N«. 10293 Maandag 11 September. A0.1893. Eerste Blad. Zwakke bccudcren door zwakke voeding. (Courant wordj dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Leideu, 9 September. F1 eullleton. Op gescheiden wegen. PRIJS DEZER COURANT: Voor Leiden per 3 maanden1.10. Franco per post1.40. Afzonderlijke Nommers0.05. Het droge weer van den gepasseerden zomer heeft heelwat op zyne rekening en o. a. ook eene ziekelijke aandoening der beenderen bü sommige runderen; tenminste, dat is het gevoelen van een schrijver in het „Land und Forstwirtbschaftliches Vereins- blatt von Hildesheim". De man zegt: Nadat het klauwzeer ook onze streek bezocht had, vertoonde zich in 't voorjaar in Tbüringen op beduidende schaal eene beenziekte onder het vee, welke nog meer schade aanbracht dan het klauwzeer had gedaan. Aanvankelijk was de ziekte nauwelijks te herkennen. De beesten aten vry goed, doch namen af in 't vleesch; de melkproductie werd minder, het haar stroef en de huid soms hard. Later trad eene sooit van verlamming in, welke meestal bij één been begon, zich weldra over de andere ledematen uitbreidde en ten slotte de dieren zóó aangreep, dat ze niet meer alleen konden oprijzen. In enkele gevallen ontstonden er gewrichtsaandoeningen, die echter bij doolmatige behandeling weder ver dwenen. Was de ziekte dermate gevorderd, dat de beesten niet meer rijzen konden, dan werden ze afgemaakt en voor ongeveer de helft der waarde aan den eigenaar betaald. Na de opening bleek dat de beenderen met gemak met een mes te doorsteken waren en dat zich soms ook beenbreuken vooraeden. Maar van ontsteking was dan in den regel geen sprake. Het vleesch was wel mager, maar toch normaal, en vond begeerige koopers, tegen gemiddeld 12 a 24 centen het pond of hot halve kilogram. Op sommige plaatsen werden tien koeien tegelijk geslacht. Behalve de dieren, welke geslacht moesten worden, was er nog een groot aantal ziek, dat er toch nog weer bovenop kwam. Maar desniettegenstaande was hier ook sprake van een groot verlies, want het vee werd mager en gaf zeer weinig melk; het ^al dus een geruimen tijd duren eer het weer den ouden dienst bewijst. Meestal waren het koeien van 5 tot 8 jaar, hoog- dragende of frischmelkte, die door de ziekte aangetast werden, en vooral ook zij, die nog niet geheel op haar verhaal waren van het mond- en klauwzeer van het vorige jaar. En niet alleen by runderen, maar ook bij geiten vertoonde zich het kwaad. De oorzaak er van meent men te moeten zoeken in eene on voldoende voeding der beenderen met phos phorzure kalk. Treedt de ziekte by één individu op, dan wordt zy veroorzaakt door eene of andere abnormaliteit in de spysverteriDgswerktuigen, waardoor de verwerking van het mineralische voedsel niet naar behooren plaats heeft. Dat komt nu en dan nogal eens voor, vooral b\j jong vee, en men zou dan kunnen spreken van eene lammer-, kalver- en veulenlamheid en bij varkens van beenweekheid. Zelfs by menschen treffen we iets van dien aard aan, nl. de zoogenaamde Engelsche ziokte. Treedt echter do ziekte epidemisch op, dan mag men er toe besluiten dat het voeder in samenstelling te wenschen overlaat, met name, dat het te weinig phosphorzure kalk bevat. Dat gebrek of tekort in het voeder kan veroorzaakt worden door den toestand van den grond, maar ook door den invloed van het weer op het gewas. De ondervinding leert dat in droge zomers het voeder minder phoshorzure kalk bevat dan gewoonlijk en dat beenziekte dan het meest voorkomt. In zekere mate kan eene phosphaatbemesting der landerijen het euvel voorkomen, hoewel, gaat de schrijver voort, de grond er nu niet de oorzaak van kan zyn, want de ziekte is hier sedert 20 jaren niet epidemisch geweest. Nadat de beesten eenige phosphorzure kalk gebruikten, breidde de ziekte zich niet uit, maar van genezing by aangetaste dieren was zoo goed als geen sprake; trouwens, er is ook weinig van te verwachten, want de ziekte wordt eerst dan opgemerkt, als het vee al te zeer onder haren invloed is. En al herstellen de dieren, dan nog zyn ze in hun voedings toestand zóó achteruitgegaan, dat slachten te verkiezen is boven eene zeer kostbare herstelling. Eene krachtige voeding met betrekkelijk veel phosphorzure zouten bevattende stoffen zemelen, graan, enz. is zeer aan te bevelen. Zuur hooi en veel waterhoudend voer, zooals aardappelen, schlempe, enz., is af te keuren. Aanbeveling in dezen verdienen eene goede huidverpleging en veel vrye beweging. Daar het te verwachten is dat het hooi van dit jaar niet te veel phosphorzure kalk zal bevatten, is een gebruik van krachtvoer zeer aan te bevelen. Door eene geringe koste kan men wellicht groote onheilen voorkomen. Voor f 1.20 a ƒ1,80 kan men genoeg phos phorzure kalk voor óón stuk groot vee per jaar bekomen. Het gebruik van die kalk door het vee schynt zeer gunstig op den algemeenen welstand van het lichaam te werken. Onze moderne voederingsleer schrijft wel voor hoeveel eiwit, vet en stikstof vrye stoffen in het voeder moeten voorkomen, maar legt te weinig gewicht op de minerale stoffen. Tot zoover de schrijverBy ons ligt een blaadje druks van Boeke Huidekoper, uit Groningen, waar boven staat „Phosphorzure kalk als veevoeder", benevens deze vraag „Waarom moet een verstandig landbouwer zyn vee met phosphorzure kalk voederen Daarop lezen we: „Slechts alleen, wanneer er geen gebrek aan beenvormend matei iaal in het voedsel is, kan men van eene rationeele voede ring spreken. Waar toch zou men vleesch en vet willen aanbrengen, wanneer niet een behoorlyk beenö>8rste^se^ daarvoor den noodigen steun bood? ^En daarbij is het toch een feit, dat in veel Jö^elyk toegemeten voederrantsoenen de eigenlyke beenvormende stof, de phosphor zure kalk., in gt>.'*Jngere hoeveelheden aanwezig is dan voor de beenvorming vereischt wordt. Daarom is ae directs i?jj menging van phosphor zure kalk o^nder het yoeder een algemeen gebruik in ixiitschland gêWorden. De phos phorzure kalk g eeft men het beste aan rund vee, schapen, varkens en gevogelte, vermengd met natte zemelen of meel. Aan paarden geeft men het ondier de vochtig gemaakte haver. Dagelijkscb rantsoerf; een volwassen paard 15 30 Gram per dag; id. rund 25 40 Gr.; een mestos 40 50 Gr.een volwassen schaap 10 20 Gr.id. varken 1020 Gr.een veulen of kalf 8 15 Gr.; eon lam of big 3—0 Gr. Vijftig kilo kostten in 1889 8.70." Kudclstaart. G. Dros. - Uit het verslag der gemeente Leiden, waaruit we nog eenige bijzonderheden zullen laten volgen, blijkt dat gedurende 1892 ten raadhuize werden aangegeven als aangetast door: Pokken 1 persoon, die herstelde; diph- theritis 14, waarvan 2 overledengeene perso nen aan roodvonk; typhus en febns typhoidea 12 personen, waarvan 3 overleden; mazelen 113, overleden 5. Geene besmettelijke ziekten werden epidemisch verklaard. In den toestand der begraafplaatsen is geene verandering gekomen. Het aantal lijken, op elke begraafplaats in 1892 begraven, isalgem. begraafplaats geene; afdeeling voor de Israëlieten 3; begraafplaats aan de Groenesteeg 54, aan de voorm. Mare- poort 265, aan de voorm. Heerenpoort 554; R.-K. begraafplaats 319; totaal 1195. In 1892 werden in het ziekenhuis voor de gemeente (bijdrage f 0 75 per dag en per per soon) opgenomen 171 personen, tegen 227 in 1891, waarvan 31 overleden; hst aantal vor- pleegdagen bedroeg 6710, tegen 7494 in 1891. In het voormalig Caecilia gasthuis zijn eenige lokalen ingericht voor tijdelijke bewaring van krankzinnigen, wier verpleging aan huis on mogelijk is en wol gedurende enkele dagen, totdat zij naar een gesticht kunnon worden overgebracht. Van deze lokalen is, evenals in vorige jaren, enkele malen gebruik gemaakt, in dringend noodige gevallen. Op 1 Januari 1893 werden in de genees kundige gestichten voor krankzinnigen, voor rekening der gemeente, verpleegdto Delft 31, Medemblik 10, 's-Hertogenbosch 1, Coude- water 13, Ermeloo, gesticht Veldwijk, 2, ge sticht Voorburg te Vucht 2, gesticht Bloe- mendaal te Loosduicen 4. Samen 63. Do levering der geneesmiddelen voor de armen, met inbegrip der benoodigdheden tot verdere gereedmaking dier geneesmiddelen aan -h FKIJS DEK ADVERTENTIÊN: Vin 16 regelt 1.05. Iedere regel meer 0.17 J. Grootere letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten do stad wordt ƒ0.05 bergend. de Stads apotheek en geleverde breukbanden, enz. bedroeg ƒ0919.08, alsmede voor gehouden lijkschouwingen f 32. Aantal gereedgemaakte recepten: 30751 in 1891; 31997 in 1892. De inkomsten, voortvloeiende uit de leverantie aan onderscheidene instellingen van liefdadig heid vanwege de Gemeente-apotheek, bedroegen ƒ741.755; de uitgaven voor de geheele in richting ƒ7163.08. In 1892 worden gevaccineerd 1079 arme en behoeftige personen, waarvan 89 beneden 1 jaar en 990 er boven. In het geheel werden gevaccineerd 1576 personen, waarvan 163 be neden 1 jaar, 627 van 13 jaren, 476 van 3 6 jaren, 54 van 6 12 jaren en 256 boven 12 jaren. De vaccinatiën van de bohoeftigen haddon plaats in het Park Vaccinogène in het Eiisa- bethshof. De commissie is werkzaam geweest van 2 Maart tot 8 Augustus en van 14 Sep tember tot 31 October. In het personeel der bedienden is geene verandering gekomen. Er ztfn 20 kalveren ingeönt, waarvan 19 met gunstig en 1 me* ongonstig gevolg, veroor zaakt door diarrhee. Er is gelegenheid gegeven tot inénting ge durende 21 zittingen tegen betaling van 1 en gedurende 26 zittingen voor kostelooze inénting. Ia de 21 zittingen zijn 359 personen en in de 2(5 zittingen 1079 gevac- en gerevac- cineerd; samen 1438. 3y elke inénting werden 9 en by elke herinénting 6 picures gemaakt b\j 1179 gevaccineerde;» i9 8v6'G pet. opge komen; de gerevaccineerden zijn op enkelen na niet teruggekomen. Gevallen van hondsdolheid deden zich niet voorintus8chor.< gebeurde het weer meer malen dat personen door honden werden ge beten in die gevallen wordt steeds de hond in beslag genomen^ ten einde door den ryks- veearts te worden onderzocht. Do gemeonte-pclitie wordt uitgeoefend door: 1 commissaris, 1 hoofdinspecteur, 3 inspecteurs, 4 ager.ten var.' de 1ste klasse, 8 van de 2dte en 40 van de 3d©- klasse. Aangaande gedrag on plichtsvervulling der beambten van politie kan over het algemeen gunstig getuigenis worden afgelegd. Zesmaal moest eene disciplinaire straf worden c-pgelegd en 2 agenten werden ontslagen. Aan den agent late kl. C. D. Popken en de agenten 3de kl. G. 3. J. Versteeg, D- N. G. Haber- mehl,. G. V. Van dor ,\ïark en P. Gadriwerd op vexzoek eervol ontslag verleend. 66 personen vielen ia 't water, waarvan er 9 verdronken; 31 bekwamen door ongeluk of oirvoeezichtighoid kwetsuren of verwon dingen, 3' met doodeljjken afloop; 4r zftn plotseling dood gebleken; 2 hebben doer ophanging: oen eind aan hun leven gemaakt 1367. personen zyn teer zake van openbare dronkenschap, m po!itie>bewaring gesteld en f' aan 1300 is nachtvercJyf verleend, welke personem verder naar bnnne woonplaatsen zijn. voortgeholpen. 10.) Zelfs het stijve, opgeprikte van de kleine Aatrea verdween, om plaats te maken voor kinderlijke vroolijkheid, en dat was in den tijd, toen h(j met haar door den tuin en door het bosch vloog, tot Erika den zieken baron hare kleine liederen moest voorzingen en de stem der kleine ook hen tot hare aan dachtige toehoorders maakte. Keerde de barones daarentegen weder, dan was het, alsof voor allen, uitgezonderd voor den zieken echtgenoot, de zon baren glans verloren had. Astrea ontweek Arnold schuw en Erika liet zich in het huis op de hoogte ongeroepen nimmer zien. Zoo verliepen vjjf jaren, toen de zieke, onder zijn lijden bezwijkend, plot seling stierf en de barones, dadelijk na de begrafenis, naar hare vroegere woonplaats, Dresden, terugkeerde. In dien tijd zon hij nog gaarne het bijzijn zijner pijnigster langer verdragen hebben, want het kostte hem veel van Astrea te moeten scheiden en had Erika den draak niet met hem gestoken, dan zou hy zich aan zijne smart hebben overgegeven. Zoo heelde de tjjd aldra ook deze wonde, zjjn kinderlijk gemoed geslagen, terwijl de knaap tot jongeling opwies en nu op den drempel stond van den mannelyken leeftijd. Geestelijk flink ontwikkeld, begaald met een vlug begripsvermogen, bereidde b(j zich met viytigen ijver voor tot de studie aan de universiteit, een doel, waarin zich al zijne wenschen veroenigd hadden en dat hy niet bereiken zou. Onwillekeurig een gesprek tus- schen zijne beide opvoeders hoorend, vernam hy dat het zjjn weldoener diep smarten zou van hem te moeten scheiden en zoo besloot h(j zyn hoogste doel aan de dankbaarheid ten offer te brengen. Nu was de edelo echter niet meer de moede pelgrim had het hoofd te rusten ge legd en geen offer, hoe groot, kon den doode tot den verlaten levende terugvoeren. „Arnold, waarom hebt ge u opgesloten? Maak open; ik moet u noodwendig spreken Deze woorden, daarbuiten luid en duidelijk gesproken, wekten den smartelijk aangedanen jongeling plotseling uit zijn gepeins op. En daar hjj de stem kende, stond hij op en opende de deur. De beer Born trad binnen en zag met zyn verstandigen, doordringenden blik den jonge ling vorschend aan. „Arnold, wat hebt ge my gisteren beloofd „Herinner my heden niet, myn vaderlyke vriend, aan eene belofte, die ik u gisteren deed, zonder daarby te denken! Hoe zou ik reeds nu te midden van vreemde menschen kunnen vertoeven, waar zelfs het geluli van vreemde stemmen afkeer Mj jny verwekt? En waarom zou ik deze vertrekken mijden, waar ik aan zyne knieën beb gespeeld., waar hy het eerst trachtte my edele begrip.pen in te prenten? Moet myne smart my 'dan nog: ondraaglyker gemaakt worden „Ik wil juist dat uwe smart gelenigd! worde; ge moet er, door u in deze vertrek ken af te zonderen, geen voedsel aa n geven..'" „O, laat my toch met rust, de pa s geslagen wonde bloedt nog!" riep de jong eling wee moedig uit. „Arnold", zeide de raadsheer Born ern stiger, „wie kan uwe smart bet er beseffen, wie kan die dieper met u gevoe len dan ik? Gy hebt in hem uw vader verl oren, ik den dierbaarsten vriend, dien ik oezatDoch wy moeten beiden ons dit gemi 3 getroosten, niet alleen omdat hyzelf dit van ons vor derde, maar omdat hot leven o ns vaak togen onzen wil weder vorder in dl ,n maalstroom meevoert. En hsden hebben ,vy plichten te vervullen; om twaalf uren hi ,eft de opening van het testament plaats." „Welk belang kan ik daad ,y hebben?" „Misschien, meer dan iema nd anders of dan gy vermoedt" „Ik vermeed, echter niofe j en stel in deze allodaagsche- ceremonie ooi niet het minste belang. Daarom verzoek ii u dringendlaat mjj hier blyven." „Al wilde ik u dit tjesi aan, ik zou het niet mogen, want de m.y g*d: ine opdracht eischt juist het tegenovurges'.ofo e> nameiyk dat gy by de opening van hst testament tegen woordig zult zyn." „En indien ik weiger"" „Dan zoudt gy handelen, in stryd met den wil van. den overledene." „'t li. verschrikkelijk dezen dvmng to moeten, volgen, te meer, daar ik nog dezen avond denk af te reizen." „Waarheen?" vroeg de raadshser ver wonderd. „Wat het doel van myne reis zal zyn, weet ikzelf nog niet." „Zoo, nu, dan hebben, wjj na dslezing van het testament nog tyd genoeg daarover te beraadslagen. Maak u thans gereed, want wy moeten nog naar de dames." „Waarheen?" vroeg Arnold, terwijl belang stelling uit zyne trekkon sprak. De dood van zyn weldoener had hom zelfs zyne liefde voor Astrea doen vergetennu werd by hem de herinnering aan haar levendig, en als een lichtpunt in het duister, waarmede de smart hem omgaf. „Is de barones nog hier?" „Zeker; hebt ge moeder en dochter niet aan het graf gezien?" „Neon, daar zag ik niemand, daar zag ik alleen de lijkkist, die my alles ontnam", riep de jongeling, door smart en weemoed opnieuw overmeesterd, luide uit. „Maar zeg my, waar toe is het noodig, dat wy beiden naar de dames gaan?" vroeg hy, na een oogenblik zwygens. tWordt vervc/ga.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1893 | | pagina 1