisjes te bouwen,
waarin oude arme mannen en vrouwen, hetzy
getrouwde of vrye personen, met hun beiden
in één huisje, konden wonen. Dit hofje is
door schenkingen van verscheidene burgers
dezer stad zeer in welstand toegenomen.
Ook voor lidmaten van de doopsgezinde
gemeente werd ten jare 1631 door Gerrit
Frankenz. Van Hoogmade aan de noordzyde
van de Langegracht een hofje gesticht, be
staande in twaalf huisjes zoowel voor mannen
als vrouwen, welk hofje don naam kreeg van
„Bethlehem."
Onder de burgemeesters van Leiden heeft
mr. Jacob Van Broekhoven zyn naam ver
eeuwigd door de stichting van een hofje van
zestien schoone huisjes aan de oostzyde van de
Papengracht in de nabyheid van het hofje van
Sion. Onder dit getal huisjes zyn er vier, die
aan de testementaire beschikking van zyno
zuster Anna Van Broekhoven, weduwe van
wylen mr. Willem Van Baarsdorp Janz., in
leven raad in den Provincialen Raad van
Holland, zyn te danken. Al deze huisjes zyn
bekend onder den naam van „Broekhovens hof'
en werden bewoond door oude, arme echt
paren of door twee weduwen te zamen. Eene
schoone poort van Bentheimer steen, met het
opschrift „Ivb 1614 Avb", gaf toegang tot
dit hofje.
Deze en andere, later gestichte hofjes
binnen Leiden werdon öf door de nakome
lingen van de erflaters of door leden van de
vroedschap öf door het college van huis-
zittenmoosters beheerd. By sommige schen
kingen was nog bepaald dat, zoo hot ge
beurde dat eenigen uit het geslacht van de
erflaters tot armoede vervielen, zy de voorkeur
zouden genieten boven vreemden om op de
hofjes te wonen, geiyk onder anderen door
Catharina Maartonsd., weduwe van Jan Her
in an sz, in loven kleermaker, bepaald werd.
Deze stichtte ten jare 1621 het „Catharina
Maartenshofje", bestaande uit twaalf huisjes,
gelegen binnen eene poort en met eene gang,
uitkomende aan de oostzyde van do Zyd-
gracht.
Leiden onderscheidde zich reeds vroeg
gunstig van de naburige steden door het
aantal hofjes, dat vermogende en liefdadige
personen voor oude, arme menschen, Leide-
naars van geboorte, hebben opgericht. Moge
het goede voorbeeld, door hen gegeven, nog
heden ten dage by allen, die met aardsche
goederen zyn gezegend, navolging vinden,
door, hetzy by hun leven of by hun sterven,
de armen te gedenken l
By gelegenheid van het 25 jarig bestaan
der afdeeling Leiden en Omstreken van de
Maatschappy tot bevordering der Bouwkunst
zal op 23 November a. s. eene tentoonstelling
van toekeningen enz. gehouden worden.
Op voordracht van den minister van
oorlog zyn by koninklijk besluit voor de lichting
van 1894 de militaire leden van de Militie
raden in do onderscheidene provinciën en hunne
plaatsvervangers benoemd, o. a. te Leiden tot lid
majoor Mac Leodtot plaats v. majoor Hardeman.
Benoemd is tot onderwyzer aan de
byzondere school voor u. 1. o. te Leiden do
heer K. A. Sanders, van Rotterdam.
By de heden door de Stedelyke Werk
inrichting alhier gehouden inschryving voor
de levering van levensmiddelen, zyn aannemers
geworden de hoeren: W. B. Van Andel, gort
voor 1120/ioo C-1 J- P- Fontein, ryst voor
10"/ioo C-J A- Affourtit, groene erwten voor
12®°/,©o c., capucyner erwten voor ll«%00c.,
bruineboonen voor 12,e/ioo c-, peper voor
48 c.; J. P. Fontein, koffie voor f 1.34,
cichorei voor 18 c., stroop voor 14 c.W. F.
Buiteweg, groenten voor 5 c.; D. M. Speyer,
rundvleesch voor 65 c.; rundvet, J.Zand-
voort voor 58 c.aardappelen, J. Peoreboom
voor 2ï0/I00 c.kropbrood, do Leidsche Brood
fabriek voor 8M/I00 c., alles per kilogram;
zoetemelk, M. v. Nood voor 6s/% c. en karne
melk, dezelfde voor 2 c. per liter.
Ook de „Leidonaar" bespreekt het des
kundig rapport over de Gehoorzaal, en laat
zich uit in de volgende bewoordingen
„Het valt hard te moeten constateeren, dat
er op verregaande wyze is gespeeld met het
geld en met het leven der ingezetenen, dat
er knoeieryen hebben plaats gehad, die niet
te vergeven zyn. Want welke meer passende
benaming kan men aan de gepleegde han
delingen geven dan knoeieryen, wanneer
men leest dat de uitvoering, voornameiyk
van die onderdeden van het gebouw, welke
buiten het gezicht gelegen zijnniet genoeg
veroordeeld kan worden; dat de gebruikte
stoenen der buitenmuren, alleen die van den
vóórgevel uitgezonderd, slecht gesorteerd,
veelal, evenals de gebruikte mortel, van
mindero qualiteit zyn dan in het bestek
daarvoor beschreven stond; dat de beraping
der zoldermuron aan de binnenzyde (en dit
betreft honderdon vierkante meters) door
den aannemer eenvoudig is weggelaten, niet
tegenstaande zulks in het bestek als ver
plichtend was voorgeschreven, om do
andere ergerlyko feiten niet eens te ver
melden.
Die knoeieryen moeten gestraft worden.
We weten het wel, de autoriteit heeft
een langen arm, die somtyds nog niet lang
genoeg is, doch voor zoover zy in dezon de
schuldigen bereiken kan, is zy het, om to
voldoen èn aan de verontwaardiging van
hot publiek èn aan hare eigen reputatie,
die zulke dingen niet mag toelaten, ver
plicht, om haren arm zoo ver mogeiyk uit te
strekken en recht te doen.
Zy dieno, door een streng voorbeeld te
stellen, er voor te waken, dat dergeiyke
knoeieryen niet wedor kunnen plaats hebban.
Wil zy hot vortrouwen der ingezetoiion
blijven behouden, stolt zy er pry's op, dat
dezen later geen twyfel zullen voeden, wan
neer weder van gemeentewege een werk
wordt uitgevoerd, waarmee hun geld en
hunne veiligheid zyn gemoeid, dan straffe
zij thans hen, die door haar gestraft kunnen
worden, op eene voorbeeldige wyze. Zy geve
daardoor aan het publiek de ovortniging, dat
het is: „ééns, maar niet weer.""
Men deelt mede dat de kolonel F. C. C.
Bloem, commandant van het 4de reg. inf. te
Leiden, zal worden bovordord tot genoraal-
majoor, om op te treden als commandant der
2de divisie infantorio te Arnhem, ter vervan
ging van den generaal majoor Kool, die weder
in de residentie terugkeert om als sous-chef
van den genoralen staf op te troden. (D.)
In de jongst gehouden gemeenteraads
vergadering te Oegstgeost werd op een verzoek
schrift van eenige bewoners van den Stations
weg, waarby dezen bezwaar maken tegon
hunne jaarlykscho verhooging in den hoofde-
ïyken omslag, besloten hierop acht te slaan
by het opmaken van het kohier. Op het ver
zoekschrift van de bewoners van den Maren-
dyk, waarby om beplanting en om bestrating
van het niet bestrate gedeelte van dien weg,
en op dat van de bewoners van de Aloelaan,
mede om bestrating van die laan, werd nog
geen definitief besluit genomen. Op voorstel
van den heer A. D. D. Schretlen werd be
sloten eene Commissie van Financiën te be
noemen, waarvoor werden gekozen de heeren
H. D. Terwee als voorzitter, en de heeren
A. D. D. Schretlen en J. Van den Berg als
leden. Wegens hot vergevorderd uur werd
besloten de vaststelling der gemeentebegroo
ting voor hot dienstjaar 1894 tot eene vol
gende vergadering te verdagen.
In de op 26 Oct. jl. gehouden raads
vergadering te Valkenburg word, na voor
lezing van het koninkiyk besluit, inhoudende
de herbenoeming van den heer R. T. C. De
Bruyn als burgemeester dier gemeente, hem
door den heer A. Bol Az. Jr., oudsten wet
houder, namens de leden van den gemeenteraad
een souvenir aangeboden. Het geschenk be
staat uit eene vaas van faience-Roozenburg,
o. m. beschilderd met het wapen der gemeente
en de datums van benoeming. In de hartelyke
toespraak, welke de heer Bol tot ZEA.
richtte, werd gewezen op het groote voorrecht,
dat Valkenburg geniet, om den heer De Bruyn
weder als hoofd der gemeente te mogen be
groeten. Ook de veldwachter gaf biyk van
waardeering door aanbieding van een passend
geschenk.
De opgemaakte voordracht ter vervulling
der betrekkingen van onderwyzer en onderwy-
zeres aan de openbare school te Ter-Aar
bestaat uit de volgendo personen:
voor die van onderwyzer de heer H. De
Jager, onderwyzer te Haamstede;
voor die van onderwijzeres moj. A. Don-
dorff, te Haamstede, en mej. M. J. Posthumus,
te Gouda.
Het examen in de vrye- en orde-oefeningen
is te Haarlem met goed gevolg afgelegd door
den heer D. Fortuin, te Sassenheim.
Beroemen is te Leimuiden by de Ned.-
Herv. gemeente ds. W. Van A6ch, te Eelten
en Drongelen.
Aan de christelyko school te Wassenaar
is benoemd de heer J. Van Veelo, te Maassluis.
De collecte voor de dragers van 't Metalen
Kruis en do Citadel-Medaille, gehouden te
Zegwaard, heeft opgebracht /T0.45'/a.
Het leggen van den eersten steen der
Chr. Afgescheiden kerk te Waddingsveen had
met eenige plechtigheid plaats. Ds. De Groot
hield eene aanspraak, waarin hy de moeiiyk-
heden by don bouw aan Salomo's tempel
vergeleek met de bezwaren, aan het oprichten
van deze kerk verbonden. Enkele belang
stellenden waren van de plechtigheid getuigen.
Aan de loting voor de nationale militie
te Zevenhuizen namen 38 jongelingen uit
Waddingsveen deel.
De cursus in de vrye oefeningen in den
wapenhandel is Donderdag avond in de ge
meente Alkomade geopend. Twee sergeants
en een korporaal hebben do instructie op zich
genomen. De leiding van den cursus berust
in handen van den lsten luit. Vethake, don-
zelfden officier, die verleden jaar by gelegen
heid van de kormisonlusten met zyne patrouille
de rust in Roolof-Arendsveen moest handhaven.
Roman van
K. KOOPMANS VAN BOEKEItEN.
27.)
Er was echter iets, waaraan de kapitein
noe me-r het land had dan aan wat h(j in
de't:;; gezelschap do spitsvondigheden der
theolo.ie on e kronkelpaden dor wijsbegeerte,
m-ar ook wel, minder deftig, de vervelende
praat der steken noemde - en dat iets was:
de dienst. Lastig geval voor iemand, die
zpn traktement niet kan missen en nog in
jaar en dag geen pensioen hoopt te krijgen.
Daarom had ook een intieme vriend, dio Kat ka'
tegenzin in do soldaterij kende, hom geraden
„Probeer, of je tante Let kunt trouwen, dan
kun je er subiet uitloopen!" Maar onze kapi
tein had geantwoord: „Neen, amice, dat's al
to kras! Daarvoor is tante mij te leelpk en
te oudof liever te jong. Ja, waarachtig
te jong, veel te jong. Was 't monsch, in plaats
van twee en zestig, zes en tachtig, nu dan
zou 'k er een paar kwade jaren aan wagen,
maar nu - 'k risqueorde, dat ik met dat
oude kanon oen dartig jaar opgescheept bleof,
ja, dat zo cijj overleefde 1
Maar ziet, daar ontmoot de kapitein op
zokcron dag ten huize van tante Labberdaan
onze Constantia, die in Letje eene geestver
want en welora oeno vriendin gevonden had,
»a nu wkeljjks kwam om de catechismus-
preek van den vorigen Zoodag te recapitu-
loeren. Korst nam Kurks van deze oude
vrystor in 't geheel goen notitie, ja, hy vor-
haastle zyn vertrek by hare kom6t.
Maar een paar dagen daarna hoorde hy
van tante, dat mot>aer Van Broukelon voor
geen twee ton opstaat en dus eene vrouwe-
lyke Nabobmag heeton, en toon vond
Kurks de dochter zoo zeurig niet moor:
daarop vernemende, dat dit mooie sommetje
slechts in twee porties behoefde verdoold, toen
werd Constantia eene belangwekkende por-
sooniykhoid, en by het bericht, dac mama by
de tachtig was, werd onze kapitein smooriyk
verliefd op de dochtor. „Paris vaut bien
une m e s 8 e", sprak Kurks en hy stapte
den volgenden Zondag naar de kerk en
's Maandags naar de Oude Waal om Con-
etantia's hand te vragen.
De jonkvrouw nam het huweiyksaanzoek in
ernstig beraad, on wel voor den tyd van oon
volle weok, een tormyn, die echter op vor-
eerend" verzoek tot vior en twintig uron ge
reduceerd werd. Dinsdag-middag kwart voor
tweeën kreeg do kapitein, neen, nog niothet
rechtstreeksch jawoord, maar toch de voor-
loopige en voorwaardelyko toezegging er van.
Nu, mot die toezegging was Kurks zeor tevro-
don, ja, zoo in zyn schix, dat hy Stans een
paar dozyn kussen drukte op wang en lippen
- hetgeon de maagd zich liet welgevallen.
Nu kan natuuriyk een lezor over 't oon en
ander oordeelon, zooals hy wil, of laat ik
liever zeggon, dat eene lezeres dit mag doen
Door on&chtz&&mheid mijr.orzrjda laoat mon ia
een rroegor num «er over e*:i Nsboth De schrijver.
lieeren nomen zulke dingen gowooniyk heel
leuk op, zoo eenigszins a la Gallio op nu,
dan, de lezores mag voor myn part, by 't
lezon dor laatste bladzyden, het hoofd schud
don, de 8choudors ophalen, den neus optrek
ken, desnoods alle drie manoeuvres tegelyk
uitvoeren. Maar één ding slechts verzoek ik
wel te bedenken, namelyk dat Kurks was
wat men noemtoen doer on door noDo
man. Vooreerst een knap uiteriyk, forscbe,
fraaio gestalte on eon wolbesnoden, bepaald
innemond gelaat. Nu ja, hij kon zich by ge
legenheid duchtig boos maken on was dan
zyne driften niet meestor; maar die gelegen
heden komen hoogst zelden vooiin den
regel neemt hy de dingen heel goedmoedig
op, en als by wat bar is in zyne uitdruk
kingen on wat veel vloekt, dan is 't niet uit
vcnynigheid, maar uit gewoonte. Voorts is 't
een allergezelligste man, altyd opgeruimd en
byzondor spraakzaam, on nu ja, diepzinnig
zyn ze niet, zyne vertoogen, maar hij kan
toch aardig vortellon. Voog hior nog by, dat
Kurks prachtig viool-speelt, keurig toekent
on eon specialiteit is in de heraldiek of wapen
kunde, en het meerendeel der lezeressen zal
toestemmen, dat Constantia groot gelyk had,
toen zy den kapitein nam.
Twaalfde Hoofdstuk.
Reeds vóór tweeën kruiste Floris dien
middag op de Oude Waal. Was or vaiziging
in zyne plannen gokomen en het uur van
hot voorgum-mon bezoeic vervroegd? Neen,
dat niet; maar onze held wilde vast het ter
rein verkennen en de buurt opnemen. Ook
wenschto hy 't een en ander nog eens te
overleggen in zyn binnenste, en meende dit
best al heen en weer loopende te kunnen doen.
Nu, er was stof tot velerlei overwegingen
en eenige voorbereiding tot deze visite was
waarlyk niet overtollig. Om te beginnen
wien zou hy ontmoeten, en boe zou die per
soon de zaak opnemen? Dat zyn correspon
dent, zoo niet een krankzinnige, dan ten
minste een zonderling moost wezen, stond
vast, maar of die zonderling een gryaaard of
een jongeling zou zyn, bleof geheel in 't
onzekere. Dan kwam by onzen student de
vraag op: Hoe te handelen, wat te zeggen,
als eens die man ging opspelen on eischen,
dat het geld onmiddellyk en tot don laatsten
cent aan den dominee moest gegeven wor-
deD? In ieder geval, zoo redeneerde Floris
vorder, zal 't raadzaam zyn, zoo omzichtig
mogolyk to wezen en niet te gul met con-
cossies cf confessies. Dus 't consigno luidt
Niet te hard van stal loopon, oen 3lag om
don arm houden en do kat uit den boom
kykonl O, mocht hy hiorin de oude orakel
taal kunnen nabootsen, dat het hem gelukte,
tolkens zulke uitdrukkingen te kiezen, dio
voor meor dan éóne uitlegging vatbaar waren,
zoodat hy. bemerkende, dat do zaak niet
goed werd opgenomen, ze kon terugnemen
m9t de verklaring: Ja, maar zoo heb ik het
niot gemeend!
Hot huis op do Oude Weal was spoodig
gezonden. De naam Van Breukelen stoad aan
de deurpost: dus Floris wist, waar hy straks
wezon moest. Nu neemt hii vast hetuitoilük
van den voorgevel eens op, on dat gevoltjo
viol niet mee, daar 't allesbehalve deftig was.
't Was konneiyk, dat het aan eene boven
woning met vryen opgang was, waar hy zich
to vervoegen had en die woning zag er niet
bepaald armoedig uit, maar deur en veneter en
stoep, 't w$s alles zoo smalletjes. Maar 't be
hoefde immers nu juist geen hoog aanzioniyk
personage to zyn, die een enkel bankje van
duizend gulden zona, on een Rothschild kon
wel heel nederig behuisd wezen.
Klokslag drie uren belde Floris aan. Dat
hot hart hem daarby mot snellero slagen
klopte, laat zich hooren. Een bejaarde dienst
meid met een knorrig gezicht en barsche stem
deed open.
„Is mijnheer thuis vroeg Floris op zachten
toon, torwyi hy oven don rand van zyn hoed
aanraakte.
„Hior woont geen mynheer. Of bedoelt u
soms don kapitein
„-Ik bedoel den heer Van Breukolen."
„Maar dat is immers een juffrouw!"
„O, zoo.... neem my niet kwaiykl
Lh do juffrouw thuis?"
„Thuis, ja, dat'a te zeggenWat
nadt u?"
{Worm vervatjd.)