Dr. C. LEEMANS.
Finantiëele Kroniek.
De loop, welken de beraadslagingen over de
zilverwet in Amerika thans nemen, doen
voorzien dat in de eerste dagen waarschijnlijk
nog niets nader tot het doel zal worden ge
komen Alles duidt er op, dat de voorstanders
der wet eeno eindelooze beraadslaging willen
uitlokken en intnsschen op verschillende wijzen
de intrekking der wet zullen trachten te voor
komen, en met tyd is in Amerika al heel
voel gewonnen.
Intusschen blijft deze onzekere toestand
van grooten invloed op de geheele geldmarkt,
daar natuurlijkerwijze alles in afwachting
bl\jft van hetgeen de toekomst zal geven.
Voor hot oogenblik verkeert men althans in
een tydperk van onzekerheid, lusteloosheid
en, getuige de voorzorgsmaatregelen, welke
allerwegen door de groote geldinstellingen
zyn genomen door terugtrekking van hun
kapitaal, ook van bezorgdheid. Hierdoor blijft
echter het kapitaal buiten elke onderne
ming, hetgeen natuurlijk niet bevorder
lijk is om in don bijna volslagen stilstand
van zaken eenigen ommekeer te brengen.
Ook blijft de voortdurend hooge prolongatie-
koers eon storenden factor, waardoor elke
speculatie belemmerd wordt. Slechts onkele
dagen werd het geld iets goedkooper door
het los komende kapitaal der October-coupons,
doch nadat de toevloeiing op de markt daar
van had opgehouden, verschenen weer de
oude noteeringen.
Hollandsche fondsen bleven nagenoeg
onveranderd, evenals de aandeel en der tabak
en koloniale ondernemingen. Alleen waren
aandeelen Stoomvaart Nederland iets
hooger in verband met geruchten, dat zeer
goede resultaten over dit jaar verwacht zou
den kunnen worden, en liepen aandeelen
Singkep iets vooruit naar aanleiding van
mededeelingen, dat de positie dor Maat
schappij op dit oogenblik tamelijk gunstig en
voor het bedrijf voldoende kapitaal aanwe
zig was.
Betreffende de Koloniale Bank werd
vernomen dat deze instelling 5 pet. dividend
over het jaar 1892 zal uitkeeren.
Van Hollandsche Spoorwegwaarden kan
worden gemeld dat de verschillende poorten
Boxtel-Wezel iets beter gestorad waren
in verband met de ontvangsten, welke eene
niet on belangrijke verbetering aantoonen.Geheel
anders was hot daarentegon gestold met do
gestempelde obligatiön Centraal-spoor,
waarvoor de verklaring te vinden is in het
feit, dat do directie machtiging tracht te ver
krijgen om eene nieuwe leening van een
millioen aan te gaan, ten einde noodige uit
breiding aan stations en verbeteringen te kunnen
doen uitvoeren. Natuurlijk zou deze nieuwe
leening voorrang hebben boven alle bestaan
de, waartoe echter de houders der tegenwoor
dige leeningen niet zoo licht hunne toestem
ming zullen geven. Er is althans vanwege do
obligatie houders een ander voorstel ingediend,
strekkende om te voorkomen dat de bestaande
leeningen zullen worden achteruitgesteld.
Daarenboven wordt de positie der obligatie
houders er niet beter door, aangezien het
saldo, dat over 1892 na voldoening dor vaste
lasten overbleef, bij lange niet voldoende zou
zijn om de door de nieuwe leoning op te
leggen jaarlyksche vermeerdering van renten
te kunnen dekken en dit slechts gevonden
zou kunnen worden ten koste der tegen
woordige obligatie-houders.
Europeesche fondsen waron over het alge
meen in betere stemming. Er bestond goede
vraag en wat moer levendigheid voor Rus
sische on Italiaansohe waarden. Van
uit Amsterdam worden, in verbinding met
andere voorname buitenlandscho beurzen,
krachtige pogingen aangewend om de Ita
liaansohe regeering te bewegen, de lastige
formaliteiten der coupon betaling op te heffen
of aanmerkelijk te verlichten. Vooral zijn de
maatregelen lastig voor do coupons der obli
gatiön V i c t o r-E m a n u e 1 6poor, welke
behalve de gewone formaliteiton nog dit togen
hebben, dat zy to Parijs moeten worden ge
ïncasseerd.
Portugoosche fondsen waren zeer onge
animeerd, en door aanbod voor Parijsche
rekening voortdurend gedrukt on lager. Ook
voor Turkse he waarden viel eene kleine
reactie op te merken, doch dit fonds blyft
gaandeweg voor Parijs gekocht.
Voor Z u i d-A raerikaansche waarden
was do markt in het algemeen zeer willig
gestemd, vooral voor obligation Venezuela.
De voorgenomon conversie dezer schuld zou
omvatten de buitenlandscho schuld tot een
bedrag van 2,600,000 pd. st. en do binnen-
landsche, groot 1,100,000 pd. st., waarvoor
eeno nieuwe leening ad -1 millioen pd. st. in
de plaats zou treden. Het bestuur der V. v. d.
Effectenhandel te Amsterdam heeft echter op
eene te dien opzichte ontvangen raededeeling
geantwoord, dat oen eventueel voorstel daar
omtrent moeilijk in overweging zou kunnen
worden genomen, zoo niet tegelijkertijd eeno
rei.'-1 der door do regeoring verschuldigde
su aan do C a r o n e r o-Spoorwogmaat-
s«y werd aangeboden. In verband hier-
med werden ook voor obligatiön Caronero
en M o r i d a iets hoogere prijzon besteed.
Andore borichten maken evenwel melding
dat de binnenlandsche schuld van Venezuela
niet in de conversie zou worden begrepen,
doch alleen de buitenlandsche, waarvan het
bedrag tot vier millioen pd. st. zou worden
verhoogd. Het wordt echter betwijfeld of, in
dien al deze voorstelling de juiste mocht zijn,
de conversie dan veel kans van slagen zou
hebben, daar weinig medeworking zal go-
vonden worden om bot bedrag der schuld
en daarmede ook den rentelast van het land,
zoo aanmerkelijk te vergrooten.
In Peruvian-waarden kwam tijdelijk
eene verbetering tot stand, in het leven ge
roepen door gunstige politieke berichten en
vermeerdering der ontvangsten gedurende de
maand September. De vreugde was evenwel
niet van langen duur, daar de koers door
meerder aanbod spoedig weer terugliep.
Mexicanen hadden geen gunstig ver
loop. De koers vooral der subsidie-obligatiën
liep belangrijk terug.
Van de Amerikaansche Spoorwegmarkt kan
opnieuw slechts van een onbeduidend ver
loop worden gesproken. En geen wonder! De
beraadslagingen te Washington worden nu
ook gedurende den nacht voortgezet en doen,
volgens bevoegde beoordeelaars, de kansen
voor hen, die de zilverwet wenschen te be
houden, wel wat gunstiger worden. Lang
zamerhand wordt dan ook de stemming der
markt onverschillig en dof, daar de einüelooze
onzekerheid alle veerkracht wegneemt. Zoowel
de Amsterdamsche als de Londensche beurs
waren voor Amerikaansche waarden bijna
voortdurend flauw.
Verschillende soorten waren wederom het
mikpunt der speculatie en enkele moesten
een niet onbelangrijk verlies lijden, hetgeen
niet naliet tot de algemeene ontstemming
mede te werken. In do eerste plaats valt
een achteruitgang to vermelden in aandeelen
Louisville <Sc Nashville in verband
met onbevredigende ontvangsten en het aan
wezig zijn eener zeer belangrijke vlottende
schuld, terwijl verder ook de waarden der
Union Pacific zeer gevoelig terugliepen,
ten gevolge van geruchten, dat sprake zou zijn
om de Maatschappij onder beheer van een
receiver te stellen.
Eene gunstige uitzondering werd gevormd
door de M i s s o u r i-K ansas Texa s-waar-
den, waarvoor de stemming veel aangenamer
was in verband met de ontvangsten der Maat
schappij, welke over de vierde week van
September eene flinke verbetering aantoonen.
Chicago- Eri e-waarden waron flink
gezocht, ten gevolge van de zeer aanzienlijke
vermeerdering dor ontvangsten, welke in het
laatste kwartaal ruim 200,000 dollars boven
die van het vorige jaar bleven. Deze resul
taten zijn hoofdzakelijk het gevolg van het
personenvervoer naar de Chicago-tentoon-
stelling.
De groote gebeurtenis op 't gebied der Ameri
kaansche Spoorwegmarkt was heden wel het
bekend worden dat de Union Pacific
onder beheer van receivers is gekomen, waar
toe de president Clark en de vice-president
zijn benoemd. Hoewel hieromtrent wel ge
ruchten liepen, veroorzaakte deze handeling
toch groote sensatie, te meer daar de werkelijke
aanleiding nog onbekend is, en niemand ver
wachtte dat tot dezen maatregol zou worden
overgegaan.
In aansluiting daarmede was de Amster
damsche beurs hedenmiddag voor de Union-
waarden zeer flauw gestemd; de aandeelen
liepen terug tot 16 en de Oregon Short
lino tot 45. Rynlandsche Bank.
Do geheimzinnige verdwijning.
Met oen kleinen variant op Do Gënestet's
woorden zou men kunnen zeggen
De slechtste juristen hier op aard
Z(jn de juristen zonder baard.
Nadat eeno dame in de „Amst. Crt." het
denkboeld heeft geopperd om Do Jong te
hypnotiseeren, treedt nu dezelfde dame in de
„Amst. Crt." op met dezen raad:
„Geloof me, meneor de redacteur, indien
De Jong oen half uurtje op de gruwelkamer
in Den Haag was gebracht, zouden geene
kosten moer gemaakt behoeven te worden
om te zoeken naar den sleutel van een raadsel,
dien Do Jong in zijn hoofd heeft."
Met andere woorden: deze dame wil De
Jong op de pijnbank leggen, want zy zal
toch niet bedoeld hebben, dat men hem maar
een half uurtje zou laten rondkijken in de
kamer boven de Gevangenpoort, zegt de
„Arnh. Crt."
Van iemand, die de pijnbank weer in
practyk wil brengen, is het zeer verklaarbaar,
dat zij verdachten hypnotiseeren wil.
Als men deze dame, die wij gaarne voor
een eeriyk, braaf mensch houden, eens be
schuldigde van eene zware misdaad en de
duimschroeven aanzette, of de voeten roosterde,
of een ijzeren band om de slapen knelde, of
met den blooten rug over eene ongeschaafde
plank haalde, of eenige emmers water ingoot
en op haar ging zitten kortom het een
of ander van die middelen toepaste, die in
vroeger eeuwen weiden aangewend om een
beschuldigde tot bekentenis te dwingen
zou zy dan ook maar niet lievor zeggen dat
ze „'t gedaan had," dan die marteling langer
te doorstaan?
Zulke dingen kan men onder „Kaffee-
sell wester" zeggen, maar men moet ze niet
in de courant laten zetten.
Mr. H. M. A. Verheyen, advocaat te Nij
megen, schrijft aan hot „Hbl." het volgende:
„Mag ik met een enkol woord opmerken,
dat, naar mijne bescheiden meening, by de
juridische beoordeeling der toelaatbaarheid van
hypnotiseering in de zaak-De Jong veel te
weinig wordt gelet op het speciale van dit
geval. De vraag, welker beantwoording het
in de eerste plaats geldt, is„Waar zyn de
beide vrouwen?" Indien nu de justitie by do
ondervraging van De Jong in don toestand
van hypnose zich beperkt tot deze vraag, en
zy door de beantwoording op het spoor komt
van eene dier vrouwen of beide, dan valt
tegenover het feit der vinding Do Jongs aan-
wyzing, in liypnotischen toestand gedaan, ge
heel weg. Er wordt dan met zyne verklaring
gehandeld zooals volgens art. 409 van het
Wetboek van Strafvordering met die van oen
onbevoegd getuige: men doet haar strekken
om bekend te worden met on op het spoor
te geraken van daadzaken, welke van elders
kunnon blyken of bevestigd worden."
Een verslaggever van de „Éclair" heeft dr.
De la Tourette, den schry ver van een welbekend
werk over hypnotisme uit een geneeskundig-
wettig oogpunt, geïnterviewd over het hyp
notiseeren van De Jong. Dr. De la Tourette
veiklaarde, dat het best mogelyk was, dat de
proef by den beklaagde niet zou gelukken en
dat een dokter zich daartoe niet zou leenen
en deed hy het, dan zou hy genoodzaakt zyn
over het gehoorio, als een beroepsgeheim, te
zwygen. Slechts wanneer door zyn stilzwygen
iemand onschuldig veroordeeld zou worden,
mocht hy spreken.
Uit Arnhem schryft men verder uit zeer
goede bron aan „De Echo:"
Dinsdagmiddag is het gelukt een getuige
te ontdekken, dio beslist wist te verklaren,
dat hy den 7den Juli De Jong met miss Juett
op den Melkweg, gaande van Doorn werth naar
Wolf hezen, dos middags omstroeks 3'/4 uur
heeft ontmoet.
De Jong volgde by die gelegenheid zyne
vrouw, die blootshoofds liep, met den hood
in de hand en de roode parasol opgestoken
boven het hoofd, op een 150 pas afstand3,
by welke gelegenheid Do Jong den jongen
(den getuige) vroeg, waar Wolfhezen lag. De
Jong, die in de richting naar Doorn werth liep,
bleef met zyne vrouw in die richting door-
loopen.
In verband met deze verklaring staat het
dus vast, dat miss Juett op den 7den Juli
tusschen des middags 3'/4 en 6'/2 uur (het
laatste uur is De Jong weder in Arnhem ge
zien) is verdwenen^ zoodat een nauwkeurig
ingesteld onderzoek in de omstreken van
den Melkweg en Doornwerlh aan te bevelen is.
Nog zy gemold, dat do jongen, die De Jong
met zyne vrouw in den middag van den 7den
Juli op den Melkweg onder Heelsum ont
moette, den juiston datum weet af te leiden
uit het bezoek van zyn vader, op 7 Juli,
aan Utrecht. Toen hy op dien dag De Jong
met miss Juett ontmoette, was hy op weg
naar het station Wolfhezen, om zyn vader
af te halen.
Do yverig zoekende correspondent van do
„New York Herald" deelt in hot nummer
van Vrydag een geval mede, dat zoo het
niet voorkomt uit zyn rykon fantastischen
geest weer oen feit is, om rekening mee
te houdon.
In eene soort logement in de bosschen by
Renkum ha 1 hy den waard gevraagd, of hy
ook iets wist van de zaak De Jong. Vrywel
bedremmeld antwoordden hy en zyne vrouw
ontkennond. Na echter mylon ver te hebben
gedwaald door de meest verwilderdo streken,
kwam hy in eene herberg te Renkum, waar
iemand hem vertelde, dat er een lyk was
gevonden.
Do vrouw had het gehoord van den burge
meester van een klein plaatsjo in den omtrek
en deze had het gehoord van don weinig
spraakzamen waard, wien de journalist inlich
tingen had gevraagd.
Dadeiyk keerden zy naar het logement
terug on nadat do baas met zyne vrouw had
overlegd, vertelde hy:
„Eenigen tyd geleden logeerden hier een
paar Amsterdamsche studenten. Toen dozen
eens aan het wandelen waron in de Doorn-
weerthscho bosschen, stuitten zy plotseling
op een vrouweiyk lyk. Eén van hen werd
ongesteld van schrik, en zeer ontsteld snel
den zy huiswaarts".
De datum, waarop dit geschiedde, is niet
bekend. Zouden het, zoo vraagt de reporter,
misschien de jongelieden geweest zyn, die
De Jong de$en opschrikken, die hem stoor
den in zyn werk, waarop hy later terug
keerde om het te voltooien?
Het geheele verhaal ïykt zeer vreemd.
Zouden die studenten dan van hunne vondst
geen kennis hebben gegeven aan de justitie?
Dan waren zy toch zeker daaraan wel
herinnerd, toen de zaak Do Jong bekend werd.
BUITENLAND.
Frankrijk.
Omtrent de Russen te Toulon wordt wan daar,
in aansluiting met hetgeen in ons eerste blad
werd gemeld, nog het volgende medegedeeld
Nadat de Russische admiraal aan wal was
gestapt, trok de stoet door de straten der
stad naar het gebouw der prefectuur. Admiraal
Avellane liep blootshoofds, met admiraal
Rocomaure aan zyne rechterhand. Het was
eene onbeschryflyke ovatie. Overal ging uit
de dicht opeengepakte menigte de duizendmaal
herhaalde kreet op: „Leve RuslandI Leve
Frankryk 1"
Admiraal Rieunier, de Franscho minister,
van marine, ontving admiraal Avellane in do
prefectuur en heette hem welkom uit naam
van de Fransche regeering en president Carnot.
Hy bracht hem het bezoek van 1891 in her
innering en zeide, dat Kroonstad en Toulon
voortaan twee datums zullen zyn, die getuigen
van do sympathie tusschen Frankrijk en
Rusland.
Admiraal Avellane zeide geene woorden
te kunnen vinden om de dankbaarheid, welke
hy gevoelde, weer te geven. Niet alleen het
eskader, maar geheel Rusland zou getroffen
zyn en dankbaar voor de ontvangst.
De burgemeester van Toulon verwelkomde
admiraal Avellane uit naam van het gemeente
bestuur en van geheel Frankryk.
Do minister van marine en de drie gedele
geerden der regeering werden door admiraal
Avellane met militaire eerbewyzen ontvangen.
Admiraal Avellane wisselde voorts bezoeken
met de bevelhebbers van het actiove en het
reserve-eskader.
Op het diner, door den minister van marine
aangeboden, bracht admiraal Rieunier een
dronk uit op den czaar, wiens naam loyauteit
en macht beteekent en Frankrijk als een
symbool des vredes in de ooren klinkt.
Vervolgens stelde admiraal Rieuraior een
toost in op Ruslands marine en leger, wier
roemryke feiten op elke bladzyde hunner ge
schiedenis geschreven staan. Spreker dronk
op de wapenbroederschap, welke de beide
natiën vereenigt en altyd moet voreenigen.
In antwoord op den eersten toost dronk
admiraal Avellane op de gezondheid van pre
sident Carnot. Den tweeden toost beantwoordde
hy als volgt:
„Toen ik hedenmorgen de reedo van Toulon
binnenstoomde en daar de schepen van het
eskader zag, begreep ik hoe groot Frankryks
scheepvaart is, en ik twyfel niet of zyn leger
is even machtig. Toen doorstroomde my een
gevoel van trots, dat ik door den czaar ben
uitverkoren om het bezoeK van Kroonstad te
beantwoorden. Ik acht my gelukkig, my een
vriend van Frankryk te noemen; ik drink
op Frankryks marine en leger, op geheel
Frankryk!"
Deze woorden werden met bravo's toege
juicht. De toosten van admiraal Rieunier en
admiraal Avellane en de volksliederen van
beide landen werden staande aangehoord.
Omtrent het bezoek der Russen aan
Frankryk zegt de „Standard", dat de czaar
vergeefs getracht heeft, daaraan het karakter
van eene gewone beleefdheid te geven; het
Fransche volk is vast besloten, dat het veel
grooter beteekenis zal hebben. De regeering
heeft met volkomen waardigheid on tact
gehandeld, maar kan hare omzichtigheid en
ingetogenheid niet aan het volk meedeelen.
De president der republiek en minister Dupuy
gaan niet naar Toulon, maar hot volk stoort
zich aan deze officiëele wenken niet, en be
schouwt de komst der Russischo vloot als
de sanctie van de herovering van Elzas-
Lotharingen, vanwaar tallooze geschonken en
groeten naar Toulon zy.i gezonden. Al be-
wyzsn dez6 demonstration nog niet hot bestaan
van een Fransch-Russisch verbond, het is
niet te ontkennen dat het chauvinistische
doel van het Fransche volk tot gevaarlyke
verwachtingen en oorlogszuchtige speculation
wordt gebracht.
De Engelsche vloot zal een bezook brengen
aan Italiö, maar met heelwat minder vertoon.
Men weet nog niet welke haven Frankrijk
ter beschikking van de Russische vloot zal
stellen, maar do publieke opinio in Europa
zal er nota van nemen, dat do Fransche en
Russische vloot niet do eenige in de wereld
zijn, en dat Groot-Britanniö en Italiö eene
machtige positie in do Middellandsche Zee
hebben.
Het conservatieve blad zegt ten slotte,
dat de kabinetten van Parys on St.-Petersburg
den vrede willen en de toestand uitstekend
is, als het Fransche volk zich maar wil
overtuigen van de noodzakelykheid des vredes.
Duitschlaiid.
Den 18den October, gedenkdag van den
slag by Leipzig, zal keizer Wilhelm te Bre
men het gedenkteeken voor zyn grootvader
onthullen. De ministers, graaf Waldersee,
Bennigsen en graaf Von Bismarck zullen de
plechtigheid bywonen.
Den 22sten October vertrekt de keizer met
den kroonprins naar Dresden, om daar de
feesten by te wonen ter viering van de 50-
jarige militaire loopbaan van den koning van
Saksen.
De gewezen minister van oorlog in
Duitschland, generaal Von Kameke, is over
leden. Hy onderscheidde zich als militair
attaché te Weenen en later als hoofd van
eene afdeoling van het ministerie van oorlog
In den veldtocht van 1866 en in den Fransch-
Duitschen oorlog blonk hy uit door zyne
dapperheid. In 1873-1883 was hy minister
van oorlog en gedurende dien tydk wamen eene
logerorganisatie, eene wet op den landstorm en
eene regeling van het pensioen- en invaliden-
fonds tot stand. Na 1883 leefde hy zeer
teruggetrokken op zyn landgoed,
Italië.
Eene officieuze nota verklaart het bericht
onjuist te zyn, dat de Italiaansche schatkist
over eene operatie met schatkistbiljetten bad
gehandeld. Do schatkist is reeds voorzien van
het noodige voor de betalingen in Januari.
Morgen zal te San Martino de onthul
ling plaats hebben van een monument, ter
eero van Victor Emmanuel opgericht. De
koning en de koningin met do prinsen, de
minister-president en afgevaardigden van het
Parloment, van het leger en van de vloot,
zullen by de plechtigheid tegenwoordig zyn,
welke ook by gewoond wordt door 120 militaire
vereenigingen en de Fransche en Oostenryk
sche militaire attachés.
Celg-ië.
Het congres van den Internationalen Vre-
des-Bond wordt bygewoond door de heeren
Rahusen, lid van de Eerste Kamer der Staten-
Generaal voor Nederland, Trarieux voor Frank
ryk, Pandolfi voor Italiö, Bajer voor Dene
marken, Gobat voor Zwitserland, Max Hirsch
voor Duitschland, en Stanhope voor Engeland,
en als genoodigden door de volgende Belgi
sche leden van don BondPaul Janson, Ernest
Solvay, Houzeau, Eugöne Anspach, Nyssens,
August© Couvreur, La Fontaine en Georges
Lorand. Voor het tegenwoordige zittingjaai
werd de heer Rahuson tot voorzitter benoemd
Do heeren Janson en Nyssens verontscliul
digden onthouding der Belgische parlements
leden met den arbeid, dien de Grondwets
herziening oischte en waarvoor al hunne aan
dacht gevraagd werd. Toch koesterden zy
voor de zaak des vredes de meeste sym
pathie. De Fransche senator Trarieux ant
woordde hierop, dat zeer wel te begrypen.
doch nu de Grondwetsherziening goöindigc
is, hoopte hy ook spoedig eenige Belgische
ledon in het permanente bureau te zien plaats
nemen. Als vergaderplaats voor de volgende
internationale conferentie werd 's Gravenhage
aangewezen.
Op voorstel van het lid Kruger heeft
de gemeenteraad van St. Petersburg met alge
meene stemmen besloten den burgemeester
te machtigen tot hot zenden van telegram
men van gelukwensching en orkentelykheid
aan de gemeenteraden der Fransche steden,
dio deelnemen aan de ontvangst der Russi
sche zeelieden. De heer Kruger overtuigde
den gemeenteraad van Ruslands hoofdstad,
dat do geestdrift, die daar te lande hearschte
by het bezoek der Fransche zeelieden, te
Kroonstad, St.-Petersburg en Moskou, en de
sympathie, dio het bezoek der Russische
vloot in Frankryk ondervindt, niet met een
scbyn van onverschilligheid mag worden be
antwoord.
Oosteni-Ijli-Hongr.-jMonarcliIe.
In den Ryksraad vorklaarde de Duitsch
nationale afgevaardigde Börnrencher, dat zyne
partygenooten tegen de uitzonderings maat
regelen zullen stemmen.
De afgevaardigde Heilsberg stelde de regee
ring aansprakeiyk voor den betreurenswaar
digen toestand van Bohemen.
Het Hongaarsche Volkshuis heeft be
sloten dat de adressen in zake het antwoord
door keizer Frans Jozef te Güns aan de depu
tatiën gegeven, in het archief zullen neder
gelegd worden.
De interpellatie van graaf Apponyi ovei
de onthulling van het Honved-monument gal
aanleiding tot een stormachtig tooneel. Toen
minister Wekerlé antwoordde, verliet de ge
heele oppositie de zaal; daarentegen bracht
de regeeringsgezinde party Wekerlé eene ware
ovatie.
De Hongaarsche afgevaardigde Arpa.l
Vallyi, onder-voorzitter der onafhankelykheids-
party, wiens zonderlinge wyze van handelci
in den laatsten tyd, meermalen de aandacht
trok, heeft Donderdag een aanval van krank
zinnigheid gehad.
Wederom zyn de gelederen der mannen
van liet jaar '30 mot een waardig vertegen
woordiger gedund.
Dr. C. Leemans ontsliep hedenmorgen zacht
en kalm in den ouderdom van 84 jaren
Geboren to Zalt-Bommel in het jaar 1809
den 28sten April, zoon van dr. W. Leemans
kwam hy met zyne ouders, broeders en
zusters in 1821 te Leiden. Hy studeerde in
de theologie, later in de letteren en were
gepromoveerd aan de Leidsche hoogeschool
in 1835.
Vooral had do hoogleeraar C. Reuvens in
vloed op den student. Onder hem en in zyn
huis werkzaam, deed hy de eerste schreden
op het gebied der archeologie, voortaan zyn
loopbaan en werkveld.
Hy was vyftig jaren lang als directeur van
'sRyks Museum van Oudheden alleenheer-
6cher op dit gebied-in Nederland, veel bestre
den, maar meestal overwinnaar.
Voor Leiden was Leemans een yverig
medeburger. Veel heeft hy zich bewogen op
politiek en kerkelyk terrein. Van do Her
vormde tot do Remonstrantsche kerk over
gegaan, was hy een warm verzorger van hare
belangen, beheerder van armefondsen, lid van
den kerkeraad, curator van de broederschap.
Oprichter van „Sempre Crescendo", yverig
bestuurder der Maatscbappy' voor Toonkunst,
lango jaren zorgendo voor de Muziekschool,
zelf goed musicus, bevorderde hy waar hy
kon de belangen der Toonkunst.
Het xaAbv y.ctyudov, hot schoone en goede,
vond in hem zijn heraut.
Vooral voor vrienden waar hy sympathie
voor had, was Leemans de doorzettende ver
dediger. Zyne hulpvaardigheid had soms geen
grenzen. .Staaltjes uit den choleratyd van '66
kunnen dit getuigen.
Een geleerdo, een nauwgezet, yverig werk
zaam, vriendelijk lid is aan onze maatschap, y
ontvallen.
Juli 1891 trok hy zich uit het ambteiyk
leven terug. Tot op dat oogenblik stond hij
pal op zyn post. Toen hy my de sleutels van
hot Museum overhandigde, zeide hy„Pleyte,
ik heb altyd succes gehad, ik wensch U
hetzelfde toe."
Dazen zomer bracht hy in Oosterbeek door.
Hy verlangde op het laatst naar zijne eigene
woning Door de zorgvolle echtgenoote en
kinderen werd hy 11 dagen geleden overge
bracht. Hij was zeer tevreden weer tehuis
te zyn, en de overtocht had hem geen kw-
gedaan. Rustig zag hy de toekomst l< l -
Hy biyve ons allen een voorbeeld
14 October 1893. Vi. fLbïit.