N°. 10296 I>oiicler<laj2 14 September. A0.1G33 Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Tweede Blad. F'eullleton. LEIDSCH DAGBLAD. PRIJS DEZER COURANT: Toor Leiden per 3 maandenf 1.10. Franco per post1.40. Afzonderlijke Kommers^l0.05. PRIJS DER ADVERTENTIÈN: Van 1—6 regels f 1.05. Iedere regel meer/"0.17J. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incassoeren buiten de stad wordt fO.Oö berekend. Leiden, 13 September. Het sevende der acht zomerconcerten werd gisteravond in „Zomerzorg" gegeven tloor het gemeentelijk muziekcorps van Haar lem, onder directie van den luitenant-directeur ■den heer Ch. P. W. Kriens. Evenals do zes voorgaande muziekuitvoe ringen voldeed ook deze uitstekend, en ook de opkomst was goed, al deed de temperatuur volstrekt niet meer aan den zomer denken. Met het oog daarop zal, naar wij vernamen, ■dit concert het laatste geweest zijn dat in de open lucht gegeven is, en zal het volgende, due het laatste, verder in het seizoen plaats hebben in de zaal van „Zomerzorg". Het muziekcorps zal zich alsdan tevens als symphonic-orkest doen hooren. Hedenmiddag ontvingen wy per Neder- landsche mail, via Marseille, de Indische bladen van 12 tot en met 15 Augustus. Uit de daarbij gaande .Celebes Courant" van 4 Augustus zien wij dat onze vroegere stadgenoot de heer H. IV. Bosman, thans te Macassar, benoemd is tot adjunct-inspecteur bi) het Inlandsch onderwijs in de 3de afdeeling. Voor de vrijwillige oefening in den wapenhandel heeft zich in de gemeente Zoeter- woude slechts één persoon aangemeld, wonende in het gedeelte der gemeente by Leiden ge legen. Te Warmond bedraagt het aantal inge schrevenen voor de nationale militie, lichting 1894, twaalf. Voor de vrijwillige oefening in den wapen handel bebben zich aldaar zeven jongelieden opgegeven. Een zeldzaam grootsch militair schouw spel zal op Donderdag 21 dezer op het Malie veld te 's-Gravenhage plaats hebben bij ge legenheid van de uitreiking van nieuwe vaandels en standaards aan de verschillende regimenten infanterie en cavalerie, hetgeen door H.M. Koningin Wilhelmina persoonlijk zal geschieden. Door elk der regimenten infanterie worden detachementen geleverd ter sterkte van hon derd onderofficieren en minderen met de noodige officieren, terwijl de regimenten cava lerie daartoe detachementen van 50 ruiters nullen verstrekken. Het regiment grenadiers en jagers, de ■eskadrons van het 3do regiment huzaren en de batterijen van het 2do regiment veld-artillerie, dn de residentie verblijf houdende, zullen in hun geheel aan de plechtigheid deelnemen. Ook de stafmuziekcorpsen van het 4de en 7de regiment infanterie respectievelijk in garnizoen te Leiden en te Amsterdam zullen tot dat doel overkomen. De minister van oorlog en alle luitenant- generaals en generaals-majoor van het leger verschijnen te paard. Bg de uitreiking zal de carré-formatie worden aangenomen. Het regiment grenadiers en jagers formeert eene der flanken, de detache menten van de regimenten infanterie de middenflank en de huzaren, waarachter de veld-artillerie, de andere flank. De opstelling heeft plaats in massa. Alle niet ingedeelde bereden hoofd- en subalterne officieren plaatsen zich achter de generaals aan de eene zijde van Hare Majesteit en gevolg, terwijl aan de andere zyde de Biet-bereden officieren worden opgesteld. Na afloop der plechtigheid zullen de troepen voor Hare Majesteit dtfileeren. Tentoonstelling van rozen. Op de „wereldtentoonstelling" te Antwerpen in 1894 te houden is de inrichting der wed strijden van rozen en rozelaars toevertrouwd aan den Bozenkring Cercle dee Rosiéristcs) van Antwerpen. De wedstrijd van rozelaars zal open zijn van Mei tot November, die van afgesneden rozen in 't eind van Juni 1894. Alle liefhebbers, bloemisten, rozenkweekers en maatschappijen van alle landen worden toegelaten deel te nemen aan dezen wedstrijd. De plaatsruimte wordt kosteloos vergund. Voor afgesneden rozen moeten de kassen, flescbje8, 't moe, enz. door de inzenders ge leverd worden. Gedurende de tentoenstelling van afgesne den rozen zal er een Rozencovgree gehouden worden. Inlichtingen geeft de heer J. B. Lenaerts, voorzitter van den Rozenkring, Vestingstraat No. 80, te Antwerpen. .emengd Nleuwa. In het schouwburglokaal „Von- delhoven" zal blijkens advertentie in dit blad wederom eene dameskapel optreden, en wel eene Oostenryksche. Afgaande op recensies in verschillende bladen, is deze kapel in staat zeer veel kunstgenot te verschaffen. Voor weinig geld kan men er eenige hoogst genoeglyke uren doorbrengen. Op de paardenmarkt, gisteren te Valkenburg gehouden, waren 500 a 600 exemplaren aan de lyn, waaronder 60 veulens en hitten. Handel traag, prijzen laag. Behoudens enkele uitzonderingen werden er geen vreemde kooplieden opgemerkt. Sedert geruimen tyd werden by het regiment grenadiers en jagers, ten nadeele der onderofficieren, goederen ontvreemd, als schako's, koppels, bottines, enz., zonder dat bet mocht gelukken den dader of de daders op het spoor te komen. Het liep zoo ver, dat een onderofficier der grenadiers, die zijne buiten model schako miste, eene nieuwe kocht en dat ook deze den volgenden dag weer ver dwenen was. Jl. Zondag misten weder een paar onderofficieren schako en koppel en een nauwkeurig door hen ingesteld onderzoek bracht aan het licht dat zekere tamboer S. met zoodanige voorwerpen te koop had ge- loopen. Deze tamboer is nu voortvluchtig en wordt als vermoedelijke dader der diefstallen opgespoord. Eene dienstbode, die by eene familie te 's-Gravenhage haar 25-jarig dienst- jubilé vierde, ontving van baren meester een gouden bril en een bankje van f 100. Het ongeluk te Utrecht. O f- schoon het „Utrechtsch Dagblad" de mede- deeling tegenspreekt, dat de justitie een onder zoek zal doen instellen naar de oorzaak van het treurig einde van den heer Dolman, meent de Utrechtsche correspondent van de „Tel." zyn bericht te kunnen handhaven. Dat de publieke opinie een ernstig onderzoek wenscht, valt niet te loochenen. Reeds by de vulling bleek dat de luchtballon op ver schillende plaatsen scheuren vertoonde, welke inderhaast werden hersteld. De mand is klein van afmeting en daaren boven versleten, geheel ODgeschikt voor het vervoer van een passagier van zwaren lichaams bouw. Toen het den kapitein by de eerste poging tot opstyging was gebleken, dat de ballon niet omhoogging, in aanmerking genomen het ruwe weder en de onmiddellyke nabyheid van huizen, had de heer Leon Mary, zegt de correspon dent, voorzichtiger gehandeld geen passagier mede te nemen. De heer D. hoeft, volgens ooggetuigen, ge tracht op het plat van een dak uit den ballon te klimmen, wat mislukte, en is vervolgens er uit geslingerd met het bekende noodlottige gevolg, dat hy van eene hoogte van circa 15 meter ter aarde viel. Onmiddeliyk nadat de heer D., die nog steeds niet tot bewustzyn was gekomen, in de operatiezaal van het Diakonessenhuis was gebracht, werd met het onderzoek aan gevangen. Het zou helaas blyken, dat niet alleen deeene arm geheel en al was verminkt en gekneusd, maar dat ook de ruggegraat en de schouder bladen op verschillende plaatsen waren ge broken. Tydens het onderzoek bemerkte prof. Winkler, hoe de polsslag steeds verzwakte. En nauwelyks een kwartier na zyne opneming, blies de verwonde den laatsten adem uit. Hy is niet moer dan één enkel moment by kennis geweest. Hy uitte toen met nauw hoorbaar geluid de woorden „moe" en „water." Men reikte hem een dronk water, maar reeds was de lyder te zwak, om nog te kunnen slikken. Vreeselyk was de droefheid van de echt- genoote en de kinderen van den overledene, by het vernemen van dit ongeval. Vreeselijk ook de consternatie, welke de tyding in de geheele stad teweegbracht. Deze dood was te tragisch, de tegenstelling van dien flink gebouwden 40 jarigen man, die kort te voren zoo luchthartig op den rand van het schuitje het publiek toewuifde, en dat bleeke, ziel- toogende gelaat een kwartier daarna, al te ontzettend 1 Des avonds werden de familieleden by het stoffeiyk overschot toegelaten, om den over ledene een laatsten groet te brengen. De „Utr. Ct." deelt mede dat met het gerecbteiyk onderzoek reeds een aanvang is gemaakt. De officier van justitie by de rechtbank te Amsterdam heeft gedagvaard den heer G. Van Deth om den 22sten dezer terecht te staan wegens het schryven der bekende brochure tegen den heer Van 'tLin- denhout, met het oogmerk om dezen te be- leedigen door hem te noemen en te qualificeeren „als gewetenlooze weezenbeul, leugenaar, huichelaar, schurk, menschenbedrieger, enz." Als getuigen en deskundigen zyn gedagvaard de heeron J. Van 't Lindenhout, directeur van NeerboschJ. Hoekstra, directeur der drukkery „Excelsior"; B. Van der Land, boekhandelaar, Kalverstraat te Amsterdam, en F. W. Egeling, boekhandelaar, Singel, aldaar. Dinsdag was te Gemert dege- meenteraad vergaderd, om de nieuwgekozen raadsleden plechtig in hun ambt te bevestigen, toen eensklaps de heer Jacobs door eene be roerte werd getroffen en staande de zitting dood bleef. De overledene, een algemeen zeer geacht man, was gedurende vier en twintig jaren wethouder geweest. "Op geseheiden wegen. 18.) Het was beo een raadsel, wat op zulk een gevrichtigen dag als heden, de dames in het dorp'te verrichten konden hebben, zelfs niet eens begeleid door een bediende, wat toch anders volstrekt niet strookte met de gewoonte van de trotsche barones. Dit moest eene gewichtige oorzaak hebben en stond wellicht in verband met zyn beschermeling, dien zyne vijandin ergens een strik kon span nen. Zoo, in zickzelven myinerend en beraad slagend, schreed de oude heer steeds haastiger voort, drukte in gedachte den hoed steeds dieper op het hoofd en reeds had hy in het dorp het hek van de pastorie bereikt, toen gedempte stemmen zyn oor troffen, waarop hy, zich ijlings in een hoek vorschuilend, staan bleef. Nauwelyks twintig schreden van Born verwijderd, stonden de door hem gezochten en voor haar een man, met wien de barones in gesprek was; de man met ontbloot hoofd en in onderdanige houding, zy daarentegen opgewonden e.u op haro gewone heftige wyzo sprekend, terwijl freule Aslrea aanlretondor- houd geen deel scheen te nemen. Maar de schrik sloeg den ouden heer om het hart, toen de vreemde man op een gegeven oogen- blik het hoofd zywaarts wendde en hy by het echynsel eener lantaarn zyne gelaats trekken onderscheidde. Het was een oude bekende, dien hy voor zich zag, een beruchte kerel, oen landlooper en strooper, dien geen mensch in het dorp meer onder zyn dak wilde hebben. Zyn voor naam was Peter en jaren geleden was hy korten tijd knecht geweest in het huis op de hoogte, waar hy zich aan de grofste •oneeriykheden had schuldig gemaakt. En met zulk een wezen kon de hoogmoedige berones op den open w«g sprekenwellicht zelfs had ze hem opgezocht en tot dat doel het avonduur benuttigd 1 De oude heer was niet vreesachtig van aard en verloor ook niet zoo spoedig zyne tegenwoordigheid van geest; maar hier ver moedde hy, dat het zyn beschermeling gel den moest en voor dezen begon hy zich beangst te maken. Zoo het eens een aaDslag op Arnolds leven was, dat die twee daar le bekonkelen hadden, zoo de wraakgierige, trotscho vrouw eens een moord beraamde? De oudo heer had gsene gelegenheid deze gedachten verder uit te .werken, want de landlooper was plotseling verdwenen en hy moest zich yiings in zyn hoekje terugtrekken, wilde hy niet opgemerkt worden door de beide dames, die hem nu bykans rakelings passeerden. „Vertrouw maar gerust op my, wy be reiken ons doel", hoorde hij de barones zeggen. Deze woorden deden eensklaps eon plan by den oude rypen, dat hy reeds in de eerst volgende dagon ten uitvoer dacht te brengen, maar zonder dat Arnold er nu noch ooit iets van vermoeden zou. In diep nadenken ver zonken keerde hy naar het huis op de hoogte terug en was bij het souper nog stiller dan de jonge erfgenaam zelf. Den volgenden morgen stond het rytuig, dat bmid en bruidegom naar het gemeente huis zou ryden, reeds geruimen tyd te wach ten, toen eindelyk moedor en dochter, zwaar gesluferd, verschenen. Astroa stapte zóó vlug en behendig in, dat Arnold ternauwernood haar de behulpzame hand kon reiken. Hy nam tegenover haar beiden plaats en had een gevoel, als zat hy tegen over twee bronzen standbeelden. Wanneer hy iets zeide, werd het kortaf met een „ja" of „neen" beantwoord, zoodat hy, de poging om een gesprek aan te knoopen alras opge vend, het zwijgen bewaarde en even onbe- weeglyk bleef als de dames. Maar niettegen staande dat was hy volstrekt niet ontmoe digd; zyne hoop op de toekomst werd niot aan het wankelen gebracht. Hy had innig medelyden met haar, die hem boven alles lief was, en die, volgens zyn idéé, bet meest onder den drang dor omstandigheden gebukt moest gaan. Trots den dichten sluier meende hy fo bemerken, hoe bleek haar schoon gelaat was, hoe dof hare anders zoo glinsterende oogen stonden. Klaar en duidelyk was het hem,dat zy in stilte meer loed dan hy, en daarom durfde hy haar in het byzyin der tirannizee- rende moeder niet aanspreken, uit vrees, dat zy om zynentwilie ook daarover nog verwyten zou moeten hooren. Dus, gelaten in zyn lot, stond de bruidegom naast de bruid op het bureau van den bur- gerlyken stand en ook op den terugrit deed hy zichzelven geweld aan oin het zwygea to bewaren. Een schier medolydends glimlach plooide zyne lippen, toen by het uitstijgen do barones hem zóó handig opzyde wist te dringen, dat hy Astrea by het verlaten van het rytuig de hand niet reiken kon. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1893 | | pagina 5