UDijiii;
fcT
<Beze [Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van Son- en feestdagen, uitgegeven.
TMt nommer bestaat uit TWEE
Bladen.
Eerste Blad.
Leiden, '5 Augustus.
K«. 10271.
"Woensdag- 2.<3 Augustus.
A0.1893.
PRIJS DE2ER COURANT:
Yoor Leideu per 3 maanden1.10.
Franco per post1-10.
Afzouderlijke Nommers0.05.
PRIJS DER ABVERTEKTIEK:
Van 1—C regels ƒ1.05. Iedere regel meer ƒ0.17*.
Crootcro letters r:«r.r plaatsruimte. Voor het
incasso ei en Lu.ten co- stad wordt ƒ0.03 berei.rnd.
De Leidsche afdeeling van de vereeniging
„Het Metalen Kruis" hield gisteravond in het
lokaal „Zomerlust" aan den Stationsweg eene
feestelijke bijeenkomst ter herdenking van
het 39 jarig bestaan dier Vereeniging.
De voor gelegenheden als deze zeer geschikte
zaal was versierd met attributen, tropeeën,
schilden en wapens, met toepasselijke op
schriften en eene hulde aan de oud-strijdors
voorzien, enz. Ook ontbraken de busten van
onze drie koningen, te midden van groen, niet.
Het aantal opgekomen oud-strijders zelf
was niet groot. Van de vier leden, die de
Vereeniging nog telt, waren er slechts twee
aanwezig; terwijl er nog vier niet-leden van
hier en uit den omtrek de uitnoodiging met
hunne tegenwoordigheid hadden beantwoord.
Die oudjes waren ditmaal aan het achter
gedeelte der zaal, bij het orkest, gezeten,
terwijl het overige gedeelte gevuld was door
de eereleden met hunne dames en verdere
genoodigden. Dank zij het fraaie weder,
hadden velen ook in den aangrenzenden tuin
plaats genomen.
Het eerste gedeelte van den feestavond
bestond uit een concert, waarvan het pro»
gramma werd uitgevoerd door eenige musici
van het vierde regiment infanterie. Zoowel de
orkest-nommers als de solo-voordrachten voor
viool vonden een welverdienden bijval.
Alsnu opende de heer IJ. A. Van Ingen
Schenau als voorzitter de bijeenkomst met
eene toespraak, waarin hij, na het gebruiko-
l\jke welkom, een terugblik sloeg op het afge-
k>open vereenigingsjaar.
Gevoelde spr. zich verplicht op de feest-
vergadering des vorigen jaars zjjn leedwezen
te betuigen omtrent den treurigen toestand,
waarin de Vereeniging zich bevond wegens het
overlijden van vier kameraden, waardoor men
slechts met vijf leden overbleef, - de verdere
toekomst der Vereeniging was niet minder
allesbehalve rooskleurig, zoodat het toen wel
de laatste feestvergadering had kunnen zijn.
Op dienzetfden feestavond trad echter vreder
een lid toe, de he3r Heisterborg, maar een
ander lid, den heer J. L. Meyer, moest men
dit jaar, in de maand Februari, daarentegen
door den dood verliezen. Door een onver
wachts sterfgeval in de familie van het eerst
genoemde lid, ging die heer echter deze
stad verlaten en bedankte lijj ook als lid
der Vereeniging, tot welker banierdrager hij
in de plaats van Meyer was gekozen.
Een groot voorrecht viel der Vereeniging
evenwel ten deel toen zij de wegens het over
laden van den heer Glasbergen opengevallen
plaats van eero-voorzitter weder vervuld zag,
en wel door den gepensionneerden generaal-
majoor jhr. J. G. J. Van Oldenbameveld
genaamd Witte Tullingh, ridder van het
Metalen Kruis.
Deze voor de Vereeniging zoo eervolle onder
scheiding wordt door haar op hoogen prijs
gesteld.
Schriftelijk had de heer Tullingh evenwel
kennis gegeven dat omstandigheden hem to,t
zijn leedwezen verhinderden dezen avond tegen
woordig te zijn.
Spr. wees er op hoe uit de aanwezigheid
van zooveren ook bleek de belangstelling,
waarin de Vereeniging zich steeds mag ver-
jieugen, en bracht dank aan de eereleden,
de steunpilaren der Vereeniging, die de kas
waarin reeds een tekort was sterken,
waar-door wederom deze feestviering mogelijk
was. maar wier getal gaandeweg ook ver
mindert.
Daar deze f cos (.vergaderingen met recht
h :3i)ktngsfeeö*en ztfn uil hun jeugd1" krijgs
mansleven van 62 jaren terug, bracht spr.
in zijne toespraak uitvoerig eene geschiedenis
in herinnering, misschien bij weinigen bekend,
maar daarom juist naar hij zeide
te meer vermeldingswaardig.
Het was do door mr. Simon Van der Aa
in zijne geschriften nagelaten beschrijving van
enkele episoden, welke zijn voorgevallen met
leden van het Groninger studentencorps,
dat als flankeur-compagnie bij het garde-corps
der grenadiers was ingedeeld en waarbij vooral
de fourier der lanciers Westerman eene, zich
voor het vaderland opofferende rol, welke met
diens sneuvelen eindigde, vervulde.
Aangezien dit verslag echter reeds groot
genoeg geworden is, moeten wij die geschie
denis thans achterwege laten.
Spr. eindigde met eenige van liefde voor
het vaderland en Koningin Wilhelmina en
hare Moeder getuigende dichtregelen, en
vertrouwde dat ook dit feest zich door een
opgeruimden en genoeglijken geöst zou
kenmerken.
Met luide toejuichingen en het zingen van
het gewijzigde Wilhelmus (voorkomende in
den bundel van feestliederen, bij het binnen
treden in de zaal uitgereikt) werd deze nog
op krachtigen toon uitgesproken toespraak
beantwoord.
Ook werd nog voorlezing gedaan van den
brief van den eere-voorzitter, jhr. J. G. J.
Van Oldenbameveld, genaamd Witte Tullingh,
de verklaring afleggende van zijne liefde voor do
Vereeniging en het vaderland, en de beste
wenschen voor het welslagen der feestviering
uitsprekende.
Deze was thans op eonigszins andere wijze
ingericht dan vorig9 jaren. Toen veel toe
spraken; nu piano voordrachten en uit
voering van zangnommers voor solo en koor,
eene wijziging, welke blijkbaar wel in den
smaak viel.
Eerst voerden een paar jonge dames, die
zich daartoe welwillend bereid hadden ver
klaard, twee 4-mains uit, nl. den „Theièsen-
Walzer", van C. Faust, en „Morgenblütter",
van Strauss.
De beide jonge dames gaven uitstekende
blijken van hunne geoefendheid op het klavier
en ontvingen als bewijs van erkentelijkheid
ieder een fraaien bloemruiker, hetgeen ook
geschiedde met de jonge dame, diehetpiano-
accompagnement op zich had genomen van
den heer, die reeds gedurende vele jaren de
feestelijke samenkomsten van „Het Metalen
Kruis" met zijne voordrachten voor tenor
had opgeluisterd. Thans droeg hij voor het
„Lentelied" van Verhulst, „Bloem en Vlinder"
van W. Ives, en later in den avond „Ver
langen" van Joh. J. Eggers, allo welke zang
nommers mot aandacht werden aangehoord.
Er volgde insgelijks een luid applaus op.
De verrassingen dezen avond bleven in-
tusschen niet uit. Onder leiding van bovenge-
noemden door velen gewaardeerden tenorzanger
hadden zich vervolgens ook eenige dames
en heeren veroenigd, ten einde een achttal
liederen a capella (d. i. zonder eenige begelei
ding) te zingen.
Die liederen waren: het „Wilhelmus van
Nassouwe" naar do oude toonzetting, „Mor
genlied" van K. A. Craeyvanger, „Opgepast"
en Lentelied" .van L Van der Wulp, „Lieven
en Leven" naar R. Wagner, „IJdele Spoed"
van Joh. J. H. Verhulst, „Weesjes Kerk
gang" van L. Van der Wulp, en „Ronde
dans" van J. J. Viotta. Als men nagaat dat
elk nommer geheel of gedeeltelik moest
worden herhaald, zóó aanhoudend was tel
kens de verworven luide bijval, dan is de
gevolgtrekking zeer zeker niet ongegrond dat
hst programma niet enkel naar aller genoe
gen was samengesteld geworden, maar ook
van stapel liep. Allen komt daarvoor het
woord van lof toe, dat do voorzitter in zijn
woord van dank tot hen cn hun directeur
riebtto, met don wensch dat hunno talen
ten nog meermalen voor bijeenkomsten als
deze mogen willen ten dienste stellen.
Aangezien door het herhalen van vele
nommers het programma, waarop ook nog
eenige liederen voorkwamen, welke door de
gansehe vergadering gezongen werden, eene
groote uitgebreidheid had verkregen, kon met
het bal eerst ruim na middernacht een aan
vang worden gemaakt. Ook daaraan werd door
de meeste feestgenooten deelgenomen, zoodat
kan verklaard worden dat ook deze feest
viering in alle mogelijke opzichten is geslaagd.
Hedenmorgen te elf uren had op het
Schuttersveld alhier de plechtigheid plaats
der beèediging van de bij het vierde regi
men infanterie benoemde tweede luitenants
der Konink ijke Militaire Academie H. K.
Hardenberg, G. B. Noothoven Van Goor en
P. J. G. Steenberghe.
Do troep werd gecommandeerd door majoor
J. Hardeman, terwijl de eed tegenover het
regiments vaandel, toen de manschappen in
carró waren opgesteld, werd afgenomen door
den kolonel F. C. C. Bloem.
Do stafmuziek speelde het Wilhelmus en
eenige andere nommers tijdens het defileeren.
In den omtrek was eenig publiek van het
militaire schouwspel getuige.
Ook op de wandeling door de stad en bij het
halen en brengen van het vaandel van des
commandants woning aan de Garenmarkt,
ontbrak dit niet.
De beöedigde officieren zijn ingedeeld resp.
bij de 3de comp. 1ste bat. te Delft; b\j de
3de comp. 2de bat. en de lsle comp. 4de
bat. alhier.
De te Scheveningen vertoevende erf
prins van Anhalt Dcssau bracht heden een
bezoek aan Leiden en stapte af aan het „hotel
Levedag."
Hedenmorgen is de Kweekschool voor
Zeevaart alhier geïnspecteerd door don directeur-
commandant der Koninklijke Nederlandscho
Marine, te Amsterdam, den heer M. Mac Leod.
De aanblik dor opgestelde vaste bemanning
en van de jeugdige matrozen maakte van den
weg af een prettigen indruk.
De commandant gaf na afloop zijne tevreden
heid te kennen over de houding der a. s.
matrozen, die verder lieden een vrijen dag
hadden.
Het examen Fransch lager onderwijs
is te 's-Gravenhage met goed gevolgd afgelegd
door mej. O. C. Privé, van Leiden.
Ned.-Hervormde Kerk. Bedankt is voor
het beroep naar Egmond aan den Hoef c. a.
door den heer R. Tjammes, cand. te Leiden.
Het zevendo supplement is verschenen
van den catalogus van het Stedelijk Museum
alhier. Het geeft tevens een overzicht van
de aanwinsten over 1892. Historische waarde
hebben vooral een bovendorpol van een kozijn
uit het perceel Rapenburg No. 62 met het
jaartal 1621, destijds de boekdrukkerij Elze
vier; eene palmhouten ronde snuifdoos, met
opschrift: „la nouvelle taille de mr. Necker,
1789;" misschien toepasselijk op Jacques
Necker, den beroemden Franschen staats
man een glasruitje uit het huis van den
hoogleeraar in de botanie in de Nonnesteeg
te Leiden, waarin Constant (Jb Huijgens,
nog student zijnde, „de X Galen. April
CIOIOCXXIX, zijn naam heeft gegraveerd;
en ook nog eene gouden mbdaille ter her
innering aan de collecte voor de Fransche
refugiés A°. 1686. Onder do kunstvoorwerpen
mogen genoemd worden eene klok van metaal,
met het randschrift G. Bakker, Rotterdam,
en het jaar 1784, afkomstig van het Haagsche
en Delftsche veer, een gobelin tapijtwerk, met
rand, waarin zijn voorgesteld Jupiter, Amor
en Cupido, de Waarheid en Aesopus. Het is
werk van Willem Andries, te Leiden, uit het
midden der 16do eeuw; twee damasten tafel
lakens, respectievelijk met de voorstelling van
hot bombardement van het kasteel van Rfisol
en van de hoofdstad Parijs. Blijkbaar Duitsch
werk, wijl de inschriften luiden: „DieHaupt
stadt Paris," en „Luöwig Rex in Frankreich
een koperen vijzel van 1587, met het rand
schrift „Lefto-Verwint Al Dinck." De schilderij
aanwinst is niet groot. De portretverzameling
werd vermeerderd door die, afkomstig van
Brouckhoven's hof, en in bruikleen afgestaan^
Zij zijn meerendeels uit de 17de eeuw; do
namen der schilders zijn niet bekend. In het
bij het genoemde supplemont toegevoegde
verslag komt de volgende hulde voor, aan
den overleden conservator P. Du Rieu Jr.
gebracht: „Zijne liefde voor de stad zijner
inwoning en voor zijne betrekking, die hij
belangloos waarnam, z\jn overbekend. Nazjjn
dood blijft hjj voortleven en werken onder
ons." De heer C. W. H. Verster, bekend he
raldicus, volgde hem op.
In de R. K. kerken alhier en in andera
gemeenten is een herderlijk schrijven afge
kondigd, waarbij door Z. H. Paus Leo XIII
eöne bijzondere vergunning is verleend op
alle Zaterdagen (uitgezonderd de quatertemper-
Zaterdagen) tot de voertigdaagsche vasten in
1894, aan alle reizigers hier te lande, die in
koffiehuizen, hotels of cafó's hun verblijf
houden, om op die dagen vleesch en vet to
gebruiken. Deze dispensatie is ook voor hen
toepasselijk, die in buitengewone omstandig
heid verkeeren en zich daartoe vooraf aange
geven hebben.
Er bestaat gelegenheid tot verzending
der correspondentie naar Nieuw-York, door
middel van het stoomschip „Spaarndam", van
Rotterdam vertrekkende. Ten postkantore al
hier moeten de brieven, enz. uiterlijk morgen
ochtend om 11.20 (11.40 stadstiid) bezorgd zijn.
De wijze van verzending behoort duidelijk
op het adres vermeld te worden.
De commissie tot oprichting en instand
houding van ééne of meer Christelijke scholen
te Oegstgeest, zal andermaal met belang
stellenden, vooral ouders van schoolgaande
kinderen, eene samenkomst houden.
Tot pastoor te Weesp is benoemd de
Zeereerw. heer A. Waare, prof. aan het
seminarie Hageveld te Voorhout.
De leden van het Internationaal Anti
alcohol congres te 's-Gravenhage worden
hedenavond door Burg. en Weths. namens den
Gemeenteraad verwelkomd en ontvangen in
de Trouwzaal.
De burgemeester zal eene korte toespraak
tot de congresleden houden, welke door den
president van het Congres zal worden beant
woord, waarna hun de eerewijn zal worden
aangeboden
In de afgeloopen week slaagden in het
notarièel Staatsexamen, voor het eerste ge
deelte, de heerenP. A. Bruinsma, to Bolsward
M. M. W. De Lint, te Sptfkenisse; W. J. M.
Heidoorn en A. Foray, te 's-GravonhageP.
A. Van Buuren, te MiddelharnisC'. L A.
M. Van Gils, te Breda; H. Eisma, te Bolsward;
J. Lucas, te VaassenG. A. F. Zaal, te
Wageningen; en voor het tweede gedeelte
de heeren: C. F. C. M. Laurijssen, te Breda;
W. F. J. Fischer, te 's GravenhageP. E.
Pruissen, te Rotterdam, G. J. Piecardt, te
Groningen, en C. A. Struik, te Amsterdam.
Over den verderen loop der behandeling
van de kiesrecht ontwerpen leest men in
de Haagsche kroniek der „N. Gr. C't.": Als
de kleine wetten gereed zijn, "Woensdag
middag, en men aan art. 1 nadert van de
kieswet, dan zal 't voorstel komen om weder
naar secties te gaan en de amendementen k
tète repos-je te onderzoeken. Het kan ook zijn,
dat men daarmee wacht tot aan hot eerste
i artikel, waarop eon amendement is voorgesteld,
j al ware het alleen om art. 1 al vast er door
to hebben, als basis, al beteokent dat op zich-
1 zelf weinig. Maar in elk geval het sectie-
onderzoek komt.
De vraag zal alleen zijn of men dadelijk wi
de sectiën zal gaas of eerst een poosje rust
nemen. Ik vermoed 't laatste. De kai oaf-