N°. 10323 Maandag 16 October. A0. 1893. feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Pit nominer bestaat uit DRIE Bladen. Tweede Blad. Leiden, 14 October. Feuilleton. NOWDUEfi. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maandeni~. 110. Franco per post-1 10. Afzonderlijke Nommers 0.05. PRIJS DER ADVEBTENTIEN: Van 1—6 regels 105. lodore regel meer f 0.17J. Grootore lettors naar plaatsruimte. Voer het incasseeren buiten de stad wordt f 0.05 berekend. De nieuwbenoemde hoogleeraar by de facul- teit der rechtsgeleerdheid aan de Leidsche Universiteit, mr. J. Oppenheim, zal Woensdag 18 October a. s., des namiddags te twee uren, het hoogleeraarsambt aanvaarden met het i houden eener redevooring in het groot-audito rium van het academiegebouw. Het Sint-Nicolaas-feest geraakt zoo lang zamerhand weer in aantocht - en de com missie voor de Volksbyeenkomsten is ander maal op haren post, om by die gelegenheid voor de kinderen van onvermogende ouders te kunnen zorgen. Ze heeft daartoe natuurlijk opnieuw geld noodig en om daaraan te komen heeft zy, evenals vorige jaren het gezelschap van de Koninklijke Vereeniging, „Het Nederlandsch Tooneel" geëngageerd, ten einde den 23sten November a. s. hier te komen opvoeren „Ilse", tooneelspel in vier bedrijven, uit het Duitsch van Hans Olden. Van de ontvangsten, welke deze voorstel ling zal opleveren, hoopt de commissie genoeg I over te houden om bedoeld feestje te kunnen doen plaats hebben. Maar dan moet, in verband met de niet onaanzienlijke kosten, welke deze voorstelling met zich brengt, de opkomst ook zeer talrijk zijn. En er bestaat reden om dit te mogen verwachten, want behalve dat het „Neder landsch Tooneel" te dezer stede alleen door I tusschenkomst van deze commissie hier optreedt, worden in het te geven stuk de hoofdrollen van Ilse Kamnow en luitenant Gonther Yon Helldorf vervuld door eene onzer eerste actrices, zoo niet de eerste, mevrouw Holtrop Van Gelder en den heer Brondgeest, wien ook algemeene lof wordt toegekend. Er bestaat dus alleszins reden om hooge verwachtingen voor dezen avond te koesteren. Wij meenen verder op nog eene bijzonder heid de aandacht te moeten vestigen. Ditmaal zal er niet met eene inteekenljjst worden rondgegaan, maar zal men reeds van hedon af plaatsen kunnen nemen en bespreken bij de bureeliste mej. Andre®, Papengracht. Do karaermuzieksoiróes van de heeren Mann, Timmner c. s. zullen ook dit jaar hier ter stede wegens te geringe deelneming niet doorgaan. Telde de inteekonlijst ten vorigen jare nog 100 namen, thans bedroeg het getal inteekenaren slechts 60, terwijl minstens 150 noodig zijn om de kosten te dekken. Hier ter stede zal eene Kamer van Arbeid worden ingesteld. Voorbesprekingen door afgevaardigden van verschillende ver- eenigingen zijn reeds gehouden. Eerstdaags zal men in eene gecombineerde vergadering tot de oprichting zien^te. komen. De nieuwbenoende,vlste luits. der inf. J. F. A. BiscbofF, H. Koster ep J. Mulder blijven resp. in garnizoen te Leeuwarden, Vlissingen en Leiden. De 1ste luit. J P. A Van Weeren,van bet 4de reg. ini'. te Leiden, wordt 1 November a s voor den tyd van drie jaren gedetacheerd by de hoogere krygsschool te 's Gravenfcage. In een artikel in de „Köln Zeit."'wordt betooed dat de beteekenis der Lettel kundige Congressen in België en Holland minder ge legen is in het letterkundig-wetenschappelijke, dan in het. politieke. Terwyi die Congressen weinig vruchten opleveren voor de taal- en lettói kunde, hebben zij veel bijgedragen tot de betere verhouding tusschen Noord- en Zuid Nederland en tot het versterken van het Hollandsche element in Zuid Afrika. De „Telegraaf", dat eveneens vermeldende, schryft Wy gelooven niet, dat er ernstige lieden zyn, die eenige literarische beteekenis aan de congressen hechten. Wy zyn dat met den briefschrijver volkomen eens. Van heel Noord en Zuid-Nederland was niet één der jongeren tegenwoordig en zy zullen zich waarschynlijk ook wel nooit opmaken om een glaasje eere- wyn te drinken op de ontvangende stadhuizen. Naar wy laatst hoorden, heeft een der jon gere Belgen onder het pseudo dr. Gillekens eene heele reeks vragen aan het congres voor gelegd men kan wel begrypen met welke serieuze bedoeling!! waarvan er eene of meer ook werkeiyk in den vragen-catalogus voorkomen. De jonge letterkundigen werken thuis, hebben geene behoefte aan bepratingen met awel-zulle-Vlaamsche-broedors en omdat die jongeren zich onthouden, verliezen de congressen nog zelfs den schyn van betee kenis op letterkundig gebied. Grootendeels juist, maar niet geheel, merkt „Gelria" hierop aan. Van heel Noord- en Zuid-Nederland niet een der jongeren aanwezig? En Cyriel Buysse dan, Gustave d'Hont uit het Zuiden, Lapidoth en Johan De Meester uit het Noorden, om van Pol de Mont niet te gewagen, de trait-d! union tusschen Noord en Zuid. Hiermede is de lyst vry wel afgelezen, maar er waren toch jongeren. De hiergenoemde Vlamingen zyn allesbehalve van die awel-zullo- Vlaamsche-broeders, die den ernstigen jongen Noord Nederlander de kennismaking niet waard zyn. Indien onze „Nieuwe Gids"-mannen en hunne geestverwanten de moeite eens wilden nemen om ter congresse to verschynen, en te vertellen wat zy in hunne mars hebben, zouden de verhandelingen heelwat minder onbeduidend zyn, en zou aan sommige ver- zonlappers, die nu als heele Pieten op de con gressen zich laten bekykon, al hoel spoedig hunne nulliteit worden onder het oog gebracht. Maar is het wonder, dat als d9 jongeren weg blijven, de ouderen verzinken in een suikerzoete admiration mutuelle? De buitengewone algemeene vergadering van aandeelhouders van de „Nederlandsch- Indische Tabak-Maatschappij", gisteren te Amsterdam gehouden, besloot tot liquidatie. Het bestuur van den „Anti Opiumbond" heeft het tweede nommer in het licht gegeven van het tijdschrift der Vereeniging„De Opium- vloek". Deze aflevering bevat allereerst de voor dracht, door dr. Schaepman ten vorigen jare to Amsterdam gehouden over enze koloniale politiek en bet opium vraagstuk, met de polemiek, waartoe zy in Nederland en in Iniië Leeft geleid over de vraag: „pacht of regie? De proefneming met do regio en watdaarovor in de Staten Generaal en elders is geschreven en gesproken, wordt vervolgens medegedeeld. Verder geeft de beer N. D. Schuurmans de vertaling van een onuitgegeven leerdicht, dat anderhalve eeuw geleden door den Javaanschen vorst Pakoe Boowönó II, Sultan van Mataram, werd geschreven om het verderfeiyke van het opiumschuiven te betoogon. Dan een opstel van kolonel dr. J. Van Riemsdijk, oud-cbGf van den geneeskundigen dienst in Ned. Indiö, over „do werking van opium op het menschelyk organisme". Men leest in dat opstel o. a. „De opiumschuivers worden volgens Thomp son, Chardin, Madden e. a. zelden ouder dan 36 jaren. Daarentegen trokken Smith en Ohristison uit hunne nasporingen het besluit, dat het gebruik van opium voor de gezond heid en het leven niet zoo schadelijk is. Beide berichtgevers kunnen gelyk hebben. „De ongunstige berichten gelden voorname lijk voor het mindere volk, voor de proletariërs en de daglooners, die al wat zy bezitten aan opium besteden en zich niet voldoende voeden, omdat zy al het beschikbare geld en wat zy te gelde kunnen maken aan hunne heillooze gewoonte opofferen. Daardoor missen zy het noodige weerstandsvermogen en gaan spoedig te gronde. „De gunstige waarnemingen van Smith en Christison hebben voornameiyk betrekking op welgestelde lieden, meestal Chineezen, die zich krachtig voeden en wel opium rooken, maar dit meer als eene onschuldige liefhebbery betrachten, zooals by ons de meergegoeden een glaasje jenever of likeur gebruiken, en mochten zy zicb ook al eens te buiten gaan, uit hunne krachtigo voeding een zoo sterk weerstandsvermogen putten, dat het opium hun niet veel kwaad kan berokkenen- „Dat het echter ook voor dezen niet altyd onschadeiyk is, blijkt genoegzaam uit den toestand van morphinisten bij de hoogere stan den der maatschappij. Eenige weinige jaren zouden voldoende zyn om van den krachtigsten man en van de gezondste en lieftalligste vrouw ontaarde wezens te maken, die slapen en droomen, terwyi zy wakker heeten, en dikwijls een ellondigen dood sterven.' Ten derde bevat de aflevering een opstel over het onderzoek van de tjandoe en tikee der opium pachters op Java, door prof. W. Stoeder, als mede mededeelingen uit bet buitenland, en ten slotte het verslag van den Anti-Opiumbond over 1892-'93. Ingevolge kon. besluit worden Hr. Ms. pantserschip „Schorpioen" en Hr. Ms. monitors „Bloedhond" en „Cerberus", mot 1 Nov. a.s. uit den dienst gesteld en do commandeeronde officieren van die schepen, de kapt. ter zee J. Dalen en de kapt.-luits. ter zee A. F. J. Frackers en W. A. Buytendyk, met dien datum eervol van het door hen gevoerde bevel ontheven. Gemengd Nieuws. Voor eenige dagen zyn by den landbouwer J. Koning, nab'j de nieuwe brug te Haarlemmermeer, ontvreemd eene borst van een paardentuig en een paar kruisteugels; dezo voorwerpen zyn des nachts door L. Gedaan, bygenaamd „Bokkie", by een paar landbouwers te koop gepresenteerd, voorge vende dat hy die in Haarlem had gekocht. Deze landbouwers wilden niet koopen, maar P. B. Van den Ban, aan den Spaarnwouderweg, heeft ze wel gekocht, by wien die voorwerpen door den veldwachter Meyer zyn in-beslag- genomen De bestolene heeft dat tuig en die leidsels voor de zyne herkend, terwyl Gedaan reeds bekend heeft ze aan Van den Ban verkocht te hebben, aldaar ook voorgevende dat hy ze van een onbekend persoon in Haarlem had gekocht. Ter aanvulling van het bericht over de mazelen te Aarlanderveen schryft men ons van daar het volgende: Opmerkelijk is het, dat men alhier den loop dier ziekto duidelyk kan nagaan. Toen in het naburige Nieuwkoop en de Lagezyde van ons dorp de mazelen nogal sterk heerschten, was het dorp zelf lang bevryd gebleven. De eerste gevallen deden zich voor in het gezin van een groentenboer, die wekelijks eenige keeren op eerstgenoemd dorp komt en bij een leerling, die do school aan de Lage Zyde bezoekt. Vervolgens breidde de ziekte zich aanmerkeiyk uit en ontvolkte gedeelteiyk de Kath. en de Chr. school, terwyl de openbare school er tot nog toe van bevryd bleef, en nam langzamerhand weer af, zoodat men van weinig gevallen meer hoorde. Plotseling ver hief zy weder het hoofd. Opmerkelyk is weder, dat, nadat de hulponderwijzer der Chr. school van kosthuis verwisselde by het uitbreken der ziekte, om niet voor eenige weken werke loos te zyn, eveneens een kind mazelen kreeg in dat gezin, waar hy tydeiyk vertoefde. In zyne klasse moeten zo nu het sterkst woeden en is slechts ongeveer een derde der leerlingen aanwezig. Een treurig ongeluk had gister morgen plaats onder de gemeente Bleiswyk, aan den Binnenwegschen molen, bewoond door A. Molenaar, by wien A. Gorissen is ingetrouwd. Het zevenjarig zoontje van laatstgenoemde kwam in aanraking met het onderwiel in den bak van den molen, met het gevolg dat zyn hoofd werd verbryzeld. De laatst benoemde ryksveld- wachter-jachtopzioner ter standplaats Alke made, A. H. P. J. Bodaan, van 's Gravenhago, zal, naar men verneemt, gestationneerd worden in de gemeente Haarlemmermeer, terwyl de ryksveldwachter-jachtopziener M. Koning, al daar, ter zyner vervanging zich te Alkemade plaatst. Naar men verneemt, bestaat het plan dezen winter in hot nieuwe gebouw van den „Dierentuin" te 's Gravonhage eene ry wiel tentoonstelling te organiseeren. Eenige feestelijkheden zouden er aan verbonden worden. Do Chrysanthemums gaan overal f.:n£ vooruit. Voor eene goede week hadden ze nog maar knopjes ter grootte van erwten, doch nu zyn dje meerendeols reeds zooveel gezwollen, cat men eiken dag kan verwach ten ze epen te zien springen. Hier en daar komt trouwens al een kleurtje voor den dag. Goed luchten is nu de boodschap, anders krygen ze licht last van gele bladeren en dit ontsiert de schoonste planten. Het vochtige weer der laatste weken heeft hun toch al kwaad gedaan. Do Chrysanthemums zullen vormoedelyk oen dag of wat eer in bloei zyn dan vorige jaren. {Srrnp Vrouw S., te Delft, uit wekken gaande, geraakte te water en hoewel nogl levend opgehaald, bezweek zy eenige 002 en- blikken later. Zy was bijziende. De studenten-ryjool werd gis- teren to Amsterdam tamelyk eenvoudig ge vierd. Gisternacht wist in „Artis"to Amsterdam een groote bruine beer te komen in het hok van zyne buurvrouw, de ysberin. Een verwoed gevecht ontstond en daarby bekwam do aanvaller erge wonden, terwijl de ysberin er het leven by inschoot. Eon kind inbrand. Gis torna middag om halfvyf werd de brandweer te Amsterdam gealarmeerd voor een ongeval in de Batavierstraat. Toen zy ter plaatse verscheen, vond zy eene groote menigte menschon voor het huis verzameld. Er bleek dat een kind door het spelen met vuur in brand was geraakt. De kleine was geheel alleen thuis. Op het angstgeschreeuw snolden de buren toe en het gelukte hun de vlam mende kleeren te dooven. Het kind was echter deeriyk verwond. Per brancard werd het naar hoi gasthuis vervoerd. Hot lyk van den op den Amstor damschen straatweg buiten Naarden door de Gooische stoomtram overreden landbouwer Jaap Van Eedan is, ingevolge eene togen den machinist ingediende klacht, tor gerechtelijke schouwing naar Amsterdam vervoerd. Te Wilp (Fr.) heeft het volgende geval plaats gehad. Eene bejaarde vrouw, die1 voor de vierde maal was gehuwd on geen vyandin van Schiedam, maakte haren man- het leven in huis zóó onverdraaglyk, dat hy* zune woning verliet. Hy ging nu naar den. notaris, om don inboedel en hot voo publiek te verkoopen. Op den bepaalden tijd was de notaris present, maar alle deuren en vensters' van hot huis waren gesloten. Het opgekomen publiek was hiermede niet tevreden, en ver schafte zich door een der deuren open te breken toegang tot de woning, waarin zicb de vrouw, hare dochter en haar schoonzoon be vonden. De notaris maakte zich uit de voeten en nu nam een persoon uit het publiek zynt functie waar, terwyl zich een ander persoon als klerk aanbood. Do goederon werden nu onder gejuich tegen hooge pryzen verkocht, zoodat de man een aardig duitje in dc-n zak kreeg, en zyne echtgenoote mot dochter en schoonzoon in het ledige huis achterbleven. Roman van E. KOOPMANS VAN BOEKEKEN. 7.) En was dTe vader nu onbemiddeld, maar hoeveel boerenplaatsen heeft papa niet in Friesland!!... Vaderlief! zegt ge, geef my voor C-én keer een3 een percent of vjjf van de pachtsom, die u jaarlyks beurt; en ik ben gered. Of noen, zooveel hebt ge nog niet eens noodig! Lieve vredo! 't is immers voorzoo'n ril kon dominee maar een bagatelEn nu ja, nu weet ik welde innig vrome man zal de zaak niet uit een finantiëel, maar uit een zedeiyk oogpunt beschouwen en zich te meer ergeren, omdat hjj ais predikant op reinheid van wandel by de gemeente moet aandrin genZeker, mynheer de zoon heeft het wel een beetje bont gemaakt. Maar vader is toch zelf ook student geweest, hy kont dus de wereld, de macht der verleiding en by slot van rekening komt de heele historie In orde, en er kraait geen haan naar. Om dat gekraai' te voorkomen, raad ik U vooral ook met spoed te werk te gaan, want ik zou natuur- lyk zeer ongaarne er toe overgaan zelf met Uw vader te spreken, en dat zal ik toch moeten doen-ja, en mynheer Heivoort ook, ais we binnen een paar dagen ons geld niet hebben." »'t Zal u niet veel baten," verzekerde Floris op doffen toon„ge krygt een gruweiyk standje en anders niemendal." „Dat voorzie ik ook," bevestigde Rafels op kalmen, onverschilligen toon„we krygen eerst de volle laag, een boetpredikatie met aankondiging der ons toekomende tormen- tatiSn, tydelyke en eeuwige, en dat neem ik, voor my, zyneerwaaido niet kwalyk; by raast en tiert, om zoo te zeggen, ambtshalve. Dat gebulder zal ik dan ook wel doorstaan en te boven komen. Uw vader evenwel is een veel te wys en verstandig man, om niet spoedig water in zyn wyn te doen, ten einde grootere ellende te voorkomen." „Grootere ellende?" stamolde Floris, met kwalyk verborgen angst.' „Ja, veel grootere ellende. U kent wel de Serpent?" „Dat vuile blaadje?" „Precies. Heivoort heeft eén stuk gereed liggen, erg pikant cn personeel, waarin Uw nachteiyke expedities met geuren en kleuren beschreven worden 1 't Is zoo allerakeligst duidelyk, dat iedereen terstond den student Streefland herkont." „Vervloekte valschaard I" mompelde Flora met gebalde vuisten. „Heel genereus is zeker de handeliog van den heer Heivoort niet. Neen, wat my be treft, ik denk niet aan eenige wraakoefening, neen, hoegenaaamd niet. Beur ik mqn geld niet vóór Vrydag, dan zal ik de zaak heel eenvoudig Mr. Van Schroeven in handen geven.Maar daar zal het niet toe komen. Warempel niet!" „Nu, ik zal zien!" fluisterde de rampzalige jongeling, terwyl hy zich het klamme zweet can 't voorhoofd wischte. Rafels stond op. De glimlach, die by 't laatste gedeelte van 't gosprek een poosje verflauwd, ja voor een oogenblik geheel ver dwenen was, keerde nu in al haar valsche lieflykhoid terug. „Nu, myn boste heer Streef land 1" was hot weer, „nu bedank ik U wel voor Uw beleefde ontvangst. U weet nu, waar het op staat! Trek U nu, wat ik U bidden mag, do zaken maar niet te veel aangeloof mydat been komt wel weer in 't lid. „Bon- soir, mynheer! hou Uw gemak; ik zal my- zelf wel uitlaten. Uw dienaar, mynheer Streefland!" s Toen Oerlof Rafels vertrokken was, stond Floris een oogenblik in stomme vertwyfeling by de tafel. Eensklaps richtte hy het hoofd op, drukte de hand tegen 't voorhoofd en zei halfluid: „O, myn Godl Ik weet geen raad!De ellende is niet te overzien! O moedor 1 De ongelukkige laat zich neervallen op zyn armstoel. „Neen", zoo mompelt hy weer, „neen, vader redt myn leven niet en al doet hy 't, wat zal't voor een leven zyn? Vergeven doet hy 't nooit.nooit I Als ik leven biyf, dan toch voor altyd beladen met 's vaders toorn met zyn vloek1" En weer opspringende van den stoel, fluis tert de rampzalige jongeling: „VervloektI Ik maak er een eind aan.O, Godl..." Weer ging Floris aan zyne schryftafel zitten, groep een pen en schreef op het eerste blad papier het beste, dat hem in handen kwam, de volgende regels „Waarde vadert 'k Aanvaard de groote reis. Mocht gy my dit vergeven, gelyk ik hoop en bid, dat God het mij vergeven zal. Vaarwel! Floris." Dit papier vouwdo hy op, sloot het in een couvert en schreef als adres: Ds. Streefland, in handen. Na den brief verzegeld te hebben, legde Floris dien midden op de tafel, daar naast zyn horloge, portomonnaie en een ring met diamant. Voorts ruimde by alle boeken en papieren van de tafel weg, zoodat de brief met genoemde voorwerpen terstond in 't oog moesten vallen. Hierop draaide Floris do gaslamp uit en ging langzaam naar beneden. Onder 't afsty- gen van de trap trachtte hy zyn gelaat in kalme plooi te brengen, opdat Mina niets aan hem bemerken mocht. Wel kon hy regel recht de voordeur uitgaan, zonder Mina te zien, maar hy wensche een laatsten blik te werpen op het portret zyner moeder in de huiskamer. Hy trad daar dus nog even binnen, en onder voorwendsel iets op den schoor steenmantel te zoeken, staarde hy eenige oogenblikken op dat schoone, zoo lieflyke beeld. Daarna stapte hy met een heel gewoon goeden avond 1 do kamer en terstond daarna de voordeur uit. Weer had Mina opgemerkt, dat de jonge meneer er zoo vreeselyk bleek en ontdaan uitzag, en ook nu had zy dit aan het bezoek van Rafels toegeschreven, waarby zy evenwel loch niet kon ontkennen, dat de arme jongen reeds een verwilderd en somber voorkomen had, toon zy kwam om den man uit het café aan te dienen. Vierde Hooldstus. Was er niets tusschen Flotis en Mina'. Neen, nietsten minste nu ja, maar zoo ver zyn we nog niet. Neen, er was niets. Floris vond Miin» v.cJ mooi en bevallig, maar verliefd op haar was hy nooit geweest en nimmer was 't by hom opgekomen zich tegenovor haar eenige galante scherts of zydelingsche hofmakery to veroor loven. Trouwens, van den dag barer komst in zyns vaders huis afaan had Floris ter stond den indruk gekregen, dat Mina van dergelyke aardigheden volstrekt niet gediend was. En hierin vergiste hy zich niot. Wel was echter onze student zeer beleefd jegens het dienstmeisje, maar ook al weor niet zóó, dat daarop aanmerking zou kunnen gemaakt worden. En Mina van haar kant? Nu, wat zal ik zeggen? Althans niet zoo terstond en op zoo stelligen toon, dat er niets was. Be minde zy dan den knappen, vriondelykeo jongeling? Dat durf ik nog zoo ronduit niet vorklaren, vooral niet, omdat zyzelve 't niet zou durven. Maar al had zy 't voor zichzelvo nog niet willen bekennen, er was wol iets. Op den bodem van Mina's hart sluimerde een teeder gevoel, en dat gevoel behoefde slechts wakker gemaakt te worden en 't zou blyken dat het liefde was, oprechte liefde voor Floris Streefland. En liet oogenblik van 't ontwaken was nu naby. (Wordl vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1893 | | pagina 1